Overwegingen bij COM(2023)607 - Recommendation for a COUNCIL RECOMMENDATION on the 2023 National Reform Programme of Ireland and delivering a Council opinion on the 2023 Stability Programme of Ireland - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2023)607 - Recommendation for a COUNCIL RECOMMENDATION on the 2023 National Reform Programme of Ireland and delivering a Council ... |
---|---|
document | COM(2023)607 |
datum | 24 mei 2023 |
(2) Op 22 november 2022 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan de jaarlijkse duurzamegroeianalyse 20233 en daarmee de aanzet gegeven tot het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid 2023. De Europese Raad heeft op 23 maart 2023 zijn goedkeuring gehecht aan de prioriteiten van de analyse rond de vier dimensies van concurrerende duurzaamheid. Op 22 november 2022 heeft de Commissie op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011 ook het waarschuwingsmechanismeverslag 2023 aangenomen, waarin zij Ierland niet heeft genoemd als een van de lidstaten die door onevenwichtigheden geraakt kan zijn of het risico loopt daardoor geraakt te worden, en waarvoor een diepgaande evaluatie nodig zou zijn. Op dezelfde datum heeft de Commissie ook een advies goedgekeurd over het ontwerpbegrotingsplan 2023 van Ierland. De Commissie heeft ook een aanbeveling voor een aanbeveling van de Raad over het economisch beleid van de eurozone goedgekeurd, die de Raad op 16 mei 2023 heeft aangenomen, alsook het voorstel voor het gezamenlijk verslag over de werkgelegenheid 2023 waarin de uitvoering van de werkgelegenheidsrichtsnoeren en de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten wordt geanalyseerd, dat de Raad op 13 maart 2023 heeft aangenomen.
(3) Hoewel de economieën in de EU blijk geven van opvallende veerkracht, blijft de geopolitieke context een negatief effect hebben. Aangezien de EU resoluut achter Oekraïne staat, is de economische en sociale beleidsagenda van de EU erop gericht om op korte termijn de negatieve gevolgen van energieschokken voor zowel kwetsbare huishoudens als bedrijven te beperken en op middellange termijn de inspanningen met het oog op de verwezenlijking van de groene en de digitale transitie, de ondersteuning van duurzame en inclusieve groei, de bewaking van de macro-economische stabiliteit en de vergroting van de veerkracht vol te houden. De agenda is ook sterk gericht op het vergroten van het concurrentievermogen en de productiviteit van de EU.
(4) Op 1 februari 2023 heeft de Commissie een mededeling uitgebracht met de titel Een industrieel plan voor de Green Deal voor het nettonultijdperk4 om het concurrentievermogen van de nettonulindustrie van de EU te versterken en de snelle transitie naar klimaatneutraliteit te bevorderen. Het plan vormt een aanvulling op de lopende inspanningen in het kader van de Europese Green Deal en REPowerEU. Het heeft tot doel een omgeving te scheppen die gunstiger is voor het opschalen van de capaciteit van de EU om de nettonultechnologieën en -producten te fabriceren die nodig zijn om de ambitieuze klimaatdoelstellingen van de EU te halen, en de toegang tot relevante kritieke grondstoffen te waarborgen, onder meer door de aanvoer te diversifiëren, geologische hulpbronnen in de lidstaten naar behoren te exploiteren en grondstoffen zoveel mogelijk te recyclen. Het plan is gebaseerd op vier pijlers: een voorspelbaar en vereenvoudigd regelgevingskader, versnelde toegang tot financiering, het verbeteren van vaardigheden, en open handel voor veerkrachtige toeleveringsketens. Op 16 maart 2023 heeft de Commissie ook een mededeling gepubliceerd met de titel Concurrentievermogen van de EU op lange termijn: blik op de periode na 20305, die is gestructureerd rond negen elkaar versterkende aanjagers, met als doel te werken aan een groeibevorderend regelgevingskader. In de mededeling worden beleidsprioriteiten vastgesteld die bedoeld zijn om actief te zorgen voor structurele verbeteringen, gerichte investeringen en regelgevingsmaatregelen voor het concurrentievermogen van de EU en haar lidstaten op lange termijn. Onderstaande aanbevelingen dragen bij tot de verwezenlijking van deze prioriteiten.
(5) In 2023 blijft het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid evolueren in overeenstemming met de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. De volledige uitvoering van de herstel- en veerkrachtplannen blijft essentieel voor de verwezenlijking van de beleidsprioriteiten in het kader van het Europees Semester, aangezien de plannen betrekking hebben op alle of een aanzienlijk deel van de relevante landspecifieke aanbevelingen die in de afgelopen jaren zijn gedaan. De landspecifieke aanbevelingen 2019, 2020 en 2022 blijven ook relevant voor herstel- en veerkrachtplannen die worden herzien, bijgewerkt of gewijzigd overeenkomstig de artikelen 14, 18 en 21 van Verordening (EU) 2021/241.
(6) De REPowerEU-verordening6, die op 27 februari 2023 is vastgesteld, heeft tot doel de afhankelijkheid van de EU van de invoer van Russische fossiele brandstoffen snel af te bouwen. Dit zal bijdragen tot energiezekerheid en de diversificatie van de energievoorziening van de EU en tegelijkertijd het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, de opslagcapaciteit voor energie en de energie-efficiëntie vergroten. De verordening stelt de lidstaten in staat een nieuw REPowerEU-hoofdstuk toe te voegen aan hun nationale herstel- en veerkrachtplannen om belangrijke hervormingen en investeringen te financieren die de REPowerEU-doelstellingen helpen verwezenlijken. Deze plannen stimuleren ook het concurrentievermogen van de nettonulindustrie van de EU zoals uiteengezet in het industrieel plan voor de Green Deal voor het nettonultijdperk, en gaan in op de energiegerelateerde landspecifieke aanbevelingen die in 2022 en, indien van toepassing, in 2023 aan de lidstaten zijn gedaan. Met de REPowerEU-verordening wordt een nieuwe categorie niet-terugbetaalbare financiële steun ingevoerd die ter beschikking van de lidstaten wordt gesteld voor de financiering van nieuwe energiegerelateerde hervormingen en investeringen in het kader van hun herstel- en veerkrachtplannen.
(7) Op 8 maart 2023 heeft de Commissie een mededeling aangenomen met richtsnoeren voor het begrotingsbeleid voor 2024. Die is erop gericht de voorbereiding van de stabiliteits- en convergentieprogramma’s van de lidstaten te ondersteunen en aldus de beleidscoördinatie te versterken7. De Commissie heeft eraan herinnerd dat de algemene ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact eind 2023 wordt gedeactiveerd. Zij heeft verzocht om een begrotingsbeleid in 2023-2024 dat de houdbaarheid van de schuld op middellange termijn waarborgt en de potentiële groei op duurzame wijze verhoogt. De lidstaten is verzocht in hun stabiliteits- en convergentieprogramma's 2023 uiteen te zetten hoe hun begrotingsplannen ervoor zullen zorgen dat de tekortreferentiewaarde van 3 % van het bbp wordt nageleefd en de schuld voortdurend op plausibele wijze wordt teruggedrongen, of dat de schuld op middellange termijn op een prudent niveau wordt gehouden. De Commissie heeft de lidstaten verzocht de nationale begrotingsmaatregelen die zijn ingevoerd om huishoudens en bedrijven te beschermen tegen de energieprijsschok, geleidelijk af te schaffen, te beginnen met de minst gerichte maatregelen. Zij heeft erop gewezen dat indien de steunmaatregelen zouden moeten worden verlengd vanwege de hernieuwde druk van de energieprijzen, de lidstaten dergelijke maatregelen veel beter moeten richten op kwetsbare huishoudens en bedrijven dan in het verleden. De Commissie heeft voorgesteld de begrotingsaanbevelingen te kwantificeren, te differentiëren en te formuleren op basis van de netto primaire uitgaven, zoals voorgesteld in haar mededeling over een leidraad voor een hervorming van het EU-kader voor economische governance8. Zij heeft aanbevolen dat alle lidstaten nationaal gefinancierde investeringen blijven beschermen en zorgen voor een doeltreffend gebruik van de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen, met name in het licht van de doelstellingen met betrekking tot de groene en de digitale transitie en veerkracht. De Commissie heeft aangegeven dat zij de Raad zal voorstellen om in het voorjaar van 2024 een op een tekort gebaseerde buitensporigtekortprocedure in te stellen op basis van de begrotingsresultaten voor 2023, in overeenstemming met de bestaande wettelijke bepalingen.
(8) Op 26 april 2023 heeft de Commissie wetgevingsvoorstellen ingediend om een ingrijpende hervorming van de EU-regels inzake economische governance door te voeren. De voorstellen moeten vooral de overheidsschuld houdbaarder maken en tegelijkertijd duurzame en inclusieve groei bevorderen in alle lidstaten via hervormingen en investeringen. De voorstellen geven de lidstaten meer controle wat het ontwerpen van hun middellangetermijnplannen betreft, en tuigen tegelijkertijd een strengere handhavingsregeling op. Die moet ervoor zorgen dat de lidstaten de verbintenissen, aangegaan in hun begrotingsplannen voor de middellange termijn, ook daadwerkelijk nakomen. De doelstelling is de wetgevingswerkzaamheden in 2023 af te ronden.
(9) Op 28 mei 2021 heeft Ierland zijn nationale herstel- en veerkrachtplan bij de Commissie ingediend, overeenkomstig artikel 18, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241. Krachtens artikel 19 van Verordening (EU) 2021/241 heeft de Commissie de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het herstel- en veerkrachtplan beoordeeld overeenkomstig de beoordelingsrichtsnoeren van bijlage V bij die verordening. Op 8 september 2021 heeft de Raad zijn besluit betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Ierland aangenomen9. De vrijgave van tranches is afhankelijk van een besluit van de Commissie overeenkomstig artikel 24, lid 5, van Verordening (EU) 2021/241 houdende dat Ierland de desbetreffende mijlpalen en streefdoelen die in het uitvoeringsbesluit van de Raad zijn vastgelegd, op bevredigende wijze heeft verwezenlijkt. “In voldoende mate gehaald” betekent ook dat de verwezenlijking van eerdere mijlpalen en streefdoelen niet is teruggedraaid.
(10) Ierland heeft op 4 mei 2023 zijn nationaal hervormingsprogramma 2023 ingediend en op 2 mei 2023 zijn stabiliteitsprogramma 2023, overeenkomstig artikel 4, lid 1 van Verordening (EG) nr. 1466/97. Om met de onderlinge verbanden tussen beide programma's rekening te houden, zijn deze samen geëvalueerd. Overeenkomstig artikel 27 van Verordening (EU) 2021/241 weerspiegelt het nationale hervormingsprogramma 2023 ook de halfjaarlijkse verslaglegging van Ierland over de vorderingen bij de uitvoering van zijn herstel- en veerkrachtplan.
(11) De Commissie heeft op 24 mei 2023 het landverslag 2023 voor Ierland10 gepubliceerd. Daarin werd de vooruitgang beoordeeld die Ierland heeft geboekt bij de uitvoering van de desbetreffende landspecifieke aanbevelingen die de Raad tussen 2019 en 2022 heeft vastgesteld en werd de balans opgemaakt van de uitvoering door Ierland van het herstel- en veerkrachtplan. Op basis van deze analyse werden in het landverslag lacunes vastgesteld met betrekking tot de uitdagingen die niet of slechts gedeeltelijk worden aangepakt in het herstel- en veerkrachtplan, alsook nieuwe en opkomende uitdagingen. Ook werd de vooruitgang beoordeeld die Ierland heeft geboekt bij de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten en bij de verwezenlijking van de kerndoelen van de EU inzake werkgelegenheid, vaardigheden en armoedebestrijding, alsook bij de verwezenlijking van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN.
(12) Volgens door Eurostat gevalideerde gegevens11 is het overheidssaldo van Ierland omgeslagen van een tekort van 1,6 % van het bbp in 2021 in een overschot van 1,6 % in 2022, terwijl de overheidsschuld is gedaald van 55,4 % van het bbp eind 2021 naar 44,7 % eind 2022.
(13) Het overheidssaldo werd beïnvloed door maatregelen die in het kader van het begrotingsbeleid zijn genomen om de economische en sociale gevolgen van de stijging van de energieprijzen te verzachten. In 2022 omvatten dergelijke inkomstenverlagende maatregelen een verlaging van de accijnzen op brandstoffen en btw-verlagingen op gas en elektriciteit, terwijl de uitgavenmaatregelen betalingen aan alle binnenlandse elektriciteitsafnemers en een reeks sociale overdrachten omvatten. De Commissie raamt de nettobegrotingskosten van deze maatregelen op 0,5 % van het bbp in 2022. Het overheidssaldo is ook beïnvloed door de budgettaire kosten van de tijdelijke bescherming van ontheemden uit Oekraïne. Deze worden geraamd op 0,1 % van het bbp in 2022. Tegelijkertijd zijn de geraamde kosten van de tijdelijke noodmaatregelen van Covid-19 gedaald tot 0,7 % van het bbp in 2022, tegen 2,8 % in 2021.
(14) Op 18 juni 2021 heeft de Raad Ierland12 aanbevolen om in 2022 een ondersteunende begrotingskoers te varen, onder meer met behulp van de impuls die uitgaat van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, en om nationaal gefinancierde investeringen in stand te houden.
(15) Volgens de ramingen van de Commissie was de begrotingskoers13 in 2022 min of meer neutraal, namelijk -0,2 % van het bbp, wat passend was in een context van hoge inflatie. Zoals aanbevolen door de Raad heeft Ierland het herstel verder ondersteund met investeringen die door de herstel- en veerkrachtfaciliteit worden gefinancierd. De met subsidies uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen gefinancierde uitgaven bedroegen 0,04 % van het bbp in 2022 (0,1 % van het bbp in 2021). De nationaal gefinancierde investeringen leverden een expansieve bijdrage van 0,1 procentpunt aan de begrotingskoers14. Ierland heeft daarom nationaal gefinancierde investeringen in stand gehouden, zoals aanbevolen door de Raad. Tegelijkertijd leverde de groei van de nationaal gefinancierde primaire lopende uitgaven (ongerekend nieuwe maatregelen aan de ontvangstenzijde) een grotendeels neutrale bijdrage aan de algemene begrotingskoers van -0,2 procentpunt. Ierland heeft daarmee de groei van de nationaal gefinancierde lopende uitgaven in voldoende mate beperkt.
(16) Het macro-economische scenario dat aan de begrotingsprognoses van het stabiliteitsprogramma ten grondslag ligt, is realistisch in 2023 en is nadien voorzichtig. Het kabinet gaat ervan uit dat het reële bbp in 2023 met 5,6 % en in 2024 met 4,1 % zal groeien. Ter vergelijking: in de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie wordt uitgegaan van een lagere reële bbp-groei van 5,5 % in 2023 en een hogere van 5,0 % in 2024. Het relatief hogere groeipercentage van de Commissie in 2024 is vooral te danken aan een snellere groei van het netto uitvoeroverschot. In het geval van Ierland is deze variabele echter onderhevig aan grote fluctuaties, aangezien zij wordt aangedreven door een klein aantal grote multinationale ondernemingen, die de afgelopen jaren commercieel zeer succesvol zijn geweest.
(17) In haar stabiliteitsprogramma 2023 voorziet de regering dat het overheidsoverschot zal toenemen tot 1,8 % van het bbp in 2023. De stijging in 2023 is voornamelijk het gevolg van een sterke omzetgroei. Volgens het programma zal de overheidsschuldquote naar verwachting dalen van 44,7 % in 2022 tot 40,5 % aan het eind van 2023. In de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie wordt voor 2023 een overheidsoverschot van 1,7 % van het bbp voorspeld. Dit is in overeenstemming met het in het stabiliteitsprogramma voorspelde overschot. In de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie wordt uitgegaan van een vergelijkbare overheidsschuldquote van 40,4 aan het eind van 2023.
(18) Het overheidssaldo in 2023 zal naar verwachting verder worden beïnvloed door de fiscale maatregelen die zijn genomen om de economische en sociale gevolgen van de stijging van de energieprijzen te verzachten. Het gaat om maatregelen uit 2022 die zijn verlengd, met name een tweede ronde van twee betalingen aan alle binnenlandse elektriciteitsafnemers, alsmede een nieuwe reeks sociale overdrachten. De kosten van deze maatregelen worden gedeeltelijk gecompenseerd door belastingen op uitzonderlijke winsten van energieleveranciers, namelijk een begrenzing van inkomsten uit de productie van elektriciteit. Rekening houdend met deze inkomsten worden de nettobegrotingskosten van de steunmaatregelen in de voorjaarsprognose 2023 van de Commissie geraamd op 0,3 % van het bbp in 202315. De meeste maatregelen in 2023 lijken niet gericht op de meest kwetsbare huishoudens of bedrijven, maar behouden wel het prijssignaal om de energiebehoefte te verminderen en de energie-efficiëntie te verhogen. Bijgevolg wordt het bedrag van de gerichte begeleidende maatregelen, waarmee rekening moet worden gehouden bij de beoordeling van de naleving van de begrotingsaanbeveling voor 2023, in de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie geraamd op 0,1 % van het bbp in 2023 (tegen 0,2 % van het bbp in 2022). De begrotingskosten voor tijdelijke bescherming van ontheemden uit Oekraïne zullen naar verwachting met 0,1 procentpunt van het bbp stijgen ten opzichte van 2022. Tot slot zal het overheidssaldo in 2023 naar verwachting profiteren van de uitfasering van de tijdelijke noodmaatregelen van Covid-19 ten bedrage van 0,7 % van het bbp.
(19) Op 12 juli 2022 heeft de Raad aanbevolen16 dat Ierland actie onderneemt om ervoor te zorgen dat de groei van de nationaal gefinancierde primaire lopende uitgaven in 2023 in overeenstemming is met een algemene neutrale beleidskoers17, rekening houdend met de aanhoudende tijdelijke en gerichte steun aan huishoudens en bedrijven die het meest kwetsbaar zijn voor stijgingen van de energieprijzen en aan mensen die Oekraïne ontvluchten. Ierland moet klaarstaan om de lopende uitgaven aan te passen aan de veranderende situatie. Ierland werd ook aanbevolen de overheidsinvesteringen voor de groene en de digitale transitie en voor energiezekerheid uit te breiden, met inachtneming van het REPowerEU-initiatief, onder meer door gebruik te maken van de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere fondsen van de Unie.
(20) In 2023 zal de begrotingskoers volgens de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie nagenoeg neutraal zijn (0,2 % van het bbp), in een context van hoge inflatie. Dit volgt op een nagenoeg neutrale begrotingskoers in 2022 (-0,2 % van het bbp). De groei van de nationaal gefinancierde primaire lopende uitgaven (ongerekend discretionaire maatregelen aan de ontvangstenzijde) zal in 2023 naar verwachting een contractieve bijdrage aan de begrotingskoers van 0,3 % van het bbp leveren. Dit omvat de gereduceerde kosten van de gerichte steunmaatregelen voor huishoudens en bedrijven die het kwetsbaarst zijn voor energieprijsstijgingen met 0,1 % van het bbp. Dit omvat ook hogere kosten om ontheemden uit Oekraïne tijdelijke bescherming te bieden (met 0,1 % van het bbp). Kortom, de verwachte groei van de nationaal gefinancierde primaire lopende uitgaven is in overeenstemming met de aanbeveling van de Raad. De met subsidies uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen gefinancierde uitgaven zullen in 2023 naar verwachting 0,1 % van het bbp bedragen, terwijl nationaal gefinancierde investeringen naar verwachting een neutrale bijdrage van 0,0 procentpunt aan de begrotingskoers zullen leveren18. Daarom is Ierland van plan aanvullende investeringen te financieren via de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen, en wordt verwacht dat nationaal gefinancierde investeringen behouden blijven. Het is voornemens om te voorzien in overheidsinvesteringen voor de groene en digitale transitie, en voor energiezekerheid, zoals het faciliteren van de inzet van hernieuwbare energiebronnen, en het mogelijk maken van de elektrificatie van andere technologieën, die deels worden gefinancierd door de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen.
(21) Volgens het stabiliteitsprogramma zal het overheidsoverschot naar verwachting stijgen tot 2,8 % van het bbp in 2024. De stijging in 2024 weerspiegelt voornamelijk de vermindering van de uitgaven omdat de tijdelijke uitgavenmaatregelen worden beëindigd. Volgens het programma zal de overheidsschuldquote dalen tot 38,2 % aan het einde van 2024. Op basis van de op de afsluitdatum van de prognoses bekende beleidsmaatregelen wordt in de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie uitgegaan van een overheidsoverschot van 2,2 % van het bbp in 2024. Dit is lager dan het in het programma voorspelde overschot, voornamelijk als gevolg van hogere uitgaven in de voorjaarsprognose van de Commissie voor 2023. In de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie wordt uitgegaan van een vergelijkbare overheidsschuldquote van 38,3 aan het eind van 2024.
(22) Het stabiliteitsprogramma voorziet in de uitfasering van alle energiesteunmaatregelen in 2024. De Commissie gaat ook uit van de volledige uitfasering van energiesteunmaatregelen in 2024. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de energieprijzen niet opnieuw zullen stijgen.
(23) In het programma is Ierland voornemens de begrotingsdoelstelling op middellange termijn - een structureel begrotingssaldo van -0,5 % van het bbp19 - in 2023 en 2024 te halen en gedurende de rest van de programmaperiode te handhaven. Op basis van de voorjaarsprognoses 2023 van de Commissie wordt het structurele begrotingssaldo geraamd op een tekort van 0,1 % van het bbp in 2023 en een overschot van 1,0 % van het bbp in 2024, wat hoger is dan de begrotingsdoelstelling op middellange termijn.
(24) Uitgaande van ongewijzigd beleid wordt in de voorjaarsprognose 2023 van de Commissie verwacht dat de netto nationaal gefinancierde primaire uitgaven20 in 2024 met 1,9 % zullen stijgen.
(25) Volgens het programma zullen de overheidsinvesteringen toenemen van 2,0 % van het bbp in 2023 tot 2,1 % in 2024. De hogere investeringen weerspiegelen hogere nationaal gefinancierde investeringen en door de EU gefinancierde investeringen, namelijk via de herstel- en veerkrachtfaciliteit. Het programma verwijst naar hervormingen en investeringen die naar verwachting zullen bijdragen tot houdbaarheid van de overheidsfinanciën en duurzame en inclusieve groei. Deze omvatten een actualisering van het klimaatactieplan en de bouw van een datacenter, die ook deel uitmaken van het herstel- en veerkrachtplan.
(26) Het stabiliteitsprogramma schetst een begrotingstraject voor de middellange termijn tot 2026. Volgens het programma zal het overheidsoverschot naar verwachting stijgen tot 2,9 % van het bbp in 2025 en tot 3,1 % in 2026. Daarom is het de bedoeling dat het overheidssaldo gedurende de looptijd van het programma voldoet aan de relevante in het Verdrag vastgestelde referentiewaarde. Volgens het programma zal de overheidsschuldquote naar verwachting dalen van 38,2 % aan het eind van 2024 tot 32,0 % aan het eind van 2026.
(27) Het aandeel van de bevolking ouder dan 64 jaar ten opzichte van de beroepsbevolking (20-64 jaar) zal naar verwachting meer dan verdubbelen tegen 2070, wanneer er minder dan twee potentiële bijdragers zouden zijn voor elke gepensioneerde, vergeleken met bijna vier bijdragers in 2022. Deze veroudering van de bevolking vereist dat het pensioenstelsel wordt beschermd tegen stijgende kosten. De in september 2022 aangekondigde pensioenhervorming houdt de pensioenleeftijd op 66 jaar. Daarom is de regering voornemens de houdbaarheid van het pensioenstelsel aan de premiekant aan te pakken. In 2023 zal de regering naar verwachting een stappenplan presenteren voor een geleidelijke verhoging van de sociale premies tussen 2024 en 2034. Dit moet duidelijkheid verschaffen over de wijze waarop zij de financiering van het staatspensioenstelsel wil regelen.
(28) Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt (b) en criterium 2.2 van bijlage V bij Verordening (EU) 2021/241 bevat het herstel- en veerkrachtplan een uitgebreide reeks elkaar versterkende hervormingen en investeringen die uiterlijk in 2026 moeten zijn uitgevoerd. De uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan van Ierland is in gang gezet, maar met aanzienlijke vertraging. Door beperkte middelen en onvoldoende prioritering heeft Ierland een achterstand opgelopen bij de uitvoering. Ierland heeft in mei 2023 een wijziging van zijn plan ingediend. Ierland moet zijn eerste betalingsaanvraag nog indienen. De voorbereiding van een REPowerEU-hoofdstuk is aan de gang. De snelle opname van het nieuwe REPowerEU-hoofdstuk in het herstel- en veerkrachtplan maakt de financiering mogelijk van aanvullende hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de strategische doelstellingen van Ierland op het gebied van energie en de groene transitie. De systematische en effectieve betrokkenheid van lokale en regionale autoriteiten, sociale partners en andere relevante belanghebbenden blijft belangrijk voor de succesvolle uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, alsook ander economisch en werkgelegenheidsbeleid dat verder gaat dan het plan, om te zorgen voor een breed draagvlak voor de algehele beleidsagenda.
(29) De Commissie heeft in 2022 alle programmeringsdocumenten voor het cohesiebeleid van Ierland goedgekeurd. Het is van cruciaal belang om de cohesiebeleidsprogramma's in aanvulling op en in synergie met het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, snel uit te voeren om de groene en de digitale transitie te verwezenlijken, de economische en sociale veerkracht te vergroten en een evenwichtige territoriale ontwikkeling in Ierland tot stand te brengen.
(30) Naast de economische en sociale uitdagingen die in het herstel- en veerkrachtplan worden aangepakt, staat Ierland voor een aantal bijkomende uitdagingen in verband met de circulaire economie, de drinkwatervoorziening en de behandeling van afvalwater, alsook met het elektriciteitssysteem, energie-infrastructuur en slimme netwerktechnologieën, het vergunningskader, energie-efficiëntie, duurzaam vervoer en groene vaardigheden.
(31) De afvalproductie in Ierland blijft stijgen en blijft aanzienlijk boven het EU-gemiddelde. De recyclingprestaties stagneren al enkele jaren. Het circulaire gebruik van grondstoffen is licht gestegen tot 2 % in 2021, maar blijft ruim onder het EU-gemiddelde van 11,7 %. Hoewel er verbeteringen in het afvalbeheer worden doorgevoerd, is het effect van het afvalactieplan 2020 voor een circulaire economie en de in december 2021 gepubliceerde overheidsstrategie voor de circulaire economie als geheel nog niet merkbaar. Er zijn meer investeringen nodig om de doelstellingen van de EU op het gebied van de circulaire economie te bereiken. Dit houdt in dat de infrastructuur voor gescheiden afvalinzameling en -verwerking moet worden verbeterd, zodat er minder afval wordt gestort en verbrand, met bijzondere aandacht voor plastic en bioafval. Op het gebied van waterbeheer en -kwaliteit wordt Ierland geconfronteerd met een verouderde en gedateerde infrastructuur, met als gevolg een van de hoogste percentages lekkages in de EU. Ook de kwaliteit van het drinkwater blijft in bepaalde gebieden een probleem. De verslechtering van de waterkwaliteit door uitbreiding van de landbouw wordt onvoldoende aangepakt. Er moet ook worden geïnvesteerd in infrastructuur voor rivierherstel en in een bredere aanpak van de controle op waterverontreiniging door landbouwactiviteiten.
(32) Het elektriciteitssysteem van Ierland vertoonde in 2022 tekenen van kwetsbaarheid doordat problemen met de elektriciteitsvoorziening noodmaatregelen vereisten. Het klimaatactieplan omvat de ambitieuze doelstelling om het energiesysteem van het land tegen 2030 om te vormen, met als doel om 80 % hernieuwbare elektriciteit te bereiken. Dit zal resulteren in grote volumes variabele productie. De huidige flexibiliteit van het systeem en de integratie ervan zijn onvoldoende om dergelijke grote hoeveelheden variabele opwekking en de groeiende vraag naar energie, met name van datacenters, aan te kunnen, waardoor het moeilijk zou kunnen worden om de doelstelling inzake hernieuwbare energiebronnen te halen. Flexibiliteit aan de vraagzijde en belangrijke verbeteringen van de transmissie-, distributie- en opslaginfrastructuur zullen van cruciaal belang zijn om Ierland minder afhankelijk te maken van de invoer van fossiele brandstoffen en om de overgang naar een klimaatneutraal energiesysteem te vereenvoudigen en te versnellen. De belangrijkste uitdagingen bij de ontwikkeling van flexibiliteit aan de vraagzijde zijn onder meer het ontbreken van een gecoördineerde strategie voor het gehele energiesysteem, inclusief verwarming en koeling, en het ontbreken van een infrastructuur voor slimme meters. De verbetering van de efficiëntie van het plannings- en vergunningssysteem voor hernieuwbare energiebronnen, opslag en netwerkverbindingen door de beschikbaarheid van geschikt personeel met passende vaardigheden in alle fasen van de planningsprocessen te waarborgen en door het algemene kader te stroomlijnen, zou grootschalige ontwikkelingen kunnen versnellen en zo de groene transitie versnellen.
(33) Het aardgasverbruik van Ierland is in de periode tussen augustus 2022 en maart 2023 met 0,2 % gedaald ten opzichte van het gemiddelde gasverbruik in dezelfde periode in de voorliggende 5 jaar, ruim onder de reductiedoelstelling van 15 %. Ondanks de aan Ierland verleende vrijstelling wordt Ierland aangemoedigd zijn inspanningen op te voeren om de vraag naar gas tijdelijk te verminderen tot 31 maart 202421. Energierendementsmaatregelen zullen een sleutelrol spelen bij het verminderen van het energieverbruik en het bereiken van de EU-doelstelling om de netto-uitstoot van broeikasgassen met ten minste 55 % te verminderen. Om de klimaatdoelstellingen te halen, zijn energieverbeteringen in woningen, aanpassingen in bestaande woningen en een snelle invoering van duurzame verwarming essentieel. Ondanks de ambitieuze doelstellingen om tegen eind 2030 het equivalent van 500 000 bestaande woningen aan te passen zodat ze een B2-energielabel behalen, en 400 000 warmtepompen in bestaande woningen te installeren ter vervanging van oudere, minder efficiënte verwarmingssystemen, blijven er uitdagingen bestaan die grotendeels te wijten zijn aan het tekort aan geschoolde arbeidskrachten. Het aantal emissieloze voertuigen in het Ierse wagenpark groeit snel vanuit een zeer lage basis, maar de dichtheid van openbare oplaadpunten heeft moeite om gelijke tred te houden. Slechts ongeveer 100 kilometer spoorlijnen zijn geëlektrificeerd, waardoor Ierland het EU-land is met het laagste aandeel geëlektrificeerde spoorwegen. Daarnaast vormen verkeersopstoppingen een grote belasting voor de luchtkwaliteit en de reistijd van forenzen.
(34) Tekorten aan arbeidskrachten en vaardigheden in voor de groene transitie cruciale sectoren en beroepen, waaronder de productie, de inzet en het onderhoud van nettonultechnologieën, zorgen voor knelpunten bij de overgang naar een nettonuleconomie. Hoogwaardige onderwijs- en opleidingsstelsels die inspelen op veranderende behoeften op de arbeidsmarkt en gerichte bij- en omscholingsmaatregelen zijn van cruciaal belang om tekorten aan vaardigheden aan te pakken en arbeidsintegratie en -verschuivingen te bevorderen. Om het onbenutte arbeidsaanbod te ontsluiten, moeten deze maatregelen toegankelijk zijn, met name voor personen en in de sectoren en regio's waarvoor de gevolgen van de groene transitie het grootst zijn. In 2022 werden in Ierland arbeidskrachtentekorten gemeld voor 12 beroepen die specifieke vaardigheden of kennis vereisen voor de groene transitie, waaronder milieubeschermingsprofessionals, ingenieurs en elektrotechnici. Daarnaast werd een tekort aan arbeidskrachten gemeld als een factor die de productie in de industrie (46,8 % van de bedrijven) en de bouw (60,3 % van de bedrijven) belemmerde.
(35) In het licht van deze beoordeling van de Commissie heeft de Raad het stabiliteitsprogramma 2023 onderzocht en zijn advies22 daarover is in de onderstaande aanbeveling 1 weergegeven.
(36) Aangezien de economieën van de lidstaten van de eurozone in hoge mate met elkaar zijn verweven en zij collectief bijdragen aan de werking van de economische en monetaire unie, heeft de Raad de lidstaten van de eurozone aanbevolen actie te ondernemen, onder meer via hun herstel- en veerkrachtplannen, teneinde i) de houdbaarheid van de schuld in stand te houden en af te zien van generieke steun voor de geaggregeerde vraag in 2023, gerichtere begrotingsmaatregelen te nemen om de impact van de hoge energieprijzen te verlichten en na te denken over passende manieren om de steun af te bouwen naarmate de druk die uitgaat van de energieprijzen afneemt; ii) hoge overheidsinvesteringen te handhaven en particuliere investeringen te bevorderen om de groene en de digitale transitie te ondersteunen; iii) loonontwikkelingen te ondersteunen die het verlies aan koopkracht verzachten en tegelijkertijd tweederonde-effecten op de inflatie beperken, actief arbeidsmarktbeleid verder verbeteren en tekorten aan vaardigheden tegengaan; iv) het ondernemingsklimaat te verbeteren en ervoor te zorgen dat energiesteun aan bedrijven kosteneffectief en tijdelijk is, gericht is op levensvatbare bedrijven en stimulansen voor de groene transitie handhaaft; en v) de macro‑financiële stabiliteit in stand te houden en risico's te monitoren en tegelijkertijd te blijven werken aan de voltooiing van de bankenunie. Voor Ierland dragen de aanbevelingen (1) (2), (3) en (4) bij tot de uitvoering van de eerste, tweede en derde aanbevelingen voor de eurozone.
BEVEELT AAN dat Ierland in 2023 en 2024 de volgende actie onderneemt:
1. De geldende steunmaatregelen voor energie afbouwen tegen eind 2023. Mochten nieuwe energieprijsstijgingen steunmaatregelen noodzakelijk maken, zorgen dat deze gericht zijn op de bescherming van kwetsbare huishoudens en bedrijven, die fiscaal betaalbaar zijn, en stimuleringsmaatregelen voor energiebesparing in stand houden. Met behoud van een gezonde begrotingspositie in 2024, nationaal gefinancierde overheidsinvesteringen in stand houden en zorgen voor een effectieve absorptie van investeringssubsidies uit het herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen, met name om de groene en digitale transitie te bevorderen.
Voor de periode na 2024 blijven streven naar investeringen en hervormingen die leiden tot een hogere duurzame groei en een prudente begrotingssituatie op middellange termijn behouden.
De budgettaire houdbaarheid van het algemeen ouderdomspensioen waarborgen door de financieringswijze ervan te specificeren.
2. De uitvoering van haar herstel- en veerkrachtplan aanzienlijk bespoedigen, mede door te zorgen voor voldoende middelen, en spoedig de laatste hand leggen aan het addendum en het REPowerEU-hoofdstuk, zodat snel met de uitvoering ervan kan worden begonnen. Doorgaan met de snelle uitvoering van programma’s in het kader van het cohesiebeleid, in nauwe samenhang en synergie met het herstel- en veerkrachtplan.
3. Investeringen bespoedigen om de circulaire economie te versnellen. Verdere ontwikkeling van zowel de afvalverwerkingsinfrastructuur in verband met de hogere stappen van de afvalhiërarchie als van economische instrumenten om afval te voorkomen en de hoeveelheid hergebruikte, gereviseerde en gerecyclede inhoud te vergroten. Een doeltreffender systeem ontwikkelen voor de gescheiden inzameling van recyclebaar afval, met inbegrip van biologisch afbreekbaar afval. Afval onttrekken aan vuilstort en verbranding, met bijzondere aandacht voor plastic en bioafval. Meer inspanningen leveren om de investeringen in de drinkwater- en afvalwaterinfrastructuur te versnellen.
4. De totale afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verminderen. Inspanningen richten op verbetering van de flexibiliteit van het elektriciteitssysteem en verbetering van de integratie van het energiesysteem. Een specifieke strategie ontwerpen en uitvoeren voor de ontwikkeling van respons aan de vraagzijde en de uitrol van infrastructuur voor slimme meters en technologieën voor slimme netwerken versnellen. Het plannings- en vergunningskader voor hernieuwbare energiebronnen, opslag en netwerkverbindingen stroomlijnen. Aanvullende maatregelen uitvoeren ter ondersteuning van het energierendement in particuliere en openbare gebouwen om de energierekeningen en de kosten van het energiesysteem te verlagen. De installatie van openbare oplaadpunten voor emissieloze voertuigen versnellen. De beleidsinspanningen opvoeren die gericht zijn op het voorzien in en verwerven van de vaardigheden die nodig zijn voor de groene transitie.
Gedaan te Brussel,
Voor de Raad
De voorzitter
1PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1.
2Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit (PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17).
3COM(2022) 780 final.
4COM(2023) 62 final.
5COM(2023) 168 final.
6Verordening (EU) 2023/435 van het Europees Parlement en de Raad van 27 februari 2023 tot wijziging van Verordening (EU) 2021/241 wat betreft REPowerEU-hoofdstukken in herstel- en veerkrachtplannen en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1303/2013, (EU) 2021/1060 en (EU) 2021/1755 en Richtlijn 2003/87/EG (PB L 63 van 28.2.2023, blz. 1).
7COM(2023) 141 final.
8COM(2022) 583 final.
9Uitvoeringsbesluit van de Raad van 8 september 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Ierland (ST 11046/21; doc. ST 11046/21 ADD 1).
10SWD(2023) 607 final.
11Eurostat-Euro Indicatoren, 47/2023, 21.4.2023
12Aanbeveling van de Raad van 18 juni 2021 met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2021 van Ierland, PB C 304 van 29.7.2021, blz. 28.
13De begrotingskoers wordt afgemeten aan de verandering in de primaire uitgaven (ongerekend discretionaire maatregelen aan de ontvangstenzijde), met uitsluiting van Covid-19-gerelateerde tijdelijke noodmaatregelen, maar met inbegrip van uitgaven gefinancierd met niet-terugvorderbare steun (subsidies) uit de herstel- en veerkrachtfaciliteit en andere EU-fondsen, ten opzichte van de potentiële groei op middellange termijn. Zie voor meer details Box 1 in de statistische begrotingstabellen.
14Andere nationaal gefinancierde kapitaaluitgaven hebben een neutrale bijdrage van 0,0 procentpunt van het bbp geleverd.
15De cijfers geven het niveau weer van de jaarlijkse begrotingskosten van die maatregelen, waaronder lopende ontvangsten en uitgaven en – indien relevant – kapitaaluitgaven.
16Aanbeveling van de Raad over het nationale hervormingsprogramma 2022 van Ierland en met een advies van de Raad over het stabiliteitsprogramma 2022 van Ierland, PB C 334 van 1.9.2022, blz. 52.
17Op basis van de voorjaarsprognose 2023 van de Commissie wordt de potentiële productiegroei van Ierland op middellange termijn (tienjarig gemiddelde), die wordt gebruikt om de begrotingskoers te meten, geraamd op 12,3 % in nominale termen.
18Andere nationaal gefinancierde kapitaaluitgaven zullen naar verwachting een expansieve bijdrage van 0,1 procentpunt van het bbp leveren.
19Het door de Commissie volgens de algemeen aanvaarde methode herberekende structureel begrotingssaldo (d.w.z. het conjunctuurgezuiverd saldo ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen) komt uit op een structureel tekort van 0,9 % van het bbp in 2023 en een overschot van 0,1 % in 2024.
20Netto primaire uitgaven worden gedefinieerd als nationaal gefinancierde uitgaven ongerekend discretionaire inkomstenmaatregelen en exclusief rentelasten en conjuncturele werkloosheidsuitgaven.
21Verordening (EU) nr. 2022/1369 van de Raad en Verordening (EU) 2023/706 van de Raad.
22Op grond van artikel 5, lid 2, en artikel 9, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad.
NL NL