Bijlagen bij COM(2006)129 - Overbrugging van de breedbandkloof

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2006)129 - Overbrugging van de breedbandkloof.
document COM(2006)129 NLEN
datum 20 maart 2006
bijlage bij deze mededeling wordt een uitvoerig overzicht gegeven over de resultaten van deze openbare raadpleging.

4.2. Redenen voor overheidsbemoeienis

Met maatregelen van overheden op alle niveaus kan de dekking in achterstandsgebieden worden verbeterd. Maar of de marktwerking tekortschiet, valt moeilijk te bepalen, vooral als er onduidelijkheid is over het tempo van de breedbanduitrol. De voordelen van overheidsbemoeienis moeten daarom duidelijk en aanzienlijk zijn, zodat de risico's van ongewenste gevolgen worden gecompenseerd. Een van die risico's is dat de technologische ontwikkeling kan worden afgeremd door in overheidsprogramma's voor een bepaalde technologie of dienst te kiezen. Een ander risico is dat overheidsbemoeienis een concurrentievervalsend effect kan hebben, evenals gevolgen voor investeringen op commerciële basis. Ten slotte zijn de mensen, gezien het grote verschil dat er momenteel tussen dekking en acceptatie bestaat, misschien gewoon niet bereid deze technologie te gebruiken.

Van al deze risico's moet een inschatting worden gemaakt wanneer initiatieven worden overwogen met betrekking tot stimulering of bundeling van de vraag, verstrekking van subsidies en leningen, gemeentelijke initiatieven, concurrentie, enz. Een dergelijke analyse verplicht beleidsmakers ertoe voortdurend en tijdig van betrouwbare gegevens over breedband gebruik te maken. Bijzonder relevant hierbij is het kaartmateriaal met betrekking tot de infrastructuur.

Lokale overheden verkeren in de juiste positie om lokale informatie te verzamelen en de lokale vraag naar breedbanddiensten te bundelen. Zij zijn vertrouwd met de plaatselijke topografie en daarom in staat de optimale combinatie van technologieën te bepalen. Zij kunnen de ontwikkeling van lokale diensten vergemakkelijken of lokale proefprojecten opstarten om nieuwe technologieën uit te proberen. Zij kunnen steun verlenen voor de uitrol van een krachtige, toekomstvaste infrastructuur die toegankelijk is voor dienstverleners die met elkaar concurreren op voet van gelijkheid.

Kortom, de lokale/regionale overheden verkeren in de beste positie om een breedbandproject te plannen waarbij rekening wordt gehouden met de lokale behoeften en de technologische eisen. De nationale breedbandstrategieën moeten worden versterkt om rekening te houden met lokale behoeften. Aangezien de projecten versnipperd zijn, kunnen de lokale en regionale overheden ook enorm profiteren van een betere uitwisseling van beste praktijken.

4.3. Beschikbare instrumenten

De ontwikkeling en toepassing van doeltreffende beleidsinstrumenten om een gebrekkige marktwerking te ondervangen, is een complexe zaak. Toch staan er op EU-niveau hiervoor verschillende instrumenten ter beschikking:

i) Toepassing van het regelgevingskader voor elektronische communicatie: Breedband ontwikkelt zich op de geliberaliseerde markten in hoog tempo. Meer concurrentie is daarom de beste manier om de marktontwikkeling te stimuleren. Vanwege het belang van draadloze oplossingen voor plattelandsgebieden zou door een betere coördinatie met het EU-radiospectrumbeleid bovendien voor meer harmonisatie kunnen worden gezorgd en de breedbandontwikkeling kunnen worden gestimuleerd.

Actie 1: De lidstaten moeten het regelgevingskader voor elektronische communicatie volledig ten uitvoer leggen om een open toegang en commerciële introductie in plattelandsgebieden te vergemakkelijken. Wat het spectrum betreft, werkt de Commissie samen met de lidstaten aan de harmonisatie van de technische voorwaarden voor het gebruik van draadloze breedbandtoepassingen in de EU met de bedoeling een interne markt tot stand te brengen en de introductie van innovatieve technologieën aan te moedigen.

ii) Financiering door de overheid: Nu overheden steeds meer betrokken raken bij breedbandinitiatieven, wordt stilaan duidelijker dat overheidsbemoeienis de uitrol van breedband in minder winstgevende regio's kan versnellen, waarbij de concurrentie in de toekomst gegarandeerd wordt door eisen te stellen aan de open toegankelijkheid van deze infrastructuur.

Actie 2: Vormen van overheidsbemoeienis, zoals leningen en subsidies en publiek-private partnerschappen, moeten in gebieden met een te lage dekking worden aangemoedigd. De lidstaten kunnen ook experimenteren met belastingvoordelen voor abonnees, mits deze aan de mededingingsregels en het principe van technologische neutraliteit voldoen.

iii) Overheidssteun en mededingingsbeleid: Overheidsbemoeienis kan de mededinging verstoren. Daarom zijn de voorschriften ten aanzien van staatssteun zo belangrijk voor het garanderen van de mededinging. Wanneer wordt overwogen staatssteun te verlenen, moet de Europese Commissie hiervan in kennis worden gesteld. De Commissie onderzoekt of de plannen verenigbaar zijn met de regels van het Verdrag. Er zijn al diverse beslissingen genomen waarmee steun werd toegekend voor breedbandprojecten op het platteland en in afgelegen gebieden waartegen de Commissie geen bezwaar heeft gemaakt. Een overzicht van deze beslissingen is te vinden in hoofdstuk 3 en bijlage 3 van het verslag van het Digital Divide Forum. De uitrol van een open infrastructuur die gebaseerd is op technologische neutraliteit en die door een onafhankelijke organisatie wordt beheerd, lijkt de meest geschikte oplossing om de mededinging te waarborgen.

Actie 3: De Commissie zal haar gedragslijn nader toelichten en onder de aandacht brengen ten einde het nodige houvast te geven inzake de verlening van staatssteun voor breedbandprojecten.

iv) EU-financiering: Structuurfondsen en Fonds voor plattelandsontwikkeling: Op EU-niveau dragen de Structuurfondsen en het Fonds voor plattelandsontwikkeling bij aan de ontwikkeling van regionale en rurale gebieden met een achterstand. In het kader van het herziene Lissabon-proces heeft de Commissie voorgesteld de programma's te steunen met gerichte investeringen in kennis door de Structuurfondsen. Met name in afgelegen gebieden, op het platteland en in de nieuwe lidstaten moeten de Structuurfondsen de beschikbaarheid van ICT-infrastructuur waarborgen wanneer de markt er niet in slaagt deze aan te bieden tegen een betaalbare prijs en met de voor de te leveren diensten vereiste kwaliteit. Bovenal moeten de Structuurfondsen streven naar een betere spreiding van de informatiemaatschappij door een evenwichtige ondersteuning van de vraag naar en het aanbod van ICT-producten en -diensten, evenals door verbetering van het menselijk kapitaal. De investeringsbalans moet de huidige kloof tussen de breedbanddekking en de breedbandpenetratie in dit gebied weerspiegelen.

In 2003 zijn richtsnoeren voor het gebruik van de Structuurfondsen op het gebied van elektronische communicatie verschenen[15]. Bij het nieuwe Fonds voor plattelandsontwikkeling zal het accent worden gelegd op toekomstgerichte investeringen in menselijk kapitaal en innovatie, waaronder ook de toepassing van ICT in plattelandsgebieden[16]. De programma's voor plattelandsontwikkeling kunnen een belangrijke rol spelen bij het garanderen van de aanleg van een passende kleinschalige lokale infrastructuur teneinde belangrijke investeringen te koppelen aan lokale strategieën voor diversificatie en ontwikkeling van het potentieel van de landbouw- en voedingssector. Alleen zo kunnen de beoogde multiplicatoreffecten op het gebied van werkgelegenheid en groei worden gerealiseerd.

Actie 4: De Commissie zal in de eerste helft van 2007 een conferentie organiseren om de ICT-wereld en de achterban op het platteland bijeen te brengen. Het doel is meer inzicht te verwerven in de behoeften van gebruikers in plattelandsgebieden en de betrokkenen te doordringen van de mogelijkheden van ICT bij de ontwikkeling van het platteland. Daarbij zal de nadruk worden gelegd op de wijze waarop plattelandsgemeenschappen en -bedrijven gebruik kunnen maken van een betere ICT-infrastructuur en breedbandtoegang, evenals op de synergie tussen de Structuurfondsen en het Fonds voor plattelandsontwikkeling.

v) Bundeling van vraag en aanbod: De onzekerheid omtrent de vraag beïnvloedt de verwachte winst op investeringen en ontmoedigt zakelijke investeringen. Lokale overheden verkeren in een goede positie om een registratiesysteem op te zetten teneinde de lokale behoefte te peilen zodat die uiteindelijk naar de markt kan worden gebracht. Wanneer de collectieve vraag in een gemeenschap ontoereikend is, kunnen de gemeenten de vraag uit verscheidene gemeenschappen bundelen.

Actie 5: De Commissie zal een website opzetten om de uitwisseling van beste praktijken en vraagbundeling te stimuleren. Deze zal als centraal informatieplatform fungeren, waarop aanbestedingen kunnen worden bekendgemaakt en dat als centrale ingang voor de uitwisseling van beste praktijken zal dienen. Deze website kan zich zo ontwikkelen tot een virtuele ontmoetingsplaats voor leveranciers en lokale overheden. In het bijzonder zou deze website zeer dunbevolkte gebieden in staat kunnen stellen de behoeften op het gebied van breedband te coördineren, zodat een kritische massa kan worden bereikt voor technologische oplossingen, b.v. met behulp van satellieten, waarmee een groot gebied kan worden gedekt.

vi) Modernisering van overheidsdiensten: Alle lidstaten ondersteunen de ontwikkeling van online-overheidsdiensten. De ontwikkeling van innovatieve diensten stimuleert op haar beurt de vraag van de gebruiker, waardoor weer de uitrol van de infrastructuur wordt bevorderd. De ontwikkeling van moderne online-overheidsdiensten is een krachtig instrument voor het stimuleren van de breedbandbehoefte.

Actie 6: Met een actief beleid op nationaal en regionaal niveau om de connectiviteit van overheden, scholen en gezondheidscentra te verbeteren, kan een kritieke massa van gebruikers worden gecreëerd, terwijl tegelijkertijd de vraag wordt gestimuleerd door de voordelen van op breedband steunende diensten te demonstreren. De Commissie zal bij de ontwikkeling van haar e-overheidsactieplan in 2006 rekening houden met de stimulerende werking van online-overheidsdiensten in minder begunstigde regio's.

5. CONCLUSIES

Grootschalige toegang tot breedband is een kernvoorwaarde voor de ontwikkeling van moderne economieën en een belangrijk onderdeel van de Lissabon-agenda. De Europese Unie moet meer doen om breedbanddiensten populair te maken en de verdere uitrol te stimuleren, met name in de minder ontwikkelde gebieden van de Unie.

In deze mededeling wordt er bij overheden op alle niveaus in de Europese Unie op aangedrongen actiever gebruik te maken van de beschikbare instrumenten en technologieën.

De lidstaten worden verzocht hun bestaande nationale breedbandstrategieën bij te stellen om alle betrokkenen meer houvast te geven. In de desbetreffende documenten zouden doelstellingen kunnen worden opgenomen ten aanzien van de dekking en de marktpenetratie, waarbij geprofiteerd kan worden van een actief partnerschap met regionale overheden en van alternatieve financieringswijzen (nationaal, Structuurfondsen, Fonds voor plattelandsontwikkeling). In de nationale breedbandstrategieën zouden ook duidelijke doelstellingen voor de connectiviteit van scholen, overheidsdiensten en gezondheidscentra kunnen worden opgenomen.

De Commissie zal in het kader van de "Groep op hoog niveau voor i2010" discussiebijeenkomsten over deze strategieën sturen en organiseren.

De Commissie zal de voor de digitale kloof relevante ontwikkelingen blijven volgen door:

a) alle aspecten van het fenomeen "digitale kloof" in het jaarlijkse voortgangsrapport voor i2010 en in het kader van het e-inclusie-initiatief, dat voor 2008 op stapel staat, te analyseren;

b) de breedbandontwikkelingen in de nieuwe lidstaten te volgen en daarover in 2006 verslag uit te brengen.

[1] "Tijd voor een hogere versnelling", het jaarlijkse voortgangsverslag van de Europese Commissie voor 2006 over groei en werkgelegenheid: http://europa.eu.int/growthandjobs/annual-report_en.htm

[2] COM(2005) 229.

[3] Zie http://europa.eu.int/information_society/eeurope/i2010/digital_divide/index_en.htm

[4] M. O’Mahony en B. Van Ark, “EU productivity and competitiveness: An industry perspective”, http://www.ggdc.net/pub/EU_productivity_and_competitiveness.pdf.

[5] "Snelle verbindingen voor Europa: Nationale breedbandstrategieën", COM(2004) 369.

[6] Er zijn nog geen vergelijkbare gegevens over de dekking in de nieuwe lidstaten beschikbaar.

[7] Onder DSL-dekking wordt verstaan het percentage van de bevolking dat is aangesloten op centrales die aan DSL zijn aangepast. In de DSL-dekking zitten dus ook de natuurlijke personen en bedrijven die te ver van de centrale verwijderd zijn voor een breedbandaansluiting, waardoor dit getal hoger is dan de eigenlijke dekking.

[8] In algemenere zin zullen er in 2013 naar verwachting ten minste 4,7 miljoen aspirant-gebruikers zijn die niet voor een commerciële breedbandaansluiting in aanmerking komen. Zie bijlage 1, voetnoot 17.

[9] Een uitvoerige beschrijving van hun eigenschappen is te vinden in hoofdstuk 2 van het rapport van het Digital Divide Forum.

[10] De Commissie heeft op 29 september 2005 een nieuwe strategie gepresenteerd voor een optimaal gebruik van het radiospectrum in Europa, zie COM(2005) 400, COM(2005) 411 en COM(2005) 461.

[11] COM(2003) 65, COM(2003) 673, COM(2004) 61, COM(2004) 369 en COM(2004) 380.

[12] COM(2002) 263.

[13] Zie http://europa.eu.int/comm/regional_policy/sources/docoffic/working/sf2000_en.htm.

[14] COM(2003) 673.

[15] Zie voetnoot 13.

[16] De Commissie heeft een reeks Communautaire strategische richtsnoeren voor de periode 2007-2013 gepresenteerd (COM(2005) 299 en COM(2005) 304) om de volgende generatie van programma's inzake het cohesiebeleid en de plattelandsontwikkeling beter op groei en werkgelegenheid af te stemmen.