Verordening 1981/3020 - Wijziging van Verordening (EEG) nr. 3237/76 houdende vervroegde toepassing van de technische bijlagen alsmede vervroegd gebruik van het model van het carnet TIR van de Douaneovereenkomst van Genève inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst) van 14 november 1975

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31981R3020

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31981R3020

Verordening (EEG) nr. 3020/81 van de Raad van 19 oktober 1981 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3237/76 houdende vervroegde toepassing van de technische bijlagen alsmede vervroegd gebruik van het model van het carnet TIR van de Douaneovereenkomst van Genève inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst) van 14 november 1975

Publicatieblad Nr. L 302 van 23/10/1981 blz. 0006 - 0007

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 2 Deel 3 blz. 0091

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 2 Deel 3 blz. 0091

VERORDENING (EEG) Nr. 3020/81 VAN DE RAAD van 19 oktober 1981 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3237/76 houdende vervroegde toepassing van de technische bijlagen alsmede vervroegd gebruik van het model van het carnet TIR van de Douaneovereenkomst van Genève inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst) van 14 november 1975

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 113,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat door Verordening (EEG) nr. 3237/76 (1) de technische bijlagen, alsmede het model van het carnet TIR van de TIR-Overeenkomst van 14 november 1975 vervroegd van toepassing zijn geworden;

Overwegende dat er onlangs volgens de wijzigingsprocedure van de Overeenkomst bepaalde wijzigingen zijn aangebracht in deze technische bijlagen en in de voorschriften voor het gebruik van het carnet TIR;

Overwegende dat deze wijzigingen, in het belang van de Gemeenschap, zo spoedig mogelijk moeten worden verwerkt in de technische bijlagen bij de TIR-Overeenkomst en in de voorschriften voor het gebruik van het carnet TIR;

Overwegende dat deze wijzigingen het met name mogelijk maken om ter staving van het carnet TIR ladingslijsten te gebruiken die het manifest van het carnet TIR niet vervangen, maar daaraan alleen worden gehecht;

Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 3237/76 dienovereenkomstig dient te worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3233/76 wordt als volgt gewijzigd: 1. in bijlage 1 wordt voorschrift 10, sub c), in de "Voorschriften voor het gebruik van het carnet TIR" als volgt gelezen:

"c) Aan de stroken kunnen extra bladen worden gehecht van hetzelfde model als het manifest, dan wel handelsdocumenten met alle gegevens van het manifest. In dat geval moeten op alle stroken de volgende gegevens worden vermeld: i) het aantal toegevoegde bladen (vak 10),

  • ii) 
    het aantal en de aard van de colli of van de voorwerpen, alsmede het totale brutogewicht van de goederen die zijn vermeld op dit aangehechte blad (vakken 11 tot en met 13).";
  • 2. 
    in bijlage 2 wordt artikel 3, lid 8, als volgt gelezen:

"8. De onderlinge afstand tussen de ringen en tussen de ogen mag niet groter zijn dan 200 millimeter. De onderlinge afstand tussen de ringen en tussen de ogen die zich bevinden aan weerszijden van een kaptoog mag evenwel groter zijn dan 200 millimeter, doch niet groter dan 300 millimeter, indien de constructiewijze van het voertuig en van het dekkleed zodanig is dat toegang tot de laadruimte onmogelijk is. De ogen moeten zijn versterkt."; (1) PB nr. L 368 van 31.12.1976, blz. 1.

  • 3. 
    in bijlage 6: a) wordt na de inleiding de volgende toelichting ingevoegd:

"1. BIJLAGE 1

1.10 c) Voorschriften voor het gebruik van het carnet TIR

  • Aan het goederenmanifest gehechte ladingslijsten

In voorschrift 10, sub c), van de voorschriften voor het gebruik van het carnet TIR wordt het gebruik van ladingslijsten als bijlage bij het carnet toegestaan, ook wanneer er genoeg ruimte op het manifest is om alle vervoerde goederen te vermelden. Dit is evenwel slechts toegestaan, indien alle op het goederenmanifest te vermelden gegevens goed leesbaar op deze lijsten vermeld staan en indien aan alle andere eisen van voorschrift 10, sub c), wordt voldaan.";

  • b) 
    wordt na toelichting 2.3.6 b) de volgende nieuwe toelichting ingelast:

"2.3.8. Achtste lid - Onderlinge afstand tussen de ringen en tussen de ogen

Een onderlinge afstand groter dan 200 millimeter doch niet groter dan 300 millimeter, mag aan weerszijden van een kaptoog worden toegestaan, indien de ringen gedeeltelijk verzonken in de zijschotten zijn bevestigd en indien de ogen ovaal zijn en juist groot genoeg om over de ringen te kunnen worden geschoven.".

Artikel 2

De Commissie stelt de uitvoerend secretaris van de Economische Commissie voor Europa op de hoogte van de in artikel 1 vastgestelde bepalingen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1982.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Luxemburg, 19 oktober 1981.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • P. 
    WALKER

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.