Overwegingen bij COM(2001)517 - Standpunt van de EG betreffende de toetreding van China tot de Wereldhandelsorganisatie op de Ministeriële Conferentie die is ingesteld bij de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Op 10 juli 1986 diende de regering van de Volksrepubliek China een verzoek in tot herstel van de status van de Volksrepubliek China als overeenkomstsluitende partij bij de Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel (GATT 1947).

(2) Op 7 december 1995 diende de regering van de Volksrepubliek China een verzoek in tot toetreding tot de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (hierna WHO genoemd), overeenkomstig artikel XII van die overeenkomst.

(3) Op 4 maart 1987 werd een werkgroep inzake de status van China als overeenkomstsluitende partij bij de GATT 1947 ingesteld. Deze werkgroep werd op 7 december 1995 omgezet in een werkgroep inzake toetreding tot de WHO, teneinde tot overeenstemming te komen over voor de Volksrepubliek China en alle WHO-leden aanvaardbare toetredingsvoorwaarden.

(4) De Commissie heeft namens de Gemeenschap en haar lidstaten onderhandeld over een reeks vergaande verbintenissen tot marktopenstelling van de kant van de Volksrepubliek China die voor de Gemeenschap van bijzonder belang zijn. Deze verbintenissen zijn vervat in een bilaterale overeenkomst tussen de Volksrepubliek China en de Gemeenschap, die op 19 mei 2000 is ondertekend.

(5) Deze verbintenissen zijn thans neergelegd in het Protocol inzake de toetreding van de Volksrepubliek China tot de WHO.

(6) De toetreding tot de WHO zal naar verwachting een blijvende positieve bijdrage leveren tot het proces van economische hervorming en duurzame ontwikkeling in de Volksrepubliek China.

(7) Door de toetreding van de Volksrepubliek China tot de WHO worden bovendien de handelsbetrekkingen van de Gemeenschap met de Volksrepubliek China in een stabiel en juridisch bindend kader ingebed.

(8) Het toetredingsprotocol dient daarom te worden goedgekeurd.

(9) Artikel XII van de Overeenkomst tot oprichting van de WHO bepaalt dat de voorwaarden voor de toetreding dienen te worden overeengekomen door het toetredend lid en de WHO en dat de toetredingsvoorwaarden aan WHO-zijde door de Ministeriële Conferentie dienen te worden goedgekeurd.

(10) Het is derhalve noodzakelijk het standpunt vast te stellen dat de Gemeenschap op de Ministeriële Conferentie dient in te nemen.

(11) Ten aanzien van enkele van de doelstellingen van de Gemeenschap waartoe door de toetreding van China tot de WHO wordt bijgedragen, voorziet het verdrag niet in andere bevoegdheden dan die van artikel 308.