Bijlagen bij COM(2011)698 - Nota van wijzigingen nr. 3 bij de begroting 2012, Afdeling III - Commissie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage bijgevoegd.

1. Inleiding

De Nota van Wijzigingen nr. 3 (NvW nr. 3) bij de ontwerpbegroting 2012 (OB 2012) heeft betrekking op:

– het bijwerken per begrotingsonderdeel van de geraamde behoeften voor landbouwuitgaven. In deze NvW wordt niet alleen rekening gehouden met veranderende marktfactoren, maar ook met de impact van de regelgevende besluiten die in de landbouwsector zijn genomen sinds de opstelling van de OB 2012, de herziene ramingen van de behoeften aan bepaalde rechtstreekse betalingen, alsmede alle voorgestelde besluiten die naar verwachting het komende begrotingsjaar een aanzienlijk effect zullen sorteren;

– het actualiseren van de situatie betreffende de internationale visserijovereenkomsten;

– een verhoging van de EU-bijdrage voor het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) bij rubriek 2.

De budgettaire gevolgen van deze aanpassingen zijn dat ten opzichte van de ontwerpbegroting 2012 de vastleggingskredieten en de betalingskredieten met respectievelijk 85,7 miljoen EUR en 83,4 miljoen EUR dalen.

2. Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen 2.1. Inleiding en overzichtstabel

De NvW nr. 3 wordt aan de begrotingsautoriteit gezonden overeenkomstig artikel 314 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) waarin is bepaald dat "de Commissie […] de ontwerpbegroting in de loop van de procedure [kan] wijzigen totdat het in punt 5 bedoelde bemiddelingscomité bijeen wordt geroepen."

Net als de OB zelf is ook de NvW nr.3 gebaseerd op de behoeften van de gehele EU. Het moet worden beklemtoond dat kredieten voor door het ELGF (Europees Landbouwgarantiefonds) gefinancierde landbouwuitgaven dienen te worden beschouwd als prognoses, en niet als streefcijfers voor de uitgaven. De werkelijke uitgaven zullen met name afhangen van de werkelijke marktomstandigheden, van de werkelijke wisselkoers van de euro ten opzichte van de dollar en van het tempo van de betalingen door de lidstaten. Overeenkomstig de rechtsgrondslag zal welk bedrag ook dat een lidstaat op grond van de verordeningen en met inachtneming van de maxima van het financieel kader moet betalen, volledig worden vergoed, voor zover de nodige begrotingsmiddelen beschikbaar zijn[5].

Omwille van de duidelijkheid en transparantie zijn sommige toelichtingen bij de begroting geactualiseerd.

In deze NvW nr. 3 worden de totale kredieten voor rubriek 2 in 2012 geraamd op 60 073 miljoen EUR, waarmee deze wat de vastleggingskredieten betreft 737 miljoen EUR beneden het desbetreffende plafond van het meerjarig financieel kader blijven.

De vastleggingskredieten voor landbouwuitgaven (inclusief uit hoofde van door het ELGF gefinancierde veterinaire en visserijuitgaven) bedragen 44 092 miljoen EUR, een daling met 88 miljoen EUR in vergelijking met de OB 2012, grotendeels omdat de van 2011 over te dragen bestemmingsontvangsten hoger waren dan verwacht. De betalingskredieten van het ELGF worden met hetzelfde bedrag verlaagd tot een totaal van 44 015 miljoen EUR.

Ten aanzien van de internationale visserijovereenkomsten wordt in de NvW nr. 3 een verlaging voorgesteld van de vastleggingskredieten en betalingskredieten voor begrotingsartikel 11 03 01 Internationale visserijovereenkomsten met respectievelijk 3,5 miljoen EUR en 2,8 miljoen EUR, alsook een verhoging van de vastleggingskredieten en de betalingskredieten voor de reserve met respectievelijk 4,2 miljoen EUR en 5,8 miljoen EUR.

In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de impact van NvW nr. 3 op rubriek 2:

|| OB 2012 || NvW nr.3/2012 || Verschil

miljoen EUR || (a) || (b) || (c)=(b)-(a)

|| VK || BK || VK || BK || VK || BK

Plafond financieel kader || 60 810,0 || || 60 810,0 || || 0 ||

Marge || 651,6 || || 737,2 || || +85,7 ||

Totaal kredieten rubriek 2 || 60 158,4 || 57 948,4 || 60 072,8 || 57 865,0 || -85,7 || -83,4

waarvan: || || || || || ||

Landbouwuitgaven (marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen)[6] || 44 179,7 || 44 102,8 || 44 091,6 || 44 014,7 || -88,1 || -88,1

Internationale visserij en zeerecht || 154,1 || 154,1 || 154,8 || 157,1 || +0,7 || +3,0

Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten op het gebied van de biocidewetgeving || 1,0 || 1,0 || 2,8 || 2,8 || +1,7 || +1,7

2.2. Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) - marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen

2.2.1      Algemeen beeld

Met de NvW nr. 3 wordt ernaar gestreefd de landbouwbegroting te baseren op de meest actuele economische gegevens en de meest actuele stand van zaken op het gebied van de regelgeving. Tegen de maand september beschikt de Commissie over een eerste indicatie omtrent de omvang van de productie in 2011 en de vooruitzichten voor de landbouwmarkten, en daarmee over de basisinformatie die nodig is om een betrouwbare raming van de budgettaire behoeften in 2012 te kunnen maken.

Net als de vorige keren heeft de Commissie al haar ramingen van landbouwuitgaven per begrotingsonderdeel opnieuw zorgvuldig bezien. In deze NvW wordt niet alleen rekening gehouden met de marktfactoren, maar ook met de impact van alle regelgevende besluiten die in de landbouwsector zijn genomen sinds de opstelling van de OB en met voorstellen van de Commissie.

De kredieten voor het ELGF zijn met 88 miljoen EUR verlaagd. Dit komt voornamelijk door de enigszins hogere behoeften in hoofdstuk 05 02 Interventies op de landbouwmarkten (+ 94 miljoen EUR) en de licht hogere behoeften in hoofdstuk 05 03 Rechtstreekse steun (+ 37 miljoen EUR). Deze hogere behoeften worden meer dan gecompenseerd door een wijziging in het niveau van de in 2012 beschikbare bestemmingsontvangsten van het ELGF. Ten eerste worden er voor een bedrag van 205 miljoen EUR in 2011 extra geïnde bestemmingsontvangsten overgeboekt van 2011 naar 2012. Ten tweede verwacht de Commissie een lichte toename van de bestemmingsontvangsten die in 2012 zullen worden gegenereerd (+ 14 miljoen EUR), waardoor de beschikbare bestemmingsontvangsten in totaal stijgen met 219 miljoen EUR.

Als gevolg daarvan bedragen de totale vastleggingskredieten die voor door het ELGF gefinancierde landbouwuitgaven zijn gevraagd 44 092 miljoen EUR, hetgeen minder is dan in de OB 2012 (‑ 88 miljoen EUR), waardoor de marge onder het subplafond van het ELGF nu 619 miljoen EUR bedraagt. De nieuwe marge voor rubriek 2 bedraagt in totaal 737 miljoen EUR.

2.2.2      Specifieke opmerkingen

05 02 Interventies op de landbouwmarkten (kredieten + 75 miljoen EUR)

behoeften in ontwerpbegroting:                                                                                                              3 438 miljoen EUR

gevraagde kredieten in ontwerpbegroting:                                                                                          3 147 miljoen EUR

geraamde in 2012 beschikbare bestemmingsontvangsten in ontwerpbegroting:                            291 miljoen EUR

behoeften na nota van wijzigingen:                                                                                                        3 532 miljoen EUR

gevraagde kredieten na nota van wijzigingen:                                                                                    3 222 miljoen EUR

geraamde beschikbare bestemmingsontvangsten in 2012 na nota van wijzigingen:                      310 miljoen EUR

De hypothesen die aan deze NvW nr. 3 ten grondslag liggen, sluiten over het algemeen voor het merendeel van de landbouwmarkten aan bij de beoordeling op het moment van de opstelling van de OB 2012 met gunstige vooruitzichten voor de meeste landbouwmarkten. De in deze NvW nr. 3 voorgestelde wijzigingen zijn meestal technisch van aard en hebben betrekking op kleine bedragen met uitzondering van de fruit- en groentensector, olijfolie, gedroogde voedergewassen en de melksector, waar het gaat om meer aanzienlijke wijzigingen. De algehele behoeften voor interventiemaatregelen op de landbouwmarkten nemen toe met 94 miljoen EUR in vergelijking met de OB 2012. Verwacht wordt evenwel dat een aanvullend bedrag aan bestemmingsontvangsten ten belope van 19 miljoen EUR beschikbaar zal zijn voor hoofdstuk 05 02, waardoor in vergelijking met de OB 2012 wordt verzocht om extra kredieten ten belope van 75 miljoen EUR.

Hierna worden de belangrijkste aanpassingen kort uitgelegd. Aan het eind van dit hoofdstuk is een tabel met een volledig overzicht van de aanpassingen (op het niveau van de artikelen) opgenomen.

Voor de sector groenten en fruit: hoewel de behoeften van de operationele programma's van telerverenigingen enigszins hoger liggen (+ 15 miljoen EUR) na een geactualiseerde beoordeling van de mate waarin werkelijk wordt gebruikgemaakt van de maatregelen en op grond van de stand van zaken op het gebied van uitstaande betalingen voor plannen van vorige jaren, met inbegrip van de uitzonderlijke steunmaatregelen die in 2011 zijn ingevoerd, zijn de voorgestelde kredieten lichtjes lager dan in de OB 2012. In feite wordt voorgesteld om de voor de actiefondsen van de telersverenigingen gevraagde begrotingskredieten (begrotingspost 05 02 08 03) te verlagen met 4 miljoen EUR, omdat uit bijgewerkte ramingen blijkt dat de extra bestemmingsontvangsten voor deze post 19 miljoen EUR bedragen. Een meer ingrijpende wijziging wordt voorgesteld voor de voorlopige erkenning van telersverenigingen (begrotingspost 05 02 08 11) met een verhoging met 45 miljoen EUR, hetgeen een weerspiegeling is van de gestage uitgaventoename van de voorbije jaren, de mededelingen van de lidstaten en een bijgewerkte stand van uitvoering in 2011.

Voor olijfolie wordt na een daling van de marktprijzen onder de reactieprijs voorgesteld om voor begrotingspost 05 02 06 03 te voorzien in een bedrag van 23 miljoen EUR om de kwestie van de hoge voorraden in sommige lidstaten, die de markt voor olijfolie in geheel Europa beïnvloeden, te kunnen oplossen. Hiermee zal bijstand worden verleend voor particuliere opslag.

Er wordt voorgesteld om de kredieten voor gedroogde voedergewassen (begrotingspost 05 02 11 01) te verhogen met 9 miljoen EUR, om rekening te houden met de meest recente productiecijfers.

Voor melk en zuivelproducten wordt in de NvW nr. 3 voorgesteld de kredieten met 10 miljoen EUR te verlagen. Een deel van deze verlaging (- 6 miljoen EUR) heeft betrekking op interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder, met inachtneming van de bijgewerkte cijfers voor de voorraadsituatie in 2011 waarbij een bepaalde hoeveelheid naar 2012 wordt overgeheveld om beschikbaar te zijn voor de regeling voor de meest behoeftigen. Het andere deel van de besparing (- 4 miljoen EUR) heeft betrekking op de particuliere opslag van boter, waarbij ermee wordt rekening gehouden dat de hoeveelheden waarvoor het opslagcontract is gesloten, lager uitvallen dan verwacht.

Naast deze gewijzigde aanvragen wordt in de NvW nr. 3 voorgesteld dat voor voedselprogramma's voor de meest behoeftigen (begrotingspost 05 02 04 01) op het totaalbedrag aan kredieten (500 miljoen EUR) in de OB 2012 een bedrag van 340 miljoen EUR in de reserve wordt opgenomen, in afwachting van de goedkeuring van de rechtsgrondslag. De Commissie is nog steeds van oordeel dat het mogelijk is na de goedkeuring van de voorgestelde wijzigingsverordening (COM(2011) 634) voedselprogramma's op dit niveau uit te voeren.

05 03 Rechtstreekse steun (kredieten - 163 miljoen EUR)

behoeften in ontwerpbegroting:                                                                                                           41 174 miljoen EUR

gevraagde kredieten in ontwerpbegroting:                                                                                        40 674 miljoen EUR

geraamde in 2012 beschikbare bestemmingsontvangsten in ontwerpbegroting:                            500 miljoen EUR

behoeften na nota van wijzigingen:                                                                                                      41 211 miljoen EUR

gevraagde kredieten na nota van wijzigingen:                                                                                  40 511 miljoen EUR

geraamde beschikbare bestemmingsontvangsten in 2012 na nota van wijzigingen:                      700 miljoen EUR

De begrotingskredieten voor dit hoofdstuk worden met 163 miljoen EUR verlaagd. De wijziging is het gevolg van een toename van de bestemmingsontvangsten met 200 miljoen EUR, terwijl in de bijgewerkte raming van de behoeften wordt uitgegaan van een beperkte stijging met 37 miljoen EUR. De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op de bedrijfstoeslagregeling (BTR) en de regeling inzake een enkele areaalbetaling (REAB), waar er wijzigingen optreden bij de uitvoeringspercentages, aangezien sedert 2011 de daadwerkelijke uitvoering voor het eerst na de "health check" (keuring) kan worden waargenomen. Andere kleinschalige aanpassingen doen zich voor bij begrotingsonderdelen binnen het hoofdstuk, met elkaar opheffende verschuivingen.

Aanpassingen op het niveau van het begrotingsartikel

Code || Begrotingsonderdeel || OB || NvW || Verschil || Opmerkingen

(in miljoen EUR) || (in miljoen EUR) || (in miljoen EUR)

|| Interventies op de landbouwmarkten || || || ||

05 02 01 || Granen || 41,0 || 43,0 || +2,0 || Stijging voor begrotingspost 05 02 01 02 voor meer interventie in de vorm van opslag van granen aangezien in vergelijking met de OB 2012 een kleine hoeveelheid op voorraad blijft.

05 02 03 || Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten || 14,0 || 12,0 || -2,0 || Daling als gevolg van lagere exportrestituties voor eiproducten.

05 02 06 || Olijfolie || 48,5 || 68,5 || +20,0 || Verhoging voor particuliere opslag (post 05 02 06 03) met 23 miljoen EUR en een lichte daling met 3 miljoen EUR voor acties ter verbetering van de kwaliteit (post 05 02 06 05) na bijgewerkte stand van uitvoering.

05 02 07 || Vezelgewassen || 28,0 || 27,0 || -1,0 || Verlaging van de steun voor vezelvlas en hennep (post 05 02 07 01) na licht herziene aannames voor hoeveelheden.

05 02 08 || Groenten en fruit || || || || Extra behoeften ten belope van 15 miljoen EUR als gevolg van de grotere vraag naar actiefondsen voor telersverenigingen (post 05 02 08 03) wegens hogere uitstaande betalingen voor plannen uit vorige jaren, terugbetaling van nationale steun en resterende uitzonderlijke steunmaatregelen uit 2011. Een hoger bedrag aan bestemmingsontvangsten zal voor deze begrotingspost (+ 19 miljoen EUR) worden gebruikt. Steun aan voorlopig erkende telersgroepen (05 02 08 11) stijgt met 45 miljoen EUR op basis van de uitvoering in 2011 en prognoses en mededelingen van de lidstaten. Andere maatregelen (05 02 08 99) stijgen met 4,9 miljoen EUR voor uitstaande betalingen voor uitzonderlijke steunmaatregelen uit 2011.

|| --- Kredieten || 742,1 || 788,0 || +45,9

|| --- Behoeften || 1 033,1 || 1 098,0 || +64,9

05 02 09 || Wijnbouwproducten || 1 105,9 || 1 108,9 || +3,0 || Verhoging met 3 miljoen EUR voor de rooiregeling (05 02 09 09) na herziene ramingen voor uitstaande betalingen. Kleine aanpassingen voor posten 05 02 09 04 (+ 0,2 miljoen EUR) en 05 02 09 08 (- 0,2 miljoen EUR).

05 02 10 || Afzetbevordering || 52,4 || 55,4 || +3,0 || Verhoging voor afzetbevordering gefinancierd door lidstaten (05 02 10 01) met betrekking tot de aanvullende campagne voor fruit en groenten.

05 02 11 || Overige plantaardige producten/Overige maatregelen || 345,5 || 356,5 || +11,0 || Verhoging met 9 miljoen EUR voor gedroogde voedergewassen (05 02 11 01) na herziening gegevens van de hoeveelheden. POSEI-maatregelen (05 02 11 04) stijgen met 2 miljoen EUR als gevolg van meer middelen voor marktmaatregelen POSEIMA en specifieke voorzieningsregeling voor Egeïsche eilanden op basis van de uitvoering in 2011.

05 02 12 || Melk en zuivelproducten || 92,1 || 82,1 || -10,0 || Lagere behoeften ten belope van 6 miljoen EUR en 4 miljoen EUR voor respectievelijk interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder (05 02 12 02) en boter (05 02 12 04) na bijgewerkte ramingen van interventies en particuliere voorraden.

05 02 13 || Rundvlees || 45,1 || 46,1 || +1,0 || Extra bedrag van 3 miljoen EUR voor uitvoerrestituties voor vlees (05 02 13 01) en een verlaging ten belope van 2 miljoen EUR voor uitvoerrestituties voor levende dieren (05 02 13 04) die kunnen worden toegeschreven aan bijgewerkte ramingen voor hoeveelheden.

05 02 15 || Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten || 131,0 || 133,0 || +2,0 || Extra bedrag van 1 miljoen EUR voor uitvoerrestituties voor varkensvlees (05 02 15 01) en verhoging met 1 miljoen EUR voor maatregelen voor particuliere opslag voor varkensvlees (05 02 15 02) die kunnen worden toegeschreven aan bijgewerkte ramingen voor hoeveelheden.

|| Rechtstreekse steun || || || ||

05 03 01 || Ontkoppelde rechtstreekse steun || || || || Voor de bedrijfstoeslagregeling (BTR – 05 03 01 01) stijgen de behoeften met 47 miljoen EUR omdat uitgaande van de uitvoering in 2011 rekening moet worden gehouden met betere uitvoeringspercentages dan verwacht. Voor de regeling inzake een enkele areaalbetaling (REAB – 05 03 01 02) nemen de behoeften met 11 miljoen EUR af omdat uitgaande van de uitvoering in 2011 rekening moet worden gehouden met een lager uitvoeringspercentage voor Bulgarije. Voor de afzonderlijke suikerbetaling (05 03 01 03) dalen de behoeften met 1 miljoen EUR, hetgeen wordt gecompenseerd met de begrotingspost voor REAB. Daarnaast stijgen de bestemmingsontvangsten voor sanitaire en fytosanitaire maatregelen (SPS) met 200 miljoen EUR.

|| --- Kredieten || 37 354,0 || 37 189,0 || -165,0

|| --- Behoeften || 37 854,0 || 37 889,0 || +35,0

05 03 02 || Overige vormen van rechtstreekse steun || 3 317,7 || 3 320,7 || +3,0 || Aanpassingen als gevolg van een wijziging in de hypothese van onderbesteding: - Daling met 10 miljoen EUR voor begrotingspost 05 03 02 06 (zoogkoeienpremie) - Stijging met 5 miljoen EUR voor begrotingspost 05 03 02 40 (Areaalsteun voor katoen) - Andere kleine aanpassingen voor begrotingsposten: 05 03 02 05 Productiesteun voor zaaizaad (+ 1 miljoen EUR); 05 03 02 19 Areaalsteun voor rijst (- 3 miljoen EUR); 05 03 02 43 Overgangsbetaling voor zacht fruit (+ 2 miljoen EUR). - Verhoging met 6 miljoen EUR voor POSEI-programma (05 03 02 50) op basis van de bijgewerkte plannen van de lidstaten. - Verhoging met 1 miljoen EUR voor overgangsbetalingen voor groenten en fruit (05 03 02 41) voor Slowakije, verrekend met de begrotingspost voor REAB. - Verhoging met 1 miljoen EUR voor specifieke steun op grond van artikel 68 (05 03 02 11) aan België, gecompenseerd door een overeenkomstige verlaging voor de REAB.

05 03 03 || Extra steunbedragen || 2,0 || 1,0 || -1,0 || Daling van resterende, voor vorige jaren verschuldigde bedragen

2.3. Internationale visserijovereenkomsten

Zoals bepaald in punt B van bijlage II bij het Interinstitutioneel Akkoord (IIA), heeft de Commissie de meest recente beschikbare gegevens met betrekking tot de visserijovereenkomsten onderzocht. Teneinde de actuele stand van zaken weer te geven, met inbegrip van het niveau van uitstaande betalingsverplichtingen (RAL) stelt de Commissie voor de vastleggingskredieten en de betalingskredieten voor begrotingsartikel 11 03 01 Internationale visserijovereenkomsten met respectievelijk 3,5 miljoen EUR en 2,8 miljoen EUR te verlagen.

Daarnaast wordt voorgesteld de reserve 40 02 41 02 met respectievelijk 4,2 miljoen EUR voor vastleggingskredieten en 5,8 miljoen EUR voor betalingskredieten te verhogen, hetgeen een weerspiegeling is van de bijgewerkte informatie over afzonderlijke visserijovereenkomsten en het geraamde bedrag voor aanvullende vangsten.

2.4. Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA)

Op 29 juni 2009 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen en het gebruik van biociden[7]. Dit voorstel voorziet in nieuwe taken voor het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA), dat gedeeltelijk wordt gefinancierd in het kader van rubriek 2 van het meerjarig financieel kader.

De Raad heeft zijn standpunt in eerste lezing op 21 juni 2011 vastgesteld en heeft de volgende wijzigingen aangebracht die extra werkbelasting en behoeften aan middelen met zich brengen:

– het toepassingsgebied van de gecentraliseerde EU-procedure voor de verlening van toelatingen voor producten is aanzienlijk verruimd, hetgeen betekent dat het Agentschap beduidend meer aanvragen zal moeten verwerken dan aanvankelijk was voorzien;

– het ECHA wordt meer betrokken bij de uitwisseling van gegevens om dubbele proeven op gewervelde dieren te voorkomen en wordt ook gevraagd beslissingen te nemen met betrekking tot de "technische gelijkwaardigheid" van soortgelijke werkzame stoffen;

– er wordt nu expliciet gesteld dat het ECHA het secretariaat verzorgt voor de coördinatiegroep die toeziet op wederzijdse erkenning;

– het ECHA wordt belast met het beheer van het register voor biociden, dat de essentiële gegevensbank wordt voor het indienen van aanvragen en de gegevensuitwisseling tussen lidstaten, het Agentschap, de Commissie en de aanvragers.

In overleg met het ECHA hebben de diensten van de Commissie een grondige evaluatie uitgevoerd van de financiële en personeelsbehoeften van het ECHA, waarbij rekening is gehouden met de verschillende nieuwe opdrachten die aan het ECHA zijn toevertrouwd.

Op 11 augustus 2011 heeft de Commissie een mededeling goedgekeurd betreffende het standpunt van de Raad[8], met inbegrip van een herziening van het financieel memorandum waarbij rekening is gehouden met de door de Raad aangebrachte wijzigingen, die als bijlage bij de mededeling van de Commissie is gevoegd.

Aangezien 2012 een jaar van voorbereiding wordt en aanvragen voor toelatingen voor product en goedkeuring van stoffen pas vanaf 2013 zullen worden ingediend, moeten de werkzaamheden van het ECHA in 2012 volledig met EU-subsidies worden gefinancierd.

Om het ECHA in staat te stellen tijdig de door de medewetgevers aan het Agentschap toevertrouwde extra taken uit te voeren, stelt de Commissie voor dat de subsidie met 1,7 miljoen EUR wordt verhoogd, zowel voor de vastleggings- als de betalingskredieten. Deze bedragen worden in de reserve wordt opgenomen, in afwachting van de goedkeuring van de rechtsgrondslag. De uitsplitsing per begrotingspost ziet er als volgt uit:

Post 07 03 60 01 - Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving – Bijdrage voor titels 1 en 2 van rubriek 2

(EUR)

|| Kredieten OB 2012 || Verhoging NvW nr. 3 || Nieuw bedrag

|| Vastleggingen || Betalingen || Vastleggingen || Betalingen || Vastleggingen || Betalingen

07 03 60 01 || p.m. || p.m. || p.m. || p.m. || p.m. || p.m.

40 02 41 || 704 000 || 704 000 || 803 000 || 803 000 || 1 507 000 || 1 507 000

Post 07 03 60 02 - Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving – Bijdrage voor titel 3 van rubriek 2

(EUR)

|| Kredieten OB 2012 || Verhoging NvW nr. 3 || Nieuw bedrag

|| Vastleggingen || Betalingen || Vastleggingen || Betalingen || Vastleggingen || Betalingen

07 03 60 02 || p.m. || p.m. || p.m. || p.m. || p.m. || p.m.

40 02 41 || 319 000 || 319 000 || 930 000 || 930 000 || 1 249 000 || 1 249 000

De gewijzigde personeelsformatie, waarbij wordt voorzien in 9 extra AD-posten, is opgenomen in de budgettaire bijlage.

2.5. Wijzigingen in de nomenclatuur en toelichting bij de begroting

Voor de volgende hoofdstukken, artikelen en posten is de toelichting bij de begroting gewijzigd (uitleg tussen haken):

Hoofdstuk 05 02 – Interventies op de landbouwmarkten (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Post 05 02 07 99 Overige maatregelen (vezelgewassen) (nieuw onderdeel met een "p.m." vermelding)

Artikel 05 02 16 01 – Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Hoofdstuk 05 03 – Rechtstreekse steun (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Post 05 03 01 99 Overig (ontkoppelde rechtstreekse steun) (wijziging in de toelichting bij de begroting)

Post 05 03 02 99 Overig (rechtstreekse steun) (wijziging in de toelichting bij de begroting)

Post 07 03 60 02 - Europees Agentschap voor chemische stoffen — Activiteiten in verband met de biocidenwetgeving – Bijdrage voor titel 3 van rubriek 2 (wijziging in de toelichting bij de begroting: bedrag van de EU-bijdrage)

Artikel 11 03 01 – Internationale visserijovereenkomsten (wijziging in de toelichting bij de begroting: tabel)

Post 6 7 0 1 – Goedkeuring van de ELGF-rekeningen – Bestemmingsontvangsten (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Post 6 7 0 2 – Onregelmatigheden in het kader van het ELGF – Bestemmingsontvangsten (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Post 6 7 0 3 – Extra heffing van melkproducenten — Bestemmingsontvangsten (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

Post 6 8 0 1 – Tijdelijke herstructureringsheffing – Bestemmingsontvangsten (cijfers voor bestemmingsontvangsten)

3. Overzichtstabel per rubriek van het financieel kader

Financieel kader Rubriek/subrubriek || Financieel kader 2012 || Ontwerpbegroting 2012 (Nota's van Wijzigingen nrs. 1-2/2012 inbegrepen) || Nota van Wijzigingen nr. 3/2012 || Ontwerpbegroting 2012 + Nota's van Wijzigingen nrs. 1 -3/2012

VK || BK || VK || BK || VK || BK || VK || BK

1. DUURZAME GROEI || || || || || || || ||

1a. Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid || 14 853 000 000 || || 15 223 600 752 || 12 566 134 008 || || || 15 223 600 752 || 12 566 134 008

1b. Cohesie voor groei en werkgelegenheid || 52 761 000 000 || || 52 738 876 141 || 45 134 800 000 || || || 52 738 876 141 || 45 134 800 000

Totaal || 67 614 000 000 || || 67 962 476 893 || 57 700 934 008 || || || 67 962 476 893 || 57 700 934 008

Marge1 || || || 151 523 107 || || || || 151 523 107 ||

2. INSTANDHOUDING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN || || || || || || || ||

waarvan marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen || 48 093 000 000 || || 44 179 737 305 || 44 102 837 025 || -88 100 000 || -88 100 000 || 44 091 637 305 || 44 014 737 025

Totaal || 60 810 000 000 || || 60 158 443 305 || 57 948 376 981 || -85 667 000 || -83 367 000 || 60 072 776 305 || 57 865 009 981

Marge2 || || || 651 556 695 || || || || 737 223 695 ||

3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID || || || || || || || ||

3a. Vrijheid, veiligheid en recht || 1 406 000 000 || || 1 340 381 000 || 868 333 500 || || || 1 340 381 000 || 868 333 500

3b. Burgerschap3 || 699 000 000 || || 683 471 000 || 645 659 400 || || || 683 471 000 || 645 659 400

Totaal || 2 105 000 000 || || 2 023 852 000 || 1 513 992 900 || || || 2 023 852 000 || 1 513 992 900

Marge || || || 81 148 000 || || || || 81 148 000 ||

4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER4 || 8 997 000 000 || || 9 409 280 576 || 7 293 724 333 || || || 9 409 280 576 || 7 293 724 333

Marge || || || -153 343 576 || || || || -153 343 576 ||

5. ADMINISTRATIE 5 || 8 670 000 000 || || 8 294 402 467 || 8 294 797 467 || || || 8 294 402 467 || 8 294 797 467

Marge || || || 459 597 533 || || || || 459 597 533 ||

TOTAAL || 148 196 000 000 || 141 360 000 000 || 147 848 455 241 || 132.751.825.689 || -85 667 000 || -83 367 000 || 147 762 788 241 || 132 668 458 689

Marge || || || 1 343 825 335 || 8 802 174 311 || || || 1 429 492 335 || 8 885 541 311

1      Het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering is niet opgenomen in de berekening van de marge onder rubriek 1a.

2      Na de overgang van modulatie op plattelandsontwikkeling en van katoen en wijn voor de herstructurering in de respectieve regio’s (3 150,4 miljoen EUR).

3      Het bedrag van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie is opgenomen bij de desbetreffende rubrieken, zoals bepaald in het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 (PB C 139 van 14.6.2006).

4      De marge voor 2012 in rubriek 4 houdt geen rekening met de kredieten betreffende de reserve voor noodhulp (258,9 miljoen EUR). 153,3 miljoen EUR boven het maximum wordt met het flexibiliteitsinstrument gefinancierd.

5      Om de marge ten opzichte van het maximum van rubriek 5 te berekenen, wordt rekening gehouden met voetnoot 1 van het financieel kader 2007-2013 voor een bedrag van 84 miljoen EUR aan bijdragen van de personeelsleden in het pensioenstelsel.

[1]               PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

[2]               COM(2011) 300.

[3]               COM(2011) 372.

[4]               COM(2011) 576.

[5]               Artikel 19, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad.

[6]               Uitgaven van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF), inclusief 30,5 miljoen EUR onder titel 11 Visserij en maritieme zaken en 335,8 miljoen EUR onder titel 17 Gezondheidszorg en consumentenbescherming.

[7]               COM(2009) 267.

[8]               COM(2011) 498.