Bijlagen bij COM(2018)116 - Algemeen verslag van de Commissie over de werking van REACH en evaluatie van bepaalde elementen - conclusies en maatregelen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2018)116 - Algemeen verslag van de Commissie over de werking van REACH en evaluatie van bepaalde elementen - conclusies en maatregelen . |
---|---|
document | COM(2018)116 |
datum | 5 maart 2018 |
2.4.ECHA
ECHA heeft een cruciale bijdrage geleverd aan de uitvoering van REACH en heeft nu aanzienlijke competentie opgebouwd over het beheer van chemische stoffen. ECHA heeft een gebruikersvriendelijke website ingericht, waar belanghebbenden eenvoudig toegang hebben tot ‘s werelds grootste database voor chemische stoffen. ECHA is ook wetenschappelijke samenwerkingsverbanden aangegaan met de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA), alsmede met diverse niet-EU-autoriteiten. Deze verbanden vereisen verdere versterking om samenhang te verzekeren en van synergievoordelen te kunnen profiteren.
Rond 2020 zullen de inkomsten uit vergoedingen van ECHA aanzienlijk dalen 24 en de Commissie moet daarom bestuderen hoe de expertise en onafhankelijkheid van ECHA kunnen worden behouden, inclusief de controle van werkmethoden van de comités en beperking van belangenconflicten.
2.5.Mogelijkheden voor vereenvoudiging en lastenverlichting
Over het algemeen zijn bij de evaluatie van REACH geen onnodige wettelijke vereisten en verplichtingen aan het licht gekomen, gezien de nagestreefde behoeften en doelstellingen. De manier waarop de vereisten worden geïmplementeerd, biedt ruimte voor vereenvoudiging en lastenverlichting, en vooral voor verduidelijking over de naleving van de vereisten door de verantwoordelijken. Vereenvoudiging mag echter niet leiden tot verlaging van het niveau van bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu.
Op diverse gebieden is enige marge vastgesteld voor verdere vereenvoudiging wat betreft informatievereisten, de uitgebreide veiligheidsinformatiebladen, de aanvraagprocedure voor autorisatie en de vereisten voor stoffen in producten. Passende maatregelen worden in het volgende hoofdstuk beschreven.
3. Maatregelen
3.1.Kennis en beheer van chemische stoffen in de hele toeleveringsketen
Het gebrek aan informatie over bestaande chemische stoffen was een van de twee belangrijke beleidsstimulansen voor de ontwikkeling van REACH. Sinds de inwerkingtreding van REACH is meer informatie beschikbaar over de eigenschappen en toepassingen van chemische stoffen (zo heeft ECHA in de periode tot december 2017 65.000 dossiers ontvangen voor ongeveer 17.000 unieke geregistreerde stoffen) en wordt deze informatie gebruikt voor de beoordeling en het beheer van chemische risico’s. Ondanks deze positieve trend belemmert het gebrek aan conforme informatie in de registratiedossiers de werking van andere REACH-procedures, waardoor ook de verwezenlijking van de REACH-doelstellingen voor de gezondheid van de mens en het milieu vertraging oplopen.
De evaluatieprocedures die door ECHA, zijn comités, de lidstaten en de Commissie zijn ingevoerd, moeten efficiënter en effectiever worden. Dit zal bedrijven sterkere prikkels geven om hun registratiedossiers bij te werken en in overeenstemming te brengen met de vereisten van REACH.
Maatregel 1: Stimuleren van actualisering van registratiedossiers
De Commissie zal uiterlijk in het eerste kwartaal van 2019 in samenwerking met ECHA, de lidstaten en de sector vaststellen waarom registranten hun dossiers niet bijwerken en passende verbeteringsvoorstellen doen.
Maatregel 2: Verbeteren van evaluatieprocedures
ECHA wordt verzocht de efficiëntie van de evaluatieprocedures uiterlijk in 2019 aanzienlijk te verbeteren door:
1) de belangrijkste redenen voor non-conforme registratiedossiers vast te stellen en oplossingen te ontwikkelen;
2) de diverse evaluatieprocedures waar nodig parallel toe te passen;
3) systematisch, en waar mogelijk, een groepsgewijze aanpak te implementeren 25 ;
4) onderlinge verdeling van evaluatieactiviteiten tussen verschillende lidstaten te verbeteren; en
5) besluitvormingsprocedures te verbeteren.
Onder REACH zijn de reeds bestaande veiligheidsinformatiebladen uitgebreid met zogenaamde blootstellingsscenario’s. Dit heeft geleid tot verbetering van de communicatie en meer transparantie in de toeleveringsketen. Een groot aantal bedrijven, vooral in het MKB, beschouwt ze echter als te technisch en omslachtig. Daarnaast is de slechte kwaliteit van de blootstellingsscenario’s een obstakel voor het verstrekken van veiligheidsinformatie voor mengsels.
Maatregel 3: Verbeteren van de bruikbaarheid en kwaliteit van uitgebreide veiligheidsinformatiebladen
1) De Commissie moedigt meer bedrijfstakken aan om geharmoniseerde modellen 26 en IT-hulpmiddelen te ontwikkelen en te gebruiken waarmee meer gebruikersgerichte informatie kan worden verstrekt, de opstelling en het gebruik van uitgebreide veiligheidsinformatiebladen kunnen worden vereenvoudigd en de elektronische distributie ervan kan worden vergemakkelijkt.
2) De Commissie zal ten aanzien van de blootstellingsscenario’s voor stoffen en mengsels overwegen om minimumvereisten op te nemen in veiligheidsinformatiebladen en verzoekt ECHA een methodologie voor veiligheidsinformatiebladen van mengsels te ontwikkelen.
De noodzaak om zorgwekkende chemische stoffen in materialen en producten beter te traceren teneinde recycling te vergemakkelijken en het gebruik van secundaire grondstoffen te verbeteren, wordt besproken in de mededeling over het snijvlak van chemicaliën-, product- en afvalwetgeving 27 , een van de voortbrengselen van het Actieplan voor de circulaire economie. De tracering zou ook een oplossing kunnen zijn voor de huidige problemen voor actoren in de toeleveringsketen wat betreft het voldoen aan de vereisten voor SVHC’s in voorwerpen 28 .
Maatregel 4: Traceren van zorgwekkende stoffen in de toeleveringsketen
De Commissie zal bewijzen verzamelen en opties beoordelen voor het aanpakken van de uitdagingen betreffende zorgwekkende stoffen, zoals besproken in de mededeling over het snijvlak van chemicaliën-, product- en afvalwetgeving. Bij deze beoordeling zal onder meer worden gekeken naar de vraag of en hoe een volgsysteem kan bijdragen aan het verbeteren van de uitvoerbaarheid van informatievereisten voor SVHC’s in producten.
3.2.Beter risicobeheer
De trage vooruitgang met risicobeoordelingen en met de uitvoering van risicobeheer voor bestaande stoffen was een andere belangrijke reden voor de ontwikkeling van REACH. Bedrijven hebben naar aanleiding van de registratie- en autorisatieplichten maatregelen ter verbetering van het risicobeheer ingesteld. De beperkings- en autorisatieprocedures moeten echter efficiënter worden geïmplementeerd en besluiten moeten sneller worden genomen.
De uitvoering van het SVHC-stappenplan en een vroege beoordeling van mogelijke regelgevende maatregelen door middel van een vrijwillige analyse van verschillende opties voor risicobeheer (RMOA) blijken effectieve hulpmiddelen te zijn om ervoor te zorgen dat alle bekende relevante SVHC’s en mogelijke regelgevende maatregelen uiterlijk in 2020 zijn geïdentificeerd. Bij de identificatie van SVHC’s verschuift de nadruk naar stoffen die individueel op de mate van zorgwekkendheid moeten worden beoordeeld 29 . De Commissie zal samen met ECHA en de lidstaten zorgdragen voor de ontwikkeling en consistente toepassing van de criteria voor een dergelijke vaststelling.
De autorisatieprocedure wordt verder gezien als een effectieve prikkel voor de vervanging van SVHC’s in de toeleveringsketen, al moeten de inspanningen om de vervanging van zeer zorgwekkende stoffen te stimuleren wel worden opgevoerd, vooral in het MKB.
Maatregel 5: Stimuleren van vervanging van zeer zorgwekkende stoffen
De Commissie, ECHA en de lidstaten zullen de ondersteunende activiteiten versterken om de vervanging van zeer zorgwekkende stoffen te vergemakkelijken. Dergelijke activiteiten omvatten mogelijk het stimuleren van capaciteitsopbouw en samenwerkingsnetwerken en het stimuleren van investeringen in onderzoek en ontwikkeling (gefinancierd door EU, lidstaten) op het gebied van duurzame chemische stoffen en technologische innovaties.
Het operationeel worden van de autorisatie heeft aanleiding gegeven tot een aantal praktische uitdagingen en zorgen die moeten worden aangepakt. De doorlopende inspanningen om de autorisatieprocedure te vergemakkelijken, dienen te worden voortgezet, waarbij de vereisten moeten worden verduidelijkt en de procedure beter bruikbaar en voorspelbaar moet worden gemaakt voor de aanvragers.
Bij het uitvoeren van een RMOA is bewijs nodig om inzicht te krijgen in de praktische uitvoerbaarheid van mogelijke regelgevende maatregelen (autorisatie of beperking) voor een geïnformeerde besluitvormingsprocedure. Daartoe behoren beschikbare sociaaleconomische informatie zoals de bekende toepassingen, het aantal en de omvang van de actoren in de toeleveringsketen alsmede beschikbare informatie over de technische en economische haalbaarheid van mogelijke veiligere alternatieve stoffen of technologieën.
Maatregel 6: Vereenvoudiging voor een beter uitvoerbare autorisatieprocedure
De Commissie zal de uitvoerbaarheid van de aanvraagprocedure voor autorisatie blijven verbeteren voor gebruikers, inclusief voor het MKB, door:
1) de aanvragen voor blijvend gebruik van SVHC’s in verouderde reserveonderdelen 30 te vereenvoudigen en aanvragen in verband met kleine volumes in 2018 verder te bestuderen;
2) problemen met autorisatieaanvragen voor meerdere marktdeelnemers nauwlettend te volgen en op te lossen;
3) bij gezamenlijke autorisatieaanvragen de kosten voor aanvragers te verlagen en tegelijkertijd de vergoedingsniveaus per gebruik beter in evenwicht te brengen met de werkbelasting voor ECHA-comités in 2018.
Maatregel 7: Vroege sociaaleconomische informatie voor mogelijke regelgevende maatregelen
ECHA zal in samenwerking met de Commissie en lidstaten opties overwegen voor de verdere ontwikkeling en toepassing van beschikbare sociaaleconomische informatie tijdens de RMOA-fase.
Het aantal nieuwe beperkingen heeft tot nu toe niet voldaan aan de oorspronkelijke verwachtingen. Hoewel de procedure is verbeterd dankzij de maatregelen die na de REACH-evaluatie in 2013 werden genomen, is er ruimte voor verdere verbetering, vooral bij de vaststelling van relevante kandidaten voor beperking en voor grotere betrokkenheid van de lidstaten.
Maatregel 8: Verbeteren van de beperkingsprocedure
1) ECHA wordt verzocht om verduidelijking van de gewenste informatie bij openbare raadplegingen, inclusief de minimuminformatie die door de sector moet worden ingediend bij verzoeken om afwijkingen (met of zonder tijdslimiet) van beperkingen.
2) ECHA wordt verzocht om relevante gevallen voor beperking te identificeren als onderdeel van zijn normale controleactiviteiten, met inbegrip van stoffen waarvoor alleen nationale wetgeving bestaat.
3) De Commissie zal zich blijven inspannen voor het identificeren van geschikte gevallen voor het beperken van CMR’s in consumentenartikelen door middel van een vereenvoudigde procedure overeenkomstig artikel 68, lid 2.
Maatregel 9: Verder verbeteren van de betrokkenheid van lidstaten bij de beperkingsprocedure
De Commissie en ECHA zullen met de lidstaten samenwerken om de vereisten bij het indienen van een beperkingendossier verder te vereenvoudigen en om de capaciteit van lidstaten te verhogen voor het ontwikkelen van dossiers voor nieuwe beperkingen en het bieden van constructieve oplossingen, zoals aanmoediging van gezamenlijke dossiers opgesteld door meerdere lidstaten en/of in samenwerking met ECHA.
Maatregel 10: Vaststellen van het kader voor de toepassing van het voorzorgsbeginsel 31
Het Comité risicobeoordeling en het Comité sociaaleconomische analyse van ECHA moeten in hun adviezen aangeven wanneer er op basis van de wetenschappelijke gegevens geen volledige risicobeoordeling mogelijk is. Daarbij moet worden aangegeven welke informatie nodig is om de onzekerheden op te lossen, hoeveel tijd nodig is om dergelijke informatie op te stellen en wat de mogelijke gevolgen van niet-handelen zijn, zodat de Commissie kan overwegen of maatregelen gerechtvaardigd zijn op basis van het voorzorgsbeginsel, zoals ondersteund in de wettelijke tekst van REACH.
Het samenspel tussen autorisatie en beperking is vastgelegd in REACH. REACH bepaalt dat ECHA na de verbodsdatum voor autorisatieplichtige stoffen moet overwegen of de toepassing daarvan in voorwerpen leidt tot risico’s voor de gezondheid van de mens of het milieu die niet goed worden beheerst. Indien dat het geval is, moet ECHA een beperkingsprocedure starten. Er is behoefte aan een versnelde beoordeling van de noodzaak van beperkingen voor geïmporteerde voorwerpen die autorisatieplichtige stoffen bevatten 32 om gelijke kansen te garanderen tussen economische actoren in en buiten de EU. Onderzocht dient te worden of en hoe de autorisatieprocedure voor de niet-beperkte toepassingen van SVHC’s moet worden toegepast om het risicobeheer op vergelijkbaar niveau te brengen en vervanging efficiënter en voorspelbaarder te maken.
Maatregel 11: Samenspel tussen autorisatie en beperking
1) ECHA wordt verzocht te overwegen om vóór de verbodsdatum overeenkomstig artikel 69, lid 2, systematisch een beperkingendossier op te stellen voor elke autorisatieplichtige stof die in voorwerpen aanwezig is.
2) De Commissie, ECHA en de lidstaten zullen het samenspel tussen beperking en autorisatie beoordelen om een vergelijkbare risicovermindering door middel van risicobeheer en vervanging op efficiëntere wijze te bereiken.
3.3.Samenhang, handhaving en het MKB
Er zijn aanvullende inspanningen nodig om het snijvlak van REACH met andere EU-wetgeving te verduidelijken; er moet vooral verder gewerkt worden aan het samenspel van REACH met wetgeving over gezondheid en veiligheid op het werk en met wetgeving over afval 33 .
Maatregel 12: Snijvlak van REACH met wetgeving over gezondheid en veiligheid op het werk
De Commissie zal de volgende concrete stappen voorstellen om de overlappingen te verwijderen en het snijvlak tussen REACH en gezondheid en veiligheid op het werk te verduidelijken:
1) Hoe REACH-hulpmiddelen (zoals blootstellingsscenario’s en veiligheidsinformatiebladen) kunnen worden gebruikt om de effectiviteit van wetgeving betreffende gezondheid en veiligheid op het werk te verbeteren.
2) Verbeteren van de coördinatie van nationale instanties voor de handhaving van REACH en wetgeving betreffende gezondheid en veiligheid op het werk.
3) Harmoniseren van methodologieën om uiterlijk in het eerste kwartaal van 2019 veilige blootstellingsniveaus voor chemische stoffen op de werkplek vast te stellen.
4) Verbeteren van de rol van het Comité risicobeoordeling (RAC) van ECHA om, met betrokkenheid van sociale partners en inachtneming van de rol van het Raadgevend Comité voor de veiligheid, de hygiëne en de gezondheidsbescherming op de arbeidsplaats, wetenschappelijke adviezen te verstrekken op grond van wetgeving betreffende gezondheid en veiligheid op het werk.
Versterking van de handhaving van de verplichtingen voor alle actoren, inclusief registranten, downstreamgebruikers en met name importeurs, is noodzakelijk om gelijke kansen te garanderen, de doelstellingen van REACH te verwezenlijken en consistentie te waarborgen met de maatregelen die zijn voorzien ter verbetering van de naleving van de milieuwetgeving en milieugovernance 34 . Consistente rapportage van de handhavingsactiviteiten van de lidstaten zal een betere beoordeling van dit belangrijke aspect van REACH mogelijk maken.
Maatregel 13: Versterken van handhaving
1) Om de rol van REACH-handhavingsinstanties en douane-instanties bij de handhaving van REACH te verduidelijken en te verbeteren, zal de Commissie zich uiterlijk in het eerste kwartaal van 2019 beraden op verdere maatregelen (zoals aanbevelingen, ondersteunende documenten, opleiding en pilotprojecten) op grond van het toepasselijke wetgevingsinstrument.
2) Het Forum van ECHA en de lidstaten worden verzocht om vergelijkbare parameters voor handhaving vast te stellen. Lidstaten dienen elk jaar een rapport op basis van die parameters bij ECHA in te dienen in het kader van het toezicht op de handhavingsactiviteiten door de lidstaten.
Het MKB blijft gevoeliger voor de gevolgen van REACH dan grote bedrijven vanwege hun beperkte financiële middelen en personeel. Dit geldt vooral voor de registratietermijn van 2018, waarbij naar verwachting veel meer midden- en kleinbedrijven betrokken zullen zijn dan bij vorige registratietermijnen, maar ook ten aanzien van de uitdagingen van downstreamgebruikers.
Maatregel 14: Ondersteuning van naleving door het MKB
ECHA en lidstaten worden verzocht zich sterker in te spannen voor de ontwikkeling van advies en steuninstrumenten gericht op de behoeften van het MKB, ondersteund door vrijwillige acties van organisaties in de sector. Voorbeelden van zulke instrumenten zijn het verzamelen van beste praktijken, het opstellen van bedrijfstakspecifieke oplossingen en het publiceren van documenten in de verschillende landstalen.
3.4.Vergoedingen en toekomst van ECHA
Een goede en efficiënte uitvoering van alle REACH-procedures vereist stabiliteit op lange termijn qua financiën en personeel, zodat de noodzakelijke competenties kunnen worden behouden en efficiëntie kan worden verhoogd, rekening houdend met budgettaire beperkingen. De financiering van ECHA na 2020 moet worden overwogen en de deelname van lidstaten aan het werk van ECHA moet worden versterkt. Voor de periode van 2007 t/m 2020 bestaat de financiering van ECHA uit vergoedingen (70 %) en een compenserende subsidie (30 %). Na 2020 zullen de inkomsten uit vergoedingen (met name van registratie) naar verwachting scherp dalen. De duurzaamheid van de financiering van ECHA moet daarom opnieuw worden beoordeeld.
De komende jaren zal ECHA naar verwachting uitgroeien tot een Europees en wereldwijd referentiecentrum voor het duurzame beheer van chemische stoffen, dat in staat is de uitvoering van meer EU-wetgeving te ondersteunen als de Commissie voorstellen op dat gebied zou doen.
Maatregel 15: Vergoedingen en toekomst van ECHA
1) Gezien het feit dat er ook in het meerjarig financieel kader voor na 2020 budgettaire beperkingen zullen gelden, zal de Commissie manieren onderzoeken om de missie en onafhankelijkheid van ECHA te waarborgen en alle mogelijke financieringsopties beoordelen met het oog op de voorspelde vermindering van de inkomsten uit vergoedingen, inclusief kostenbeheersing.
2) ECHA wordt uitgenodigd om uiterlijk in 2019:
i) personeel te verplaatsen naar andere werkterreinen na voltooiing van de registratieprocedure voor geleidelijk geïntegreerde stoffen, teneinde de wetenschappelijke en technische expertise over de veiligheid van chemische stoffen alsmede de evoluerende methodologieën voor de beoordeling daarvan te verbeteren;
ii) verdere verbeteringen van de efficiëntie vast te stellen en doelstellingen voor te stellen.
3) Met het oog op de bovenstaande beperkingen zal de Commissie zorgvuldig beoordelen of verdere taken aan ECHA worden toegewezen en de bijbehorende middelen.
3.5.Behoefte aan verdere beoordeling
Uit de evaluaties van registratievereisten voor stoffen die in kleine hoeveelheden worden geproduceerd en polymeren (artikel 138) bleek dat een beoordeling van de betaalbaarheid van aanvullende registratievereisten voor de betrokken bedrijven aan de orde is, in het bijzonder gezien het aantal midden- en kleinbedrijven dat mogelijk wordt getroffen.
Maatregel 16: Evaluatie van registratievereisten voor stoffen die in kleine hoeveelheden worden geproduceerd en polymeren 35
De Commissie zal nader onderzoek doen naar informatie die nodig is voor de beoordeling van de betaalbaarheid van aanvullende informatievereisten voor stoffen die in kleine hoeveelheden worden geproduceerd en de identificatie van relevante polymeren die registratieplichtig zouden kunnen zijn.
De Commissie zal de gevolgen van de registratieplicht in 2018 voor het MKB blijven controleren. Hierbij zal worden gekeken naar de algehele gemaakte kosten, beschikbaarheid van chemische stoffen en mogelijke structurele veranderingen op de EU-markt.
De Commissie zal diverse opties onderzoeken om de gegevenshiaten op te vullen en om de kwaliteit, robuustheid en transparantie van de gegevens in het kader van REACH te verbeteren. Dit maakt onderdeel uit van een bredere discussie over de EU-aanpak ten aanzien van de transparantie, kwaliteit en onafhankelijkheid van gegevens 36 , 37 waarop risicobeoordelings- en risicobeheerbeslissingen zijn gebaseerd.
Wat betreft CMR-stoffen waarvoor geen veilige blootstellingsniveaus bestaan, is er in de EU geen consensus over welk risiconiveau als acceptabel kan worden beschouwd. Bovendien ontbreekt in de regels voor de vaststelling van passende risicobeheersmaatregelen voor dergelijke stoffen in REACH het concept van aanvaardbaar risico. Over dit concept, en over de vraag of aanvaardbare risiconiveaus een rol kunnen spelen in de relevante REACH-procedures, zal verder in beraad worden genomen.
4. Conclusies
De algemene conclusie van de REACH-beoordeling is dat REACH antwoorden biedt op de vragen van burgers over chemische veiligheid 38 .
REACH is effectief, maar er zijn mogelijkheden voor verdere verbetering, vereenvoudiging en lastenverlichting vastgesteld, die kunnen worden bereikt door uitvoering van de maatregelen die in dit verslag worden beschreven. De maatregelen dienen te worden uitgevoerd in overeenstemming met de hernieuwde strategie voor het industriebeleid van de EU 39 , het actieplan voor de circulaire economie 40 en het 7e milieuactieprogramma 41 .
REACH blijkt in het algemeen coherent te zijn met andere EU-wetgeving inzake chemische stoffen en verwezenlijkt de beoogde internationale doelstellingen.
De uitvoering is op alle gebieden nog steeds aan de gang en er resteren enkele belangrijke mijlpalen zoals de laatste registratietermijn, die uiterlijk in juni 2018 moet zijn voltooid. Een groot deel van de kosten van REACH is gemaakt en de voordelen beginnen zich te manifesteren.
De conclusie van de evaluatie van REACH is dat de wettelijke vereisten en verplichtingen goed zijn afgestemd op verwezenlijking van de nagestreefde behoeften en doelstellingen. In deze mededeling is een aantal maatregelen geïdentificeerd waardoor REACH verder zal verbeteren, maar het is op dit moment niet nodig het regelgevende gedeelte te wijzigen.
(1)
Verordening (EG) nr. 1907/2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH) (PB L 396 van 30.12.2006, blz. 1). Rectificatie in PB L 136 van 29.5.2007, blz. 3.
(2)
OESO (2015). Preliminary analysis of policy drivers influencing decision making in chemicals management. Series on Risk Management, No. 28 (Voorlopige analyse van beleidsstimulansen die van invloed zijn op de besluitvorming inzake het beheer van chemische stoffen. Serie over risicobeheer, nr. 28). Document ENV/JM/MONO(2015)21. Bijlage 6 betreft REACH
(3)
100 106 stoffen die vóór 1981 in de EU in de handel gebracht, en die nu geleidelijk geïntegreerde stoffen worden genoemd.
(4)
Artikel 191, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
(5)
https://ec.europa.eu/commission/priorities/democratic-change/better-regulation_nl
(6)
Doel van de WSSD: "Uiterlijk in 2020 komen tot een milieuvriendelijk beheer van chemische stoffen en alle afval gedurende hun gehele levenscyclus, in overeenstemming met overeengekomen internationale kaders, en de lozing van de stoffen in de lucht, het water en de bodem aanzienlijk beperken om hun negatieve gevolgen voor de gezondheid van de mens en het milieu tot een minimum te beperken".
(7)
Zie artikel 117 van REACH.
(8)
Zie artikel 138 van REACH.
(9)
COM(2013) 49 en SWD(2013) 25.
(10)
SWD(2018) 58.
(11)
Zie artikel 138, lid 2, van REACH.
(12)
Zie artikel 138, lid 1, en artikel 138, lid 3, van REACH.
(13)
Voor nadere informatie zie SWD(2018) 58.
(14)
Bestaande stoffen verwijzen naar "geleidelijk geïntegreerde" stoffen in overeenstemming met artikel 3, punt 20 van REACH.
(15)
Zie SWD(2018) 58.
(16)
Forum voor de uitwisseling van informatie over handhaving.
(17)
Roadmap on Substances of Very High Concern , februari 2013.
(18)
http://ec.europa.eu/growth/sectors/chemicals/reach/special-cases_en
(19)
Richtlijn 2011/65/EU betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur.
(20)
Verordening (EG) nr. 850/2004 inzake persistente organische verontreinigende stoffen, tot uitvoering van de verplichtingen van de Unie volgens het Verdrag van Stockholm.
(21)
Zie bijlage 4 van SWD(2018) 58 voor details.
(22)
HBM4EU.
(23)
IPCHEM.
(24)
Na de laatste registratietermijn van 2018.
(25)
Hierbij worden stoffen met vergelijkbare eigenschappen niet individueel maar samen als groep beoordeeld.
(26)
Naar het voorbeeld van de modellen die het uitwisselingsnetwerk voor blootstellingsscenario's (Exchange Network on Exposure Scenarios of ENES) heeft ontwikkeld.
(27)
Opties om te werken aan het snijvlak van chemicaliën-, product- en afvalwetgeving COM(2018) 32 definitief en SWD(2018) 20 definitief.
(28)
Artikelen 7 en 33 van REACH.
(29)
Overeenkomstig artikel 57, onder f) van REACH.
(30)
Gebruik van SVHC voor de vervaardiging van gedateerde reserveonderdelen voor de reparatie van voorwerpen die na de verbodsdatum niet meer worden vervaardigd (bijv. vliegtuigen en motorvoertuigen).
(31)
COM(2000) 1 over het voorzorgsbeginsel.
(32)
Overeenkomstig artikel 69, lid 2, van REACH.
(33)
Zie hiervoor maatregel 4 hierboven.
(34)
COM(2018) 10: EU-maatregelen om de naleving van de milieuwetgeving en milieugovernance te verbeteren.
(35)
Evaluatie overeenkomstig artikel 138, leden 1 tot en met 3, van REACH.
(36)
C(2017) 8414definitief — Mededeling over het Europees burgerinitiatief inzake glyfosaat.
(37)
Stappenplan over transparantie en duurzaamheid van het EU-risicobeoordelingsmodel in de voedselketen.
(38)
Eurobarometer survey on chemical safety