Overwegingen bij COM(2023)533 - Bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2023)533 - Bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties. |
---|---|
document | COM(2023)533 ![]() ![]() |
datum | 12 september 2023 |
(2) Veel betalingen voor handelstransacties tussen marktdeelnemers onderling of tussen marktdeelnemers en overheidsinstanties worden later verricht dan contractueel is overeengekomen of in de algemene handelsvoorwaarden of wettelijk is vastgelegd.
(3) Betalingsachterstanden zijn rechtstreeks van invloed op de liquiditeit en de voorspelbaarheid van kasstromen, waardoor de behoefte aan werkkapitaal toeneemt en de toegang van een onderneming tot externe financiering in het gedrang komt. Dit heeft gevolgen voor het concurrentievermogen, vermindert de productiviteit, leidt tot ontslagen, vergroot de kans op insolventie en faillissementen en vormt een cruciale belemmering voor groei. De schadelijke gevolgen van betalingsachterstanden treffen de hele toeleveringsketen, aangezien de betalingsachterstand vaak wordt doorgegeven aan leveranciers. Kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s), die afhankelijk zijn van regelmatige en voorspelbare kasstromen, hebben zwaar te lijden onder deze negatieve gevolgen. Betalingsachterstand vormt dus een probleem voor de economie van de Unie vanwege de negatieve economische en sociale gevolgen ervan.
(4) Hoewel rechtsvorderingen in verband met betalingsachterstand al zijn vergemakkelijkt door de Verordeningen (EG) nr. 805/2004 36 , (EG) nr. 1896/2006 37 , (EG) nr. 861/2007 38 en (EU) nr. 1215/2012 39 van het Europees Parlement en de Raad, moeten er aanvullende bepalingen worden vastgesteld om betalingsachterstanden bij handelstransacties te ontmoedigen.
(5) Ondernemingen moeten overal op de interne markt onder zodanige omstandigheden zaken kunnen doen dat grensoverschrijdende transacties geen grotere risico’s met zich meebrengen dan binnenlandse transacties. Wanneer voor binnenlandse en grensoverschrijdende transacties wezenlijk verschillende regels van toepassing zijn, is er sprake van concurrentievervalsing.
(6) Richtlijn 2011/7/EU van het Europees Parlement en de Raad 40 bevat regels ter bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties. In 2019 heeft het Europees Parlement verschillende tekortkomingen van die richtlijn vastgesteld. In de kmo-strategie voor een duurzaam en digitaal Europa 41 werd ertoe opgeroepen te zorgen voor een omgeving zonder betalingsachterstand voor kmo’s en om de handhaving van Richtlijn 2011/7/EU te versterken. In 2021 heeft het Fit for Future-platform in zijn advies de aandacht gevestigd op kritieke kwesties bij de uitvoering van die richtlijn. De belangrijkste tekortkomingen die in deze initiatieven zijn vastgesteld, houden verband met de dubbelzinnige bepalingen inzake het begrip “kennelijk onbillijk” in verband met de betalingstermijnen voor transacties tussen bedrijven, de oneerlijke betalingspraktijken en de termijnen voor de procedures voor aanvaarding en verificatie, met de forfaitaire vergoeding, met de asymmetrie van de regels voor betalingstermijnen tussen transacties tussen overheden en bedrijven enerzijds en tussen bedrijven onderling anderzijds, met het ontbreken van een maximale betalingstermijn voor handelstransacties tussen bedrijven, met het gebrek aan controle op de naleving en de handhaving, met het ontbreken van instrumenten om de informatie-asymmetrie tegen te gaan en instrumenten waarmee schuldeisers actie kunnen ondernemen tegen hun schuldenaren, en met het gebrek aan synergieën met het kader voor overheidsopdrachten.
(7) Om die tekortkomingen te verhelpen, moet Richtlijn 2011/7/EU worden vervangen.
(8) Er moeten bepalingen worden vastgesteld om betalingsachterstand bij handelstransacties, die bestaan uit het leveren van goederen of het verrichten van diensten tegen vergoeding, te voorkomen, ongeacht of deze plaatsvinden tussen ondernemingen onderling of tussen ondernemingen en aanbestedende diensten/instanties, waarbij laatstgenoemden de schuldenaar zijn, aangezien deze aanbestedende diensten/instanties een aanzienlijke hoeveelheid betalingen aan ondernemingen verrichten.
(9) Voor overheidsopdrachten voor werken en voor bouw- en technische werken zijn de betalingstermijnen erg vaak overdreven lang en doen zich erg vaak buitensporig lange vertragingen voor. Daarom moet deze verordening ook op die activiteiten van toepassing zijn.
(10) Transacties met consumenten, betalingen bij wijze van schadeloosstelling, met inbegrip van betalingen uit hoofde van verzekeringspolissen, en betalingsverplichtingen die kunnen worden geannuleerd, uitgesteld of kwijtgescholden krachtens of in verband met insolventieprocedures of herstructureringsprocedures, met inbegrip van preventieve herstructureringsprocedures uit hoofde van Richtlijn (EU) 2019/1023 van het Europees Parlement en de Raad 42 , moeten van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten.
(11) Betalingsachterstand is een vorm van contractbreuk die, doordat er vaak geen of een lage interest op wordt aangerekend of doordat invorderingsprocedures traag verlopen, voor schuldenaren financieel aantrekkelijk is. Een ingrijpende verandering in de richting van een cultuur van stipte betaling, waarbij de uitsluiting van het recht om interest voor betalingsachterstand in rekening te brengen nietig is, is nodig om deze tendens te keren en om betalingsachterstand te ontmoedigen. Bijgevolg moeten contractuele betalingstermijnen worden beperkt tot 30 kalenderdagen, zowel voor transacties tussen ondernemingen als voor transacties tussen overheden en ondernemingen, waarbij de overheidsinstantie de schuldenaar is.
(12) De procedures voor aanvaarding of verificatie, waarbij de conformiteit van de geleverde goederen of de verrichte diensten met de eisen van het contract wordt vastgesteld, en voor de verificatie van de juistheid en conformiteit van de factuur worden vaak gebruikt om de betalingstermijn opzettelijk uit te stellen. De opneming ervan in het contract moet daarom objectief gerechtvaardigd zijn door de bijzondere aard van dat contract of door bepaalde kenmerken ervan 43 . Daarom moet het in voorkomend geval alleen mogelijk zijn om een dergelijke procedure voor aanvaarding of verificatie in een contract op te nemen wanneer dat overeenkomstig de nationale wetgeving vanwege de specifieke aard van de goederen of diensten nodig wordt geacht. Om te voorkomen dat de procedure voor aanvaarding of verificatie wordt gebruikt om de betalingstermijn te verlengen, moeten de bijzonderheden van die procedure, met inbegrip van de duur ervan, duidelijk in het contract worden beschreven. Daarom moet de schuldenaar ook onmiddellijk na ontvangst van de verhandelde goederen en/of diensten de procedure voor aanvaarding of verificatie starten, ongeacht of de schuldeiser een factuur of een gelijkwaardig betalingsverzoek heeft verstrekt. Om de verwezenlijking van de doelstellingen van deze verordening niet in gevaar brengen, is het passend om een maximumduur voor procedures voor aanvaarding of verificatie vast te stellen.
(13) Deze verordening mag geen afbreuk doen aan eventuele kortere termijnen waarin het nationale recht voorziet en die gunstiger zijn voor de schuldeiser.
(14) Overheidsopdrachten kunnen een belangrijke rol spelen bij het verbeteren van het betalingsgedrag. Daarom moeten er grotere synergieën tot stand worden gebracht tussen het beleid en de regels inzake overheidsopdrachten en de doelstellingen inzake stipte betaling. Met name bij openbare bouwwerken worden onderaannemers vaak niet op tijd betaald door de hoofdaannemer, zelfs wanneer de aanbestedende diensten of aanbestedende instanties de contractuele betalingen wel aan hem hebben verricht, waardoor mogelijk een schadelijk domino-effect in de toeleveringsketen ontstaat. Het is derhalve passend dat aannemers bewijs leveren aan aanbestedende diensten en aanbestedende instanties dat zij hun rechtstreekse onderaannemers hebben betaald.
(15) Met het oog op de samenhang van de wetgeving van de Unie moeten de definities van “aanbestedende diensten” en “aanbestedende instanties” in de Richtlijnen 2014/23/EU 44 , 2014/24/EU 45 , 2014/25/EU 46 en 2009/81/EG 47 van het Europees Parlement en de Raad ook voor de toepassing van deze verordening gelden.
(16) De interest die voor betalingsachterstand verschuldigd is, moet als enkelvoudige interest in dagen worden berekend. Interest voor betalingsachterstand komt bovenop het verschuldigde bedrag. De schuldenaar wordt pas geacht aan zijn verplichtingen te hebben voldaan wanneer de schuldeiser de betaling van het verschuldigde bedrag, met inbegrip van de interest daarover en de bijbehorende forfaitaire vergoeding, ontvangt. Het bedrag aan interest voor betalingsachterstand moet blijven aangroeientotdat het verschuldigde bedrag aan de schuldeiser wordt betaald.
(17) Het mag voor de schuldeiser niet mogelijk zijn afstand te doen van zijn recht op interest voor betalingsachterstand, aangezien interest voor betalingsachterstand een dubbele functie heeft: het compenseren van een deel van de door de schuldeiser geleden schade als gevolg van de vertraging en het bestraffen van de schuldenaar voor contractbreuk. Om de ontvangst van interest en vergoedingen in geval van betalingsachterstand door de schuldeiser te vergemakkelijken, moet de schuldeiser automatisch het recht hebben om deze in te vorderen, behalve wanneer de betalingsachterstand niet te wijten is aan de schuldenaar.
(18) Om betalingsachterstand te ontmoedigen, moeten schuldeisers een redelijke schadeloosstelling ontvangen voor de invorderingskosten als gevolg van de betalingsachterstand. Deze kosten moeten de invordering van de administratieve kosten en een vergoeding voor de interne kosten als gevolg van de betalingsachterstand omvatten, en moeten worden verhoogd met interest voor betalingsachterstand voor elke handelstransactie die te laat is betaald, zoals bepaald door het Hof van Justitie 48 . Het vaste minimumbedrag voor de vergoeding van invorderingskosten moet worden bepaald zonder afbreuk te doen aan nationale bepalingen volgens welke een nationale rechter een schuldeiser een vergoeding kan toekennen voor extra schade in verband met de betalingsachterstand van de schuldenaar.
(19) Het moet mogelijk zijn in termijnen of gespreid te betalen. Wel moet elke afzonderlijke termijn of deelbetaling conform de overeengekomen voorwaarden worden voldaan en onderworpen zijn aan de in deze verordening vastgestelde regels inzake betalingsachterstand.
(20) Naast het vaste bedrag ter dekking van interne invorderingskosten moeten schuldeisers ook recht hebben op een redelijke vergoeding van de overige invorderingskosten die ontstaan door betalingsachterstand van een schuldenaar. Het gaat daarbij onder meer om de kosten die schuldeisers moeten maken voor het inschakelen van een advocaat of incassobureau.
(21) Misbruik van contractvrijheid ten nadele van de schuldeiser moet worden vermeden. Dit impliceert dat een contractuele bepaling of een praktijk met betrekking tot de betalingsdatum of -termijn, de betaling van rente voor betalingsachterstand of de daarvoor geldende interestvoet, de vergoeding voor invorderingskosten, verlenging van de duur van de procedure voor aanvaarding of verificatie of het opzettelijk uitstellen of verhinderen van het tijdstip van verzending van de factuur, die niet in overeenstemming is met deze verordening, nietig moet zijn.
(22) Met het oog op de intensivering van de inspanningen om misbruik van contractvrijheid ten nadele van schuldeisers te vermijden, moeten organisaties die officieel zijn erkend als belangenbehartiger van schuldeisers of organisaties die een rechtmatig belang hebben bij het vertegenwoordigen van ondernemingen, zich tot de nationale rechter of administratieve instanties kunnen wenden om betalingsachterstand te voorkomen.
(23) Om de volledige betaling van het verschuldigde bedrag te garanderen, is het belangrijk ervoor te zorgen dat de verkoper eigenaar blijft van de goederen totdat de prijs volledig is betaald wanneer koper en verkoper vóór de levering van de goederen uitdrukkelijk een eigendomsvoorbehoud zijn overeengekomen.
(24) Om een correcte uitvoering van deze verordening te waarborgen, is het belangrijk te zorgen voor transparantie met betrekking tot de rechten en plichten uit hoofde van deze verordening. Om ervoor te zorgen dat de juiste interestvoeten worden toegepast, is het belangrijk dat de lidstaten en de Commissie deze openbaar maken.
(25) De sancties voor betalingsachterstand kunnen slechts ontmoedigend werken indien zij vergezeld gaan van snelle en voor de schuldeiser efficiënte invorderingsprocedures. Daarom moeten doelmatige invorderingsprocedures voor onbetwiste schulden openstaan voor alle schuldeisers die gevestigd zijn in de Unie.
(26) Om de naleving van deze verordening te vergemakkelijken en te waarborgen, moeten de lidstaten handhavingsautoriteiten voor deze verordening aanwijzen die hun verplichtingen en taken objectief en eerlijk uitvoeren en ervoor zorgen dat particuliere ondernemingen en overheidsinstanties gelijk worden behandeld. Die handhavingsautoriteiten moeten op eigen initiatief onderzoeken uitvoeren, klachten opvolgen, en onder meer bevoegd zijn om sancties op te leggen en hun besluiten regelmatig bekend te maken. Daarnaast moeten de lidstaten met het oog op een doeltreffendere handhaving zoveel mogelijk gebruikmaken van digitale instrumenten.
(27) Om voor eenvoudige en toegankelijke rechtsmiddelen te zorgen, moeten de lidstaten het vrijwillige gebruik van doeltreffende en onafhankelijke alternatievegeschillenbeslechtingsmechanismen bevorderen om betalingsgeschillen bij handelstransacties op te lossen.
(28) Betalingsverzoeken gaan in op het moment van facturering, en facturen zijn belangrijke documenten in de keten van transacties voor de levering van goederen en de verrichting van diensten, onder om de betalingstermijnen te bepalen. Het is belangrijk om de invoering van systemen te stimuleren die rechtszekerheid bieden wat betreft de exacte datum van ontvangst van facturen door schuldenaren, ook bij elektronische facturering, waarbij de ontvangst van facturen kan dienen als elektronisch bewijsmateriaal, dat deels onder de bepalingen inzake facturering van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad 49 en Richtlijn 2014/55/EG van het Europees Parlement en de Raad 50 valt.
(29) Daadwerkelijke toegang van ondernemingen, met name kmo’s, tot opleidingen op het gebied van kredietbeheer en financiële geletterdheid kan een aanzienlijk effect hebben op het verminderen van betalingsachterstanden, het onderhouden van optimale kasstromen, het verminderen van het risico op wanbetaling en het vergroten van het groeipotentieel. In veel gevallen beschikken kmo’s echter niet over de capaciteit om in dergelijke opleidingen te investeren, en het aanbod aan opleidingen en opleidingsmateriaal omde kennis van kmo’s op het gebied van krediet- en factuurbeheer te verbeteren, is momenteel zeer beperkt. Het is daarom passend te bepalen dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat opleidingen op het gebied van kredietbeheer en financiële geletterdheid beschikbaar en toegankelijk zijn voor kmo’s, onder meer met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten voor tijdige betalingen.
(30) Sommige bepalingen van deze verordening houden verband met de bepalingen van Richtlijn (EU) 2019/633 van het Europees Parlement en de Raad 51 . Het verband tussen Richtlijn 2011/7/EU en Richtlijn (EU) 2019/633 wordt toegelicht in de overwegingen 17 en 18 en artikel 3, lid 1, van Richtlijn (EU) 2019/633. Aangezien deze verordening Richtlijn 2011/7/EU vervangt, mag zij geen afbreuk doen aan de voorschriften van Richtlijn (EU) 2019/633, met inbegrip van de bepalingen die van toepassing zijn op betalingen in het kader van de schoolregeling 52 , waardeverdelingsovereenkomsten 53 en bepaalde betalingen voor de verkoop van druiven, most en onverpakte wijn in de wijnsector 54 , met uitzondering van de limieten die gelden voor de maximale betalingstermijnen voor de levering van niet-bederfelijke landbouw- en voedingsproducten. Deze verordening belet de lidstaten echter niet nationale bepalingen voor de landbouw- en levensmiddelensector in te voeren of te handhaven die voorzien in strengere betalingsvoorwaarden of in een andere berekening van betalingstermijnen, van de dies a quo en van verificatie- en aanvaardingsprocedures voor leveranciers van landbouw- en voedingsproducten die gunstiger zijn voor de schuldeiser.
(31) De doelstellingen van deze verordening bestaan erin betalingsachterstand bij handelstransacties tegen te gaan teneinde de correcte werking van de interne markt te waarborgen en daardoor het concurrentievermogen van ondernemingen en met name van kmo’s te versterken. Deze doelstellingen kunnen niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt, aangezien de uitvoering van nationale oplossingen waarschijnlijk zou leiden tot een gebrek aan uniforme regels, versnippering van de eengemaakte markt en hogere kosten voor ondernemingen die grensoverschrijdend handel drijven. Derhalve kunnen deze doelstellingen beter door de Unie worden verwezenlijkt. Daarom kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.
(32) Om alle betrokken actoren voldoende tijd te bieden om de nodige regelingen te treffen om aan deze verordening te voldoen, moet de toepassing ervan worden uitgesteld. Met het oog op een betere bescherming van de schuldeisers zijn handelstransacties die na de datum van inwerkingtreding van deze verordening moeten worden betaald, evenwel onderworpen aan de bepalingen van deze verordening, zelfs indien het desbetreffende contract vóór de datum van toepassing is ondertekend.