Overwegingen bij COM(2018)391 - Steunprogramma voor hervormingen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2018)391 - Steunprogramma voor hervormingen. |
---|---|
document | COM(2018)391 |
datum | 31 mei 2018 |
(2) Artikel 175 van het Verdrag bepaalt onder meer dat de lidstaten hun economische beleid moeten coördineren om de in artikel 174 neergelegde doelstellingen inzake economische, sociale en territoriale samenhang te bereiken.
(3) Op het niveau van de Unie dient het Europees Semester als kader om nationale hervormingsprioriteiten te bepalen en de uitvoering ervan te monitoren. De lidstaten ontwikkelen hun eigen meerjarige investeringsstrategie om deze hervormingsprioriteiten te ondersteunen. Deze strategieën moeten naast de jaarlijkse nationale hervormingsprogramma's worden voorgesteld om de prioritaire investeringsprojecten die met nationale en/of EU-financiering moeten worden ondersteund, te schetsen en te coördineren. Zij moeten ook dienen om de financiering van de Unie op coherente wijze aan te wenden en in voorkomend geval de toegevoegde waarde te maximaliseren van de financiële steun uit de door de Unie ondersteunde programma's in het kader van het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Cohesiefonds, het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling, de stabilisatiefunctie voor Europese investeringen en InvestEU.
(4) De economische en financiële crisis heeft duidelijk gemaakt dat het ontwikkelen van deugdelijke en veerkrachtige economieën en financiële stelsels op basis van sterke economische en maatschappelijke structuren de lidstaten helpt om efficiënter te reageren op schokken en daar sneller van te herstellen. De uitvoering van structurele hervormingen behoort tot de beleidsprioriteiten van de Unie omdat dergelijk hervormingen trachten het herstel in duurzame banen te leiden, het groeipotentieel aan te boren, het aanpassingsvermogen te versterken en het proces van opwaartse convergentie te ondersteunen. Structurele hervormingen kunnen tevens bijdragen tot het versterken van de economische en maatschappelijke cohesie, het verhogen van de productiviteit en het creëren van goede omstandigheden voor duurzame groei en werkgelegenheid in de Unie.
(5) Structurele hervorming kunnen bijdragen tot een grote veerkracht en een duurzame convergentie van de nationale economieën, wat van essentieel belang is voor een succesvolle en vlotte deelname aan de economische en monetaire unie. Die hoge mate van duurzame convergentie is met name van belang voor de lidstaten buiten de eurozone bij hun voorbereiding voor toetreding tot de eurozone.
(6) De uitvoeringsgraad van structurele hervormingen in de lidstaten is over de gehele EU nog steeds niet voldoende. De ervaring met de uitvoering van het mechanisme voor de coördinatie van het economisch beleid in het kader van het Europees Semester leert dat de uitvoering van structurele hervormingen over het geheel genomen traag en ongelijkmatig verloopt en dat de nationale hervormingsinspanningen moeten worden versterkt en gestimuleerd.
(7) Bij Verordening (EU) 2017/825 van het Europees Parlement en de Raad 19 is het steunprogramma voor structurele hervormingen (SRSP) voor de periode 2017-2020 vastgesteld, met een budget van 142 800 000 EUR. Het SRSP werd vastgesteld ter versterking van het vermogen van de lidstaten om groeiondersteunende bestuurlijke en structurele hervormingen voor te bereiden en uit te voeren, onder andere door middel van bijstand voor een efficiënte en doeltreffende inzet van de fondsen van de Unie. Technische ondersteuning in het kader van dat programma wordt op verzoek van een lidstaat door de Commissie verleend en kan betrekking hebben op een breed scala aan beleidsterreinen. Uit de eerste ervaring met het SRSP is gebleken dat de vraag naar technische ondersteuning het beschikbare jaarlijkse budget overtreft, met een factor vier (in 2017) en een factor vijf (in 2018).
(8) Andere instrumenten en programma's van de Unie leveren eveneens een significante bijdrage ter verbetering van de voorwaarden om bepaalde investeringen in de lidstaten te ondersteunen die tot dergelijke hervormingen kunnen leiden of er deel van kunnen uitmaken. Met name de fondsen van de Unie die onder Verordening (EU) nr. YYY/XX van het Europees Parlement en de Raad [VGB] vallen, koppelen investeringen aan randvoorwaarden (voordien aangeduid met de term exantevoorwaarden), voorzien in een mechanisme voor macro-economische governance en kunnen de kosten financieren van structurele hervormingen in verband met beleidsterreinen die voor het cohesiebeleid van belang zijn. Geen enkel instrument voorziet momenteel in rechtstreekse financiële ondersteuning die de lidstaten stimuleert om als reactie op de in het Europees Semester geïdentificeerde uitdagingen op alle beleidsterreinen hervormingen uit te voeren. Voorts is er momenteel geen enkel instrument dat aan lidstaten buiten de eurozone specifieke en gerichte financiële en technische ondersteuning biedt voor hun inspanningen om hervormingen uit te voeren die voor de invoering van de euro van belang zijn.
(9) In de mededeling van de Commissie van 6 december 2017 20 , die deel uitmaakt van een pakket initiatieven voor het verdiepen van de economische en monetaire unie, wordt voorgesteld een hervormingsinstrument en een convergentiefaciliteit als nieuwe begrotingsinstrumenten in te voeren. Doel van dergelijke instrumenten is de veerkracht van de nationale economieën te versterken en positieve overloopeffecten te genereren tussen de lidstaten door stimulansen te bieden voor de uitvoering van structurele hervormingen die aan deze doelstellingen bijdragen en van cruciaal belang zijn voor de stabiliteit van de economische en monetaire unie.
(10) Tegen die achtergrond is het noodzakelijk het huidige kader voor de verstrekking van ondersteuning aan de lidstaten te versterken door naast de technische ondersteuning directe financiële ondersteuning te bieden. Hiertoe moet een nieuw steunprogramma voor hervormingen (hierna 'het programma' genoemd) worden vastgesteld dat doeltreffende stimulansen moet verstrekken om de uitvoering van structurele hervormingen in de lidstaten te versterken. Het programma moet omvattend zijn en moet profiteren van de ervaring die de Commissie en de lidstaten hebben opgedaan met het gebruik van andere instrumenten en programma's. Het programma moet tevens de acties en de werkwijze van het SRSP voortzetten, aangezien die bijzonder nuttig zijn gebleken en door de lidstaten werden gewaardeerd omdat zij de bestuurlijke capaciteit van de nationale autoriteiten in verschillende beleidsdomeinen versterken. Het programma moet ook gerichte ondersteuning omvatten voor hervormingen in lidstaten buiten de eurozone die aantoonbare stappen hebben gezet om binnen een bepaalde termijn de eenheidsmunt in te voeren.
(11) Om mogelijk te maken dat de noodzakelijke verschillende types ondersteuning worden geboden en om in te spelen op de specifieke kenmerken van elke component, moeten in het kader van het programma drie afzonderlijke, maar complementaire instrumenten worden opgezet, namelijk een hervormingsinstrument, een instrument voor technische ondersteuning en een specifieke convergentiefaciliteit ter ondersteuning van de voorbereiding van de toetreding tot de eurozone.
(12) De financieringstypes en de wijze van uitvoering op grond van deze verordening moeten worden gekozen op basis van hun vermogen de specifieke doelstellingen van de acties te bereiken en resultaten op te leveren, waarbij met name de kosten van de controle, de administratieve lasten en de verwachte risico's van niet-naleving in aanmerking worden genomen. Daarvoor moet ook het gebruik van vaste bedragen, vaste percentages en eenheidskosten worden overwogen, alsmede de in artikel 125, lid 1, van het Financieel Reglement bedoelde financiering die niet gekoppeld is aan kosten.
(13) De globale doelstelling van het programma is het versterken van de cohesie, het concurrentievermogen, de productiviteit, de groei en de werkgelegenheid. Hiertoe moet het financiële stimulansen bieden om uitdagingen van structurele aard aan te pakken en moet het ertoe bijdragen dat de bestuurlijke capaciteit van de lidstaten wordt versterkt voor zover dit van toepassing is op hun instellingen en economische en sociale sectoren.
(14) Voor elk instrument van het programma moeten specifieke doelstellingen worden bepaald. Voor het hervormingsinstrument moeten die bestaan in het verwezenlijken van concrete mijlpalen en streefdoelen voor de uitvoering van het hervormingstoezeggingen, wat aanleiding zou geven tot het vrijgeven van de financiële stimulansen. Met betrekking tot het instrument voor technische ondersteuning moeten ze bestaan in bijstand van nationale autoriteiten bij het ontwerpen en uitvoeren van hervormingen door rekening te houden met goede praktijken en de lessen die zij van anderen hebben geleerd. Die doelstellingen moeten met die twee instrumenten in alle lidstaten worden nagestreefd, en - in het kader van de convergentiefaciliteit - in de lidstaten buiten de eurozone die aantoonbare stappen hebben gezet om binnen een bepaalde termijn de eenheidsmunt in te voeren.
(15) Om ervoor te zorgen dat de via het programma ondersteunde hervormingen alle economische en sociale sleutelgebieden bestrijken, moet op verzoek van een lidstaat door de Commissie zowel financiële als technische ondersteuning in het kader van het programma worden verstrekt op een brede waaier aan beleidsterreinen, onder meer het beheer van overheidsfinanciën en activa, institutionele en bestuurlijke hervormingen, ondernemingsklimaat, de financiële sector, de markten voor goederen, diensten en arbeid, onderwijs en opleiding, duurzame ontwikkeling, volksgezondheid en sociale bijstand.
(16) In deze verordening worden voor het programma de financiële middelen vastgelegd die voor het Europees Parlement en de Raad in de loop van de jaarlijkse begrotingsprocedure het voornaamste referentiebedrag vormen in de zin van het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer 21 . Voor elk van de drie instrumenten van het programma moet een passende indicatieve toewijzing van het totale budget worden bepaald waarvan de hoogte overeenstemt met hun algemene en de specifieke doelstellingen en met de overeenkomstige behoeften.
(17) Om via het programma aanvullende behoeften te ondervangen, moeten de lidstaten de mogelijkheid hebben om aan het budget van het programma middelen van de fondsen van de Unie over te dragen die in gedeeld beheer zijn geprogrammeerd, volgens de daarvoor vastgelegde procedure. Overgedragen middelen moeten worden uitgevoerd overeenkomstig de regels van dit programma en ten voordele van de betrokken lidstaat.
(18) Gezien het belang van de strijd tegen de klimaatverandering en in lijn met de toezeggingen van de Unie tot uitvoering van de Overeenkomst van Parijs en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties zal dit programma een bijdrage leveren om klimaatactie te mainstreamen en het globale streefdoel te bereiken dat 25 % van uitgaven uit de EU-begroting de klimaatdoelstellingen ondersteunen. De relevante acties worden tijdens de voorbereiding en de uitvoering van het programma geïdentificeerd, en worden in het kader van de relevante evaluaties en toetsingen opnieuw beoordeeld.
(19) Wat betreft het hervormingsinstrument is het noodzakelijk te bepalen welke types hervormingen voor financiële ondersteuning in aanmerking dienen te komen. Om bij te dragen tot de doelstellingen van het programma moeten de hervormingen die in aanmerking komen de uitdagingen aanpakken die tijdens het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid zijn geïdentificeerd, met inbegrip van de uitdagingen die in de landspecifieke aanbevelingen zijn geïdentificeerd.
(20) Om te zorgen voor een zinvolle stimulans voor de lidstaten om structurele hervormingen uit te voeren, is het aangewezen een maximale financiële bijdrage vast te stellen waarover zij via het instrument bij elke fase van de toewijzing en elke oproep kunnen beschikken. Die maximale bijdrage moet worden berekend op basis van de bevolking van de lidstaten. Om te zorgen voor een spreiding van de financiële stimulansen over de hele toepassingsperiode van het programma , moet de toewijzing van fondsen aan de lidstaten in fasen gebeuren. In de eerste fase, die twintig maanden duurt, moet de helft (11 miljard EUR) van de totale middelen van het hervormingsinstrument aan de lidstaten beschikbaar worden gesteld, en kunnen zij middelen ten belope van de maximale toewijzing ontvangen door voorstellen voor hervormingstoezeggingen in te dienen.
(21) Voor de transparantie en de efficiëntie moet in de volgend fase, die tot het einde van het programma loopt, door de Commissie een systeem van periodieke oproepen worden opgezet voor de toewijzing van de resterende helft (11 miljard EUR) van de totale financiële middelen van het instrument plus de niet-gebruikte bedragen uit de vorige fase. Daartoe moeten eenvoudige procedures worden georganiseerd. Bij elke oproep moeten de lidstaten worden uitgenodigd gelijktijdig voorstellen voor hervormingen in te dienen en kunnen zij op basis van hun hervormingsvoorstellen de maximale financiële bijdrage toegekend krijgen. Voor de transparantie moet de eerste oproep door de Commissie in de tweede fase worden georganiseerd voor een bedrag dat overeenkomt met het resterende deel (11 miljard EUR) van de totale financiële middelen van het instrument. Verdere oproepen dienen slechts door de Commissie te worden georganiseerd indien de totale financiële middelen niet volledig zijn opgebruikt. Hiertoe moet de Commissie een indicatief tijdschema van de verdere in die periode te organiseren oproepen bepalen en publiceren, en bij elke oproep het resterende bedrag van de totale middelen aangeven dat in het kader van die oproep beschikbaar is.
(22) Er moet een procedure worden bepaald voor de indiening van voorstellen voor hervormingstoezeggingen door de lidstaten en de inhoud daarvan. Om de doelmatigheid van de procedures te verzekeren, moet de lidstaat het voorstel voor hervormingstoezeggingen samen met zijn nationaal hervormingsprogramma indienen, maar in de vorm van een afzonderlijke bijlage, die ook op een ander tijdstip mag worden ingediend. Hoewel deelname aan het programma vrijwillig is, moeten in het bijzonder de lidstaten met buitensporige onevenwichtigheden worden aangemoedigd om via het hervormingsinstrument hervormingsvoorstellen in te dienen om iets te doen aan de problemen die tot die buitensporige onevenwichtigheden hebben geleid.
(23) Om ervoor te zorgen dat de lidstaten betrokken zijn en zich richten op relevante hervormingen, moeten zij hervormingstoezeggingen formuleren in reactie op de uitdagingen die in de context van het Europees Semester zijn geïdentificeerd (met inbegrip van de uitdagingen die in de landspecifieke aanbevelingen zijn geïdentificeerd) en een gedetailleerde reeks uitvoeringsmaatregelen voorstellen, die passende mijlpalen en streefdoelen moeten bevatten, en een tijdschema voor de uitvoering binnen een termijn van maximaal drie jaar. De Commissie en de lidstaten moeten tijdens het hele proces streven naar een nauwe samenwerking.
(24) e Commissie moet de aard en het belang van de door de lidstaten voorgestelde hervormingstoezeggingen beoordelen en het toe te wijzen bedrag bepalen op basis van transparantie criteria. Hiertoe moet rekening worden gehouden met de inhoudelijke elementen die de lidstaten aandragen en moet worden beoordeeld of de door de lidstaten voorgestelde hervormingstoezeggingen doeltreffend worden geacht om de uitdagingen aan te pakken die zijn geïdentificeerd in het kader van het Europees semester, of zij een omvattend pakket hervormingen inhouden, of zij worden geacht de prestaties en de veerkracht van de economie van de betrokken lidstaat te versterken, en of de uitvoering ervan naar verwachting een blijvend effect zal hebben in de lidstaat, in voorkomend geval door de institutionele en bestuurlijke capaciteit van de betrokken lidstaat te versterken. Bovendien moet de Commissie beoordelen of de door de lidstaten voorgestelde interne regelingen, met inbegrip van de voorgestelde mijlpalen en streefdoelen, en de daaraan verbonden indicatoren, naar verwachting zullen zorgen voor een effectieve uitvoering van de hervormingstoezeggingen gedurende een periode van maximaal drie jaar.
(25) Als bijlage bij de verordening moeten passende richtsnoeren worden opgenomen die voor de Commissie als basis dienen om op transparante en billijke wijze de door de lidstaten voorgestelde hervormingstoezeggingen te beoordelen en de financiële bijdrage te bepalen in overeenstemming met de in deze verordening neergelegde doelstellingen en andere voorschriften. Voor de transparantie en de efficiëntie moet een waarderingssysteem voor de beoordeling van de voorstellen voor hervormingstoezeggingen worden opgezet.
(26) Om ertoe bij te dragen dat voorstellen van goede kwaliteit worden opgesteld en om de Commissie bij te staan bij de beoordeling van de door de lidstaten ingediende voorstellen voor hervormingstoezeggingen en bij de beoordeling van de mate waarin deze zijn verwezenlijkt, moet worden voorzien in het gebruik van wederzijdse ondersteuning en advies van deskundigen. Bovendien moet het Comité voor de economische politiek van de Raad dat belast is met het Europees Semester, indien nodig in overleg met de relevante op het Verdrag gebaseerde comités, over de door de lidstaten ingediende voorstellen voor hervormingstoezeggingen zijn advies kunnen uitbrengen. Om het eenvoudig te houden moet de voortgangsrapportage van de lidstaten over de uitvoering van de hervormingstoezeggingen in het kader van het Europees Semester gebeuren.
(27) Voor de eenvoud moeten de financiële bijdragen aan de hand van eenvoudige criteria worden vastgesteld. De financiële bijdrage moet overeenkomen met het totale maximale indicatieve bedrag indien de door de lidstaat voorgestelde hervormingstoezeggingen volledig voldoen aan de beoordelingscriteria; en met de helft van het maximale indicatieve bedrag indien de door de lidstaat voorgestelde hervormingstoezeggingen slechts op voldoende wijze aan die criteria voldoen. Er mag aan de lidstaat geen enkele financiële bijdrage worden toegekend indien het voorstel voor hervormingstoezeggingen onvoldoende beantwoordt aan de beoordelingscriteria.
(28) Om de stabiliteit van de hervormingstoezeggingen te bevorderen, mag de lidstaat tijdens de uitvoeringsperiode slechts eenmaal de mogelijkheid hebben om de hervormingstoezeggingen te wijzigen indien dit door objectieve omstandigheden gerechtvaardigd is.
(29) Voor de transparantie moeten de door de Commissie aangenomen hervormingstoezeggingen worden meegedeeld aan het Europees Parlement en de Raad en moet de Commissie passende communicatieactiviteiten ondernemen.
(30) Voor de efficiëntie en de vereenvoudiging van het financieel beheer van het instrument, moet de financiële ondersteuning voor hervormingstoezeggingen de vorm aannemen van een niet aan kosten gekoppelde financiële bijdrage, als bedoeld in artikel 121, lid 1, onder e), van Verordening (EU, Euratom) YYY/XX van het Europees Parlement en de Raad 22 (het 'Financieel Reglement', in direct beheer.
(31) Voor een deugdelijk financieel beheer moeten specifieke regels worden vastgesteld voor de vastleggingen in de begroting, betalingen, en de opschorting, annulering en invordering van middelen. De betalingen moeten worden gebaseerd op een positieve beoordeling door de Commissie van de uitvoering van de hervormingstoezeggingen door de lidstaat. Opschorting en annulering van de financiële bijdrage moet mogelijk zijn wanneer de hervormingstoezeggingen door de lidstaat niet op bevredigende wijze zijn uitgevoerd. Om ervoor te zorgen dat de hervormingen na de uitvoering een duurzame impact hebben, moet een redelijke periode voor de duurzaamheid van de hervormingen na de betaling van de financiële bijdrage worden bepaald. Een periode van vijf jaar moet als een redelijk minimum worden beschouwd. Passende procedures op tegenspraak moeten worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat het besluit van de Commissie over de opschorting, annulering en invordering van betaalde bedragen het recht van de lidstaten vrijwaart om opmerkingen te maken.
(32) Wat betreft het instrument voor technische ondersteuning, maken de lidstaten steeds meer gebruik van technische ondersteuning van het SRSP, meer dan oorspronkelijk was verwacht. Bijna alle lidstaten hebben ondersteuning in het kader van het SRSP aangevraagd en de steunverzoeken zijn verdeeld over alle beleidsterreinen die onder dat programma vallen. Daarom moeten de voornaamste kenmerken van het SRSP worden behouden, met inbegrip van de acties die in aanmerking komen voor financiering via het instrument voor technische ondersteuning.
(33) Het instrument voor technische ondersteuning van het programma moet ondersteuning blijven bieden voor de uitvoering van hervormingen op initiatief van de lidstaten, voor hervormingen in het kader van economische bestuursprocessen of acties in verband met de tenuitvoerlegging van het Unierecht, en hervormingen in verband met de uitvoering van economische aanpassingsprogramma's. Het moet ook technische ondersteuning bieden voor de voorbereiding en de uitvoering van hervormingen die via andere instrumenten van het programma moeten worden uitgevoerd.
(34) In lijn met de bestaande regels en praktijk van het SRSP moet voor de verzoeken om technische ondersteuning een lichte indieningsprocedure worden bepaald. Met inachtneming van de overkoepelende beginselen van gelijke behandeling, deugdelijk financieel beheer en transparantie moeten voor de analyses van de door de lidstaten ingediende verzoeken passende criteria worden vastgesteld. Die criteria moeten worden gebaseerd op de urgentie, de ernst en de omvang van de problemen en op de geïdentificeerde ondersteuningsbehoefte op de beleidsterreinen waarvoor technische ondersteuning wordt beoogd.
(35) De inhoud van de samenwerkings- en ondersteuningsplannen, waarin de maatregelen voor het verstrekken van technische ondersteuning aan lidstaten nader worden beschreven, moet eveneens worden gespecificeerd. Hiertoe moet in de beoogde maatregelen voor technische ondersteuning en de daaraan verbonden geraamde totale financiële bijdrage rekening worden gehouden met de acties en de activiteiten die door fondsen of programma's van de Unie worden gefinancierd.
(36) Voor de verantwoording en de transparantie en om de zichtbaarheid van het optreden van de Unie te verzekeren, moeten de samenwerkings- en ondersteuningsplannen aan het Europees Parlement en de Raad worden vertrekt, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan om gevoelige informatie te beschermen, en moeten door de Commissie passende communicatieactiviteiten worden georganiseerd.
(37) Er moeten bij wege van uitvoeringshandelingen bepalingen over de uitvoering van het instrument voor technische ondersteuning worden vastgesteld, in het bijzonder de beheerswijzen, de financieringsvormen voor de maatregelen voor technische ondersteuning en de inhoud van de werkprogramma's. Gelet op het belang van het steunen van de inspanningen van lidstaten die hervormingen nastreven en uitvoeren, dient voor subsidies een medefinancieringspercentage tot 100 % van de subsidiabele kosten te worden toegestaan. Om in dringende gevallen snel technische ondersteuning te kunnen mobiliseren, moet worden voorzien in het aannemen van bijzondere maatregelen voor een beperkte duur. Daartoe moet een beperkt bedrag van het budget voor het werkprogramma van het instrument voor technische ondersteuning worden gereserveerd voor bijzondere maatregelen.
(38) De convergentiefaciliteit moet gericht zijn op zowel technische als financiële ondersteuning (naast de ondersteuning die reeds beschikbaar is via de twee andere instrumenten van het programma) aan lidstaten buiten de eurozone die aantoonbare stappen hebben gezet om binnen een bepaalde termijn de eenheidsmunt in te voeren, om hen te helpen met de voorbereiding van de toetreding tot de eurozone. 'Aantoonbare stappen' moeten bestaan in een formele brief van de regering van de betrokken lidstaat aan de Commissie met de duidelijke toezegging om binnen een redelijke en welbepaalde termijn tot de eurozone toe te treden, en met een geloofwaardige tijdgebonden routekaart voor de uitvoering van concrete voorbereidende maatregelen voor een succesvolle deelname aan de eurozone, waaronder stappen om de nationale wetgeving volledig af te stemmen op de vereisten uit hoofde van het recht van de Unie (met inbegrip van de bankenunie).
(39) Het instrument moet bestaan uit twee verschillende componenten voor het verstrekken van grotere financiële stimulansen voor lidstaten die relevante structurele hervormingen voor de invoering van de euro opzetten en uitvoeren, en voor het verstrekken van aanvullende en gerichte technische ondersteuning voor het ontwerp en de uitvoering van dergelijke hervormingen.
(40) Voor de consistentie en de eenvoud moeten voor de componenten financiële en technische ondersteuning die worden uitgevoerd in het kader van de convergentiefaciliteit dezelfde regels en uitvoeringsprocedures gelden als voor de andere instrumenten van het programma. Daarom moeten de relevante bepalingen in verband met het hervormingsinstrument en het instrument voor technische ondersteuning van het programma ook gelden voor de relevante componenten van de convergentiefaciliteit en worden aangevuld met bepaalde specifieke regels.
(41) Met betrekking tot de subsidiabiliteit van hervormingen en acties moeten enkele aanvullende regels worden vastgesteld voor het bepalen van de maximale indicatieve toewijzing en over de voorstellen voor hervormingstoezeggingen, de verzoeken om technische ondersteuning en het daarmee verbonden beoordelingsproces. Met name bij de component financiële ondersteuning van de convergentiefaciliteit moet een aanvullende financiële bijdrage beschikbaar zijn die kan worden toegewezen aan de in aanmerking komende lidstaten bovenop de financiële bijdrage via het hervormingsinstrument en die moet worden toegekend voor de aanvullende hervormingen die de betrokken lidstaat uitvoert.
(42) Met het oog op een efficiënte en coherente toewijzing van de begrotingsmiddelen van de Unie en de inachtneming van het beginsel van deugdelijk financieel beheer dienen maatregelen in het kader van het programma verenigbaar en complementair te zijn met de lopende programma’s van de Unie, waarbij dubbele financiering van dezelfde uitgaven moet worden vermeden. De Commissie en de lidstaat moeten in alle fasen van het proces zorgen voor doeltreffende coördinatie om de consistentie, de coherentie, de complementariteit en de synergie tussen de financieringsbronnen te waarborgen, met inbegrip van technische bijstand.
(43) Op grond van de alinea's 22 en 23 van het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven van 13 april 2016 moet dit programma worden geëvalueerd op basis van informatie die op grond van specifieke monitoringvoorschriften is verzameld, waarbij overregulering en administratieve lasten, in het bijzonder voor de lidstaten, worden vermeden. Deze voorschriften moeten, als basis voor de evaluatie van de effecten van het programma in de praktijk, waar nodig meetbare indicatoren omvatten.
(44) Halverwege de looptijd moeten de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma, de efficiëntie van het gebruik van de middelen en de toegevoegde waarde ervan onafhankelijk worden geëvalueerd. In een onafhankelijke ex-postevaluatie moet het langetermijneffect van het programma worden onderzocht.
(45) Voorts moeten de door de lidstaten uit te voeren hervormingstoezeggingen, de bepaling van de aan hen toegewezen financiële bijdrage uit het budget van het programma en de werkprogramma's voor de uitvoering van de technische ondersteuning worden vastgesteld. Om eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van deze verordening te waarborgen, moeten uitvoeringsbevoegdheden aan de Commissie worden toegekend.
(46) De horizontale regels die door het Europees Parlement en de Raad zijn vastgesteld op basis van artikel 322 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie zijn op deze verordening van toepassing. Deze regels zijn neergelegd in het Financieel Reglement en bepalen met name de procedure om het budget vast te stellen en uit te voeren door middel van subsidies, aanbestedingen, prijzen en indirecte uitvoering, en voorzien in controles van de verantwoordelijkheid van financiële actoren. De op grond van artikel 322 VWEU vastgestelde regels hebben eveneens betrekking op de bescherming van de begroting van de Unie bij algemene tekortkomingen in de lidstaten op het gebied van de rechtsstaat, aangezien de rechtsstaat een essentiële voorwaarde is voor deugdelijk financieel beheer en een doeltreffende EU-financiering.
(47) Overeenkomstig het Financieel Reglement, Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad 23 , Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad 24 , Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad 25 en Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad 26 moeten de financiële belangen van de Unie worden beschermd door evenredige maatregelen, daaronder begrepen voorkoming, opsporing, correctie en onderzoek van onregelmatigheden en fraude, terugvordering van verloren gegane, onverschuldigd betaalde of onjuist bestede financiële middelen alsmede, in voorkomend geval, oplegging van administratieve sancties. In het bijzonder kan het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) overeenkomstig Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 en Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 administratieve onderzoeken, daaronder begrepen controles en verificaties ter plaatse, uitvoeren om vast te stellen of er sprake is van fraude, corruptie of andere onwettige activiteiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad. Overeenkomstig Verordening (EU) 2017/1939 kan het Europees Openbaar Ministerie (EMO) overgaan tot onderzoek en vervolging van fraude en andere strafbare feiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad in de zin van Richtlijn (EU) 2017/1371 van het Europees Parlement en de Raad 27 . Personen of entiteiten die middelen van de Unie ontvangen, moeten overeenkomstig het Financieel Reglement ten volle meewerken aan de bescherming van de financiële belangen van de Unie, de nodige rechten en toegang verlenen aan de Commissie, OLAF, het EMO en de Europese Rekenkamer, alsmede ervoor zorgen dat derden die betrokken zijn bij de uitvoering van middelen van de Unie aan de Commissie, OLAF, het EMO en de Europese Rekenkamer gelijkwaardige rechten verlenen.
(48) Aangezien de doelstellingen van deze verordening niet voldoende door de lidstaten alleen kunnen worden verwezenlijkt en beter op het niveau van de Unie kunnen worden gerealiseerd, kan de Unie maatregelen nemen overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan wat nodig is om die doelstelling te verwezenlijken.
(49) Deze verordening mag geen afbreuk doen aan de voortzetting en wijziging van ondersteuningsmaatregelen die door de Commissie zijn goedgekeurd op grond van Verordening (EU) 2017/825 of aan handelingen van de Unie die op 31 december 2020 op die bijstandsverlening van toepassing zijn. Op grond van Verordening (EU) 2017/825 goedgekeurde maatregelen moeten daarom geldig blijven. Daartoe moet tevens een overgangsperiode worden vastgesteld.