Richtlijn 2010/66 - Wijziging van Richtlijn 2008/9/EG tot vaststelling van nadere voorschriften voor de in Richtlijn 2006/112/EG vastgestelde teruggaaf van de btw aan belastingplichtigen die niet in de lidstaat van teruggaaf maar in een andere lidstaat gevestigd zijn - Hoofdinhoud
20.10.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 275/1 |
RICHTLIJN 2010/66/EU VAN DE RAAD
van 14 oktober 2010
houdende wijziging van Richtlijn 2008/9/EG tot vaststelling van nadere voorschriften voor de in Richtlijn 2006/112/EG vastgestelde teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan belastingplichtigen die niet in de lidstaat van teruggaaf maar in een andere lidstaat gevestigd zijn
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 113,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van het Europees Parlement (1),
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),
Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Richtlijn 2008/9/EG van de Raad van 12 februari 2008 tot vaststelling van nadere voorschriften voor de in Richtlijn 2006/112/EG vastgestelde teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde (btw) aan belastingplichtigen die niet in de lidstaat van teruggaaf maar in een andere lidstaat gevestigd zijn (3), is van toepassing op verzoeken om teruggaaf die na 31 december 2009 worden ingediend. |
(2) |
Om Richtlijn 2008/9/EG te kunnen toepassen, moeten de lidstaten elektronische portalen ontwikkelen waarlangs belastingplichtigen die in een lidstaat gevestigd zijn, kunnen verzoeken om teruggaaf van btw die zij hebben betaald in een lidstaat waar zij niet gevestigd zijn. Die elektronische portalen dienden in gebruik te zijn met ingang van 1 januari 2010. |
(3) |
Een aantal ernstige vertragingen en verscheidene technische problemen hebben de ontwikkeling en de werking van de elektronische portalen in een beperkt aantal lidstaten gehinderd, waardoor een aantal verzoeken niet tijdig kon worden ingediend. Volgens Richtlijn 2008/9/EG moet een teruggaafverzoek uiterlijk op 30 september van het kalenderjaar volgend op het teruggaaftijdvak bij de lidstaat van vestiging worden ingediend. Gelet op deze termijn en de onbeschikbaarheid van sommige elektronische portalen bestaat het risico dat een aantal belastingplichtigen hun recht op aftrek van btw op kosten uit 2009 niet kunnen uitoefenen. Daarom dient de termijn voor verzoeken betreffende teruggaaftijdvakken in 2009 bij wijze van uitzondering te worden verlengd tot 31 maart 2011. |
(4) |
Overeenkomstig punt 34 van Interinstitutioneel Akkoord „Beter wetgeven” (4) worden de lidstaten ertoe aangespoord voor zichzelf en in het belang van de Unie hun eigen tabellen op te stellen, die voor zover mogelijk het verband weergeven tussen deze richtlijn en de omzettingsmaatregelen, en deze openbaar te maken. |
(5) |
Teneinde te voorkomen dat belastingplichtigen zich moeten houden aan de termijn van 30 september 2010 voor verzoeken betreffende teruggaaftijdvakken in 2009, dient deze richtlijn in werking te treden met ingang van 1 oktober 2010. |
(6) |
Richtlijn 2008/9/EG moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
Aan artikel 15, lid 1, van Richtlijn 2008/9/EG wordt de volgende alinea toegevoegd:
„Teruggaafverzoeken betreffende teruggaaftijdvakken in 2009 moeten uiterlijk op 31 maart 2011 bij de lidstaat van vestiging worden ingediend.”.
Artikel 2
-
1.De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 1 oktober 2010 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Wanneer de lidstaten die bepalingen vaststellen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.
-
2.De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 3
Deze richtlijn treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 oktober 2010.
Artikel 4
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
Gedaan te Luxemburg, 14 oktober 2010.
Voor de Raad
De voorzitster
-
J.SCHAUVLIEGE
-
Advies van 22 september 2010 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
-
Advies van 15 september 2010 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.