Bijlagen bij COM(2011)293 - Bescherming van de financiële belangen van de EU, via het strafrecht en door administratieve onderzoeken

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage waarvan concrete uitvoeringsproblemen in de lidstaten worden vermeld, zoals significante verschillen inzake wat onder fraude en corruptie wordt verstaan en te weinig aandacht voor de bijzonderheden van het EU-kader.

[5] Zie bv. resoluties van 6 mei 2010, 2009/2167(INI), en van 6 april 2011, 2010/2247(INI), over de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen en fraudebestrijding.

[6] Zie bv. de resolutie van de Raad betreffende een algemeen EU-beleid ter bestrijding van corruptie – 14 april 2005; de conclusies van de werkgroep betreffende een Europees openbaar ministerie, ingesteld door het Spaans voorzitterschap (eerste helft 2010) en de verklaring van het Belgisch voorzitterschap (tweede helft 2010) over het Stockholmprogramma.

[7] Zie met name het Groenboek over de bewijsverkrijging in strafzaken (COM(2009)624) en maatregelen inzake procedurerechten, zoals Richtlijn 2010/64/EU van 20 oktober 2010 betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures, PB L 280 van 26.10.2010, en het voorstel van de Commissie voor een richtlijn betreffende het recht op informatie in strafprocedures, COM(2010) 392/3.

[8] Zie jaarverslag van Eurojust over 2009, bijlage, figuur 1, blz. 50.

[9] Zie werkdocument van de diensten van de Commissie SEC(2011) 621.

[10] COM (2000) 200, Hervorming van de Commissie – Een witboek.

[11] Zie artikel 28 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

[12] Statuut – gewijzigde Verordening (EEG) 31/62.

[13] Zie SEC(2007) 1341 - Communication on the revision of the Internal Control Standards and Underlying Framework - Strengthening Control Effectiveness.

[14] Institutionele hulpmiddelen op het gebied van controle, auditing en verslaglegging (Verordening (EG) nr. 2035/2005 – PB L 345 van 28.12.2005; Verordening (EG) nr. 1083/2006 – PB L 371 van 27-12-2006; Verordening (EG) nr. 1198/2006 – PB L 223 van 15.8.2006; Verordening (EG,Euratom) nr. 1553/89 – PB L 155 van 7.6.1989; Verordening (EG,Euratom) nr. 1150/2000 – PB L 130 van 31.5.2000); waarschuwing in een vroeg stadium (beschikkingen van de Commissie C(2004) 193 en C(2008) 3872, fraudebestendigheid (Fraude voorkomen door voort te bouwen op operationele resultaten: een dynamisch fraudebestendigheidsbeleid - COM(2007) 806).

[15] De nationale wetgevingen voorzien niet altijd in straffen voor corruptie van verkozenen en parlementsleden. Zie ook werkdocument van de diensten van de Commissie SEC(2011) 621, afdeling 3.1, vergelijkende tabellen van de wetgeving.

[16] Zie werkdocument van de diensten van de Commissie SEC(2011) 621, tabellen 2.2.a en 2.2.c, waaruit blijkt dat het percentage in sommige lidstaten zeer hoog is en in andere zeer laag.

[17] Zie werkdocument van de diensten van de Commissie SEC(2011) 621, tabellen 2.2.a en 2.2.c: percentages van aan de nationale gerechtelijke autoriteiten doorgespeelde dossiers die worden geseponeerd.

[18] Zie werkdocument van de diensten van de Commissie SEC(2011) 621, tabel 2.2.a: de statistieken van de afgelopen 12 jaar van hangende zaken en zaken waarin een rechterlijke uitspraak is gedaan, laten belangrijke verschillen tussen de lidstaten zien.

[19] Bijlage IX, artikel 25, van het Statuut.

[20] Zie bv. het voorstel van de Commissie betreffende de strafrechtelijke bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap - COM(2001) 272, gewijzigd bij COM(2002) 577. Ook de bestaande EU-wetgeving inzake overheidsopdrachten, zoals Richtlijn 2004/17/EG houdende coördinatie van de procedures voor het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten (PB L 134 van 30.4.2004, blz. 1), heeft hierin weinig verandering gebracht.

[21] Zie Groenboek betreffende de modernisering van het EU-beleid inzake overheidsopdrachten - COM(2011) 15, hoofdstuk 5.

[22] Zie PB C 115 van 4.5.2010, blz. 1 (bijvoorbeeld wat betreft oriëntaties voor financiële onderzoeken en het ontnemen van vermogensbestanddelen, punt 4.4.5).

[23] COM(2010) 623 (bijvoorbeeld een fraudebestrijdingsstrategie of OLAF-wetgeving, zie bijlage I, nr. 32, en bijlage II, nr. 81).

[24] Richtlijn 95/46/EG (voor de lidstaten) (PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31) en Verordening (EG) nr. 45/2001 (voor de EU-instellingen) (PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1).

[25] Zie COM(2010) 573 - Strategie voor een doeltreffende tenuitvoerlegging van het Handvest van de grondrechten door de Europese Unie.

[26] PB C 115 van 4.5.2010, blz. 1, afdeling 4.4.5.

[27] COM(2010) 815, artikel 79.

[28] COM(2004) 509, gewijzigd bij COM(2006) 473.

[29] COM(2001) 272, gewijzigd bij COM(2002) 577.

[30] Artikel 85 VWEU.

[31] Artikel 86 VWEU.