Overwegingen bij COM(2022)720 - Maatregelen voor een hoog niveau van interoperabiliteit van de overheidssector in de Unie (verordening Interoperabel Europa) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2022)720 - Maatregelen voor een hoog niveau van interoperabiliteit van de overheidssector in de Unie (verordening Interoperabel Europa). |
---|---|
document | COM(2022)720 |
datum | 13 maart 2024 |
(2) De lidstaten en de Unie werken al meer dan twee decennia aan het ondersteunen van de modernisering van overheden door middel van de digitale transformatie en het bevorderen van de diepe onderlinge verwevenheid die nodig is voor een echte Europese digitale ruimte. In de mededeling van de Commissie “Digitaal kompas 2030: de Europese aanpak voor het digitale decennium” (COM(2021) 118) wordt benadrukt dat de digitalisering van overheidsdiensten tegen 2030 moet worden versneld, onder meer door de interoperabiliteit tussen alle overheidsniveaus en tussen overheidsdiensten te waarborgen. Bovendien heeft de COVID-19-pandemie de digitalisering versneld, waardoor overheidsdiensten ertoe werden aangezet zich aan te passen aan het onlineparadigma, onder andere voor grensoverschrijdende digitale overheidsdiensten, alsook voor een slimmer en groener gebruik van technologieën in overeenstemming met de klimaat- en energiedoelstellingen die zijn vastgesteld in de Europese Green Deal en Verordening (EU) 2021/1119 van het Europees Parlement en de Raad 36 . Deze verordening heeft tot doel een aanzienlijke bijdrage aan deze doelstellingen van de Unie te leveren door een kader inzake gestructureerde samenwerking tot stand te brengen ten behoeve van de grensoverschrijdende interoperabiliteit tussen de lidstaten en de Commissie ter ondersteuning van het opzetten van digitale overheidsdiensten.
(3) De nieuwe governancestructuur zou een wettelijk mandaat moeten hebben om de verdere ontwikkeling van het Europees interoperabiliteitskader en andere gemeenschappelijke interoperabiliteitsoplossingen, zoals specificaties en toepassingen, te stimuleren. Voorts moet in deze verordening een duidelijk en gemakkelijk herkenbaar etiket voor bepaalde interoperabiliteitsoplossingen worden vastgesteld. De oprichting van een levendige gemeenschap rond open oplossingen voor bestuurstechnologie moet worden bevorderd.
(4) Het is in het belang van een coherente benadering van de interoperabiliteit van de overheidssector in de hele Unie, de ondersteuning van het beginsel van goed bestuur en het vrije verkeer van persoonsgegevens en niet-persoonsgebonden gegevens binnen de Unie om de regels zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen voor alle overheidssectoren die verwerkingsverantwoordelijken zijn of netwerk- en informatiesystemen aanbieden die worden gebruikt om overheidsdiensten te faciliteren of te beheren. Deze doelstelling heeft betrekking op de Commissie en andere instellingen, organen en agentschappen van de Unie, alsook openbare lichamen in de lidstaten op alle bestuursniveaus: nationaal, regionaal en lokaal. Agentschappen spelen een belangrijke rol bij het verzamelen van wettelijk verplichte rapportagegegevens van de lidstaten. Daarom moet de interoperabiliteit van deze gegevens ook onder deze verordening vallen.
(5) Grensoverschrijdende interoperabiliteit wordt niet alleen mogelijk gemaakt via gecentraliseerde digitale infrastructuren in de lidstaten, maar ook via een gedecentraliseerde aanpak. Dit houdt in dat gegevens tussen lokale overheden in verschillende lidstaten worden uitgewisseld zonder dat daar noodzakelijkerwijs nationale knooppunten aan te pas komen. Daarom moeten op alle administratieve niveaus gemeenschappelijke oplossingen worden ontwikkeld, met name voor specificaties en toepassingen. De behoefte aan grensoverschrijdende digitale interacties neemt toe, waarvoor oplossingen nodig zijn die in deze behoeften kunnen voorzien. Met deze verordening wordt beoogd de uitwisseling tussen alle bestuursniveaus te vergemakkelijken en aan te moedigen.
(6) Interoperabiliteit maakt de succesvolle uitvoering van beleidsmaatregelen mogelijk, met name van beleid dat nauw verbonden is met de overheidssector, zoals justitie en binnenlandse zaken, belastingen en douane, vervoer, volksgezondheid, landbouw, alsook op het gebied van de regulering van handel en industrie. Benadering van interoperabiliteit vanuit één sector gaat echter gepaard met het risico dat de vaststelling van andere of niet-compatibele oplossingen op nationaal of sectoraal niveau nieuwe elektronische obstakels opwerpt, die een belemmering vormen voor de goede werking van de interne markt en het daarmee verband houdende vrije verkeer. Bovendien dreigen de openheid en het concurrentievermogen van de markten en de levering van diensten van algemeen belang aan bedrijven en burgers hiermee te worden ondermijnd. Daarom moet in het kader van deze verordening ook sectoroverschrijdende interoperabiliteit worden vergemakkelijkt, aangemoedigd en toegepast.
(7) Om een einde te maken aan de versnippering in het interoperabiliteitslandschap moeten een gemeenschappelijk begrip van interoperabiliteit in de Unie en een holistische benadering van interoperabiliteitsoplossingen worden bevorderd. Door middel van gestructureerde samenwerking moeten maatregelen worden ondersteund ter bevordering van standaard interoperabel beleid dat klaar is voor het digitale tijdperk. Bovendien moeten het efficiënte beheer en gebruik van digitale-diensteninfrastructuren en de respectieve onderdelen daarvan worden bevorderd door openbare lichamen en instellingen, organen en agentschappen van de Unie die de oprichting en exploitatie van duurzame en efficiënte grensoverschrijdende overheidsdiensten mogelijk maken.
(8) Voor het opzetten van grensoverschrijdende interoperabele overheidsdiensten is het belangrijk om in een zo vroeg mogelijk stadium van het beleidsvormingsproces aandacht te besteden aan het interoperabiliteitsaspect. Daarom moeten overheidsinstellingen die voornemens zijn een nieuw netwerk- en informatiesysteem op te zetten of een bestaand systeem te wijzigen dat waarschijnlijk grote gevolgen voor de grensoverschrijdende interoperabiliteit zal hebben, een interoperabiliteitsbeoordeling uitvoeren. Deze beoordeling is noodzakelijk om inzicht te krijgen in de omvang van de gevolgen van de geplande actie en om maatregelen voor te stellen om te profiteren van de voordelen en potentiële kosten aan te pakken. De interoperabiliteitsbeoordeling zou in drie gevallen verplicht moeten zijn, waarbij grensoverschrijdende interoperabiliteit mogelijk is. In andere situaties kunnen overheidsinstellingen besluiten de interoperabiliteitsbeoordeling op vrijwillige basis uit te voeren.
(9) In bepaalde omstandigheden kan het ook redelijk en economisch zijn dat een interoperabiliteitsbeoordeling voor meer dan één enkel project wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld wanneer openbare lichamen voornemens zijn een gemeenschappelijk toepassings- of verwerkingsplatform op te richten. In die andere gevallen moet sterk worden aangemoedigd dat de beoordeling verder gaat dan het verwezenlijken van de doelstellingen van Interoperabel Europa in de richting van een volledige totstandbrenging van interoperabiliteit.
(10) In het kader van de interoperabiliteitsbeoordeling moeten de gevolgen van de geplande maatregelen voor de grensoverschrijdende interoperabiliteit van netwerk- en informatiesystemen worden geëvalueerd, bijvoorbeeld met betrekking tot de oorsprong, de aard, de bijzonderheden en de omvang van die gevolgen. Het resultaat van die beoordeling moet in aanmerking worden genomen bij het bepalen van de passende maatregelen die moeten worden genomen om het netwerk- en informatiesysteem op te zetten of te wijzigen.
(11) De organisatie moet het resultaat van de interoperabiliteitsbeoordeling op haar website bekendmaken. De bekendmaking van het resultaat mag geen afbreuk doen aan intellectuele-eigendomsrechten of handelsgeheimen en moet worden beperkt indien dit gerechtvaardigd is om redenen van openbare orde of veiligheid. De bepalingen van het Unierecht inzake de bescherming van persoonsgegevens moeten in acht worden genomen.
(12) Openbare lichamen of instellingen, organen of agentschappen van de Unie die op zoek zijn naar interoperabiliteitsoplossingen moeten andere openbare lichamen of instellingen, organen of agentschappen van de Unie kunnen verzoeken om de softwarecode die deze organisaties gebruiken, samen met de bijbehorende documentatie. Delen moet standaard worden tussen openbare lichamen en de instellingen, organen en agentschappen van de Unie, terwijl niet-delen juridisch gerechtvaardigd zou moeten worden. Daarnaast moeten openbare lichamen of de instellingen, organen of agentschappen van de Unie ernaar streven nieuwe interoperabiliteitsoplossingen te ontwikkelen of bestaande interoperabiliteitsoplossingen verder te ontwikkelen.
(13) Wanneer overheidsdiensten besluiten hun oplossingen met andere overheidsdiensten of het publiek te delen, handelen zij in het algemeen belang. Dit geldt des te meer voor innovatieve technologieën: open source maakt algoritmen bijvoorbeeld transparant en maakt onafhankelijke audits en reproduceerbare bouwstenen mogelijk. Het delen van interoperabiliteitsoplossingen tussen overheidsdiensten moet de voorwaarden scheppen voor het bereiken van een open ecosysteem van digitale technologieën voor de overheidssector dat meerdere voordelen kan opleveren.
(14) De Interoperabel Europa-raad moet bij het monitoren van de samenhang van de interoperabiliteitsoplossingen en het voorstellen van maatregelen om ervoor te zorgen dat zij verenigbaar zijn met bestaande oplossingen die een gemeenschappelijk doel hebben, rekening houden met het in onbruik raken van oplossingen.
(15) Het Europees interoperabiliteitskader (EIF) moet voor samenhang zorgen en worden erkend als het enige referentiepunt voor de aanpak van de Unie ten aanzien van interoperabiliteit in de sector openbare diensten. Bovendien kan met gespecialiseerde interoperabiliteitskaders tegemoet worden gekomen aan de behoeften van specifieke sectoren, domeinen of bestuursniveaus. Deze kaders moeten de uitvoering van interoperabiliteitsoplossingen verder bevorderen.
(16) Het EIF moet worden ontwikkeld door de Interoperabel Europa-raad, die onder meer bestaat uit één vertegenwoordiger van elke lidstaat. De lidstaten staan dus, samen met de andere leden van de Interoperabel Europa-raad, centraal in de ontwikkeling en de uitvoering van het EIF. De Interoperabel Europa-raad moet het EIF zo nodig actualiseren.
(17) In de ter aanvulling van het EIF opgestelde gespecialiseerde interoperabiliteitskaders moet rekening worden gehouden met de bestaande sectorspecifieke kaders die op het niveau van de Unie zijn ontwikkeld (bijvoorbeeld in de gezondheidszorg) en mag aan de laatstgenoemde kaders geen afbreuk worden gedaan.
(18) Interoperabiliteit houdt rechtstreeks verband met en is afhankelijk van het gebruik van open specificaties en normen. Daarom moet de overheidssector van de Unie in staat worden gesteld overeenstemming te bereiken over horizontale open specificaties en andere oplossingen om interoperabiliteit te bevorderen. Het nieuwe kader moet voorzien in een duidelijk proces voor de totstandbrenging en de bevordering van dergelijke overeengekomen interoperabiliteitsoplossingen in de toekomst. Op deze manier zal de overheidssector een gecoördineerder geluid kunnen laten horen om de behoeften van de overheidssector en de publieke waarden in bredere discussies mee te nemen.
(19) Veel specificaties voor interoperabiliteit die door de overheidssector worden gebruikt, zouden van bestaande Uniewetgeving kunnen worden afgeleid. Derhalve moet een verband worden gelegd tussen alle specificaties voor netwerk- en informatiesystemen in de overheidssector die op grond van wettelijke bepalingen van de Unie verplicht zijn. Het is voor de uitvoerende autoriteiten niet altijd gemakkelijk om de vereisten in het meest recente en in een machinaal leesbaar formaat te vinden. Eén enkel toegangspunt en duidelijke regels voor de metagegevens van dergelijke informatie moeten openbare lichamen helpen ervoor te zorgen dat hun digitale-diensteninfrastructuren voldoen aan de huidige en toekomstige regels.
(20) Er moet een Interoperabel Europa-portaal worden opgezet als referentiepunt voor interoperabiliteitsoplossingen, kennis en de desbetreffende gemeenschap. Het portaal moet worden opgezet als link naar officiële bronnen, maar moet ook openstaan voor inbreng van de Interoperabel Europa-gemeenschap.
(21) Op het Interoperabel Europa-portaal moeten oplossingen openbaar worden gemaakt die voldoen aan de EIF-beginselen van openheid, technische neutraliteit en veiligheid. Aangezien open source gebruikers in staat stelt de interoperabiliteit en veiligheid van de oplossingen actief te beoordelen en te inspecteren, is het belangrijk dat open source de uitvoering van interoperabiliteitsoplossingen ondersteunt. In dit verband moet het gebruik van opensourcelicenties worden bevorderd om de juridische duidelijkheid en de wederzijdse erkenning van licenties in de lidstaten te vergroten.
(22) Momenteel zijn de overheidsdiensten van de Unie die elektronisch worden verleend of beheerd in veel gevallen afhankelijk van aanbieders van buiten de Unie. Het is in het strategische belang van de Unie ervoor te zorgen dat zij essentiële technologische capaciteiten behoudt en ontwikkelt om haar digitale eengemaakte markt veilig te stellen, met name om de dienstverlening te waarborgen, kritieke netwerk- en informatiesystemen te beschermen en essentiële diensten te verlenen. De Interoperabel Europa-ondersteuningsmaatregelen moeten overheidsdiensten helpen zich verder te ontwikkelen en nieuwe uitdagingen en nieuwe gebieden in een grensoverschrijdende context te integreren. Interoperabiliteit is een voorwaarde om niet aan een bepaalde technologie vast komen te zitten, technische ontwikkelingen mogelijk te maken en innovatie te stimuleren, hetgeen de mondiale concurrentiepositie van de Unie moet versterken.
(23) Er moet een governancemechanisme worden opgezet om de uitvoering van beleidsmaatregelen van de Unie op zodanige wijze te vergemakkelijken dat de interoperabiliteit wordt gewaarborgd. Dit mechanisme moet gericht zijn op de interoperabele digitale uitvoering van beleidsmaatregelen zodra zij zijn vastgesteld in de vorm van rechtshandelingen en moet dienen om interoperabiliteitsoplossingen te ontwikkelen op basis van de behoeften. Het mechanisme moet openbare lichamen ondersteunen. Projecten ter ondersteuning van openbare lichamen moeten door de Interoperabel Europa-raad worden voorgesteld aan de Commissie, die moet beslissen of de projecten al dan niet worden opgezet.
(24) Alle overheidsniveaus moeten met innovatieve organisaties, of het nu gaat om bedrijven of entiteiten zonder winstoogmerk, samenwerken bij het ontwerpen, ontwikkelen en exploiteren van overheidsdiensten. Het ondersteunen van op GovTech gebaseerde samenwerking tussen overheidsdiensten en startende ondernemingen en innovatieve kmo’s, of samenwerking waarbij voornamelijk maatschappelijke organisaties zijn betrokken (“CivicTech”), is een doeltreffend middel om innovatie in de overheidssector te ondersteunen en het gebruik van interoperabiliteitsinstrumenten tussen partners uit de particuliere en overheidssector te bevorderen. Het ondersteunen van een open ecosysteem in de Unie op basis van GovTech dat publieke en particuliere actoren over de grenzen heen samenbrengt en waarbij verschillende bestuursniveaus zijn betrokken, moet het mogelijk maken innovatieve initiatieven te ontwikkelen die gericht zijn op het ontwerp en de uitrol van interoperabiliteitsoplossingen op basis van GovTech.
(25) Door gemeenschappelijke innovatiebehoeften en -prioriteiten in kaart te brengen en gemeenschappelijke inspanningen op het gebied van GovTech en tests over de grenzen heen te concentreren, kunnen openbare lichamen in de Unie risico’s, geleerde lessen en de resultaten van innovatie-ondersteunende projecten delen. Voor deze activiteiten zal met name gebruik worden gemaakt van het rijke reservoir van startende hightechbedrijven en -kmo’s in de Unie. Succesvolle GovTech-projecten en innoverende maatregelen die mogelijk worden gemaakt met innoverende maatregelen in het kader van Interoperabel Europe moeten helpen om GovTech-instrumenten en interoperabiliteitsoplossingen voor hergebruik op te schalen.
(26) Interoperabel Europa-ondersteuningsmaatregelen zouden kunnen profiteren van veilige ruimten voor testen, waarbij wordt gezorgd voor verantwoorde innovatie en integratie van passende risicobeperkende maatregelen en waarborgen. Om te zorgen voor een rechtskader dat innovatievriendelijk, toekomstbestendig en bestand tegen verstoring is, moet het mogelijk worden gemaakt dergelijke projecten in testomgevingen voor regelgeving uit te voeren. In deze gecontroleerde testomgevingen voor regelgeving moeten de ontwikkeling en het testen van innovatieve oplossingen worden vergemakkelijkt voordat dergelijke systemen in de netwerk- en informatiesystemen van de overheidssector worden geïntegreerd. De testomgevingen voor regelgeving moeten tot doel hebben met innovatieve oplossingen de interoperabiliteit te bevorderen door een gecontroleerde experimenteer- en testomgeving tot stand te brengen om de oplossingen in overeenstemming met deze verordening en andere relevante wetgeving van de Unie en de lidstaten te brengen, teneinde de rechtszekerheid voor innovators en de bevoegde autoriteiten te vergroten en meer inzicht te bieden in de kansen, opkomende risico’s en gevolgen van de nieuwe oplossingen. Om een uniforme uitvoering in de hele Unie en schaalvoordelen te verzekeren, moeten gemeenschappelijke regels voor de uitvoering van testomgevingen voor regelgeving worden vastgesteld. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming kan overeenkomstig artikel 58, lid 2, punt i), van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad een administratieve geldboete opleggen aan instellingen en organen van de Unie in verband met testomgevingen voor regelgeving.
(27) Overeenkomstig artikel 6, lid 4, van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad en artikel 6 van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad moet worden voorzien in een rechtsgrondslag voor het gebruik van voor andere doeleinden verzamelde persoonsgegevens om binnen de testomgeving voor regelgeving bepaalde interoperabiliteitsoplossingen in het algemeen belang te ontwikkelen. De verordening heeft alleen tot doel een rechtsgrondslag voor de verwerking van persoonsgegevens vast te stellen in het kader van de testomgeving voor regelgeving als zodanig. Voor elke andere verwerking van persoonsgegevens die binnen het toepassingsgebied van deze verordening valt, is een afzonderlijke rechtsgrondslag vereist.
(28) Er moet een goed beeld worden verkregen van problemen op het gebied van interoperabiliteit, met name onder werknemers in de overheidssector. Permanente opleiding is in dit verband van cruciaal belang en samenwerking en coördinatie op dit gebied moeten worden aangemoedigd. Naast opleidingen over Interoperabel Europa-oplossingen moeten alle initiatieven, in voorkomend geval, voortbouwen op of vergezeld gaan van het delen van ervaringen en oplossingen en van de uitwisseling en de bevordering van beste praktijken.
(29) Om een mechanisme tot stand te brengen dat een proces van wederzijds leren tussen openbare lichamen en het delen van beste praktijken bij de uitvoering van Interoperabel Europa-oplossingen in de lidstaten vergemakkelijkt, moeten bepalingen inzake het proces van wederzijdse beoordeling worden vastgesteld. Wederzijdse beoordelingen kunnen leiden tot waardevolle inzichten en aanbevelingen voor de openbare lichamen die worden beoordeeld. Zij kunnen helpen de overdracht van technologieën, instrumenten, maatregelen en processen te vergemakkelijken tussen de lidstaten die bij de wederzijdse beoordeling zijn betrokken. Zij creëren een functioneel pad voor het delen van beste praktijken tussen de lidstaten met verschillende niveaus van rijpheid op het gebied van interoperabiliteit. Om ervoor te zorgen dat het proces van wederzijde beoordeling kosteneffectief is en duidelijke en overtuigende resultaten oplevert, en ook om onnodige lasten te voorkomen, kan de Commissie richtsnoeren vaststellen voor de beste manier om dergelijke wederzijdse beoordelingen op te zetten, op basis van de bestaande behoeften en na raadpleging van de Interoperabel Europa-raad.
(30) Om algemene richting te geven aan de gestructureerde samenwerking voor Interoperabel Europa ter bevordering van de onderlinge digitale verbinding en interoperabiliteit van overheidsdiensten in de Unie en om toezicht te houden op de strategische en uitvoeringsactiviteiten in verband met die samenwerking, moet een Interoperabel Europa-raad worden opgericht. De Interoperabel Europa-raad moet bij de uitvoering van zijn taken rekening houden met regels voor grensoverschrijdende interoperabiliteit en oplossingen die reeds worden toegepast voor bestaande netwerk- en informatiesystemen.
(31) Bepaalde organen van de Unie, zoals de Europese raad voor gegevensinnovatie en de Raad voor de Europese ruimte voor gezondheidsgegevens, zijn opgericht om en hebben onder meer tot taak de interoperabiliteit op een specifiek domein of beleidsniveau te verbeteren. Geen van de bestaande organen is echter belast met de grensoverschrijdende interoperabiliteit van netwerk- en informatiesystemen die worden gebruikt voor het verlenen of beheren van overheidsdiensten in de Unie. De bij deze verordening opgerichte Interoperabel Europa-raad moet ondersteuning bieden aan de organen van de Unie die werken aan beleidsmaatregelen, acties en oplossingen die relevant zijn voor de grensoverschrijdende interoperabiliteit van netwerk- en informatiesystemen die worden gebruikt voor het verlenen of beheren van overheidsdiensten in de Unie, bijvoorbeeld met betrekking tot de semantische interoperabiliteit voor de overdraagbaarheid en herbruikbaarheid van dataruimten. De Interoperabel Europa-raad moet samenwerken met alle relevante organen van de Unie om onderlinge afstemming en synergieën tussen acties inzake grensoverschrijdende interoperabiliteit en sectorspecifieke acties te waarborgen.
(32) Om de interoperabiliteit van de overheidssector te bevorderen, is op alle overheidsniveaus en in alle lidstaten de actieve betrokkenheid en inzet van deskundigen, beroepsbeoefenaars, gebruikers en het geïnteresseerde publiek vereist, waarbij ook internationale partners en de particuliere sector een rol spelen. Om te profiteren van hun deskundigheid, vaardigheden en creativiteit, moet een speciaal open forum (de “Interoperabel Europa-gemeenschap”) helpen feedback, gebruikers- en operationele behoeften te kanaliseren, gebieden voor verdere ontwikkeling in kaart te brengen en prioriteiten voor samenwerking op het gebied van interoperabiliteit in de EU vast te stellen. Met de oprichting van de Interoperabel Europa-gemeenschap moet de coördinatie van en de samenwerking tussen de belangrijkste strategische en operationele actoren op het gebied van interoperabiliteit worden ondersteund.
(33) De Interoperabel Europa-gemeenschap moet openstaan voor alle belanghebbende partijen. De toegang tot de Interoperabel Europa-gemeenschap moet zo gemakkelijk mogelijk worden gemaakt, waarbij onnodige belemmeringen en lasten moeten worden vermeden. De Interoperabel Europa-gemeenschap moet publieke en particuliere belanghebbenden, met inbegrip van burgers, met deskundigheid op het gebied van grensoverschrijdende interoperabiliteit met verschillende achtergronden, zoals de academische wereld, onderzoek en innovatie, onderwijs, normalisatie en specificaties, bedrijven en overheidsdiensten op alle niveaus, bij elkaar brengen.
(34) Om ervoor te zorgen dat de bij deze verordening vastgestelde regels op efficiënte wijze worden toegepast, moeten nationale bevoegde autoriteiten worden aangewezen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering ervan. In veel lidstaten hebben bepaalde entiteiten reeds als taak om interoperabiliteit te ontwikkelen. Die entiteiten kunnen overeenkomstig deze verordening de rol van bevoegde autoriteit overnemen.
(35) Er moet een Interoperabel Europa-agenda worden opgesteld als het belangrijkste instrument van de Unie voor de coördinatie van overheidsinvesteringen in interoperabiliteitsoplossingen. Deze agenda moet een uitgebreid overzicht bieden van de financieringsmogelijkheden en de financieringsverplichtingen op dit gebied, waarbij in voorkomend geval de daarmee verband houdende programma’s van de Unie worden geïntegreerd. Dit moet bijdragen tot het creëren van synergieën en het coördineren van financiële steun in verband met de ontwikkeling van interoperabiliteit en het voorkomen van dubbel werk.
(36) Er moet informatie worden verzameld om deze verordening te toetsen aan de vooropgestelde doelstellingen en om feedback te geven voor een evaluatie van deze verordening overeenkomstig punt 22 van het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven 37 . Daarom moet de Commissie deze verordening monitoren en evalueren. De evaluatie moet worden gebaseerd op de vijf criteria: doelmatigheid, doeltreffendheid, relevantie, samenhang en meerwaarde voor de EU. De evaluatie moet ook dienen als uitgangspunt voor risicobeoordelingen van eventuele verdere maatregelen. In de monitoring moeten bestaande gegevensbronnen en monitoringprocessen worden meegenomen.
(37) Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van deze verordening, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend voor het bepalen van de regels en voorwaarden voor de instelling en exploitatie van testomgevingen voor regelgeving.
(38) Aangezien de doelstelling van deze verordening, namelijk de interoperabiliteit van overheidsdiensten binnen de hele Unie, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen ervan beter door de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie maatregelen vaststellen in overeenstemming met het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel. Overeenkomstig het in datzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om de doelstellingen van de Verdragen te verwezenlijken, met name wat betreft het versterken van de eengemaakte markt.
(39) De toepassing van deze verordening moet worden uitgesteld tot drie maanden na de datum van inwerkingtreding ervan om de lidstaten en de instellingen, organen en agentschappen van de Unie voldoende tijd te geven zich op de toepassing van deze verordening voor te bereiden. Die tijd is nodig voor de oprichting van de Interoperabel Europa-raad en de Interoperabel Europa-gemeenschap en voor de aanwijzing van nationale bevoegde autoriteiten en interoperabiliteitscoördinatoren.
(40) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is overeenkomstig artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad 38 geraadpleegd en heeft op ... een advies uitgebracht.