Verordening 2017/719 - Wijziging van Verordening (EU) 2015/2192 betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het protocol bij de visserijovereenkomst met Mauritanië voor een periode van vier jaar tot vaststelling van vangstmogelijkheden en tegenprestatie

1.

Wettekst

22.4.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 106/8

 

VERORDENING (EU) 2017/719 VAN DE RAAD

van 7 april 2017

tot wijziging van Verordening (EU) 2015/2192 betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië voor een periode van vier jaar

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 30 november 2006 heeft de Raad Verordening (EG) nr. 1801/2006 betreffende de sluiting van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië (1) („de partnerschapsovereenkomst”) vastgesteld.

 

(2)

De Raad heeft op 24 mei 2016 Besluit (EU) 2016/870 (2) vastgesteld betreffende de sluitingvan het Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst voor een periode van vier jaar, die op 16 november 2015 is ingegaan („het protocol”).

 

(3)

Bij Verordening (EU) 2015/2192 van de Raad (3) zijn de vangstmogelijkheden die zijn vastgesteld overeenkomstig het protocol verdeeld over de lidstaten.

 

(4)

In wetenschappelijk advies van het bij artikel 4 van het protocol ingestelde gezamenlijke onafhankelijke wetenschappelijke comité werd een overschot aan zwarte heek geconstateerd, nota nemend van het wetenschappelijk advies van 2014 van het IMROP (Instituut voor oceanografisch onderzoek en visserij van Mauritanië) dat een overschot aan pijlinktvis en inktvis bevestigde.

 

(5)

Overeenkomstig artikel 6, lid 1, onder a), van het protocol heeft de krachtens artikel 10 van de partnerschapsovereenkomst opgerichte gemengde commissie tijdens haar vergadering in Nouakchott op 15 en 16 november 2016 besloten het protocol te wijzigen door binnen de grenzen van het beschikbare overschot nieuwe vangstmogelijkheden toe te kennen aan vriestrawlers voor de visserij op zwarte heek als primaire doelsoort en pijlinktvis en inktvis als secundaire doelsoorten.

 

(6)

Het is passend deze nieuwe vangstmogelijkheden te verdelen over de lidstaten voor de resterende toepassingsperiode van het protocol.

 

(7)

Aangezien de invoering van nieuwe vangstmogelijkheden invloed heeft op de economische activiteiten van Unievaartuigen en de programmering van de visseizoenen, moet deze verordening onmiddellijk na de bekendmaking ervan in werking treden.

 

(8)

Verordening (EU) 2015/2192 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Aan artikel 1, lid 1, van Verordening (EU) 2015/2192 wordt het volgende punt toegevoegd:

 

„h)

Categorie 2 bis — Zwarte heek (vries)trawlers:

 

Spanje:

Zwarte heek

3 500  ton

Pijlinktvis

1 450  ton

Inktvis

600 ton

Voor deze categorie mogen maximaal zes vaartuigen tegelijk in Mauritaanse wateren worden ingezet.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 7 april 2017.

Voor de Raad

De voorzitter

  • L. 
    GRECH
 

  • (2) 
    Besluit (EU) 2016/870 van de Raad van 24 mei 2016 betreffende de sluiting, namens de Europese Unie, van het Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië voor een periode van vier jaar (PB L 145 van 2.6.2016, blz. 1).
  • (3) 
    Verordening (EU) 2015/2192 van de Raad van 10 november 2015 betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië voor een periode van vier jaar (PB L 315, 1.12.2015, blz. 72).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.