Overwegingen bij COM(2024)59 - Standpunt EU in het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart en de Centrale Commissie voor de Rijnvaart in verband met de vaststelling van standaarden voor beroepskwalificaties in de binnenvaart

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De herziene Rijnvaartakte van 17 oktober 1868, zoals gewijzigd bij de herziening van 20 oktober 1963 (hierna “de overeenkomst” genoemd), is op 14 april 1967 in werking getreden. De overeenkomst handhaaft de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) en de regeling voor de binnenvaart op de Rijn die in 1815 is ingesteld. In het kader van de CCR is op 3 juni 2015 het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart (Cesni) opgericht, met het oog op de ontwikkeling van technische standaarden voor de binnenvaart op diverse gebieden, met name met betrekking tot schepen, informatietechnologie en bemanningen.

(2) De vaststelling van standaarden door het Cesni heeft geen rechtstreekse rechtsgevolgen, maar Richtlijn (EU) 2017/23971 verwijst naar de meest recente Cesni-standaarden inzake beroepskwalificaties, namelijk ES-QIN. De CCR verwijst ook naar de meest recente standaarden in haar Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (RSP)2. Overeenkomstig artikel 17, lid 46, van de overeenkomst kan de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) bindende besluiten aannemen tot vaststelling van eisen inzake beroepskwalificaties voor de Rijnvaart.

(3) Het Cesni zal tijdens zijn vergadering van 11 april 2024 de bijgewerkte editie van zijn Europese standaard voor kwalificaties in de binnenvaart (ES-QIN 2024/1) goedkeuren. Na deze goedkeuring is de CCR voornemens tijdens haar plenaire vergadering van 13 juni 2024 een resolutie tot wijziging van het RSP aan te nemen om te verwijzen naar ES-QIN 2024/1. ES-QIN 2024/1 vervangt ES-QIN 2019.

(4) ES-QIN 2024/1 voorziet in een actualisering van de minimaal geharmoniseerde Europese standaarden die nodig zijn om de mobiliteit te bevorderen, de veiligheid van de scheepvaart te verzekeren en de bescherming van mensenlevens en het milieu te waarborgen. Deze standaarden worden nu geactualiseerd in termen van eisen voor het varen op wateren van maritieme aard. Zij bevatten ook geactualiseerde verwijzingen naar de “Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen” en de “Europese standaard voor de rivierinformatiediensten”. Tot slot zijn redactionele verduidelijkingen aangebracht die de rechtszekerheid vergroten.

(5) Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Cesni en de CCR, aangezien ES-QIN 2024/1 beslissende invloed zal hebben op de inhoud van het recht van de Unie. Krachtens de artikelen 32 en 34 van Richtlijn (EU) 2017/2397 moet de Commissie gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen vaststellen die verwijzen naar de meest recente versie van de Cesni-standaarden voor beroepskwalificaties, mits deze standaarden beschikbaar en actueel zijn, voldoen aan de vereisten van de bijlagen bij die richtlijn en de belangen van de Unie niet in het gedrang komen door wijzigingen in het besluitvormingsproces van het Cesni. Voorts voorziet artikel 10 van die richtlijn in de erkenning van documenten die zijn afgegeven overeenkomstig het RSP, dat vereisten bevat die identiek zijn aan die van de richtlijn.

(6) Om de mobiliteit te bevorderen, de veiligheid van de scheepvaart te verzekeren en de bescherming van mensenlevens en het milieu te waarborgen, is het belangrijk dat de technische voorschriften voor bemanningsleden zoveel mogelijk worden geharmoniseerd onder verschillende wettelijke stelsels in Europa. In het bijzonder dienen lidstaten die ook leden van de CCR zijn, te worden gemachtigd besluiten te steunen die de CCR-regels harmoniseren met de regels die in de Unie worden toegepast.

(7) Het standpunt van de Unie moet worden uitgedrukt door de gezamenlijk in het belang van de Unie optredende lidstaten van de Unie die lid zijn van het Cesni en de CCR.