Toelichting bij COM(2010)788 - Mededeling aan het EP over het Raadsstandpunt inzake wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (oorspronkelijke voorstel van de Commissie "belastingen-amendement", COM(2009) 194)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52010DC0788

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie inzake het standpunt van de Raad met het oog op de vaststelling van een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (oorspronkelijke voorstel van de Commissie 'belastingen-amendement', COM(2009) 194) /* COM/2010/0509 def. - COD 2009/0060 */


[afbeelding - zie origineel document] EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 13.12.2010

COM(2010) 788 definitief

2009/0060/A (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie inzake het

standpunt van de Raad met het oog op de vaststelling van een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (oorspronkelijke voorstel van de Commissie 'belastingen-amendement', COM(2009) 194)

2009/0060/A (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie inzake het

standpunt van de Raad met het oog op de vaststelling van een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking (oorspronkelijke voorstel van de Commissie belastingen-amendement, COM(2009) 194)

1.

Achtergrond



Toezending van het voorstel aan het Europees Parlement en de Raad (document COM(2009) 194 definitief - 2009/0060A COD): voorstel: 21 april 2009 corrigendum: 30 november 2009 gewijzigd: 1 december 2009 (inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon)

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing: 21 oktober 2010.

Toezending van het gewijzigde voorstel: […].

Goedkeuring van het standpunt van de Raad: 10 december 2010.

2.

Doel van het voorstel


VAN DE COMMISSIE

De verschillende financiële instrumenten van de EU voor externe samenwerking bevatten een kleine inconsistentie met betrekking tot de uitzonderingen op het beginsel dat kosten in verband met door derde landen oplegde belastingen, heffingen en andere rechten niet voor EU-financiering in aanmerking komen.

Het instrument voor ontwikkelingssamenwerking (DCI) biedt geen flexibiliteit met betrekking tot het niet voor financiering in aanmerking komen van dergelijke kosten. Bij de andere instrumenten mag de steun van de EU 'in beginsel' niet worden aangewend om deze kosten te financieren. Zij laten derhalve ruimte voor flexibiliteit in individuele gevallen en de bevoegde ordonnateur kan, in voorkomend geval en in het belang van goed financieel beheer en de goede uitvoering van de programma’s en projecten, beslissen dat deze kosten in aanmerking komen.

Het voorstel voegt dus slechts de woorden 'in beginsel' aan de tekst toe.

3. COMMENTAAR OP HET STANDPUNT VAN DE RAAD

3.1. Algemene opmerkingen inzake het standpunt van de Raad

De Commissie kan het standpunt van de Raad, dat in overeenstemming is met het oorspronkelijke voorstel van de Commissie en met het standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing, aanvaarden met uitzondering van de hieronder vermelde specifieke punten.

3.2. Voornaamste kenmerken van het standpunt van de Raad

Het standpunt van de Raad bevat de volgende hoofdelementen:

- Belastingen en heffingen: De woorden 'in beginsel' worden toegevoegd aan de bepaling dat belastingen, heffingen en rechten niet in aanmerking komen, waardoor op de mogelijkheid van uitzonderingen wordt gewezen, die intern worden geregeld door middel van aan de ordonnateurs gegeven instructies.

- Splitsing in twee afzonderlijke besluiten: een voor het DCI en een voor het EIDHR. De Commissie stelde aanvankelijk één enkel besluit voor waarbij hetzelfde amendement voor beide instrumenten gold. Het equivalente amendement met betrekking tot het DCI (waarbij 'in beginsel' wordt toegevoegd) is nu opgenomen in het standpunt van de Raad inzake COM(2010) 102 definitief – 2010/0059 COD (waarmee het DCI wordt uitgebreid met begeleidende maatregelen voor de bananensector).

3.3. Specifieke onderwerpen (voor de Raad niet aanvaardbare amendementen van het Parlement)

Gedelegeerde handelingen (artikel 290 VWEU): Het Parlement tracht door middel van zijn amendementen in eerste lezing deze procedure toe te passen op de vaststelling van meerjarige strategiedocumenten van de Commissie. Ondanks langdurige en intensieve onderhandelingen (met name de trialogen van 2 februari, 23 maart en 20 oktober) was het niet mogelijk om over dit onderwerp tot overeenstemming te komen. De Raad heeft in zijn standpunten in eerste lezing deze amendementen niet aanvaard. De Commissie is bereid om te blijven proberen om de standpunten van de instellingen met elkaar te verenigen en manieren te vinden om tegemoet te komen aan de grote bezorgdheid die aan de amendementen van het Parlement ten grondslag ligt, in het bijzonder door ervoor te zorgen dat het Parlement passend toezicht kan uitoefenen op de formulering van strategieën voor externe samenwerking en de juiste implementering van externe financieringsinstrumenten.

Nationale parlementen. Het Parlement heeft ook amendementen goedgekeurd die verwijzingen invoegen naar nationale parlementen. De Raad heeft deze wijzigingen niet aanvaard. De Commissie is van mening dat aan de voornaamste zorg die aan de amendementen van het Parlement ten grondslag ligt, te weten ervoor te zorgen dat de nationale parlementen kunnen deelnemen aan het toezicht op en de evaluatie van de tenuitvoerlegging van het instrument, tegemoet wordt gekomen door bestaande bepalingen inzake nationale parlementen, met name de protocollen bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

4. CONCLUSIE

De Commissie kan het standpunt van de Raad in eerste lezing aanvaarden