Bijlagen bij COM(2005)411 - Vooruitziend radiospectrumbeleid voor de EU - Tweede jaarverslag

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2005)411 - Vooruitziend radiospectrumbeleid voor de EU - Tweede jaarverslag.
document COM(2005)411 NLEN
datum 6 september 2005
Bijlage 1: Ontwikkelingen sedert het eerste verslag 12

Bijlage 2: Tijdschema voor EU-beleidsmaatregelen m.b.t. het spectrumbeheer 14
1.Samenvatting

Het radiospectrum is een basismedium voor tal van essentiële diensten in onze samenleving: mobiele, draadloze en satellietcommunicatie, TV- en radio-omroep, vervoer, radioplaatsbepaling (GPS/Galileo), en vele andere toepassingen (alarmering, afstandsbedieningen, gehoorapparaten, microfoons, medische apparatuur, enz.). Radiotechnologie wordt ook gebruikt ter ondersteuning van openbare diensten als defensie, veiligheid/beveiliging en wetenschappelijke activiteiten (b.v. meteorologie, aardobservatie, radioastronomie en ruimteonderzoek).

Een doeltreffend en coherent gebruikt van het spectrum voor deze doeleinden kan voor de Europese Unie een hulpmiddel zijn om de doelstellingen van Lissabon door stimulatie van groei, concurrentievermogen en werkgelegenheid te verwezenlijken. Doordat de beschikbare spectrumruimte momenteel zo inefficiënt wordt verdeeld en gebruikt, ontstaan er kosten, worden er door het bedrijfsleven kansen gemist en vinden innoverende diensten minder goed hun weg naar de consument.

Spectrumbeheer heeft, gezien de afhankelijkheid van de Europese en wereldmarkten van op radiotechnologie gebaseerde diensten, en de noodzaak om schadelijke interferentie tussen landen te vermijden, een beduidende grensoverschrijdende dimensie. Een gecoördineerd spectrumbeleid in de EU is erop gericht een echte interne markt voor radiodiensten en
-apparatuur te bevorderen. Wat dit betreft, is de Commissie van plan concrete maatregelen te treffen om:

- het spectrum gemakkelijker toegankelijk te maken, door toewijzing en gebruik efficiënter te maken, innovatie te bevorderen, en voor een grotere mate van flexibiliteit voor de gebruiker en meer keuzemogelijkheden voor de consument te zorgen.

- convergentie tot een realiteit te laten worden, door kunstmatige restricties, met name tussen omroep en mobiele communicatie, weg te nemen.

In dit verslag wordt in het kort de strategie van de Commissie uiteengezet voor een coherent EU-radiospectrumbeleid als onderdeel van het initiatief i2010, waarmee geprobeerd wordt de ontwikkeling van de digitale economie te stimuleren. In het bijzonder is het van essentieel belang dat het gebruik van het radiospectrum geleidelijk en systematisch wordt geliberaliseerd. Zonder dat de nationale belangen op dit gebied uit het oog mogen worden verloren, moet toch gezegd dat gemeenschappelijke maatregelen op EU-niveau in kritieke mate zullen bijdragen tot de coherentie en het uiteindelijke welslagen van deze taak.
2.De huidige toestand van het radiospectrumbeleid op EU-niveau

Dit is het tweede verslag over de activiteiten die zijn ontplooid in het kader van Beschikking 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (de “Radiospectrumbeschikking” - RSB). Hierin wordt een geconsolideerd overzicht gegeven van de momenteel lopende maatregelen en de toekomstige uitdagingen voor een EU‑spectrumbeleid, en wordt een en ander in een bredere beleidscontext geplaatst.

Of Europa bij de ontwikkeling en de toepassing van radiotechnologie voorop kan lopen, hangt af van een efficiënt gebruik van het spectrum en van de beslissingen die de beleidsmakers in dit opzicht zullen nemen. In haar eerste verslag over het radiospectrumbeleid in de EU1 wijst de Commissie op de noodzaak van een hervorming bij het beheer van dit kostbare medium.

De EU-lidstaten, die voor een groot deel voor hun nationale spectrumbezit verantwoordelijk zijn, hebben reeds bevestigd hoe belangrijk een gemeenschappelijk EU-beleid op dit gebied voor de totstandbrenging en het functioneren van de interne markt is. Zij zijn het ook eens over de noodzaak van een beleidsgebaseerde benadering op lange termijn, gericht op een verbetering van de flexibiliteit van het spectrumbeheer en het vermogen om hierbij snel op veranderende omstandigheden in te spelen, met het oogmerk het concurrentievermogen te vergroten en innovatie te bevorderen, zonder hierbij doelstellingen van algemeen belang uit het oog te verliezen2.

Het afgelopen jaar heeft dit beleid de beginfase achter zich gelaten en de eerste concrete resultaten opgeleverd. Er zijn besprekingen op hoog niveau van start gegaan over belangrijke vraagstukken op het vlak van het radiospectrumbeleid, zoals de invoering van spectrummarkten3 en de overgang naar digitale TV4. De eerste harmonisatiemaatregelen om de toegang van de burger tot innovatieve technologieën te blijven verzekeren en de interne markt van de EU tot ontwikkeling te brengen zijn eveneens goedgekeurd, waardoor draadloze internetconnectiviteit5 en antibotsingssystemen voor auto’s worden ondersteund6. De Commissie heeft ook in de nodige richtsnoeren voorzien ter ondersteuning van de EU-belangen bij internationale onderhandelingen en zich bezonnen op manieren om de beschikbaarheid van spectruminformatie te verbeteren. In bijlage 1 worden nadere bijzonderheden over deze activiteiten gegeven.
3.De bijdrage van het spectrumbeleid aan de doelstellingen van Lissabon

Tijdens de Europese Top van maart 2005 hernieuwden de EU-leiders hun partnerschap voor groei en werkgelegenheid, o.a. via de opbouw van een informatiemaatschappij voor iedereen, gebaseerd op een wijdverbreid gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) bij de overheid, door het MKB en door particulieren7. Met haar initiatief i2010 onderschrijft de Commissie deze analyse volledig en ziet zij ICT nadrukkelijk als belangrijke aanjager van concurrentie en groei8. Wil informatie- en communicatietechnologie in onze samenleving ingang vinden, dan is het van cruciaal belang dat er binnen de EU een open interne markt wordt gecreëerd voor alles wat te maken heeft met de informatiemaatschappij en de mediadiensten.

In deze context is het wel duidelijk dat er voor een op kennis gebaseerde en mobiele informatiemaatschappij aanzienlijke verbeteringen bij het spectrumbeheer9 nodig zullen zijn. Door de belemmeringen voor de toegang tot het spectrum van opkomende radiotechnologieën weg te nemen kunnen wij ertoe bijdragen dat deze tijdig ingang vinden, kunnen er betere voorwaarden worden geschapen voor een duurzame en evenwichtige economische vooruitgang en werkgelegenheid, en kan de levenskwaliteit van de burgers worden verbeterd.

Hoe belangrijk de besluitvorming rond het spectrumbeleid wel is, valt ondermeer af te leiden uit het effect ervan op de ontwikkeling van de mobielecommunicatiesector. In de jaren tachtig ging het hier slechts om een kleine, in nationale fragmenten verbrokkelde markt. Toen de EU op het juiste ogenblik met haar geharmoniseerde frequenties kwam, vormde dit het “startsein” voor de ontwikkeling van een nieuw pan-Europees systeem voor digitale cellulaire telefonie (GSM). Tevens stimuleerde de EU, door middel van nieuwe vergunningen, een geleidelijke invoering van concurrentie in deze sector, en financierde zij de coördinatie van industriële O&O-activiteiten. Deze coherente aanpak droeg in belangrijke mate bij tot de opkomst van een industrie welke in 2004, alleen al voor de EU15, een BBP-aandeel van 105,6 miljard euro genereerde. De sector mobiele telefonie heeft naar schatting 2,8 miljoen banen in de EU15 gecreëerd. Indien de huidige trends doorzetten, zal deze de landbouwsector, of de sectoren elektriciteit, gas en water tezamen gevoegd, weldra qua omzet voorbijstreven10.

Kort geleden nog zijn er besluiten op het vlak van het spectrumbeleid genomen die van fundamentele invloed zijn op de volgende generatie mobiele communicatiesystemen (“3G”). Terwijl het spectrum voor 3G in de EU werd geharmoniseerd 11, vertoonde het ten aanzien van exploitanten gevoerde vergunningsbeleid wijdverbreid nationale variaties, met uiteenlopende timing- en toewijzingsmechanismen (verschillende soorten veilingen, vergelijkende offertes of een gemengde aanpak), die in feite een afspiegeling vormden van uiteenlopende nationale beleidsdoelstellingen. De totale vergunningsopbrengsten (circa 109 miljard euro) waren zeer ongelijk over de EU verspreid. Gezien de steeds meer pan-Europees georiënteerde strategieën van de mobiele sector, had men met meer coördinatie op EU-niveau bij de invoering van innovatieve spectrumtoewijzingsmechanismen sommige van de nadelige gevolgen voor de sector kunnen verzachten12.

Beslissingen op het vlak van het spectrumbeheer zijn tevens van cruciaal belang voor talrijke andere actuele maatschappelijke “trends”, zoals de overgang naar digitale TV, de ontwikkeling van draadloze technologie voor kantoor, thuisgebruik en school, veiliger vervoer door de lucht13, over zee, per spoor en over de weg, en een meer doeltreffende dienstverlening op het vlak van openbare veiligheid en gezondheidszorg.
4.Naar een coherent spectrumbeleid van de EU

De lidstaten hebben, wat het beheer van het radiospectrum , alle hetzelfde globale doel voor ogen, namelijk een optimaal gebruik van dit natuurlijke goed ten dienste van het algemeen maatschappelijk nut. De juiste aanpak om dit doel beter te kunnen bereiken is evenwel moeilijk te vinden, wegens de vele belangen die de weerslag zullen ondervinden van de door te voeren veranderingen, de significante “nalatenschap” van eerdere besluiten en het effect dat de nationale maatregelen op andere landen en de interne markt van de EU hebben.

4.1.Zoeken naar gecoördineerde oplossingen voor gemeenschappelijke problemen

Overal in de ontwikkelde wereld worden verbeteringen in het spectrumbeheer actief overwogen en doorgevoerd14. De Commissie is ervan overtuigd dat een doeltreffende spectrumhervorming aanzienlijke voordelen voor Europa met zich zal meebrengen. Naast de ambitieuze hervormingen in het spectrumbeleid van de lidstaten dient men echter wel in voldoende mate ook het EU-perspectief in overweging te nemen. Het risico voor Europa van een nodeloze verbrokkeling van de nationale beleidsmaatregelen komt voort uit het feit dat de bestaande, onvolkomen convergentie bij het spectrumgebruik door unilaterale maatregelen juist wordt ondermijnd, zonder dat hervormingen op deze manier, door de relatieve kleinschaligheid van de nationale markten, tot de verhoopte economische en maatschappelijke voordelen kunnen leiden.

In de draadloze sector is de omvang van de markt een belangrijke factor. Het hoge innovatietempo bij met de IT-industrie samenhangende radiotoepassingen kan worden toegeschreven aan het feit dat deze bedrijfstak zich toelegt op prijsverlagingen voor de consument door het verschaffen van goedkope, gestandaardiseerde (d.w.z. niet merkgebonden), interoperabele oplossingen – WiFi en Bluetooth zijn hiervan goede voorbeelden. Deze benadering vereist enerzijds snelle en kosteloze toegang tot het radiospectrum, en berust anderzijds op grote markten die open zijn voor nieuwe toepassingen, waardoor sterkere investeringsprikkels en beduidende schaalvoordelen ontstaan.

Dit “vlakke speelveld” waarop technologie vlot door alle betrokkenen kan worden geabsorbeerd, bestaat al in de VS en Japan (in de toekomst ook in China en India), maar ontbreekt veelal op de markt van de EU, waar het verbrokkelingspotentieel als gevolg van de nationale markten nog te groot is om de aanzienlijke particuliere investeringen te kunnen aantrekken die nodig zijn om nieuwe radiotechnologieën te kunnen ontwikkelen en echte concurrentie mogelijk te maken.

Het komt dus hierop neer dat het gebruik van het radiospectrum duidelijk een weerslag heeft op de nationale prerogatieven, maar dat – en dit is evenzeer duidelijk – een echte interne markt van de EU voor op radiotechnologie gebaseerde apparatuur en diensten moet worden onderbouwd met een gemeenschappelijk beleid t.a.v. en een op regelgeving gebaseerde benadering van de spectrumtoegangsproblematiek, om de vereiste “kritische massa” voor hervormingen te bereiken, om industrie en gebruikers ervan te overtuigen dat iedere vorm van innovatieve technologie die door deregulering mogelijk wordt gemaakt de gehele EU-markt zou kunnen bereiken, en om openbare diensten te kunnen beschermen.

4.2.Overstappen op een nieuwe aanpak van het spectrumbeheer

Doordat het bij het spectrumbeheer ontbrak aan de nodige flexibiliteit om de technologische ontwikkelingen te volgen en de behoeften van de consument in het oog te houden, zijn er voor nieuwe radiotechnologieën “knelpunten” in het spectrum ontstaan. In Europa wordt het algehele probleem door de onvolkomenheden van de interne markt voor op radiotechnologie gebaseerde apparatuur en diensten nog complexer. In de praktijk wordt de industrie nog steeds met verschillende nationale regelgevingen en uiteenlopende beleidsbenaderingen geconfronteerd.

Het spectrum is van oudsher verdeeld via gedetailleerde administratieve besluiten ex-ante. Deze aanpak is onder steeds grotere druk komen te staan als gevolg van het hoge tempo waarmee de technologische ontwikkelingen elkaar opvolgen en de grote vraag naar draadloze toepassingen. Door de vereiste van voorafgaande wettelijke goedkeuring kan de introductie van nieuwe producten lange tijd worden opgehouden of zelfs onmogelijk worden gemaakt.

Ten einde de distributie van de beschikbare spectrumruimte flexibeler te maken, heeft men nieuwe beheersmodellen uitgewerkt, waarvan de voornaamste twee hieronder worden beschreven:

- Spectrummarkten, waarmee het gebruik van het spectrum efficiënter kan worden opgezet, omdat de industrie beter in staat is dan regelgevers om de meest hoogwaardige toepassingen als zodanig te herkennen. De kunstmatige schaarste van dit goed moet worden aangepakt door middel van een “vrije markt” van verhandelbare rechten voor het gebruik van bepaalde frequenties, een en ander afhankelijk van de marktvraag.

- Vergunningvrij gebruik (“commons” model), waarbij voor apparatuur (in de regel consumentenelektronica met laag vermogen) die aan bepaalde technische voorwaarden voldoet, geen vergunning vereist is. Dank zij deze verlichting van de reguleringsdruk hebben zich reeds nieuwe goed gedijende radiosectoren kunnen ontwikkelen die betrekkelijk geringe hoeveelheden spectrumruimte in beslag nemen, en meer flexibiliteit kan dus alleen maar goed zijn.

Er zou naar een de gehele EU omvattende evenwichtige benadering met inachtneming van alle spectrummodellen moeten worden gestreefd15. De optimale “mix” van deze modellen moet worden gevonden aan de hand van verschillende criteria, zoals de vraag hoe snel het product op de markt kan worden gebracht (speed to market), bescherming tegen schadelijke storingen, kwaliteit van de dienstverlening, de belangen van de interne markt en de noodzaak innovatie te bevorderen.
5.De weg vooruit: overzicht van de belangrijkste beoogde initiatieven

De Commissie is voornemens het gebruik van het radiospectrum in de EU doeltreffender te maken door middel van een samenhangend geheel van concrete maatregelen, een en ander gecoördineerd met hetgeen de lidstaten zelf doen. Een tijdschema voor deze maatregelen is in bijlage 2 te vinden.

5.1.Vaststelling van gemeenschappelijke, duidelijke en flexibele regels

Een gemeenschappelijk geheel van regels voor spectrumbeheer is noodzakelijk om investeerders de nodige voorspelbaarheid en gebruikers de nodige grenzenloze functionaliteit voor hun apparatuur te bieden. Terwijl een toereikende EU-rechtsgrondslag voor spectrumharmonisatie en de exploitatie van radioapparatuur reeds voorhanden is16, zal bij de komende herevaluatie van het regelgevingskader voor e-communicatie geprobeerd worden de nieuwe benaderingen van het spectrumbeleid te integreren en meer klaarheid te brengen in aan het spectrumgebruik gerelateerde concepten, zoals efficiëntie en interferentie17. Er zullen gemeenschappelijke regels voor de spectrumhandel worden overwogen, evenals een meer uitgesproken EU-dimensie van het vergunningenstelsel.

De herevaluatie zal ook de gelegenheid verschaffen om meer klaarheid te brengen in de beginselen van neutraliteit van technologie en diensten als toegepast op het spectrum. Als regel zou de toepassing van deze beginselen steeds moeten worden nagestreefd, hoewel technische overwegingen, zoals i.v.m. de noodzaak storingen te vermijden, hier een beperkende factor kunnen zijn. Verdere afwijkingen van deze beginselen zouden per geval toelaatbaar zijn indien primerende EU-belangen zulks wettigen.

5.2.Een flexibeler gebruik van het spectrum

Meer flexibiliteit bij het spectrumgebruik betekent efficiënter werken, omdat hierdoor meer keuzemogelijkheden voor het gebruik van bepaalde frequentiebanden ontstaan. Gemeenschappelijke voorwaarden voor een dergelijke flexibiliteit zullen beter zijn voor de interne markt van de EU:

- De Commissie stelt voor tegen 2010 spectrummarkten in de EU te introduceren18. Met een gecoördineerde introductie in de EU zou worden vermeden dat er afbreuk wordt gedaan aan de voordelen van een geïntegreerde Europese markt voor e-communicatie en zou men een netto opbrengst van 9 miljard euro per jaar mogen verwachten19.

- Door de overstap van analoog naar digitaal bij terrestrische omroep zal, dank zij de grotere efficiëntie van deze techniek, extra spectrumcapaciteit (“digital dividend”) vrijkomen. De Commissie moet de agenda van Lissabon steunen door de introductie van pan-Europese innoverende toepassingen in een deel van het vrijkomende spectrum te coördineren. Deze doelstelling zal gemakkelijker te realiseren zijn indien er een streefdatum voor de stopzetting van analoge omroepactiviteiten overal in de EU (2012) wordt vastgesteld20.

- Er zal binnenkort een debat plaatsvinden21 over een gemeenschappelijke benadering van de spectrumproblematiek voor alle draadloze platforms die e-communicatiediensten verstrekken. De spectrumregulering zou oog moeten hebben voor de huidige convergentietrends (omroep-cellulair mobiel; spraak-data; vaste, mobiele en nomadische technologie), en geen kunstmatig onderscheid tussen deze trends mogen aanbrengen. De frequenties voor deze toepassingen zouden dan geleidelijk moeten worden gebundeld en vrijelijk ter beschikking van de gebruikers moeten worden gesteld.

- Tevens zou men zich op EU-niveau moeten beraden over manieren om de vergunningvrije (“commons”) benadering uit te breiden, aangezien eventuele extra frequenties voor dit model van groter nut zouden zijn wanneer zij overal in de EU beschikbaar zijn. In het regelgevingskader van de EU zouden individuele machtigingen (d.i. vergunningen) de uitzondering moeten zijn die de regel bevestigt. Dat het grootste deel van het spectrum toch onder vergunning wordt geëxploiteerd is te rechtvaardigen op grond van het gevaar van schadelijke storingen als gevolg van ongecontroleerd gebruik. Er moet meer klaarheid worden gebracht in de risico’s en baten van hetgeen momenteel wordt gedaan om storingen te vermijden, ten einde de maatregelen ter bescherming van bestaande diensten en die ter bevordering van innovatie meer met elkaar in evenwicht te brengen. De Commissie zal in de loop van 2005 studies over de vergunningvrije benadering en spectruminterferentie laten verrichten.

- Door de ontwikkeling van spectrumefficiënte technologieën, zoals “intelligente” of cognitieve radio, zou een en ander nog veel flexibeler kunnen worden. De Commissie gebruikt de uit hoofde van het OTO-kaderprogramma van de EU beschikbare financiering om dit onderzoek te steunen22.

5.3.Steun voor de ontwikkeling van een gemeenschappelijke technologische basis van de EU

Het bedrijfsleven zou de mogelijkheid moeten hebben de EU‑markt als geheel van innovatieve producten te voorzien. De Commissie is van plan de ontwikkeling van echt communautaire markten en een vrij verkeer van radiogoederen en –diensten te ondersteunen door stelselmatig frequenties aan te wijzen die moeten worden geharmoniseerd, en door de nodige zekerheden voor de facto harmonisatie te verschaffen.

Voor de volgende verslagperiode worden onderstaande maatregelen overwogen:

- Ondersteuning van de verspreiding van breedband via:

- 3G mobiele communicatie (IMT 2000 e.a.);
- draadloze breedbandtoegang (BWA);
- hybride satelliet toepassingen: 3G/data-omroep.

- Ultrabreedbandproducten (UWB): gecoördineerde introductie in de EU van een potentieel populaire laagvermogens/hoge-bandbreedtetechnologie voor IT, telecommunicatie en consumentenelektronica.

- Korteafstandsapparatuur: waarmee zich een de gehele EU bestrijkende massamarkt voor goedkope radioapparatuur kan ontwikkelen en de innovatie wordt bevorderd bij talrijke toepassingen in het dagelijks leven, zoals draadloze ”smart tags” (RFID).

Bovendien zijn er nog twee gebieden die door de Commissie in i2010 worden aangemerkt als “initiatieven op ICT-gebied die als visitekaartje dienen”, en die in aanmerking zullen worden genomen bij geïntegreerde maatregelen om in hun spectrumbehoeften te voorzien:

- Technologieën voor autonoom leven en gezondheid: tal van hulpmiddelen en medische toepassingen zijn draadloos, zoals sociale alarmering voor ouderen en radiotelemetrische verbindingen tussen patiënten en bewakingsapparatuur.

- De intelligente auto: radio-interactie tussen voertuig en omgeving, bijvoorbeeld via IVC (inter-vehicle communications).

De voor dergelijke toepassingen vereiste frequenties vinden en harmoniseren zou bij de verspreiding van deze toepassingen kunnen helpen doordat overal in Europa gemeenschappelijke markten worden gecreëerd en de prijzen dalen.

5.4.Het effect van de EU-maatregelen optimaliseren

Sommige algemene vraagstukken moeten tijdens de volgende verslagperiode verder worden uitgewerkt:

- Beoordeling van het effect van de regelgeving: er zijn geschikte methoden nodig om de economische en maatschappelijke gevolgen van bepaalde besluiten te kunnen beoordelen. Men zou het nodige moeten doen om de beschikking te krijgen over de kennis en inzichten van industriële en andere belanghebbenden aan de hand van standpuntsbepalingen, openbare raadplegingen en/of onafhankelijke studies.

- Herevaluatie van de actualiteit van harmonisatiemaatregelen: op gezette tijden moet worden geverifieerd of de desbetreffende EU-maatregelen nog steeds relevant zijn. In plaats van algemene horizonbepalingen te hanteren, waardoor op zorgvuldige wijze verkregen onderzoeksresultaten botweg aan de kant zouden worden geschoven, zou men in elk jaarverslag de bestaande EU-spectrumregelgeving in ogenschouw moeten nemen en, waar nodig, gerichte maatregelen moeten voorstellen.

- Nationale uitvoering: de Commissie zal toezien op een tijdige uitvoering van de communautaire spectrumharmonisatiemaatregelen op nationaal niveau om in de gehele EU de belemmeringen voor een interne markt voor radiotechnologieën weg te nemen, en zal het nodige doen om deze maatregelen te bevorderen.

5.5.De EU-belangen bij internationale onderhandelingen ondersteunen

Het is van wezenlijk belang dat het EU-beleid bij internationale spectrumonderhandelingen actief wordt bevorderd. Er worden momenteel voorbereidingen voor twee ITU-conferenties getroffen:

- De Regionale Radiocommunicatieconferentie (RRC-06) waaraan door zo’n 120 landen wordt deelgenomen, zal een technisch plan voor digitale terrestrische omroep uitwerken. De Commissie verzoekt de lidstaten die aan de ITU-onderhandelingen deelnemen, erop toe te zien dat deze planning niet resulteert in een nodeloze beperking van de beleidsopties voor het toekomstige gebruik van de spectrumruimte die vrijkomt door de overgang naar digitaal uitzenden, met inbegrip van pan-Europese diensten23.

- De Wereldradiocommunicatieconferentie (WRC-07): de Commissie moet gemeenschappelijke EU-prioriteiten en -doelstellingen voor deze wereldwijde radio-onderhandelingen vaststellen. De voornaamste onderhandelingspunten in 2007 zijn de extra frequentiebanden die wereldwijd moeten worden gekozen voor geavanceerde mobiele communicatie, voor luchtvaartsystemen en voor de kortegolfradio-omroep.

Na afloop van deze twee conferenties moet de Commissie de resultaten ervan beoordelen en nagaan in hoeverre de huidige ontwikkelingen op het beleid, de beginselen en de wetgeving van de EU bij de internationale onderhandelingen aansluiten.

5.6.De institutionele onderbouw van het spectrumbeleid op EU-niveau ontwikkelen

Het Radiospectrumcomité (RSC) en de Beleidsgroep Radiospectrum (BGR) doen het goed. Wel is het zo dat ontwikkelingen in het spectrumbeleid van de EU ook afhankelijk zijn van een nauwe wisselwerking tussen deze EU-mechanismen en de CEPT24. Met de uitbreiding van de EU vinden wij in deze besluitvormingsorganen veelal dezelfde “actoren”.

Hoewel tot op heden positieve ervaringen zijn opgedaan, zullen toekomstige maatregelen meer complementair moeten zijn, waarbij onnodige overlappingen worden vermeden en men duidelijk inziet welke beslissingen waar moeten worden genomen. Een systematisch gehanteerde “sequentiële” benadering, gebaseerd op de in de Radiospectrumbeschikking beschreven methoden, zou het beste werken indien hierbij van de “toegevoegde waarde” van elk mechanisme wordt uitgegaan. De voor de maatregelen aangevoerde redenen zouden aan de hand van communautaire mechanismen (Commissie met RSC en BGR) worden beoordeeld en goedgekeurd, terwijl het noodzakelijke en vaak complexe technische werk in verband met compatibiliteit en ontwikkeling ter hand zou worden genomen door de CEPT, op basis van een mandaat. In het licht van deze werkzaamheden zou de Commissie dan, met de hulp van het RSC, technische uitvoeringsmaatregelen goedkeuren25.
6.Politieke consensus over toekomstige stappen bereiken

Het Europees Parlement en de Raad worden verzocht EU-beleidsmaatregelen met betrekking tot het spectrumbeheer te onderschrijven en:

- de betekenis te erkennen van het spectrum voor de totstandbrenging van de Europese informatiemaatschappij ter ondersteuning van de hernieuwde partnerschap van Lissabon voor groei en werkgelegenheid;

- een gemeenschappelijke strategie voor een efficiënt spectrumbeheer in de EU te steunen, en oog te hebben voor de noodzaak innovatie te bevorderen door een effectieve combinatie van flexibiliteit en een gecoördineerd spectrumgebruik;

- nauw samen te werken om deze strategie tot een volledig succes te maken.

Bijlage 1: Ontwikkelingen sedert het eerste verslag

De Radiospectrumbeschikking onderscheidt vier verschillende sectoren waarin gemeenschappelijke EU-beleidsactiviteiten op spectrumgebied worden ontplooid. Hieronder volgen de voornaamste beleidskwesties die tijdens de verslagperiode in kwestie in deze sectoren zijn aangepakt:

Algemene beleidskwestiesDocumenten
Overstap op digitaal uitzenden

BGR-advies van november 2004, document RSPG 04‑55.
Volgens de BGR kunnen en moeten EU-initiatieven een gecoördineerde benadering van de spectrumimplicaties van de overgang naar de digitale omroep bevorderen en vergemakkelijken.
Mededeling over een snellere overgang naar de digitale omroep.
Handel in spectrumruimteBGR-advies van november 2004, document RSPG 04‑54
Volgens de BGR kan spectrumhandel in bepaalde delen van het spectrum potentiële voordelen bieden, indien er maar voldoende garanties worden ingebouwd om te verzekeren dat deze niet door nadelige gevolgen teniet worden gedaan, en ertoe bijdragen dat de strategische doelstellingen van Lissabon worden verwezenlijkt.
Mededeling over de implementatie van spectrummarkten in de EU.
Een gemeenschappelijke flexibele benadering van e‑communicatieBGR-advies over WAPECS in voorbereiding, n.a.v. het desbetreffende verzoek van de Commissie (document BGR04-45 Rev) – openbare raadpleging loopt.
Spectrumgebruik zonder vergunningOnafhankelijke studies gelanceerd over het vergunningvrij gebruik van het spectrum en over storingsbeheer

Datum van goedkeuringTechnische uitvoeringsmaatregelen
8 juli 2004Verkeersveiligheid: Beschikking inzake de harmonisatie van de 79 GHz-band voor het gebruik van kortbereikradarapparatuur voor motorvoertuigen in de Gemeenschap
17 januari 2005Verkeersveiligheid: Beschikking inzake de harmonisatie van de 24 GHz-radiospectrumband voor in de tijd beperkt gebruik door kortbereikradarapparatuur voor motorvoertuigen in de Gemeenschap
11 juli 2005E-communicatie: Beschikking betreffende het geharmoniseerde gebruik van het radiospectrum in de 5 GHz-frequentieband voor de implementatie van draadloze toegangssystemen met inbegrip van Radio Local Area Networks (WAS/R-LAN’s)
15 juli 2005Overeenstemming in het RSC over het hergebruik van de ERMES-semafoonband; goedkeuring van een beschikking van de Commissie, (voor gehoorapparaten, apparatuur voor het opsporen van gestolen auto’s, e.a.), behoudens intrekking van Richtlijn 90/544/EEG (zie Voorstel voor een richtlijn).

SpectruminformatieDe Commissie bespreekt momenteel met het RSC de implementatie van een aantal resultaten van een studie inzake de coördinatie van informatie over spectrumtoewijzing en -gebruik in de EU.

Internationale spectrumonderhandelingen
WRC-07

BGR-advies in voorbereiding over EU prioriteiten en
-doelstellingen voor de ITU-WRC-07-conferentie, met bijdragen van alle belanghebbenden via een openbare raadpleging en workshop.
EU-beleidsinput (Informatienota) - document RSPG 05-71.
Studie over de toekomstige spectrumbehoeften voor mobiele communicatie (agendapunt voor WRC-07) – zie resultaten.
RRC-06BGR-discussie over de beleidsaspecten van de ITU-RRC-06-conferentie.
Mededeling over de EU-prioriteiten voor de ITU-RRC-06-conferentie

Bijlage 2: Tijdschema voor EU-beleidsmaatregelen m.b.t. het spectrumbeheer

Noot: deze lijst is slechts van indicatieve aard en er kunnen te allen tijde maatregelen worden toegevoegd, verwijderd of gewijzigd.
2006Voorstellen over coherente flexibiliteit bij de toewijzing van spectrumbanden die voor e-communicatiediensten (WAPECS) worden gebruikt.

Voorstel voor een gemeenschappelijk formaat voor gebruiksrechten in het kader van de spectrumhandel.
Harmonisatiemaatregelen:

Goedkeuring van een beschikking van de Commissie tot harmonisering van het gebruik van de uitbreidingsband voor IMT‑2000.

Goedkeuring van een of meer beschikkingen van de Commissie tot harmonisering van het gebruik van ultrabreedbandtoepassingen (UWB).

Goedkeuring van een beschikking van de Commissie tot harmonisering van spectrumtoegang voor een groot aantal typen kortbereikapparatuur (SRD).

Intrekking van de ERMES-richtlijn en goedkeuring van een beschikking van de Commissie tot harmonisering van het gebruik van deze vroegere semafoonband.
2007Voorstellen betreffende vraagstukken op spectrumgebied, m.i.v. vergunningskwesties, bij de herevaluatie van het regelgevingskader 2002 voor e-communicatie.

Voorstellen voor het gecoördineerd gebruik van een deel van de in de omroepbanden vrijgekomen spectrumruimte, na afloop van de ITU-RRC-06-conferentie.

Invoering van een communautaire benadering van een spectrumgebruik zonder vergunningen.

Aanbrengen van verbeteringen in de procedures voor storingsbeheer.

Vaststelling van de EU-prioriteiten voor de ITU-WRC-07-conferentie.
Harmonisatiemaatregelen:

Draadloze breedbandtoegang en mobiele satelliettoepassingen.

Draadloze medische toepassingen en hulpmiddelen voor mindervaliden.

Draadloze toepassingen voor de intelligente auto.
2008Gecoördineerde invoering in de EU van relevante resultaten van de ITU‑WRC-07-conferentie.
2009Nationale implementatie van nieuwe regels voor e-communicatie.
2010Volledige totstandbrenging van een goed functionerende EU‑markt voor grote delen van het spectrum.
2012Voorgestelde datum voor de definitieve afschakeling van de analoge omroep in de EU.


1COM(2004) 507

2Conclusies van de Raad 15530/04 en 15533/04 van 3/12/04

3COM(2005) 400

4COM(2005) 204

5Beschikking 2005/513/EG.

6Beschikkingen 2004/545/EG en 2005/50/EG

7Conclusies van de Europese Raad 7619/1/05 Rev. 1 van 23/03/05

8COM(2005) 229

9Zie b.v. de studie van PwC voor het voorzitterschap van de EU, “Rethinking the European ICT Agenda”, augustus 2004

10Studie van Ovum over mobiele diensten voor de GSMA, 24/12/04

11Beschikking 128/1999/EG

12Zie studie van McKinsey voor de EC over 3G-toewijzing, juni 2002

13B.v. via de ontwikkeling van een EU-radionavigatieplan (ERNP)

14Zie b.v. het memorandum van de Amerikaanse president over het spectrumbeleid van 5/06/03 en de daarop volgende activiteiten

15Andere nieuwe benaderingen van het spectrumbeheer worden eveneens overwogen, zoals “overlay” (cognitieve radio), en “underlay” (UWB) spectrumtoegangssystemen

16Respectievelijk Radiospectrumbeschikking en Richtlijn 1999/5/EG

17Bijvoorbeeld in artikel 9 van Richtlijn 2002/21/EG en artikel 5 van Richtlijn 2002/20/EG

18Zie voetnoot 4

19Door Analysys voor de Commissie verrichte studie over spectrummarkten, mei 2004

20Zie voetnoot 5

21BRS-advies over WAPECS, verwacht tegen eind 2005

22Zie bijvoorbeeld het E2R-project op http://e2r.motlabs.com/

23COM (2005)…

24Een 46 leden tellende, door de ITU erkende Europese intergouvernementele regionale organisatie, die nog van voor de betrokkenheid van de EU bij telecommunicatie en spectrumbeheer dateert.

25Coördinatie met andere relevante groepen, met name TCAM en ETSI, zal ook van essentieel belang zijn.

NL NL