Besluit 2014/490 - 2014/490/EU: Besluit nr. 2 van het Gemengd Comité van de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels van 21 mei 2014 inzake het verzoek van Moldavië om partij te worden bij de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels

1.

Wettekst

23.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 217/88

 

BESLUIT Nr. 2 VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE REGIONALE CONVENTIE BETREFFENDE DE PAN-EURO-MEDITERRANE PREFERENTIËLE OORSPRONGSREGELS

van 21 mei 2014

inzake het verzoek van de Republiek Moldavië om partij te worden bij de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels

(2014/490/EU)

HET GEMENGD COMITÉ,

Gezien de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In artikel 5, lid 1, van de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels („de conventie”) is bepaald dat een derde partij partij kan worden bij de conventie, mits het kandidaatland of -gebied een vrijhandelsovereenkomst met preferentiële oorsprongsregels heeft met ten minste één partij bij de overeenkomst.

 

(2)

De Republiek Moldavië heeft op 17 juli 2013 schriftelijk een verzoek om toetreding bij de depositaris ingediend.

 

(3)

De Republiek Moldavië is partij bij de Midden-Europese Vrijhandelsovereenkomst tussen Albanië, Bosnië en Herzegovina, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, de Republiek Moldavië, Montenegro, Servië en Kosovo (2). Bijgevolg geldt er een vrijhandelsovereenkomst tussen de Republiek Moldavië en zes partijen bij de conventie en voldoet het land aan de in artikel 5, lid 1, van de conventie vermelde voorwaarde om partij te worden bij de conventie.

 

(4)

In artikel 4, lid 3, onder b), van de conventie is bepaald dat het Gemengd Comité bij besluit uitnodigingen aan derden vaststelt om tot de conventie toe te treden.

 

(5)

De Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein hebben het secretariaat van het Gemengd Comité meegedeeld dat het hen niet is gelukt hun interne procedures voorafgaand aan de vergadering van 21 mei af te ronden en dat, overeenkomstig artikel 4, lid 4, van de conventie, hun goedkeuring van het besluit op die vergadering afhankelijk is van de afronding van deze procedures,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Republiek Moldavië wordt uitgenodigd om tot de regionale conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels toe te treden.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 1 september 2014.

Gedaan te Brussel, 21 mei 2014,

Voor het Gemengd Comité

De voorzitter

P.-J. LARRIEU

 

  • (2) 
    Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.