Verordening 2012/630 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 692/2008 wat betreft de typegoedkeuringsvoorschriften voor motorvoertuigen op waterstof en op mengsels van waterstof en aardgas met betrekking tot emissies, alsmede de opneming van specifieke informatie betreffende met een elektrische aandrijflijn uitgeruste voertuigen in het inlichtingenformulier voor EG-typegoedkeuring

1.

Wettekst

13.7.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 182/14

 

VERORDENING (EU) Nr. 630/2012 VAN DE COMMISSIE

van 12 juli 2012

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 692/2008 wat betreft de typegoedkeuringsvoorschriften voor motorvoertuigen op waterstof en op mengsels van waterstof en aardgas met betrekking tot emissies, alsmede de opneming van specifieke informatie betreffende met een elektrische aandrijflijn uitgeruste voertuigen in het inlichtingenformulier voor EG-typegoedkeuring

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie (1), en met name artikel 5, lid 3, onder a), f) en i),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité – Een Europese strategie voor schone en energiezuinige voertuigen (2) wordt gewezen op het bestaan van een grote verscheidenheid aan technologieën (elektriciteit, waterstof, biogas en vloeibare biobrandstoffen) die waarschijnlijk een belangrijke bijdrage zullen leveren aan de prioriteiten van Europa 2020 om een op kennis en innovatie gebaseerde economie te ontwikkelen (slimme groei) en een groenere, competitievere economie te bevorderen waarin efficiënter met hulpbronnen wordt omgesprongen (duurzame groei).

 

(2)

Op de korte en middellange termijn zullen verbrandingsmotoren waarschijnlijk de overhand houden in het wegverkeer; een soepele overgang van verbrandingsmotoren naar andere soorten aandrijving op basis van elektriciteit (elektrische batterij, brandstofcel) zou daarom kunnen worden vergemakkelijkt door verbrandingsmotoren voor het gebruik van schone brandstoffen, zoals waterstof (H2) of mengsels van waterstof en aardgas (H2NG) aan te passen.

 

(3)

Gezien de onzekerheid over de toekomst van de technologie voor aandrijfsystemen en de grote kans dat nieuwe technologieën een steeds groter marktaandeel zullen vertegenwoordigen, is het nodig de huidige Europese typegoedkeuringswetgeving aan deze nieuwe technologieën aan te passen.

 

(4)

In Verordening (EG) nr. 692/2008 van de Commissie van 18 juli 2008 tot uitvoering en wijziging van Verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie (3) zijn H2 en H2NG op dit moment niet als brandstoftypen opgenomen. Het is daarom passend de in die verordening vastgestelde typegoedkeuringsprocedure tot die brandstoffen uit te breiden.

 

(5)

Bij Verordening (EG) nr. 79/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 14 januari 2009 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen op waterstof en tot wijziging van Richtlijn 2007/46/EG (4) zijn veiligheidsvoorschriften voor de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot waterstofaandrijving vastgesteld. Er moet ook voor worden gezorgd dat het milieu wordt beschermd, aangezien stikstofoxidenemissies bij gebruik van waterstof als brandstof in verbrandingsmotoren gevolgen voor het milieu kunnen hebben.

 

(6)

Uit H2NG-mengsels komt een bepaalde hoeveelheid verontreinigende stoffen, met name koolwaterstoffen, koolstofmonoxiden, stikstofoxiden en deeltjes, vrij in de atmosfeer; deze emissies moeten worden aangepakt.

 

(7)

De verschillende voor de bepaling van de resultaten van de emissietests gebruikte formules en parameters moeten worden aangepast voor de specifieke gevallen van het gebruik van H2 en H2NG in verbrandingsmotoren, aangezien die formules en parameters sterk afhankelijk zijn van het type gebruikte brandstof en de kenmerken daarvan.

 

(8)

De door de fabrikant aan de nationale goedkeuringsinstanties verstrekte documenten moeten worden bijgewerkt om er de relevante informatie met betrekking tot H2-, H2NG- en elektrische voertuigen in op te nemen.

 

(9)

Verordening (EG) nr. 692/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

 

(10)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het technisch comité motorvoertuigen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 692/2008 wordt hierbij als volgt gewijzigd:

 

1.

artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

punt 16 komt als volgt te luiden:

„16.   „hybride elektrisch voertuig (HEV)”: een voertuig, met inbegrip van voertuigen die uitsluitend voor het opladen van het opslagsysteem voor elektrische energie/vermogen energie ontlenen aan een verbruikbare brandstof, dat voor zijn mechanische aandrijving energie ontleent aan beide volgende, in het voertuig aanwezige bronnen van opgeslagen energie/vermogen:

a)een verbruikbare brandstof;b)een accu, condensator, vliegwiel/generator of een ander opslagsysteem voor elektrische energie/vermogen;;

 

b)

de volgende punten worden toegevoegd:

„33.   „elektrische aandrijflijn”: een systeem bestaande uit een of meer opslagsystemen voor elektrische energie, een of meer stroomconditioneringsvoorzieningen en een of meer elektrische machines waarmee opgeslagen elektrische energie wordt omgezet in mechanische energie die naar de wielen gaat voor de aandrijving van het voertuig;

  • 34. 
    „zuiver elektrisch voertuig”: een voertuig met uitsluitend een elektrische aandrijflijn;
  • 35. 
    „H2NG-flexfuelvoertuig”: een flexfuelvoertuig dat op verschillende mengsels van waterstof en aardgas/biomethaan kan rijden;
  • 36. 
    „waterstofcelvoertuig”: een voertuig met een brandstofcel die chemische energie uit waterstof omzet in elektrische energie voor de aandrijving van het voertuig.”.
 

2.

De bijlagen worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 juli 2012.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO

 

  • (2) 
    COM(2010) 186 definitief
 

BIJLAGE

De bijlagen bij Verordening (EG) nr. 692/2008 worden als volgt gewijzigd:

 

1.

bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

punt 1.1 komt als volgt te luiden:

1.1.   Extra voorschriften voor mono- en bifuelvoertuigen op gas en H2NG-flexfuelvoertuigen";

 

b)

punt 1.1.1.1 komt als volgt te luiden:

"1.1.1.1.   "familie": een groep voertuigtypen op lpg, aardgas/biomethaan of H2NG, geïdentificeerd door een basisvoertuig;";

 

c)

punt 1.1.2 komt als volgt te luiden:

1.1.2.   In het geval van voertuigen op lpg, aardgas/biomethaan of H2NG wordt EG-typegoedkeuring verleend behoudens de volgende voorschriften.";

 

d)

aan punt 1.1.2.1 wordt de volgende alinea toegevoegd:

"In het geval van een H2NG-flexfuelvoertuig mag het samenstellingsbereik lopen van 0% waterstof tot een door de fabrikant op te geven maximumpercentage waterstof in het mengsel. Van het basisvoertuig moet worden aangetoond dat het zich aan elk percentage binnen het door de fabrikant opgegeven bereik kan aanpassen. Ook moet worden aangetoond dat het zich aan elke in de handel voorkomende samenstelling aardgas/biomethaan kan aanpassen, ongeacht het percentage waterstof in het mengsel.";

 

e)

de punten 1.1.2.2, 1.1.2.3 en 1.1.2.4 komen als volgt te luiden:

 

"1.1.2.2.

In het geval van voertuigen op lpg of aardgas/biomethaan wordt het basisvoertuig aan de test van type 1 onderworpen met de twee uiterste referentiebrandstoffen van bijlage IX. In het geval van aardgas/biomethaan geldt dat, indien de overschakeling van het ene gas naar het andere in de praktijk geschiedt met behulp van een schakelaar, deze schakelaar tijdens de typegoedkeuring niet mag worden gebruikt.

In het geval van een H2NG-flexfuelvoertuig wordt het basisvoertuig aan de test van type 1 onderworpen met de volgende brandstofsamenstellingen:

 

100 % H-gas;

 

100 % L-gas;

 

het mengsel van H-gas en het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof;

 

het mengsel van L-gas en het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof.

 

1.1.2.3.

Het voertuig wordt geacht in overeenstemming te zijn indien het tijdens de in punt 1.1.2.2 bedoelde tests met de in dat punt vermelde referentiebrandstoffen aan de emissiegrenswaarden voldoet.

 

1.1.2.4.

In het geval van voertuigen op lpg of aardgas/biomethaan wordt de verhouding van de emissieresultaten "r" voor elke verontreinigende stof als volgt bepaald:

 

Brandstoftype

Referentiebrandstoffen

Berekening van "r"

lpg

brandstof A

 

brandstof B

aardgas/biomethaan

brandstof G20

Formula

"

brandstof G25

 

f)

het volgende punt 1.1.2.5 wordt ingevoegd:

 

"1.1.2.5.

Bij H2NG-flexfuelvoertuigen worden de twee verhoudingen van de emissieresultaten "r1" en "r2" voor elke verontreinigende stof als volgt bepaald:

 

Brandstoftype

Referentiebrandstoffen

Berekening van "r"

aardgas/biomethaan

brandstof G20

Formula

brandstof G25

H2NG

mengsel van waterstof en G20 met het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof

Formula

"

mengsel van waterstof en G25 met het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof

 

g)

in punt 1.1.3 komt de eerste alinea als volgt te luiden:

"Voor typegoedkeuring, als lid van de familie, van een monofuelvoertuig op gas en bifuelvoertuigen op gas die in de gasstand werken, op lpg of aardgas/biomethaan, wordt een test van type 1 uitgevoerd met één gasreferentiebrandstof. Dat mag eender welke van de gasreferentiebrandstoffen zijn. Het voertuig wordt geacht te voldoen indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:";

 

h)

het volgende punt 1.1.4 wordt ingevoegd:

1.1.4.   Voor de typegoedkeuring van een H2NG-flexfuelvoertuig als lid van de familie worden twee tests van type 1 uitgevoerd, de eerste met 100% G20 of 100% G25 en de tweede met het mengsel van waterstof en dezelfde aardgas/biomethaan-brandstof als in de eerste test, met het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof.

Het overeenkomstig de eerste alinea geteste voertuig wordt geacht aan de eisen te voldoen als behalve aan de voorschriften van punt 1.1.3, onder a), e) en g), ook aan de volgende voorschriften wordt voldaan:

 

a)

indien de aardgas/biomethaan-brandstof referentiebrandstof G20 is, wordt het emissieresultaat voor elke verontreinigende stof vermenigvuldigd met de in punt 1.1.2.5 berekende relevante factor (r1 voor de eerste test en r2 voor de tweede test) indien de relevante factor > 1; een correctie is niet nodig indien de overeenkomstige relevante factor < 1;

 

b)

indien de aardgas/biomethaan-brandstof referentiebrandstof G25 is, wordt het emissieresultaat voor elke verontreinigende stof gedeeld door de in punt 1.1.2.5 berekende overeenkomstige relevante factor (r1 voor de eerste test en r2 voor de tweede test) indien de overeenkomstige relevante factor < 1; een correctie is niet nodig indien de overeenkomstige relevante factor > 1;

 

c)

op verzoek van de fabrikant moet de test van type 1 worden uitgevoerd met de vier mogelijke combinaties van referentiebrandstoffen, overeenkomstig punt 1.1.2.5, zodat er geen correctie nodig is;

 

d)

indien verscheidene tests worden uitgevoerd op dezelfde motor, wordt eerst het gemiddelde berekend van de resultaten met referentiebrandstof G20, of H2G20, en die met referentiebrandstof G25, of H2G25 met het door de fabrikant opgegeven maximumpercentage waterstof; op basis van die gemiddelde resultaten worden vervolgens de "r1" en "r2"-factoren berekend";

 

i)

figuur I.2.4 komt als volgt te luiden:

"Figuur I.2.4

Testvoorschriften voor typegoedkeuring en uitbreidingen

 

Voertuigcategorie

Voertuigen met elektrischeontstekingsmotor, inclusief hybriden

Voertuigen met compressie-ontstekingsmotor, inclusief hybriden

Zuiver elektrische voertuigen

Waterstofcelvoertuigen

Monofuel

Bifuel (1)

Flexfuel (1)

Flexfuel

Monofuel

Referentiebrandstof

Benzine (E5)

Lpg

Aardgas/biomethaan

Waterstof

Benzine (E5)

Benzine (E5)

Benzine (E5)

Benzine (E5)

Aardgas/biomethaan

Diesel (B5)

Diesel (B5)

Lpg

Aardgas/biomethaan

Waterstof

Ethanol (E85)

H2NG

Biodiesel

Verontreinigende gassen

(test van type 1)

Ja

Ja

Ja

Ja (4)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen) (4)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja (alleen B5) (2)

Ja

Deeltjesmassa en deeltjesaantal

(test van type 1)

Ja

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja (alleen B5) (2)

Ja

Emissies bij stationair draaien

(test van type 2)

Ja

Ja

Ja

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(alleen aardgas/-biomethaan)

Carteremissies

(test van type 3)

Ja

Ja

Ja

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen aardgas/-biomethaan)

Verdampings-emissies

(test van type 4)

Ja

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Duurzaamheid

(test van type 5)

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen aardgas/-biomethaan)

Ja (alleen B5) (2)

Ja

Emissies bij lage temperaturen

(test van type 6)

Ja

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja

(alleen benzine)

Ja (3)

(beide brand-stoffen)

Overeenstem-ming tijdens het gebruik

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja (alleen B5) (2)

Ja

OBD

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

CO2-emissies, brandstofverbruik, elektriciteitsverbruik en elektrisch bereik

Ja

Ja

Ja

Ja

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja

(beide brand-stoffen)

Ja (alleen B5) (2)

Ja

Ja

Ja

Rookopaciteit

Ja (alleen B5) (2)

Ja

 

j)

punt 4.9 komt als volgt te luiden:

"4.9.   Controle van de overeenstemming van een voertuig op lpg, aardgas of H2NG";

 

k)

punt 4.9.1 komt als volgt te luiden:

4.9.1.   Tests voor de overeenstemming van de productie mogen worden uitgevoerd met een commerciële brandstof waarvan, voor lpg, de C3/C4-verhouding tussen die van de referentiebrandstoffen ligt of waarvan, voor aardgas of H2NG, de Wobbe-index tussen die van de uiterste referentiebrandstoffen ligt. In dat geval moet een brandstofanalyse worden overgelegd aan de goedkeuringsinstantie.";

 

l)

aanhangsel 3 wordt als volgt gewijzigd:

 

i)

punt 3.2.2 komt als volgt te luiden:

"3.2.2.   Brandstof";

 

ii)

punt 3.2.2.1 wordt ingevoegd:

"3.2.2.1.   Lichte voertuigen: diesel/benzine/lpg/aardgas of biomethaan/ethanol (E85)/biodiesel/waterstof/H2NG (5)  (6)

 

iii)

de volgende punten 3.2.18 tot en met 3.2.19.4.3 worden ingevoegd:

"3.2.18.   Waterstofsysteem: ja/nee (7)

3.2.18.1   EG-typegoedkeuringsnummer overeenkomstig Verordening (EG) nr. 79/2009: …

3.2.18.2.   Elektronische regeleenheid voor motormanagement op waterstof

3.2.18.2.1.   Merk(en): …

3.2.18.2.2.   Type(n): …

3.2.18.2.3.   Instelmogelijkheden in verband met emissies: …

3.2.18.3.   Aanvullende documentatie

3.2.18.3.1.   Beschrijving van de beveiliging van de katalysator bij het overschakelen van benzine op waterstof of omgekeerd: …

3.2.18.3.2.   Systeemconfiguratie (elektrische verbindingen, vacuümverbindingen, compensatieslangen enz.): …

3.2.18.3.3.   Tekening van het symbool: …

3.2.19.   H2NG-systeem: ja/nee (7)

3.2.19.1.   Percentage waterstof in de brandstof (door de fabrikant opgegeven maximum):

3.2.19.2.   EG-typegoedkeuringsnummer overeenkomstig VN/ECE-Reglement nr. 110 (8): …

3.2.19.3.   Elektronische regeleenheid voor motormanagement op H2NG

3.2.19.3.1.   Merk(en): …

3.2.19.3.2.   Type(n): …

3.2.19.3.3.   Instelmogelijkheden in verband met emissies: …

3.2.19.4.   Verdere documentatie

3.2.19.4.1.   Beschrijving van de beveiliging van de katalysator bij het overschakelen van benzine op H2NG of omgekeerd: …

3.2.19.4.2.   Systeemconfiguratie (elektrische verbindingen, vacuümverbindingen, compensatieslangen enz.): …

3.2.19.4.3.   Tekening van het symbool: …;

 

iv)

de volgende punten 3.3 tot en met 3.3.2.4 worden ingevoegd:

"3.3.   Elektrische motor

3.3.1.   Type (wikkeling, bekrachtiging): …

3.3.1.1.   Maximumuurvermogen: … kW

3.3.1.2.   Bedrijfsspanning: … V

3.3.2.   Accu

3.3.2.1.   Aantal cellen: …

3.3.2.2.   Massa: … kg

3.3.2.3.   Capaciteit: … Ah (ampère-uur)

3.3.2.4.   Plaats: …";

 

v)

punt 3.4.8 van aanhangsel 3 komt als volgt te luiden:

3.4.8.   Elektrisch bereik van het voertuig: … …km (overeenkomstig bijlage 9 bij VN/ECE-Reglement nr. 101 (9)

 

vi)

de punten 3.5.2.1 tot en met 3.5.2.3 komen als volgt te luiden:

3.5.2.1.   Brandstofverbruik (stadsverkeer): … l/100 km of m3/100 km of kg/100 km (10)

3.5.2.2.   Brandstofverbruik (verkeer buiten de stad) … l/100 km of m3/100 km or kg/100 km (10)

3.5.2.3.   Brandstofverbruik (verkeer buiten de stad):… l/100 km of m3/100 km of kg/100 km (10);

 

vii)

de volgende punten 3.5.3 tot en met 3.5.4.3 worden ingevoegd:

3.5.3   Elektriciteitsverbruik voor zuiver elektrische voertuigen … Wh/km

3.5.4.   Elektriciteitsverbruik voor extern oplaadbare hybride elektrische voertuigen

3.5.4.1.   Elektriciteitsverbruik (toestand A, gemengd) … Wh/km

3.5.4.2.   Elektriciteitsverbruik (toestand B, gemengd) … Wh/km

3.5.4.3.   Elektriciteitsverbruik (gewogen gecombineerd) … Wh/km”;

 

2.

bijlage III wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

punt 3.3 komt als volgt te luiden:

3.3.   De in punt 4.3.1.1 genoemde uitlaatgassen omvatten ook methaan, water en waterstof:

"…(HFID). Het toestel is geijkt op propaan, uitgedrukt in koolstofatoomequivalent (C1);

methaan (CH4):

hetzij een gaschromatograaf in combinatie met een vlamionisatiedetector (FID), hetzij een vlamionisatiedetector (FID) met een niet-methaancutter, geijkt op methaangas, uitgedrukt in koolstofatoomequivalent (C1);

water (H2O):

Voor de analyse wordt een niet-dispersieve analysator met absorptie in het infraroodgebied (NDIR) gebruikt. De NDIR is geijkt op waterdamp of propyleen (C3H6). Als de NDIR op waterdamp is geijkt, wordt ervoor gezorgd dat er tijdens het ijken geen watercondensatie kan optreden in leidingen en verbindingen. Als de NDIR op propyleen is geijkt, verstrekt de fabrikant van de analysator de benodigde informatie om de propyleenconcentratie te kunnen converteren naar de bijbehorende waterdampconcentratie. De conversiewaarden worden periodiek door de fabrikant van de analysator gecontroleerd, en ten minste een keer per jaar.

Waterstof (H2):

Voor de analyse wordt een op waterstof geijkte sectorveld-massaspectrometrische analysator gebruikt.

stikstofoxiden (NOx)…"";

 

b)

het volgende punt 3.3a wordt ingevoegd:

3.3a.   De in punt 4.5.1 genoemde zuivere gassen omvatten ook methaan:

"…propaan: (minimumzuiverheid van 99,5%).

propyleen: (minimumzuiverheid van 99,5%)."";

 

c)

aan punt 3.4 wordt de volgende tekst toegevoegd:

"Voor H2NG Formula g/l

Waarin A de hoeveelheid aardgas/biomethaan in het H2NG-mengsel weergeeft, uitgedrukt in vol.-%";

 

d)

punt 3.8 komt als volgt te luiden:

3.8.   Bijlage 4, aanhangsel 8, punt 1.3, tweede alinea, wordt gelezen als:

"… De verdunningsfactor wordt als volgt berekend:

 
 

Voor elke referentiebrandstof, met uitzondering van waterstof:

Formula

 
 

Voor een brandstof met samenstelling CxHyOz is de algemene formule:

Formula

 
 

In het specifieke geval van H2NG is de formule:

Formula

 
 

Voor waterstof wordt de verdunningsfactor als volgt berekend:

Formula

 
 

Voor de referentiebrandstoffen in bijlage IX zijn de waarden van "X" als volgt:

 

Brandstof

X

Benzine (E5)

13,4

Diesel (B5)

13,5

Lpg

11,9

Aardgas/bio-methaan

9,5

Ethanol (E75)

12,7

Ethanol (E85)

12,5

Waterstof

35,03

Waarin:

 

CCO2

=

CO2-concentratie in de verdunde uitlaatgassen die zich in de bemonsteringszak bevinden, uitgedrukt in vol.-%;

CHC

=

HC-concentratie in de verdunde uitlaatgassen die zich in de bemonsteringszak bevinden, uitgedrukt in ppm koolstofequivalent;

CCO

=

CO-concentratie in de verdunde uitlaatgassen die zich in de bemonsteringszak bevinden, uitgedrukt in ppm;

CH20

=

H2O-concentratie in de verdunde uitlaatgassen die zich in de bemonsteringszak bevinden, uitgedrukt in vol.-%;

CH2O-DA

=

H2O-concentratie in de verdunningslucht, uitgedrukt in vol.-%;

CH2

=

waterstofconcentratie in de verdunde uitlaatgassen die zich in de bemonsteringszak bevinden, uitgedrukt in ppm;

A

=

hoeveelheid aardgas/biomethaan in het H2NG-mengsel, uitgedrukt in vol.-%";"

 

3.

aan bijlage IV, aanhangsel 1, punt 2.2, eerste alinea, wordt de volgende tekst toegevoegd:

 

"—

voor H2NG:

Formula

Waarin A de hoeveelheid aardgas/biomethaan in het H2NG-mengsel weergeeft, uitgedrukt in vol.-%.";

 

4.

aan bijlage IX, deel A, punt 1, wordt het volgende toegevoegd:

"Type: waterstof voor verbrandingsmotoren

 

Eigenschappen

Eenheden

Grenswaarden

Testmethode

Minimum

Maximum

Zuiverheid waterstof

mol %

98

100

ISO 14687-1

Totaal aan koolwaterstoffen

μmol/mol

0

100

ISO 14687-1

Water (11)

μmol/mol

0

 (12)

ISO 14687-1

Zuurstof

μmol/mol

0

 (12)

ISO 14687-1

Argon

μmol/mol

0

 (12)

ISO 14687-1

Stikstof

μmol/mol

0

 (12)

ISO 14687-1

CO

μmol/mol

0

1

ISO 14687-1

Zwavel

μmol/mol

0

2

ISO 14687-1

Permanente deeltjes (13)

     

ISO 14687-1

Type: waterstof voor brandstofcelvoertuigen

 

Eigenschappen

Eenheden

Grenswaarden

Testmethode

Minimum

Maximum

Waterstof als brandstof (14)

mol %

99,99

100

ISO 14687-2

Totaal aan gassen (15)

μmol/mol

0

100

 

Totaal aan koolwaterstoffen

μmol/mol

0

2

ISO 14687-2

Water

μmol/mol

0

5

ISO 14687-2

Zuurstof

μmol/mol

0

5

ISO 14687-2

Helium (He), stikstof (N2), argon (Ar)

μmol/mol

0

100

ISO 14687-2

CO2

μmol/mol

0

2

ISO 14687-2

CO

μmol/mol

0

0,2

ISO 14687-2

Totaal aan zwavelverbindingen

μmol/mol

0

0,004

ISO 14687-2

Formaldehyde (HCHO)

μmol/mol

0

0,01

ISO 14687-2

Mierenzuur (HCOOH)

μmol/mol

0

0,2

ISO 14687-2

Ammoniak (NH3)

μmol/mol

0

0,1

ISO 14687-2

Totaal aan gehalogeneerde verbindingen

μmol/mol

0

0,05

ISO 14687-2

Deeltjesgrootte

μm

0

10

ISO 14687-2

Deeltjesconcentratie

μg/l

0

1

ISO 14687-2

Type: H2NG

De brandstoffen waterstof en aardgas/biomethaan die samen een H2NG-mengsel vormen, moeten elk afzonderlijk aan de desbetreffende, in deze bijlage vermelde, kenmerken voldoen.";

 

5.

bijlage XII wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

de titel komt als volgt te luiden:

"BEPALING VAN DE CO2-EMISSIES EN HET BRANDSTOFVERBRUIK, ELEKTRICITEITSVERBRUIK EN ELEKTRISCH BEREIK";

 

b)

de inleiding komt als volgt te luiden:

"In deze bijlage worden de voorschriften voor het meten van de CO2-emissies en het brandstofverbruik, elektriciteitsverbruik en elektrisch bereik beschreven.";

 

c)

punt 3.1 komt als volgt te luiden:

3.1.   De technische voorschriften en specificaties voor het meten van de CO2-emissies en brandstofverbruik, elektriciteitsverbruik en elektrisch bereik zijn die van de bijlagen 6 tot en met 10 bij VN/ECE-Reglement nr. 101, met onderstaande uitzonderingen.";

 

d)

de eerste zin van punt 1.4.3 komt als volgt te luiden:

1.4.3   Het brandstofverbruik, uitgedrukt in liters per 100 km (voor benzine, lpg, ethanol (E85) en diesel), in m3 per 100 km (voor aardgas/biomethaan en H2NG), of in kg per 100 km (voor waterstof) wordt berekend aan de hand van de volgende formules:";

 

e)

de volgende punten f) en g) worden toegevoegd:

 

"f)

voor voertuigen met een elektrischeontstekingsmotor op H2NG:

Formula

 

g)

voor voertuigen op gasvormige waterstof:

Formula

Na voorafgaande overeenstemming met de typegoedkeuringsinstantie mag de fabrikant voor voertuigen op gasvormige of vloeibare waterstof als alternatief voor de bovengenoemde methode ofwel de formule

FC = 0,1 · (0,1119 · H 2 O + H 2)

ofwel een methode die overeenstemt met standaardprotocollen zoals SAE J2572 gebruiken.";

 

f)

de tweede alinea komt als volgt te luiden:

"In deze formules is:

FC= het brandstofverbruik in liters per 100 km (voor benzine, ethanol, lpg, diesel of biodiesel), in m3 per 100 km (voor aardgas en H2NG) of in kg per 100 km (voor waterstof);

HC= de gemeten emissie van koolwaterstoffen in g/km;

CO= de gemeten emissie van koolmonoxide in g/km;

CO2= de gemeten emissie van kooldioxide in g/km;

H2O= de gemeten emissie van H2O in g/km;

H2= de gemeten emissie van H2 in g/km;

A= hoeveelheid aardgas/biomethaan in het H2NG-mengsel, uitgedrukt in vol.-%;

D= de dichtheid van de testbrandstof.

Voor gasvormige brandstoffen is D de dichtheid bij 15 °C;

d= de theoretisch door een volgens de test van type 1 getest voertuig afgelegde afstand in km;

p1 = druk in de tank voor gasvormige brandstof vóór de bedrijfscyclus, in Pa;

p2 = druk in de tank voor gasvormige brandstof na de bedrijfscyclus, in Pa;

T1 = temperatuur in de tank voor gasvormige brandstof vóór de bedrijfscyclus, in K;

T2 = temperatuur in de tank voor gasvormige brandstof na de bedrijfscyclus, in K;

Z1 = samendrukbaarheidsfactor van de gasvormige brandstof bij p1 en T1 ;

Z2 = samendrukbaarheidsfactor van de gasvormige brandstof bij p2 en T2 ;

V= binnenvolume van de tank voor gasvormige brandstof in m3.

Voor de samendrukbaarheidsfactor wordt van de volgende tabel uitgegaan

 

T(k)

p(bar)\

33

53

73

93

113

133

153

173

193

213

233

248

263

278

293

308

323

338

353

5

0,8589

0,9651

0,9888

0,9970

1,0004

1,0019

1,0026

1,0029

1,0030

1,0028

1,0035

1,0034

1,0033

1,0032

1,0031

1,0030

1,0029

1,0028

1,0027

100

1,0508

0,9221

0,9911

1,0422

1,0659

1,0757

1,0788

1,0785

1,0765

1,0705

1,0712

1,0687

1,0663

1,0640

1,0617

1,0595

1,0574

1,0554

1,0535

200

1,8854

1,4158

1,2779

1,2334

1,2131

1,1990

1,1868

1,1757

1,1653

1,1468

1,1475

1,1413

1,1355

1,1300

1,1249

1,1201

1,1156

1,1113

1,1073

300

2,6477

1,8906

1,6038

1,4696

1,3951

1,3471

1,3123

1,2851

1,2628

1,2276

1,2282

1,2173

1,2073

1,1982

1,1897

1,1819

1,1747

1,1680

1,1617

400

3,3652

2,3384

1,9225

1,7107

1,5860

1,5039

1,4453

1,4006

1,3651

1,3111

1,3118

1,2956

1,2811

1,2679

1,2558

1,2448

1,2347

1,2253

1,2166

500

4,0509

2,7646

2,2292

1,9472

1,7764

1,6623

1,5804

1,5183

1,4693

1,3962

1,3968

1,3752

1,3559

1,3385

1,3227

1,3083

1,2952

1,2830

1,2718

600

4,7119

3,1739

2,5247

2,1771

1,9633

1,8190

1,7150

1,6361

1,5739

1,4817

1,4823

1,4552

1,4311

1,4094

1,3899

1,3721

1,3559

1,3410

1,3272

700

5,3519

3,5697

2,8104

2,4003

2,1458

1,9730

1,8479

1,7528

1,6779

1,5669

1,5675

1,5350

1,5062

1,4803

1,4570

1,4358

1,4165

1,3988

1,3826

800

5,9730

3,9541

3,0877

2,6172

2,3239

2,1238

1,9785

1,8679

1,7807

1,6515

1,6521

1,6143

1,5808

1,5508

1,5237

1,4992

1,4769

1,4565

1,4377

900

6,5759

4,3287

3,3577

2,8286

2,4978

2,2714

2,1067

1,9811

1,8820

1,7352

1,7358

1,6929

1,6548

1,6207

1,5900

1,5623

1,5370

1,5138

1,4926

Indien de benodigde waarden voor p en T niet in de tabel zijn aangegeven, wordt de samendrukbaarheidsfactor verkregen door middel van lineaire interpolatie tussen de in de tabel aangegeven samendrukbaarheidsfactoren, waarbij de factoren worden gekozen die de gezochte waarde het dichtst benaderen.".

 

  • (1) 
    Wanneer een bifuelvoertuig met een flexfuelvoertuig wordt gecombineerd, zijn beide testvoorschriften van toepassing.
  • (2) 
    Deze bepaling is tijdelijk, andere voorschriften voor biodiesel zullen later worden voorgesteld.
  • (3) 
    Test alleen op benzine vóór de data in artikel 10, lid 6, van Verordening (EG) nr. 715/2007. Na deze data wordt de test met beide brandstoffen uitgevoerd. Voor de test wordt de in bijlage IX, deel B, gespecificeerde referentiebrandstof E75 gebruikt.
  • (4) 
    Als het voertuig op waterstof loopt worden alleen NOx-emissies bepaald.";
  • (5) 
    Doorhalen wat niet van toepassing is (soms hoeft niets te worden doorgehaald als meerdere antwoorden mogelijk zijn).
  • (6) 
    Voertuigen die zowel op benzine als op gasvormige brandstof kunnen rijden, maar waarbij het benzinesysteem alleen is aangebracht voor noodsituaties of voor het starten en waarvan de benzinetank niet meer dan 15 liter benzine kan bevatten, worden voor de test beschouwd als voertuigen die alleen op gasvormige brandstof kunnen rijden.";
  • (7) 
    Doorhalen wat niet van toepassing is (soms hoeft niets te worden doorgehaald als meerdere antwoorden mogelijk zijn).
  • Doorhalen wat niet van toepassing is (soms hoeft niets te worden doorgehaald als meerdere antwoorden mogelijk zijn)."
  • Geen gecondenseerd water.
  • Water, zuurstof, stikstof en argon gecombineerd: 1 900 μmol/mol.
  • De waterstof mag geen stof, zand, vuil, gom, olie of andere stoffen bevatten in hoeveelheden waarin deze de vulinrichting van het voertuig (de motor) kunnen beschadigen.
  • De brandstofindex van waterstof wordt bepaald door het in de tabel vermelde totale gehalte aan gasvormige bestanddelen anders dan waterstof (Totaal aan gassen), uitgedrukt in mol %, van 100 mol % af te trekken. Hij bedraagt minder dan de som van de maximaal toelaatbare grenswaarden van alle bestanddelen anders dan waterstof die in de tabel zijn vermeld.
  • De waarde van het totaal aan gassen is de som van de waarden van de bestanddelen anders dan waterstof die in de tabel zijn vermeld, met uitzondering van de deeltjes.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.