Toelichting bij COM(2021)37 - Statistieken over de landbouwinput en -output

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2021)37 - Statistieken over de landbouwinput en -output.
bron COM(2021)37 NLEN
datum 02-02-2021
1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Eurostat heeft al tientallen jaren Europese landbouwstatistieken over de landbouw in de EU opgesteld. Tegenwoordig hebben zij betrekking op de volgende aspecten: structuur van landbouwbedrijven, economische rekeningen voor landbouw, dierlijke en plantaardige productie, biologische landbouw, landbouwprijzen, pesticiden, voedingsstoffen en andere agromilieuaspecten. Het hoofddoel is monitoring en evaluatie van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) en andere belangrijke beleidsterreinen van de EU, en het ondersteunen van de beleidsvorming.

Deze gegevensverzamelingen werden in 2016 geëvalueerd 1 en bleken een update nodig te hebben om rekening te houden met de veranderingen op het gebied van landbouw, het GLB en andere gerelateerde EU-beleidsterreinen. De “strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 en daarna” 2 is een belangrijk programma voor de modernisering van de landbouwstatistiek van de Europese Unie, dat door de Europese Commissie in nauwe samenwerking met de lidstaten wordt uitgevoerd. De strategie, ondersteund door het Comité voor het Europees statistisch systeem, maakt deel uit van het programma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (REFIT) en is erop gericht het Europees stelsel van landbouwstatistieken (EASS) te stroomlijnen en te verbeteren. De strategie volgt ook internationale aanbevelingen, zoals de richtsnoeren voor de rapportage van broeikasgasemissies van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering en de normen van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN, en de strategie geeft ook uitvoering aan de mondiale strategie van de VN ter verbetering van de landbouw- en plattelandsstatistieken.

De landbouw is economisch gezien een relatief kleine sector, maar beslaat bijna de helft van het landoppervlak van de EU en levert het grootste deel van haar voedsel, waardoor zowel de voedselveiligheid als de voedselzekerheid worden gewaarborgd. De landbouw heeft grote gevolgen voor de klimaatverandering en het milieu, en veel plattelandsgemeenschappen zijn ervan afhankelijk. De EU heeft behoefte aan zo accuraat mogelijke informatie over landbouw, die haar in staat stelt beleid uit te stippelen dat alle burgers van de Europese Unie ten goede komt en de aanzienlijke begroting van het GLB en de daarmee samenhangende maatregelen zo efficiënt en doeltreffend mogelijk over meerdere dimensies toe te wijzen. Bovendien staat landbouw centraal in de Europese Green Deal, met name de “van boer tot bord”-strategie.

Het is van het grootste belang ervoor te zorgen dat de inwoners van de EU te allen tijde toegang hebben tot voldoende voedsel van hoge kwaliteit. Dit betekent dat er regelmatig statistieken beschikbaar moeten zijn over de oppervlakten en de productie van verschillende gewassen en over de dieren en afgeleide producten. De landbouw is ook van invloed op het milieu. Dit kan niet worden beoordeeld zonder informatie over de input van voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen. De prestaties van de landbouwsector als geheel kunnen worden beoordeeld aan de hand van statistieken over de prijzen van landbouwinputs en -outputs. Landbouw helpt plattelandsgebieden en landschappen in de hele EU in stand te houden en de plattelandseconomie levend te houden door banen te creëren in bedrijven die goederen en diensten leveren aan de sector, in de agrovoedingsindustrie en aanverwante sectoren. Daarom moeten de landbouwstatistieken betrekking hebben op de economische, ecologische en sociale dimensies van de landbouw.

Eurostat heeft sinds de jaren 1950 statistieken over plantaardige en dierlijk productie verstrekt en vervolgens statistieken over landbouwprijzen, statistieken over de structuur van landbouwbedrijven en statistieken over voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen daaraan toegevoegd. Deze statistieken zijn geregeld in vaak bijgewerkte Europese wetgeving of via gentlemen’s agreements en overeenkomsten betreffende het Europees statistisch systeem (ESS). In de evaluatie van het huidige systeem voor landbouwstatistieken werd ten zeerste aanbevolen om in het gehele systeem voor landbouwstatistieken een systematische aanpak te hanteren.

De meest haalbare opties die in de effectbeoordeling zijn geanalyseerd en vervolgens als koers voor de toekomst werden voorgesteld, waren dat alle landbouwstatistieken onder drie verordeningen van het Europees Parlement en de Raad moeten vallen:

·gegevens op bedrijfsniveau met microgegevensoverdracht, op basis van een modulaire aanpak met kernvariabelen, modules en satellieten;

·landbouwrekeningen, en

·geaggregeerde landbouwinput-/outputstatistieken met tabelgegevens.

De eerste verordening, de verordening inzake geïntegreerde landbouwstatistieken, is in 2018 goedgekeurd 3 , terwijl de tweede verordening, de verordening inzake de economische rekeningen van de landbouw (EAA) 4 , momenteel een moderniseringsproces ondergaat.

De derde verordening is het huidige wetgevingsvoorstel betreffende statistieken over landbouwinput en -output (SAIO).

Samenhang met bestaand beleid op het betrokken gebied

Om beleidsmakers, bedrijven en het grote publiek in staat te stellen passende empirisch onderbouwde beslissingen te nemen, moeten statistieken betrouwbaar en van hoge kwaliteit zijn.

1.

De hierboven genoemde strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 omvat de volgende hoofddoelstellingen:


·hoogwaardige statistieken produceren, die efficiënt en doeltreffend inspelen op de behoeften van de gebruikers, en

·de harmonisatie en de coherentie van de Europese landbouwstatistiek verbeteren.

Dit voorstel heeft als doel, deze doelstellingen rechtstreeks te bereiken.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Het leveren van hoogwaardige statistieken ter ondersteuning van het EU-beleid is de belangrijkste rechtvaardiging voor het Europees statistisch programma 2013–2017 5 (verlengd tot 2018-2020 6 ). De milieu- en landbouwstatistiek is één van de drie pijlers van productie van statistieken in het kader van dat programma. Een van de relevante doelstellingen van het programma is “het herzien en vereenvoudigen van de gegevensverzameling voor de landbouw in overeenstemming met de herziening van het GLB na 2013 en het herontwerpen van de gegevensverzamelingsmethoden voor de landbouw, met name met het oog op verbetering van de kwaliteit en actualiteit van de gegevens”. Dit initiatief maakt die doelstelling waar.

Door betere gegevens te verstrekken voor de beoordeling van de duurzaamheid van de sector voor milieu, mensen, regio’s en economie, zal het Europees stelsel van landbouwstatistieken ook bijdragen tot ten minste twee van de zes prioriteiten van de Commissie-Von der Leyen, namelijk:

·een Europese Green Deal met de onderliggende strategieën van boer tot bord en biodiversiteit

·een economie die werkt voor de mensen.

. Landbouwstatistieken kunnen ook van nut zijn voor andere prioriteiten op Unie- en nationaal niveau die gevolgen hebben voor of gevolgen ondervinden van landbouw en plattelandsontwikkeling.

Daarnaast biedt het voorstel voor een programma voor de eengemaakte markt 7 waarover momenteel interinstitutionele besprekingen gaande zijn een kader voor de financiering van de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken. Voor de uitvoering van het EU-beleid zijn hoogwaardige, vergelijkbare en betrouwbare statistische gegevens vereist over de economische, sociale, territoriale en milieusituatie in de Unie. Daarnaast maken Europese statistieken het voor Europese burgers mogelijk het democratische proces en het debat over de huidige staat en de toekomst van de Unie te begrijpen en eraan deel te nemen. Wat de landbouwstatistieken betreft, ligt de nadruk op het tijdig verstrekken van relevante gegevens voor de behoeften van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het gemeenschappelijk visserijbeleid en het beleid op het gebied van milieu, voedselzekerheid en dierenwelzijn.

Landbouwstatistieken verschaffen hoogwaardige statistische gegevens voor de uitvoering en monitoring van het GLB. Het GLB is een belangrijke motor voor banen en slimme, duurzame en inclusieve groei in de Unie. Plattelandsontwikkelingsbeleid – dat integraal deel uitmaakt van het GLB – heeft bovenop de sociale doelstellingen tot doel het concurrentievermogen en de duurzaamheid van landbouwproductie te verbeteren. Het GLB is goed voor meer dan 37 % van de totale begroting van de Unie in de context van het meerjarig financieel kader (MFK) 2014-2020.

Landbouwstatistieken zijn ook steeds meer nodig voor andere belangrijke beleidsterreinen van de Unie, zoals de Europese Green Deal, beleid op het gebied van milieu en klimaatverandering, handelsbeleid, regionaal beleid enz.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag voor de Europese statistiek is artikel 338 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Het Europees Parlement en de Raad moeten volgens de gewone wetgevingsprocedure maatregelen aannemen voor de productie van statistieken wanneer deze statistieken nodig zijn voor de vervulling van de taken van de Unie. In artikel 338 VWEU wordt bepaald aan welke eisen de productie van Europese statistieken moet voldoen, namelijk onpartijdigheid, betrouwbaarheid, objectiviteit, wetenschappelijke onafhankelijkheid, kosteneffectiviteit en statistische geheimhouding.

De rechtsgrondslag voor de kwaliteitsverslagen is artikel 12 van Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad 8 .

Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheden)

Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing omdat het voorstel geen gebieden bestrijkt die onder de exclusieve bevoegdheid van de EU vallen. Het ESS biedt een infrastructuur voor statistische informatie. Het systeem is ontworpen om te voldoen aan de behoeften van verschillende gebruikers, ter ondersteuning van de besluitvorming in democratische samenlevingen. Het voorstel voor deze verordening is opgesteld om de kernactiviteiten van ESS-partners te beschermen en tegelijkertijd de kwaliteit en vergelijkbaarheid van landbouwstatistieken beter te waarborgen.

Een van de hoofdcriteria is dat de statistische gegevens samenhangend en vergelijkbaar moeten zijn. Lidstaten kunnen de nodige samenhang en vergelijkbaarheid niet in voldoende mate garanderen zonder een duidelijk Europees kader, d.w.z. Uniewetgeving waarin gemeenschappelijke statistische begrippen, rapportageformaten en kwaliteitsvoorschriften worden vastgelegd.

De vergelijkbaarheidsvereiste is in verband met het GLB zeer belangrijk voor landbouwstatistieken. De doelstelling van de voorgestelde actie kan niet volledig worden bereikt wanneer lidstaten afzonderlijk handelen. Op EU-niveau kan effectiever actie worden ondernomen op basis van een rechtshandeling van de Unie die garandeert dat de statistische informatie op de in het voorgestelde instrument genoemde gebieden samenhangend en vergelijkbaar zijn. In de tussentijd kan de gegevensverzameling door de lidstaten zelf worden uitgevoerd.

Evenredigheid

2.

Dit voorstel voldoet aan het beginsel van evenredigheid, en wel om de volgende redenen:


Het zal de kwaliteit en vergelijkbaarheid van de Europese sociale statistieken die worden verzameld en opgesteld door dezelfde beginselen toe te passen in de verschillende lidstaten. Het zal ook garanderen dat de Europese sociale statistieken die worden verzameld door middel van steekproeven relevant blijven en worden aangepast aan de behoeften van de gebruikers. De verordening zal de productie van statistieken kosteneffectiever maken en tegelijkertijd de specifieke eigenschappen van de systemen van de lidstaten eerbiedigen.

Overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel beperkt de verordening zich tot het minimum dat nodig is om haar doel te verwezenlijken en gaat zij niet verder.

Keuze van het instrument

Voorgesteld instrument: een verordening.

Gezien de doelstellingen en de inhoud van het voorstel is een verordening het meest geschikte instrument. Belangrijk gemeenschappelijk EU beleid zoals het GLB is naar zijn aard afhankelijk van vergelijkbare, geharmoniseerde en hoogwaardige landbouwstatistieken op Europees niveau. Dit kan het best worden gewaarborgd door verordeningen, die rechtstreeks toepasselijk zijn in de lidstaten en die niet eerst in nationaal recht moeten worden omgezet.

3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Uit de evaluatie van het Europees stelsel van landbouwstatistieken voor de strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 en daarna bleek dat er behoefte is aan een meer systematische aanpak op dit gebied.

3.

Uit de evaluatie van het systeem van landbouwstatistieken is het volgende gebleken:


·de huidige wetgeving inzake landbouwstatistieken voorziet niet adequaat in nieuwe en opkomende gegevensbehoeften, omdat de verstrekking ervan niet in die wetgeving is opgenomen. Bovendien zijn de rechtshandelingen niet flexibel en geïntegreerd genoeg om tijdig in te spelen op nieuwe behoeften;

·het EASS is niet flexibel genoeg en speelt niet snel genoeg in op nieuwe behoeften, deels vanwege de inherente werking van de statistieken, deels door de manier waarop de verordeningen zijn opgesteld, maar ook als gevolg van een gebrek aan begroting en personeel;

·de verzameling van gegevens is niet in een bevredigende mate geharmoniseerd en coherent, omdat er nieuwe gegevensbehoeften ontstaan, de wetgeving in de loop der jaren afzonderlijk is ontwikkeld, en omdat in verschillende landbouwstatistiekgebieden soms verschillende definities en begrippen worden gebruikt;

·de statistieken zouden efficiënter kunnen worden geproduceerd als de wetgeving wordt aangepast om het gebruik van verschillende informatiebronnen mogelijk te maken en de lidstaten aan de moderne technologie aan te passen.

Er is een openbare raadpleging verricht voor de evaluatie, en de resultaten ervan zijn opgenomen in een afzonderlijk verslag 9 .

In de daaropvolgende strategie voor de landbouwstatistiek werd geconcludeerd dat landbouwstatistieken moeten worden ontworpen en gebruikt als een systeem, waarbij de onderdelen samen passen en de output belangrijker maken dan de som ervan. Bovendien moeten de landbouwstatistieken naadloos in het hele ESS passen. De gegevensbronnen moeten worden gediversifieerd. Waar mogelijk moeten andere gegevensbronnen worden gebruikt; ICT en andere nieuwe technologieën (bv. big data, op onderzoek gebaseerde innovaties) moeten worden geïntegreerd; de doeltreffendheid en efficiëntie van de gegevensverzamelingsmethoden moeten worden beoordeeld aan de hand van de gegevensbehoeften en de kwaliteitscriteria, en de bestaande “stovepipes” moeten worden weggenomen.

Raadplegingen van belanghebbenden

Eurostat ontwikkelt, produceert en verspreidt Europese landbouwstatistieken door middel van nauwe, gecoördineerde en regelmatige samenwerking binnen het ESS, voortbouwend op een lang partnerschap met de nationale bureaus voor de statistiek en andere relevante instanties.

Op algemeen niveau en onder verwijzing naar de “Strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 en daarna” zijn de belangrijkste categorieën belanghebbenden van de Europese landbouwstatistiek gegevensproducenten (nationale bureaus voor de statistiek en andere nationale autoriteiten en Eurostat), respondenten (landbouwers, landbouwersorganisaties en bedrijven) en gebruikers (onderzoekers, journalisten en openbare en particuliere besluitvormers, waaronder met name andere diensten van de Commissie). Deze belanghebbende zijn uitgebreid geraadpleegd over de problemen en de gewenste veranderingen in de status quo, hun gegevensbehoeften en prioriteiten, mogelijke beleidsopties om de problemen op te lossen, effecten van voorgestelde maatregelen, en de formulering van de strategie. De belangrijkste fora voor deze raadplegingen waren i) de vergaderingen en seminars van het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek (CPSA) en de opvolger daarvan, de Groep van directeuren voor landbouwstatistieken (DGAS) (bestaande uit directeuren landbouwstatistieken van de nationale bureaus voor de statistiek), waar vaak diensten van de Commissie, internationale organisaties en landbouworganisaties worden gehoord, ii) de vergaderingen van het Comité voor het Europees statistisch systeem (bestaande uit de directeuren-generaal van de nationale bureaus voor de statistiek), en iii) regelmatig overleg en hoorzittingen binnen de diensten van de Commissie. Daarnaast is een routekaart voor het SAIO-voorstel gepubliceerd op het platform “Geef uw mening” van de Europese Commissie gedurende vier weken van feedback van het publiek.

Met de resultaten van al deze raadplegingen is rekening gehouden bij de hierboven genoemde evaluatie en gedurende de gehele ontwikkeling van het voorstel.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

Eurostat heeft de inhoud van het voorstel uitgebreid besproken met de nationale bureaus voor de statistiek via specifieke taskforces en via bestaande deskundigengroepen, ook op directieniveau.

Het voorstel is ook in oktober 2020 aan het Comité voor het Europees statistisch systeem voorgelegd.

Effectbeoordeling

De Raad voor regelgevingstoetsing heeft een positief advies uitgebracht over een effectbeoordeling van de strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 en daarna 10 , waarvan SAIO deel uitmaakt 11 .

Deze effectbeoordeling is op strategisch niveau uitgevoerd vanwege de systematische aanpak in het hele systeem van landbouwstatistieken om ervoor te zorgen dat alle onderdelen op elkaar aansluiten.

4.

Er zijn vier opties overwogen:


1) uitgangssituatie — Geen EU-maatregelen op het gebied van structurele landbouwgegevens: deze optie houdt in dat het verzamelen van de gegevens aan de lidstaten wordt overgelaten, met als gevolg een lappendeken van verschillende benaderingen en kwaliteitsniveaus.

2) verlenging van Verordening (EG) nr. 1166/2008: bij deze optie wordt de status quo gehandhaafd.

3) een enkel rechtskader voor alle landbouwstatistieken: bij deze optie wordt de verzameling van alle landbouwstatistieken in één nieuwe kaderverordening geïntegreerd.

4) integratie van landbouwstatistieken in twee stappen: deze optie heeft de voordelen van optie 3, maar vergroot de flexibiliteit en vermindert de tijdsdruk door in twee verschillende stadia twee nieuwe kaderverordeningen op te stellen.

De voorkeur ging uit naar optie 4, aangezien deze de beste manier bood om de doelstellingen te bereiken.

Uit de effectbeoordeling is gebleken dat het EASS, als voorkeursoptie, uiteindelijk onder drie verordeningen zou moeten vallen. Twee van deze verordeningen zouden nieuw zijn en een aantal oudere EU-verordeningen inzake landbouwstatistieken vervangen. De eerste daarvan, Verordening (EU) 2018/1091 betreffende geïntegreerde landbouwstatistieken (IFS), die betrekking heeft op gegevens over de structuur van landbouwbedrijven, boomgaarden en wijngaarden, is goedgekeurd in 2018. Het tweede is het onderhavige voorstel voor een verordening betreffende statistieken over de input en output van de landbouw (SAIO), dat betrekking heeft op de inputs en outputs van de landbouwsector: landbouwproductie (gewassen en dieren) met inbegrip van biologische landbouw, landbouwprijzen, voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen. De derde verordening, waarnaar in de effectbeoordeling wordt verwezen, betreft een wijziging van Verordening (EG) nr. 138/2004 betreffende de economische rekeningen van de landbouw (LR). Omdat de LR een satellietrekening van de nationale rekeningen en van macro-economische aard zijn, werd niet voorgesteld deze in de nieuwe kaderverordeningen op te nemen. In plaats daarvan werd voorgesteld dat zij onderworpen blijven aan onafhankelijke wetgeving, zoals het geval is sinds de EAA-verordening in 2004 in werking trad, en dat zij gelijktijdig met de ontwikkeling van SAIO worden gemoderniseerd.

Statistische wetgeving is voornamelijk administratieve wetgeving die van invloed is op gebruikers van gegevens (voornamelijk diensten van de Commissie die zich bezighouden met beleid), gegevensproducenten (nationale bureaus voor de statistiek) en respondenten van gegevens (landbouwers). Daarom zijn de directe economische, sociale en milieueffecten beperkt. De belangrijkste directe kosten voor de belanghebbenden betreffen de aanpassing aan nieuwe statistische en technische systemen. Op de middellange tot lange termijn zouden de moderniseringsacties naar verwachting tot een iets lagere last en kostenbesparingen leiden. De meeste besparingen zouden het gevolg zijn van de verlaagde dekkingsvereisten van Verordening (EU) 2018/1091. De kosten van statistieken moeten worden afgewogen tegen de maatschappelijke voordelen ervan, maar moeten ook worden afgewogen tegen de kosten die ontstaan wanneer er geen statistieken of alleen statistieken van lage kwaliteit zijn.

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging

Het voorstel maakt deel uit van de strategie voor landbouwstatistieken voor 2020 en daarna, een belangrijk programma voor de modernisering van de landbouwstatistiek van de Europese Unie, dat door de Europese Commissie in nauwe samenwerking met de EU-lidstaten is opgezet. De strategie is met name gericht op stroomlijning en verbetering van het EASS; het wordt ook ondersteund door het Comité voor het Europees statistisch systeem en maakt deel uit van het programma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (REFIT), dat tot doel heeft het EASS te stroomlijnen en te verbeteren.

De landbouwstatistiek is momenteel gebaseerd op verschillende wetteksten en overeenkomsten. Deze moeten allemaal worden samengebracht om tot een systematische aanpak te komen. Dit zal de systemen voor het verzamelen van statistische gegevens vereenvoudigen. Er zijn ook plannen om het gebruik van verschillende gegevensbronnen, waaronder teledetectie, mogelijk te maken, waardoor de last voor de respondenten wordt verminderd.

Dit voorstel heeft betrekking op de totale landbouwproductie (gewassen en dieren), met inbegrip van biologische landbouw, landbouwprijzen, voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen . Zij hebben betrekking op landbouwproductiemiddelen (prijzen van zaaigoed, bestrijdingsmiddelen, diervoeder enz.) en op output (plantaardige en dierlijke productie en prijzen). De gegevens kunnen worden verzameld bij landbouwbedrijven, administratieve bronnen, tussenpersonen (zuivelfabrieken enz.), groothandelsentiteiten en marktorganisaties, en omvatten vaak een bepaald aantal ramingen van deskundigen. De invoering van een samenhangend kader zal met name de ontwikkeling van een geïntegreerde juridische architectuur mogelijk maken, evenals een betere planning en samenhang van de enquêtes en andere gegevensverzamelingen.

Grondrechten

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de bescherming van de grondrechten.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De financiële gevolgen van het voorstel zijn van onbeperkte duur. Het voorstel voorziet niet in de financiering van regelmatige gegevensverzamelingen, maar wel in medefinanciering door de Unie van ad-hocgegevensverzamelingen waarvan het tijdstip niet bekend is. De eerste ad hoc gegevensverzameling kan worden verwacht op zijn vroegst twee jaar na de inwerkingtreding van de geplande verordening. Aangezien deze gegevensverzamelingen niet vooraf bekend zijn, kan geen informatie worden verstrekt over de gevolgen ervan voor de begroting. Zodra dergelijke ad-hocgegevensverzamelingen vereist zijn, zullen de kosten worden geëvalueerd en nader worden gespecificeerd tijdens de opstelling van de gedelegeerde en uitvoeringshandelingen en zullen zij in elk geval worden gedekt door de kredieten die zijn toegewezen aan de financiële middelen voor de betrokken programma’s die in de EU-begroting zijn opgenomen.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en monitoring-, evaluatie- en rapportageregelingen

De voorgestelde verordening zal naar verwachting in 2022 door het Europees Parlement en de Raad worden goedgekeurd, waarbij de uitvoeringsmaatregelen van de Commissie kort daarna worden goedgekeurd. De verordening zal rechtstreeks toepasselijk zijn in alle lidstaten van de EU, zonder dat daarvoor een uitvoeringsplan nodig is.

De lidstaten zullen naar verwachting in 2023 beginnen met de verstrekking van gegevens aan de Commissie krachtens de nieuwe verordening.

Het voorgestelde wetgevingsinstrument maakt deel uit van het EASS, dat aan regelmatige evaluaties zal worden onderworpen, onder meer om na te gaan in hoeverre het effectief en efficiënt is geweest bij de verwezenlijking van de doelstellingen en om te beslissen of nieuwe maatregelen of wijzigingen noodzakelijk zijn.

Monitoring van de naleving van de geproduceerde statistieken

Eurostat verricht jaarlijkse beoordelingen van de naleving. Deze beoordeling omvat een evaluatie van de beschikbaarheid, kwaliteit en stiptheid van de gegevens en follow-up in het geval van niet-naleving.

In overeenstemming met de voorschriften van wetgeving van de Unie wordt de lidstaten verzocht om de Commissie te voorzien van relevante cijfers over landbouwstatistieken. Deze cijfers zijn onderworpen aan strikte indieningstermijnen die moeten worden nagekomen voor een goed beheer, verspreiding en bruikbaarheid van de Europese statistieken, aangezien ontbrekende of onvolledige gegevens leiden tot tekortkomingen in de beschikbaarheid van informatie (dat wil zeggen dat het niet mogelijk is om aggregaten voor de Unie te berekenen en om gegevens te publiceren volgens de geplande tijdschema’s).

Verordening (EG) nr. 223/2009 vormt het basisrechtskader voor de werking van het Europees statistisch systeem en voor alle sectorale wetgeving voor de productie van Europese statistieken.

Tijdigheid, punctualiteit en volledigheid zijn reeds belangrijke factoren in de context van beoordelingen van de naleving om te zorgen voor een tijdige verspreiding van landbouwstatistieken, maar tegelijkertijd moet er meer aandacht worden besteed aan deze en andere kwaliteitsaspecten om het vertrouwen in de door Eurostat en het ESS geproduceerde statistieken te verzekeren.

• Voortdurende verbetering van het EASS: identificatie van nieuwe behoeften aan gegevens en nieuwe gegevensbronnen, verbetering van de samenhang, vermindering van de lasten

Eurostat houdt momenteel jaarlijks hoorzittingen met andere diensten van de Commissie. Een belangrijk punt voor die hoorzittingen is de uitwisseling van informatie over de respectieve werkprogramma’s. Zij verschaffen een formeel platform voor het vaststellen van opkomende behoeften aan nieuwe statistieken en voor het beoordelen van het nut van de beschikbare statistische gegevens.

Verdere samenwerking met andere diensten van de Commissie, nationale bureaus voor de statistiek en andere nationale autoriteiten vindt plaats op verschillende hiërarchische niveaus, in regelmatige vergaderingen en seminars van deskundigengroepen, in vergaderingen van de Groep directeuren en van het ESSC, en door frequente bilaterale uitwisselingen. Bijzondere aandacht zal worden besteed aan de identificatie van administratieve gegevens en andere op grond van de Uniewetgeving bijgewerkte informatiebronnen en aan de beoordeling van de geschiktheid ervan voor de productie van statistieken, teneinde overeenkomsten voor de stabiliteit, de toegankelijkheid en de eventuele aanpassing te beoordelen om beter in de behoeften aan statistieken te voorzien. Voorts zullen periodieke enquêtes en analyses worden uitgevoerd om vast te stellen of er mogelijkheden zijn om de Europese landbouwstatistiek te verbeteren en de lasten te verminderen.

Deze aanpassingen en de algemene werking van het rechtskader zullen worden onderworpen aan monitoring en evaluatie, met name aan de hand van de eerdergenoemde doelstellingen van de strategie.

• Driejaarlijkse monitoringsverslagen

Met het oog op monitoring van de werking van het hernieuwde EASS en om toe te zien op de bereiken van de Refit-doelstellingen, namelijk vereenvoudiging en lastvermindering, zal om de drie jaar een verslag over de werking van het totale systeem worden opgesteld.

• Toetsing

Het tweede driejaarlijkse monitoringverslag zal worden vervangen door een retrospectieve evaluatie van het vernieuwde EASS, uitgevoerd volgens de richtsnoeren van de Commissie. Dit kan ook een basis vormen voor nadere herzieningen van de wetgeving indien dit noodzakelijk wordt geacht.

• Uitgebreide toelichting bij de specifieke bepalingen van het voorstel

De voorgestelde verordening specificeert de inhoud van statistieken over inputs en outputs in de landbouw. Daarin wordt bepaald dat de lidstaten statistieken moeten verstrekken over vier domeinen en twaalf gerelateerde onderwerpen. De domeinen zijn statistieken over dierlijke productie, statistieken over plantaardige productie, statistieken over landbouwprijzen en statistieken over voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Dit wordt ondersteund door artikelen over onderwerp, definities, statistische populatie en waarnemingseenheden, dekking, de frequentie van gegevensoverdracht, gegevensbronnen en -methoden, referentieperioden, kwaliteitsspecificaties en mogelijke financiële bijdragen. Daarnaast voorziet de verordening in de mogelijkheid om specifieke ad hoc-onderwerpen in verband met landbouwinputs en -output in te voeren die een aanvulling vormen op de regelmatig verzamelde gegevens.

De gedetailleerde gegevensreeksen zullen worden gespecificeerd in uitvoeringshandelingen (verordeningen).