Bijlagen bij COM(2018)251 - Aanpassing van het visumbeleid aan nieuwe uitdagingen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2018)251 - Aanpassing van het visumbeleid aan nieuwe uitdagingen.
document COM(2018)251 NLEN
datum 14 maart 2018
bijlage II bij Verordening (EG) nr. 539/2001 16 opgenomen derde land tijdelijk kan worden opgeschort, is onlangs herzien. Tegelijkertijd zullen ook de ontwikkeling van nieuwe informatiesystemen voor grens- en migratiebeheer, zoals het ETIAS en het EES, en de interoperabiliteit tussen de relevante databanken bijdragen tot het beperken van het risico van irreguliere migratie en veiligheidsrisico’s. De Commissie is derhalve van oordeel dat elk toekomstig voorstel om een derde land naar bijlage II over te hevelen, in het bijzonder moet worden beoordeeld in het licht van de risico’s van irreguliere migratie en bedreigingen voor de veiligheid. Indien nodig moet voor dergelijke voorstellen de voorwaarde gelden dat de betrokken derde landen reeds bepaalde maatregelen hebben genomen, zoals de afgifte van biometrische paspoorten of het sluiten van een overnameovereenkomst. Dergelijke maatregelen zouden moeten worden vastgesteld overeenkomstig de criteria van Verordening (EG) nr. 539/2001 17 .

6. DIGITALE VISA 18

De Commissie is voornemens een debat op gang te brengen over de vraag of het verstandig is om over te stappen op digitale visa.

Hoewel sinds de vaststelling van de Visumcode aanzienlijke technologische ontwikkelingen hebben plaatsgevonden, worden visumaanvragen nog grotendeels behandeld volgens procedures van voor de digitale revolutie. De huidige visumprocedure verloopt al deels elektronisch, want aanvragen en beslissingen worden in het VIS geregistreerd, maar twee belangrijke stappen gebeuren nog steeds op papier: het indienen van de visumaanvraag met de vereiste bewijsstukken en de feitelijke afgifte van de visumsticker. Dit zijn de twee stappen waarbij de aanvragers het meest rechtstreeks betrokken zijn, aangezien zij op het consulaat of bij de externe dienstverlener moeten verschijnen: i) om de aanvraag in te dienen en, voor eerste aanvragers, hun vingerafdrukken te laten nemen; en (ii) om aan het einde van de procedure het reisdocument te komen ophalen. Diverse landen (waaronder de VS, Australië en Turkije) zijn al van start gegaan met programma’s voor elektronische visumafgifte en sommige lidstaten passen ook (gedeeltelijk) elektronische procedures toe voor het aanvragen van een visum.

In de tweede helft van 2017 zijn bij de Raad besprekingen gestart met de lidstaten over digitalisering van de visumprocedures, om de procedure voor visumafgifte verder te verbeteren en te vergemakkelijken 19 . De besprekingen spitsten zich toe op twee concrete mogelijkheden: i) digitale visa als alternatief voor fysieke visumstickers; ii) onlineaanvragen als alternatief voor aanvragen op papier.

De meeste lidstaten zijn geïnteresseerd in digitale visa. Enkele potentiële voordelen die worden genoemd, zijn lagere kosten voor de consulaten en een snellere, efficiëntere en klantvriendelijkere aanvraagprocedure. Er werd echter ook beseft dat voor veel aspecten nog verdere diepgaande evaluatie en studie nodig zijn en dat prioriteit moet worden gegeven aan de ontwikkeling en de uitvoering van het EES en ETIAS en de interoperabiliteitsvoorstellen.

De Commissie is eveneens van mening dat digitale visa voor de langere termijn de beste oplossing zijn en zal daarom tegen eind 2018 haalbaarheidsonderzoeken opstarten. De Commissie acht het in dit verband noodzakelijk om met de belanghebbenden het debat aan te gaan over de vraag hoe de technologische ontwikkelingen kunnen worden benut om de visumprocedures verder te stroomlijnen en te vereenvoudigen, zowel voor de aanvragers als voor de consulaten. In het kader van dit debat zullen opties worden beoordeeld en proefprojecten worden bevorderd om het pad te effenen voor toekomstige voorstellen. De resultaten van de proefprojecten die sommige lidstaten al uitvoeren, kunnen als input dienen voor de politieke discussie.

Sommige lidstaten zijn er al mee begonnen om de besluitvorming over visumaanvragen over te hevelen van de consulaten naar de centrale autoriteiten. Daarom moet een debat op gang worden gebracht over de vraag of, en onder welke omstandigheden, de integriteit en de veiligheid van de behandeling van visumaanvragen in dergelijke gevallen kan worden gewaarborgd. Bij dat debat moet rekening worden gehouden met enerzijds het belang van kennis van de plaatselijke omstandigheden bij het beoordelen van het migratierisico bij visumaanvragen en anderzijds de voordelen van een gecentraliseerde aanpak voor de efficiëntie en transparantie.

7. CONCLUSIE

Het gemeenschappelijke visumbeleid van de EU is van essentieel belang voor het waarborgen van de veiligheid en de goede werking van het gebied zonder toezicht aan de binnengrenzen. Het heeft het voor bonafide reizigers gemakkelijker gemaakt om naar de EU te reizen en heeft gezorgd voor een hoge mate van harmonisatie van de procedures van de lidstaten voor de afgifte van visa. Bovendien heeft het visumbeleid zich ontwikkeld van een intern beleidsgebied tot een steeds belangrijker instrument voor de externe betrekkingen van de EU.

Ondanks deze goede ontwikkelingen moet het rechtskader voor het visumbeleid worden aangepast aan de uitdagingen van tegenwoordig, met name de toegenomen risico’s op het gebied van irreguliere migratie en veiligheid. De Commissie stelt daarom vandaag een aantal wijzigingen van de Visumcode voor en verzoekt het Parlement en de Raad deze snel goed te keuren. Later dit voorjaar zullen wijzigingen van het rechtskader van het VIS volgen.

Voorts zal de Commissie, samen met de hoge vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, maatregelen nemen ter bevordering van de samenhang tussen het visumbeleid van de EU en de externe betrekkingen van de EU, om de belangen van de EU beter te kunnen dienen. Dit geldt ook voor de samenhang van het visumbeleid met het beleid op andere gebieden.

Met het oog op de toekomst zal de Commissie met het Parlement, de lidstaten en andere belanghebbenden besprekingen aangaan over verdere digitalisering van de visumprocedures. Tegen eind 2018 zal een aantal studies worden gestart die in deze besprekingen zullen worden meegenomen. De noodzaak om voor voldoende financiële middelen te zorgen is een belangrijk aspect dat in aanmerking moet worden genomen in het meerjarig financieel kader voor de periode na 2020.

(1) Het gemeenschappelijk visumbeleid bestaat uit een reeks geharmoniseerde voorschriften inzake aspecten als: i) de gemeenschappelijke „visumlijsten” van landen waarvan de onderdanen een visum nodig hebben om naar de EU te reizen, en van landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld; ii) de Visumcode met de procedures en voorwaarden voor de afgifte van visa voor kort verblijf; iii) het uniforme model voor de visumsticker; en iv) het Visuminformatiesysteem (VIS), waarin alle visumaanvragen en de desbetreffende besluiten van de lidstaten zijn geregistreerd, met inbegrip van de persoonsgegevens, foto’s en vingerafdrukken van de aanvragers.
(2) Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1).
(3) Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening) (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).
(4) COM(2014) 164 van 1.4.2014.
(5) Het EES is ingesteld bij Verordening (EU) 2017/2266 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017.
(6) COM(2016) 731 van 16.11.2016.
(7) COM(2017) 793 van 12.12.2017.
(8) Het totale aantal aangevraagde visa steeg van 10,2 miljoen in 2009 tot 15,2 miljoen in 2016.
(9) In januari 2018 waren al meer dan 52 miljoen visumaanvragen en bijna 45 miljoen vingerafdrukken in het VIS geregistreerd.
(10) De herziening betreft de volgende rechtshandelingen: Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS), Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 (besluit betreffende de toegang van rechtshandhavingsautoriteiten tot het VIS), Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 (VIS-verordening) en de Visumcode.
(11)

   De databank voor gestolen of verloren reisdocumenten (SLTD) en de databank voor reisdocumenten met signaleringen (TDAWN) van Interpol bevatten informatie over reisdocumenten die verband houden met personen die bij Interpol gesignaleerd staan.

(12) De deskundigengroep op hoog niveau is in juni 2017 door de Commissie opgericht als adviesorgaan voor de verbetering van de EU-architectuur voor gegevensbeheer op het gebied van grenstoezicht en veiligheid. Het eindverslag van de groep is op 11 mei 2017 vastgesteld.
(13) Zoals visa voor verblijf van langere duur en verblijfsdocumenten (waaronder verblijfsvergunningen en verblijfskaarten).
(14) Routekaart voor het verbeteren van informatie-uitwisseling en informatiebeheer op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, onder meer door middel van interoperabiliteitsoplossingen (door de Raad goedgekeurd op 9 juni 2016).
(15) Er is bijvoorbeeld ten minste één derde land dat 16 bilaterale visumvrijstellingsovereenkomsten met Schengenlanden heeft gesloten, waardoor de onderdanen van dat land, althans in theorie, tot 51 maanden (16×3 + 1×3) legaal in de ruimte zonder toezicht aan de binnengrenzen zouden kunnen verblijven.
(16) Verordening (EG) nr. 539/2001 van de Raad van 15 maart 2001 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld (PB L 81 van 21.3.2001, blz. 1).
(17) De Commissie stelt vandaag ook een voorstel vast tot codificatie van deze verordening. Deze codificatie wordt voorgesteld ter verbetering van de toegankelijkheid en de transparantie van deze wetgevingshandeling, zonder dat iets wordt veranderd aan de materiële regels ervan, zulks overeenkomstig de gangbare praktijk inzake codificatie.
(18) In dit document wordt met de term „digitale visa” verwezen naar zowel digitale visa als het online aanvragen daarvan.
(19) Zie nota I/A-punt 14616/17 van 23.11.2017 voor een samenvattend verslag.