Toelichting bij COM(2023)556 - Financiële bijdragen die de partijen bij het Europees Ontwikkelingsfonds moeten betalen als derde tranche voor 2023

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Het voorstel betreft een ontwerpbesluit van de Raad over de derde tranche van de financiële bijdragen aan het 11e Europees Ontwikkelingsfonds (hierna “EOF” genoemd) die de partijen bij het EOF in 2023 moeten betalen.

Voor het 11e EOF en de andere EOF’s die nog lopen (namelijk het 9e en 10e EOF) geldt de volgende regelgeving:

(a) de huidige Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (hierna de “ACS-EU-Partnerschapsovereenkomst” genoemd), zoals laatstelijk gewijzigd1;

(b) het Intern Akkoord tussen de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten van de Europese Unie, in het kader van de Raad bijeen, betreffende de financiering van de steun van de Europese Unie binnen het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020, overeenkomstig de ACS-EU-Partnerschapsovereenkomst, en betreffende de toewijzing van financiële bijstand ten behoeve van de landen en gebieden overzee waarop de bepalingen van het vierde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn2 (hierna “het Intern Akkoord van het 11e EOF” genoemd);

(c) Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad inzake het Financieel Reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds3 (hierna “Financieel Reglement van het 11e EOF” genoemd);

(d) Besluit nr. 1/20224 van het ACS-EU-comité van ambassadeurs van 21 juni 2022 tot wijziging van Besluit nr. 3/20195 van het ACS-EU-Comité van ambassadeurs tot vaststelling van overgangsmaatregelen op grond van artikel 95, lid 4, van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst; dit besluit strekt tot verdere verlenging van de toepassing van de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst tot 30 juni 2023 of, indien dit eerder is, tot de inwerkingtreding van de nieuwe partnerschapsovereenkomst of de voorlopige toepassing daarvan tussen de Unie en de ACS-staten;

(e) Besluit (EU) 2020/2233 van de Raad betreffende de vastlegging van de middelen die afkomstig zijn van gelden die terugvloeien in het kader van de ACS-investeringsfaciliteit van operaties uit hoofde van het 9e, 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds6;

(f) Besluit (EU) 2022/1223 van de Raad7 inzake de toewijzing van vrijgemaakte middelen van projecten in het kader van het 10e en 11e Europees Ontwikkelingsfonds teneinde acties te financieren voor het aanpakken van de voedselzekerheidscrisis en de economische schok in landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) ten gevolge van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne.

In de in de punten a) tot en met f) vermelde documenten zijn meerjarige verbintenissen van de partijen vervat om de thesaurie van het EOF te financieren. Het Financieel Reglement van het 11e EOF zorgt ervoor dat de partijen op regelmatige basis bijdragen aan de thesaurie van het EOF overeenkomstig vooraf vastgestelde financiële verbintenissen. Regelmatige bijdragen komen er op basis van technische besluiten van de Raad betreffende de uitvoering van eerder besloten financiële vastleggingen.

Een aantal onderdelen van de toelichting zijn daarom niet van toepassing op oproepen voor regelmatige bijdragen zoals deze.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Overeenkomstig artikel 19, lid 5, van het Financieel Reglement van het 11e EOF moet de Raad uiterlijk 21 kalenderdagen na de indiening van het voorstel door de Europese Commissie, die optreedt namens de Europese Unie, een besluit over dit voorstel nemen.