Toelichting bij COM(2024)561 - - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2024)561 - . |
---|---|
bron | COM(2024)561 |
datum | 29-11-2024 |
• Motivering en doel van het voorstel
Dit voorstel is een gerichte technische wijziging van Richtlijn 2014/32/EU betreffende meetinstrumenten1 (hierna “richtlijn meetinstrumenten” genoemd). Het toepassingsgebied en de daarmee samenhangende essentiële eisen van de richtlijn meetinstrumenten waren reeds vastgesteld bij Richtlijn 2004/22/EG2, waarvan de richtlijn meetinstrumenten een herschikking is. Die inhoud is dus meer dan twintig jaar ongewijzigd gebleven. Dit betekent dat nieuwe meetinstrumenten die nodig zijn om de doelstellingen van de Europese Green Deal3 te verwezenlijken niet onder de richtlijn vallen. Dit is met name het geval voor oplaadapparatuur voor elektrische voertuigen en voor pompen voor gecomprimeerd gas (bv. waterstof en aardgas) en thermische-energiemeters voor koelingstoepassingen. Wat elektriciteits- en gasmeters betreft, wordt in de richtlijn meetinstrumenten bovendien geen rekening gehouden met het toenemende belang van digitalisering (slimme meters) of het gebruik van nieuwe gassen (zoals waterstof of andere hernieuwbare gassen als alternatief voor meer traditionele gassen) voor huishoudens.
Als gevolg daarvan zal het ontbreken van geharmoniseerde voorschriften voor bepaalde categorieën meetinstrumenten naar verwachting leiden tot uiteenlopende nationale wetgevingen en dus tot versnippering van de eengemaakte markt. Een dergelijke versnippering leidt tot hogere kosten voor marktdeelnemers en consumenten. Dit kan ook leiden tot vertragingen bij de uitrol van technologieën die van essentieel belang zijn voor de groene en de digitale transitie van de economie van de Unie.
Bovendien zijn sommige essentiële eisen van de richtlijn meetinstrumenten niet langer technologieneutraal (bv. eisen inzake het display), wat het gebruik van moderne oplossingen en de bijbehorende voordelen op het gebied van gebruiksgemak en consumentenbescherming in de weg staat.
In het licht van het bovenstaande en om verdere versnippering van de eengemaakte markt te voorkomen, is een gerichte technische wijziging van de richtlijn meetinstrumenten nodig.
Dit voorstel voorziet in een beperkte actualisering van het toepassingsgebied van de richtlijn meetinstrumenten (met inbegrip van nieuwe essentiële eisen in verband met dit ruimere toepassingsgebied) en een beperkte actualisering van een aantal essentiële eisen met betrekking tot elektriciteits- en gasmeters.
• Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein
Het voorstel laat de toepasselijkheid van andere wetgeving van de Unie inzake meetinstrumenten onverlet.
• Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie
Dit initiatief is in overeenstemming met en vormt een aanvulling op de bestaande harmonisatiewetgeving van de Unie, met name het nieuwe wetgevingskader.
Het voorstel zal de groene en de digitale transitie helpen versnellen, in overeenstemming met de doelstellingen van de Europese Green Deal en de nieuwe industriestrategie voor Europa4.
Het zal ook bijdragen tot de succesvolle uitvoering van de verordening inzake infrastructuur voor alternatieve brandstoffen5, die een voorwaarde is voor de uitrol van schone mobiliteit, en van Richtlijn (EU) 2023/1791 betreffende energie-efficiëntie6.
2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID
• Rechtsgrondslag
De rechtsgrondslag van dit voorstel is artikel 114 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
• Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)
In overeenstemming met overweging 62 van de richtlijn meetinstrumenten kunnen de doelstellingen van die richtlijn beter op het niveau van de Unie worden verwezenlijkt.
De verschillen tussen de regelgevingsstelsels in de lidstaten leiden tot discrepanties op de eengemaakte markt. Zij brengen extra kosten en administratieve lasten met zich mee en creëren belemmeringen voor het vrije verkeer van meetinstrumenten.
De harmonisatie van de essentiële eisen voor oplaadapparatuur voor elektrische voertuigen, pompen voor gecomprimeerd gas, thermische-energiemeters voor koelingstoepassingen en slimme meters, waardoor het vrije verkeer ervan wordt gewaarborgd, kan alleen op het niveau van de Unie worden bereikt.
Zonder optreden van de Unie zal de eengemaakte markt gefragmenteerd blijven, wat zal leiden tot uiteenlopende eisen voor deze meetinstrumenten in de Unie als gevolg van nieuwe nationale wetgeving.
Daarom zou de vaststelling van een geharmoniseerd regelgevingskader voor deze meetinstrumenten het ontstaan van verschillende regelgevingsstelsels in de Unie voorkomen, hetgeen de werking van de eengemaakte markt zou verbeteren.
• Evenredigheid
Het voorstel is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel, aangezien het niet verder gaat dan wat nodig is om de goede werking van de eengemaakte markt te waarborgen en er tegelijkertijd geharmoniseerde eisen worden vastgesteld voor oplaadapparatuur voor elektrische voertuigen, pompen voor gecomprimeerd gas, thermische-energiemeters voor koelingstoepassingen en de meest actuele voorschriften voor slimme elektriciteits- en gasmeters.
• Keuze van het instrument
Aangezien de handeling die wordt gewijzigd een richtlijn is, moet de wijzigingshandeling eveneens een richtlijn zijn.
3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING
• Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan
De Commissie evalueert momenteel Richtlijn 2014/31/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van niet-automatische weegwerktuigen1 (NAWID) en de richtlijn meetinstrumenten. Zonder vooruit te lopen op de resultaten van die evaluatie, vormt het huidige voorstel een technische wijziging van de richtlijn meetinstrumenten om deze aan te passen aan de technologische vooruitgang, aangezien zij niet is aangepast aan nieuwe meetinstrumenten en niet langer technologisch neutraal is.
• Raadpleging van belanghebbenden
Bij de opstelling van dit voorstel is rekening gehouden met de werkzaamheden van het Europees Samenwerkingsverband voor wettelijke metrologie, waarbij de nationale autoriteiten van de EU en de EVA die verantwoordelijk zijn voor wettelijke metrologie bijeenkomen.
De lidstaten en andere relevante belanghebbenden werden uitgenodigd voor een speciale vergadering van de werkgroep meetinstrumenten2 over dit onderwerp, die plaatsvond op 11 januari 2024. Hun werd verzocht een bijdrage te leveren aan deze werkzaamheden door vóór en na de vergadering opmerkingen in te dienen. De lidstaten en andere relevante belanghebbenden werden ook uitgenodigd voor een speciale vergadering van de werkgroep meetinstrumenten over dit onderwerp, die plaatsvond op 12 september 2024. Hun werd verzocht een bijdrage te leveren aan dit voorstel door vóór en na de vergadering opmerkingen in te dienen.
Op 20 september 2024 werd een verzoek om input gepubliceerd op het platform “Geef uw mening”3, waar belanghebbenden werden uitgenodigd om tot 18 oktober 2024 feedback te geven. De Commissie heeft hierbij 53 bijdragen ontvangen:
- 5 van overheidsinstanties,
- 13 van anderen.
De ontvangen bijdragen bevestigden de eerder door de Commissie vastgestelde problemen, met name de noodzaak van geactualiseerde essentiële eisen ter ondersteuning van de uitrol van slimme meters, de noodzaak om in bijlage V bij de richtlijn meetinstrumenten expliciet te verwijzen naar “gelijkstroom” om rekening te houden met technologische ontwikkelingen, de noodzaak om metrologische eisen voor laadstations voor elektrische voertuigen op EU-niveau te harmoniseren, en het verzoek om koelingstoepassingen te integreren in bijlage VI bij de richtlijn meetinstrumenten.
• Effectbeoordeling
Dit voorstel gaat niet vergezeld van een effectbeoordeling, aangezien het louter een technische en gerichte wijziging van de richtlijn meetinstrumenten betreft, waarbij deze wordt aangepast aan de technologische vooruitgang.
Artikel 47 van de richtlijn meetinstrumenten verleent de Commissie de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen. Deze bevoegdheid is echter beperkt tot specifieke wijzigingen van de instrumentspecifieke bijlagen. De richtlijn meetinstrumenten voorziet dus niet in een passende bevoegdheid voor de Commissie om de bijlagen en het toepassingsgebied van de richtlijn meetinstrumenten meer in het algemeen te wijzigen en aan te passen aan de technologische vooruitgang.
• Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging
Dit voorstel zal voor fabrikanten, met inbegrip van kmo’s, de certificeringskosten van producten helpen verlagen, aangezien zij alleen zullen hoeven te voldoen aan de geharmoniseerde EU-wetgeving en niet aan 27 verschillende nationale eisen.
Lagere productiekosten zullen indirect ten goede komen aan de consument.
• Grondrechten
Het voorstel is in overeenstemming met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING
Het voorstel vergt geen extra middelen uit de begroting van de Europese Unie.
5. OVERIGE ELEMENTEN
• Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage
Het voorstel houdt geen wijzigingen in van de controle-, evaluatie- en rapportageregelingen die in de richtlijn meetinstrumenten zijn vastgesteld. Daarom zullen de bestaande mechanismen ook voor de toegevoegde instrumenten worden gebruikt.
• Toelichtende stukken (bij richtlijnen)
Het voorstel vereist geen toelichtende stukken over de omzetting.
• Artikelsgewijze toelichting
- technische aanpassingen van bijlage I bij de richtlijn meetinstrumenten betreffende de essentiële eisen die van toepassing zijn op alle instrumenten die onder de richtlijn vallen. De aanpassingen van deze bijlage hebben alleen gevolgen voor de meetinstrumenten waarop deze technische aanpassingen betrekking hebben;
- technische aanpassingen van bijlage IV bij de richtlijn meetinstrumenten betreffende gasmeters en volumeherleidingsinrichtingen om rekening te houden met het toegenomen gebruik van nieuwe gassen en de uitrol van slimme meters;
- technische aanpassingen van bijlage V bij de richtlijn meetinstrumenten betreffende kilowattuurmeters om rekening te houden met technologische ontwikkelingen en de uitrol van slimme meters;
- de toevoeging van een nieuwe bijlage V bis betreffende oplaadapparatuur voor elektrische voertuigen om geharmoniseerde essentiële eisen erin op te nemen;
- technische aanpassingen van bijlage VI bij de richtlijn meetinstrumenten betreffende thermische-energiemeters om thermische-energiemeters voor koelingstoepassingen op te nemen;
- de toevoeging van een nieuwe bijlage VII bis betreffende pompen voor gecomprimeerd gas met geharmoniseerde essentiële eisen.