Verordening 1980/2213 - Sluiting van de Overeenkomst tussen de Regering van Guinee-Bissau en de EEG betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede van de twee briefwisselingen ter zake

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31980R2213

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31980R2213

Verordening (EEG) nr. 2213/80 van de Raad van 27 juni 1980 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede van de twee briefwisselingen ter zake

Publicatieblad Nr. L 226 van 29/08/1980 blz. 0033 - 0033

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 11 Deel 9 blz. 0190

Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 11 Deel 21 blz. 0143

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 11 Deel 9 blz. 0190

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 04 Deel 1 blz. 0132

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 04 Deel 1 blz. 0132

VERORDENING (EEG) Nr. 2213/80 VAN DE RAAD van 27 juni 1980 betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede van de twee briefwisselingen ter zake

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europese Parlement (1),

Overwegende dat het in het belang van de Gemeenschap is over te gaan tot goedkeuring van de op 27 februari 1980 te Brussel ondertekende Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Republiek Guinee-Bissau inzake de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede van de twee briefwisselingen ter zake;

Overwegende dat door de sluiting van deze Overeenkomst Besluit 80/255/EEG van de Raad van 26 februari 1980 betreffende de sluiting van de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling houdende voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede van de twee briefwisselingen ter zake (2) zonder voorwerp geraakt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, alsmede de twee briefwisselingen ter zake worden namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De in de eerste alinea bedoelde teksten zijn aan deze verordening gehecht.

Artikel 2

De Voorzitter van de Raad verricht de kennisgeving bedoeld in artikel 18 van de Overeenkomst (3).

Artikel 3

Besluit 80/255/EEG wordt ingetrokken.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 27 juni 1980.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • A. 
    SARTI
  • (1) 
    PB nr. C 85 van 8. 4. 1980, blz. 103.(2) PB nr. L 58 van 1. 3. 1980, blz. 73.(3) De datum van inwerkingtreding van de Overeenkomst zal door het Secretariaat-generaal van de Raad in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen worden bekendgemaakt.

OVEREENKOMST tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap inzake de visserij voor de kust van Guinee-Bissau

DE REGERING VAN DE REPUBLIEK GUINEE-BISSAU EN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP, hierna te noemen "de Gemeenschap",

VERWIJZENDE naar de nauwe betrekkingen tussen de Gemeenschap en de Republiek Guinee-Bissau,

IN DE GEEST van samenwerking belichaamd in de Overeenkomst van Lomé, die het symbool is van het gemeenschappelijk streven van partijen naar nauwere vriendschapsbetrekkingen tussen de Staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan enerzijds en de Gemeenschap anderzijds,

OVERWEGENDE dat een rationeel beheer, de instandhouding en de optimale benutting van de visbestanden, met name in het Centraal-oostelijk deel van de Atlantische Oceaan, in hun gemeenschappelijk belang is,

OVERWEGENDE dat de Republiek Guinee-Bissau wat de zeevisserij betreft, haar soevereiniteit of jurisdictie uitoefent in de wateren tot 200 zeemijl vanaf de kust,

REKENING HOUDENDE met het feit dat in deze zone regelmatig wordt gevist door vaartuigen die de vlag van een Lid-Staat van de Gemeenschap voeren,

MET INACHTNEMING van de werkzaamheden van de derde conferentie van de Verenigde Naties inzake het zeerecht,

BEVESTIGENDE dat de kuststaten de beginselen van het internationale recht in acht moeten nemen wanneer zij in de gebieden waar de levende rijkdommen onder hun jurisdictie vallen, hun soevereine rechten inzake onderzoek, exploitatie, instandhouding en beheer van deze rijkdommen uitoefenen,

VASTBESLOTEN betrekkingen te onderhouden die gestoeld zijn op wederzijds vertrouwen en eerbiediging van elkaars belangen op het gebied van de zeevisserij,

VERLANGENDE de bepalingen en de voorwaarden vast te stellen die zullen gelden ten aanzien van de visserij die voor beide partijen van belang is,

ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

Deze Overeenkomst heeft ten doel de beginselen en de regels vast te stellen die zullen gelden voor de uitoefening van de visserij door vaartuigen die de vlag van een Lid-Staat van de Gemeenschap voeren, hierna te noemen "vaartuigen van de Gemeenschap", in de wateren die, voor wat de visserij betreft, vallen onder de jurisdictie van de Republiek Guinee-Bissau, hierna te noemen "visserijzone van Guinee-Bissau".

Artikel 2

De Regering van de Republiek Guinee-Bissau verbindt zich ertoe vaartuigen van de Gemeenschap toestemming te verlenen om in de visserijzone van Guinee-Bissau de visserij uit te oefenen overeenkomstig de bepalingen van deze Overeenkomst, met name die van de bijlage.

Artikel 3

  • 1. 
    De Gemeenschap verbindt zich ertoe alle nodige maatregelen te nemen om te waarborgen dat haar vaartuigen zich houden aan de bepalingen van deze Overeenkomst en aan de regelingen inzake de uitoefening van de visserij in de visserijzone van Guinee-Bissau.
  • 2. 
    De autoriteiten van Guinee-Bissau delen de Commissie van de Europese Gemeenschappen van tevoren elke wijziging van genoemde regelingen mede.

Artikel 4

  • 1. 
    Vaartuigen uit de Gemeenschap mogen uitsluitend in de visserijzone van Guinee-Bissau vissen indien daarvoor op verzoek van de Gemeenschap door de autoriteiten van Guinee-Bissau een vergunning is afgegeven.
  • 2. 
    De autoriteiten van Guinee-Bissau geven de vergunningen af tot de voor elke categorie vaartuigen toegestane maximumtonnage, die is vastgesteld in het in artikel 9 bedoelde Protocol.
  • 3. 
    De vergunningen zijn geldig vanaf de datum van afgifte tot en met 31 december van het jaar waarin zij zijn afgegeven, of wel voor periodes van zes maanden vanaf 1 januari tot en met 30 juni of vanaf 1 juli tot en met 31 december van elk jaar.
  • 4. 
    De vergunningen worden afgegeven voor een bepaald vaartuig en kunnen niet worden overgedragen.
  • 5. 
    Wanneer een vaartuig waarvoor een vergunning is afgegeven, deze door overmacht niet kan gebruiken, kan de vergunning op verzoek van de Gemeenschap worden vervangen door een nieuwe vergunning voor een vaartuig van dezelfde categorie.

Artikel 5

  • 1. 
    De vergunningen worden door de autoriteiten van de Republiek Guinee-Bissau afgegeven tegen betaling van een recht door de betrokken reder.
  • 2. 
    De bedragen van dit recht zijn voor elke categorie vaartuigen vermeld in de bijlage, sub A 1. De rechten worden in eenmaal betaald vóór de afgifte van de vergunningen; voor rechten die overeenkomstig de in de bijlage, sub A 2, bepaalde voorwaarden worden berekend op grondslag van de in de visserijzone van Guinee-Bissau gevangen hoeveelheden, wordt echter een globaal forfaitair voorschot betaald, dat vergezeld dient te gaan van een bankgarantie die de eventuele bijbetaling dekt tot het definitieve bedrag van het recht dat aan het einde van elk visseizoen moet worden vereffend.
  • 3. 
    Het recht wordt bepaald naar evenredigheid van de geldigheidsduur van de vergunning.

Artikel 6

De partijen verbinden zich ertoe hetzij rechtstreeks, hetzij in het kader van de internationale organisaties, overleg te plegen om het beheer en de instandhouding van de levende rijkdommen van de zee, met name in het Centraal-oostelijk deel van de Atlantische Oceaan te waarborgen en om daartoe strekkend wetenschappelijk onderzoek te vergemakkelijken.

Artikel 7

De vaartuigen waaraan in het kader van deze Overeenkomst vergunning wordt verleend tot uitoefening van de visserij in de visserijzone van Guinee-Bissau moeten hun vangsten bij de bevoegde diensten van Guinee-Bissau aangeven overeenkomstig het bepaalde in de bijlage, sub B.

Artikel 8

De vaartuigen waaraan uit hoofde van deze Overeenkomst vergunning wordt verleend tot uitoefening van de visserij in de visserijzone van Guinee-Bissau kunnen verplicht worden een gedeelte van de door hen in deze zone gedane vangst in havens van Guinee-Bissau aan te voeren.

De aan te voeren hoeveelheden en de voorwaarden waaronder dit dient te gebeuren worden vastgesteld door de in artikel 11 bedoelde gemengde commissie.

Artikel 9

Als tegenprestatie voor de in het kader van deze Overeenkomst toegestane vangsten verleent de Gemeenschap de Republiek Guinee-Bissau een financiële compensatie die is vastgesteld in een Protocol bij deze Overeenkomst.

Deze financiële compensatie, die geen afbreuk doet aan de financiering ten gunste van de Republiek Guinee-Bissau in het kader van de Overeenkomst van Lomé, zal volgens een in genoemd Protocol vastgestelde speciale procedure beschikbaar worden gesteld.

De financiële compensatie zal worden gebruikt voor de financiering van projecten met betrekking tot de zeevisserij en de zoetwatervisserij.

Artikel 10

De partijen komen overeen bij geschillen over de uitlegging of de toepassing van deze Overeenkomst overleg te plegen.

Artikel 11

Er wordt een gemengde commissie opgericht die moet toezien op de juiste toepassing van deze Overeenkomst.

Deze commissie komt eenmaal per jaar bijeen, afwisselend in Guinee-Bissau en in de Gemeenschap en kan op verzoek van een van de partijen in buitengewone zitting worden bijeengeroepen.

De gemengde commissie komt met name bijeen na de vaststelling van een nieuwe wetgeving inzake de visserij in de wateren van Guinee-Bissau om na te gaan in hoeverre de bijlage dient te worden gewijzigd.

Artikel 12

Indien de autoriteiten van Guinee-Bissau als gevolg van een onvoorziene ontwikkeling van de visbestanden besluiten nieuwe instandhoudingsmaatregelen te nemen, die naar de mening van de Gemeenschap de vangstmogelijkheden van de vaartuigen van de Gemeenschap in aanzienlijke mate aantasten, moet tussen partijen overleg worden gepleegd met het oog op de aanpassing van het in artikel 9 bedoelde Protocol en van de bijlage.

Bij dit overleg zal worden uitgegaan van het principe dat elke eventuele verlaging van de bij dit Protocol toegestane vangsten gecompenseerd zal worden door visrechten van gelijke waarde met inachtneming van de financiële compensatie die reeds door de Gemeenschap is uitgekeerd.

Artikel 13

Geen enkele bepaling van deze Overeenkomst is van invloed of loopt vooruit op de standpunten van partijen met betrekking tot vraagstukken inzake het zeerecht.

Artikel 14

Deze Overeenkomst is van toepassing op de gebieden waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap onder de in dat Verdrag gestelde voorwaarden geldt enerzijds, en op het grondgebied van de Republiek Guinee-Bissau, anderzijds.

Artikel 15

Partijen komen overeen deze Overeenkomst te onderzoeken na afloop van de onderhandelingen over een multilateraal verdrag, die worden gevoerd in het kader van de Derde Conferentie van de Verenigde Naties inzake het zeerecht.

Artikel 16

De bijlage en het Protocol vormen een integrerend deel van deze Overeenkomst en behoudens andersluidende bepalingen vormt een verwijzing naar deze Overeenkomst tevens een verwijzing naar de bijlage en het Protocol.

Artikel 17

Deze Overeenkomst wordt gesloten voor een eerste periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding. Indien de Overeenkomst niet door een van de partijen wordt beëindigd door middel van een kennisgeving gegeven zes maanden voor de dag van het verstrijken van deze periode van twee jaar, wordt hij telkens verlengd met een periode van een jaar tenzij ten minste drie maanden voor het verstrijken van elke periode van een jaar kennisgeving van opzegging wordt gegeven.

In dat geval worden tussen partijen onderhandelingen gevoerd om in gemeenschappelijk overleg te bepalen welke wijzigingen of aanvullingen in de bijlage of in het Protocol moeten worden opgenomen.

Artikel 18

Deze Overeenkomst treedt in werking op de dag waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de daartoe vereiste procedures zijn voltooid.

BIJLAGE

VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ IN DE VISSERIJZONE VAN GUINEE-BISSAU VOOR VAARTUIGEN DIE DE VLAG VAN EEN LID-STAAT VAN DE GEMEENSCHAP VOEREN

  • A. 
    Formaliteiten in verband met de aanvraag en de afgifte van de vergunningen

De vergunningen tot uitoefening van de visserij in de visserijzone van Guinee-Bissau voor vaartuigen die de vlag van een Lid-Staat van de Gemeenschap voeren, worden aangevraagd en afgegeven volgens de onderstaande procedures:

  • 1. 
    De bevoegde autoriteiten van de Gemeenschap dienen, door bemiddeling van de delegatie van de Commissie in Guinee-Bissau, bij het staatssecretariaat voor de visserij van de Republiek Guinee-Bissau een aanvraag in voor elk vaartuig waarmee men in het kader van de Overeenkomst de visserij wenst uit te oefenen.

De aanvragen worden ingediend op de daartoe door de Regering van de Republiek Guinee-Bissau verstrekte formulieren waarvan een model is bijgevoegd sub A.1.

Het te betalen recht wordt vastgesteld op de volgende grondslag:

  • a) 
    trawlers voor de demersale visserij: 420 FF/BRT per jaar,
  • b) 
    vriesschepen voor de tonijnvisserij: 0,04 FF/kg gevangen vis.
  • 2. 
    De aanvragen om vergunningen voor vaartuigen voor de tonijnvisserij dienen vergezeld te gaan van het bewijs van betaling van een forfaitair bedrag dat overeenkomt met een vangst van 1 000 ton tonijn voor de gehele vloot en van een bankgarantie voor het aanvullende bedrag dat aan het einde van het visseizoen moet worden betaald indien meer dan de vorengenoemde hoeveelheid wordt gevangen.

Wanneer vis wordt aangevoerd overeenkomstig artikel 8 van de Overeenkomst, worden door de gemengde commissie lagere rechten vastgesteld.

  • 3. 
    De bevoegde autoriteiten van Guinee-Bissau onderzoeken elke aanvraag om zich ervan te vergewissen dat deze in overeenstemming is met de bepalingen van de Overeenkomst, alsmede met de wetgeving van Guinee-Bissau en bepalen de omvang van het te betalen recht aan de hand van de daartoe vastgestelde grondslag.

De bevoegde autoriteiten van Guinee-Bissau delen de autoriteiten van de Gemeenschap de beslissingen mede die zij in dit verband hebben genomen.

  • 4. 
    De na betaling van het recht afgegeven vergunningen gelden voor een bepaald vaartuig en kunnen niet worden overgedragen.
  • 5. 
    Indien zich bij het onderzoek van de aanvragen of de afgifte van de vergunningen moeilijkheden voordoen of indien aanvullende gegevens nodig zijn, wordt overleg gepleegd tussen de vertegenwoordigers van de overeenkomstsluitende partijen, met name via het staatssecretariaat voor de visserij en de delegatie van de Commissie van de Europese Gemeenschappen in Guinee-Bissau.
  • B. 
    Vangstaangiften
  • 1. 
    Alle vaartuigen waaraan in het kader van de Overeenkomst vergunning is verleend tot de uitoefening van de visserij in de wateren van Guinee-Bissau, zijn verplicht het staatssecretariaat voor de visserij een overeenkomstig het sub B.1. bijgevoegde model opgemaakte vangstaangifte te doen toekomen.

Deze vangstaangiften hebben telkens betrekking op een maand en moeten ten minste eenmaal per kwartaal worden ingediend.

Bij niet-naleving van deze bepaling behoudt de Regering van Guinee-Bissau zich het recht voor de vergunning van het betrokken vaartuig te schorsen totdat de formaliteit wordt vervuld.

  • 2. 
    De vaartuigen van de Gemeenschap die in de visserijzone van Guinee-Bissau vissen dienen de ambtenaren van Guinee-Bissau die belast zijn met het toezicht en de controle op de naleving van de bepalingen van de Overeenkomst, toe te staan aan boord te komen en hun taak te vervullen en hun het aan boord komen en de uitvoering van hun taak te vergemakkelijken.
  • C. 
    Studiebeurzen

Beide partijen zijn de mening toegedaan dat verbetering van de kennis en bekwaamheid van het personeel van de diensten voor de zeevisserij essentieel is voor een vruchtbare samenwerking. Daarom zal de Gemeenschap het nodige doem om de toelating van onderdanen van Guinee-Bissau tot instituten in de Lid-Staten te vergemakkelijken en zal zij beurzen beschikbaar stellen voor studies en opleiding in de verschillende takken van wetenschap, techniek en economie die betrekking hebben op de visserij.

REPUBLIEK GUINEE-BISSAU

STAATSSECRETARIAAT VOOR DE VISSERIJ

AANVRAAG VOOR EEN VISVERGUNNING (1)

  • 1. 
    Geldigheidsduur: van ... tot ...
  • 2. 
    Naam van het vaartuig: ...
  • 3. 
    Naam van de reder: ...
  • 4. 
    Registratiehaven en-nummer: ...
  • 5. 
    Visserijmethode: ...
  • 6. 
    Toegestane maaswijdte: ...
  • 7. 
    Lengte van het vaartuig: ...
  • 8. 
    Breedte: ...
  • 9. 
    Brutotonnage: ...
  • 10. 
    Inhoud van de ruimen: ...
  • 11. 
    Motorvermogen: ...
  • 12. 
    Bouwtype: ...
  • 13. 
    Gebruikelijk aantal bemanningsleden: ...
  • 14. 
    Radio-elektrische apparatuur: ...
  • 15. 
    Naam van de kapitein: ...

De bovenstaande gegevens worden verstrekt onder de volledige verantwoordelijkheid van de reder of van zijn vertegenwoordiger.

Datum van de aanvraag: ...

STAATSSECRETARIAAT VOOR DE VISSERIJ

Naam van het vaartuig

Nationaliteit (vlag):

STATISTISCHE GEGEVENS BETREFFENDE DE VANGSTEN EN DE VISSERIJACTIVITEIT

Motorvermogen

Brutotonnage

Maand:

Jaar:

Visserijmethode

Aanvoerhaven:

"" ID="1">1/"> ID="1">2/"> ID="1">3/"> ID="1">4/"> ID="1">5/"> ID="1">6/"> ID="1">7/"> ID="1">8/"> ID="1">9/"> ID="1">10/"> ID="1">11/"> ID="1">12/"> ID="1">13/"> ID="1">14/"> ID="1">15/"> ID="1">16/"> ID="1">17/"> ID="1">18/"> ID="1">19/"> ID="1">20/"> ID="1">21/"> ID="1">22/"> ID="1">23/"> ID="1">24/"> ID="1">25/"> ID="1">26/"> ID="1">27/"> ID="1">28/"> ID="1">29/"> ID="1">30/"> ID="1">31/">

TOELICHTING INZAKE HET BIJHOUDEN VAN HET SCHEEPSJOURNAAL

De kapitein van het vaartuig is verantwoordelijk voor de elke maand aan het staatssecretariaat voor de visserij verstrekte gegevens. Hij vult het scheepsjournaal in in een geest van loyale samenwerking.

De volgende gegevens moeten worden vermeld:

  • 1. 
    Maand: Jaar:
  • 2. 
    Naam van het vaartuig:

Nationaliteit (vlag):

  • 3. 
    Motorvermogen in PK:

Brutotonnage (BRT):

  • 4. 
    Visserijmethode (gebruikt vistuig):

Aanvoerhaven:

De statistische tabel betreffende de vangsten en de visserijactiviteit is onderverdeeld in twee delen.

In het eerste gedeelte dienen gegevens betreffende de visserijactiviteit te worden verstrekt per dag (elke horizontale lijn komt overeen met de gegevens van een dag). Het eerste blad dient voor de eerste 15 dagen van de maand en het tweede blad voor de laatste 15 dagen.

De kapitein omschrijft de zone waar hij vist aan de hand van de geografische cooerdinaten (lengte en breedte). Hij vermeldt hoe vaak hij per dag het net heeft uitgezet. Hij vermeldt eveneens het totaal aantal visuren voor elke dag.

In het tweede gedeelte van het blad worden gegevens inzake de vangsten vermeld in kg of in ton. Men dient aan te geven of de gegevens zijn uitgedrukt in kg of in ton. De kapitein beschikt over zeven kolommen. Elke kolom komt overeen met een vissoort. Alleen de zes belangrijkste vissoorten dienen hier te worden vermeld. De kolom vóór de kolom met het totaal is bestemd voor alle andere vissoorten samen (totaal van deze vissoorten) en wordt betiteld met "overige".

Voor de vaartuigen die hun vangsten aanvoeren te Bissau, worden de maandformulieren elke maand, behoorlijk ingevuld, aan het staatssecretariaat voor de visserij teruggezonden. Voor de andere vaartuigen zullen de behoorlijk ingevulde maandbladen van het scheepsjournaal om de drie maanden aan het staatssecretariaat voor de visserij worden toegezonden.

  • (1) 
    De originele aanvraag wordt opgesteld in het Portugees en in het Frans.

PROTOCOL tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Republiek Guinee-Bissau

DE PARTIJEN BIJ DIT PROTOCOL,

Gezien de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Regering van de Republiek Guinee-Bissau inzake de visserij voor de kust van Guinee-Bissau, ondertekend op 27 februari 1980,

ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

De in artikel 4 van de genoemde Overeenkomst bedoelde maximumtonnage bedraagt voor de eerste twee jaren waarin deze Overeenkomst wordt toegepast voor:

  • 1. 
    trawlers voor de demersale visserij: 6 500 BRT,
  • 2. 
    vriesschepen voor de tonijnvisserij: 23 300 BRT.

Artikel 2

De in artikel 9 van de Overeenkomst bedoelde financiële compensatie wordt voor de eerste twee jaren waarin de Overeenkomst wordt toegepast, vastgesteld op 12 800 000 FF.

Artikel 3

  • 1. 
    De besteding van de in artikel 2 vastgestelde compensatie behoort uitsluitend tot de bevoegdheid van de Regering van Guinee-Bissau.
  • 2. 
    De Regering van Guinee-Bissau stelt de Gemeenschap in kennis van het programma voor de besteding van de compensatie.

Artikel 4

  • 1. 
    De compensatie wordt beschikbaar gesteld in twee gelijke jaarlijkse tranches.
  • 2. 
    De compensatie wordt overgemaakt op een bij een financiële instelling naar keuze van de Regering van Guinee-Bissau geopende rekening.

Artikel 5

Indien de Gemeenschap de in dit Protocol bedoelde betalingen niet verricht, wordt de Visserijovereenkomst geschorst.

Artikel 6

Dit Protocol treedt in werking op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de vereiste procedures zijn voltooid.

OVEREENKOMST in de vorm van briefwisselingen tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap betreffende de visserij voor de kust van Guinee-Bissau

Briefwisseling nr. 1 A. Brief van de Regering van de Republiek Guinee-Bissau Mijnheer de Voorzitter,

Onder verwijzing naar de heden ondertekende Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap heb ik de eer U in herinnering te brengen dat mijn Regering haar goedkeuring aan de ondertekening van deze Overeenkomst heeft gehecht in de veronderstelling dat de reders aan wie visvergunningen in het kader van deze Overeenkomst worden verleend zullen bijdragen tot de praktische beroepsopleiding van Guinese onderdanen onder de hierna bepaalde voorwaarden en binnen de volgende grenzen:

  • 1. 
    De trawlers die in het kader van de Overeenkomst mogen vissen in de wateren die onder de jurisdictie of de souvereiniteit van de Republiek Guinee-Bissau vallen, kunnen worden verplicht een aantal Guinese zeelieden aan boord te nemen tot een beloop van 25 % van het gedeelte van de bemanning dat bestaat uit ongeschoold personeel van de brug, van de machinekamer en de dekdienst (matrozen, scheepsjongens, oliemannen, kombuisjongens, etc ...).
  • 2. 
    De reders van de vriesschepen voor de tonijnvisserij die in het kader van de Overeenkomst in de sub 1 bedoelde wateren mogen vissen, verbinden zich ertoe Guinese onderdanen in dienst te nemen, hetzij aan boord van de vaartuigen voor tonijnvisserij, hetzij in passende betrekkingen aan de wal die door de autoriteiten van Guinee-Bissau moeten zijn goedgekeurd. Het aantal in deze paragraaf bedoelde betrekkingen zal globaal worden vastgesteld, afhankelijk van de omvang van de activiteit van de vaartuigen voor de tonijnvisserij in de visserijzone van Guinee-Bissau en de tewerkstelling van personeel met de nationaliteit van andere landen waarvan de visserijzones door deze vloot worden aangedaan.

Mijn Regering acht het wenselijk dat de bijdrage van de reders aan de beroepsopleiding van Guinese onderdanen wordt onderzocht door de in artikel 11 van de Overeenkomst bedoelde gemengde commissie.

Ik zou het op prijs stellen indien U mij de ontvangst van dit schrijven zoudt willen bevestigen.

Gelieve, Mijnheer de Voorzitter, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Voor de Regering van de Republiek Guinee-Bissau

  • B. 
    Brief van de Europese Economische Gemeenschap Mijnheer de Voorzitter,

Ik heb de eer U de ontvangst te bevestigen van Uw brief van heden welke als volgt luidt:

"Onder verwijzing naar de heden ondertekende Overeenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap heb ik de eer U in herinnering te brengen dat mijn Regering haar goedkeuring aan de ondertekening van deze Overeenkomst heeft gehecht in de veronderstelling dat de reders aan wie visvergunningen in het kader van deze Overeenkomst worden verleend zullen bijdragen tot de praktische beroepsopleiding van Guinese onderdanen onder de hierna bepaalde voorwaarden en binnen de volgende grenzen:

  • 1. 
    De trawlers die in het kader van de Overeenkomst mogen vissen in de wateren die onder de jurisdictie of de souvereiniteit van de Republiek Guinee-Bissau vallen, kunnen worden verplicht een aantal Guinese zeelieden aan boord te nemen tot een beloop van 25 % van het gedeelte van de bemanning dat bestaat uit ongeschoold personeel van de brug, van de machinekamer en de dekdienst (matrozen, scheepsjongens, oliemannen, kombuisjongens, etc ...).
  • 2. 
    De reders van de vriesschepen voor de tonijnvisserij die in het kader van de Overeenkomst in de sub 1 bedoelde wateren mogen vissen, verbinden zich ertoe Guinese onderdanen in dienst te nemen, hetzij aan boord van de vaartuigen voor tonijnvisserij, hetzij in passende betrekkingen aan de wal die door de autoriteiten van Guinee-Bissau moeten zijn goedgekeurd. Het aantal in deze paragraaf bedoelde betrekkingen zal globaal worden vastgesteld, afhankelijk van de omvang van de activiteit van de vaartuigen voor de tonijnvisserij in de visserijzone van Guinee-Bissau en de tewerkstelling van personeel met de nationaliteit van andere landen waarvan de visserijzones door deze vloot worden aangedaan.

Mijn Regering acht het wenselijk dat de bijdrage van de reders aan de beroepsopleiding van Guinese onderdanen wordt onderzocht door de in artikel 11 van de Overeenkomst bedoelde gemengde commissie.".

Ik heb de eer U mede te delen dat de Gemeenschap Uw brief zal publiceren om de inhoud ervan ter kennis van de betrokken reders te brengen.

Gelieve, Mijnheer de Voorzitter, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Namens de Raad van de Europese Gemeenschappen

Briefwisseling nr. 2 A. Brief van de Europese Economische Gemeenschap Mijnheer de Voorzitter,

Onder verwijzing naar de heden ondertekende Visserijovereenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid naar artikel 8 van deze Overeenkomst, moge ik U verzoeken de instemming van Uw Regering met de volgende, voor de toekomstige aanvoer van vis in Guinee-Bissau overeengekomen, voorwaarden te willen bevestigen.

De gemengde commissie zal op verzoek van de Regering van Guinee-Bissau bijeenkomen om de aan te voeren hoeveelheden vis en de voorwaarden voor deze aanvoer vast te stellen met inachtneming van de behoeften en de verwerkingscapaciteit van de in Guinee-Bissau gevestigde installaties, alsmede om de voorwaarden te bepalen voor de aanvoer door vaartuigen van andere nationaliteiten die in de visserijzone van Guinee-Bissau vissen.

Bovendien zal, indien wordt voorzien in de aanvoer van tonijn, het recht met de helft worden verminderd en zullen de aan de vissers geboden economische voorwaarden vergelijkbaar zijn met die welke voor dezelfde rederijen gelden voor de in Dakar aangevoerde hoeveelheden.

Gelieve, Mijnheer de Voorzitter, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Namens de Raad van de Europese Gemeenschappen

  • B. 
    Brief van de Regering van de Republiek Guinee-Bissau Mijnheer de Voorzitter,

Ik heb de eer U de ontvangst te bevestigen van Uw brief van heden welke als volgt luidt:

"Onder verwijzing naar de heden ondertekende Visserijovereenkomst tussen de Regering van de Republiek Guinee-Bissau en de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid naar artikel 8 van deze Overeenkomst, moge ik U verzoeken de instemming van Uw Regering met de volgende, voor de toekomstige aanvoer van vis in Guinee-Bissau overeengekomen, voorwaarden te willen bevestigen.

De gemengde commissie zal op verzoek van de Regering van Guinee-Bissau bijeenkomen om de aan te voeren hoeveelheden vis en de voorwaarden voor deze aanvoer vast te stellen met inachtneming van de behoeften en de verwerkingscapaciteit van de in Guinee-Bissau gevestigde installaties, alsmede om de voorwaarden te bepalen voor de aanvoer door vaartuigen van andere nationaliteiten die in de visserijzone van Guinee-Bissau vissen.

Bovendien zal, indien wordt voorzien in de aanvoer van tonijn, het recht met de helft worden verminderd en zullen de aan de vissers geboden economische voorwaarden vergelijkbaar zijn met die welke voor dezelfde rederijen gelden voor de in Dakar aangevoerde hoeveelheden.".

Ik heb de eer U de instemming van mijn Regering met de in deze brief bepaalde voorwaarden voor de toekomstige aanvoer te bevestigen.

Gelieve, Mijnheer de Voorzitter, de verzekering van mijn bijzondere hoogachting te aanvaarden.

Voor de Regering van de Republiek Guinee-Bissau

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.