Overwegingen bij COM(2006)346-1 - Van de EG betreffende de aanpassing van de op de bevoegdheden van het Hof van Justitie betrekking hebbende bepalingen van titel IV van het Verdrag tot oprichting van de EG, teneinde te komen tot een doeltreffender rechtsbescherming - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2006)346-1 - Van de EG betreffende de aanpassing van de op de bevoegdheden van het Hof van Justitie betrekking hebbende bepalingen van ... |
---|---|
document | COM(2006)346 |
datum | 28 juni 2006 |
2. Krachtens artikel 67, lid 2, tweede streepje, van het Verdrag neemt de Raad na afloop van de overgangsperiode van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam met eenparigheid van stemmen, na raadpleging van het Europees Parlement, een besluit teneinde de bepalingen betreffende de bevoegdheden van het Hof van Justitie aan te passen.
3. Deze aanpassing moet worden doorgevoerd door de bijzondere bepalingen die op de onder titel IV vallende gebieden van kracht zijn op één lijn te brengen met de gewone regeling van het Verdrag. Deze bijzondere bepalingen mogen dus niet langer worden toegepast en in plaats daarvan moeten de algemene Verdragsrechtelijke regeling en met name artikel 234 worden toegepast.
4. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van dit besluit; dit besluit is dan ook niet bindend voor, noch van toepassing in Denemarken.