Toelichting bij COM(2010)650 - Follow-up van de kwijting voor het begrotingsjaar 2008 (samenvatting)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

52010PC0650

/* COM/2010/0650 def. */ VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de follow-up van de kwijting voor het begrotingsjaar 2008 (samenvatting) {SEC(2010) 1437} {SEC(2010) 1438}


[afbeelding - zie origineel document] EUROPESE COMMISSIE

2.

Brussel, 18.11.2010


COM(2010) 650 definitief

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de follow-up van de kwijting voor het begrotingsjaar 2008 (samenvatting){SEC(2010) 1437}{SEC(2010) 1438}

3.

PREAMBULE


Dit is het verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de follow-up van de kwijtingsbesluiten voor het begrotingsjaar 2008 i, opgesteld overeenkomstig artikel 319, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikel 147 van het Financieel Reglement en artikel 119, lid 5, van het Financieel Reglement van toepassing op de EOF. Dit verslag wordt in alle officiële EU-talen in deze samengevatte vorm gepubliceerd.

De antwoorden van de Commissie op elk specifiek verzoek van het Parlement en de Raad kunnen worden geraadpleegd in twee werkdocumenten i van de diensten van de Commissie. Zowel deze samenvatting als de werkdocumenten sluiten zo nauw mogelijk aan bij de structuur van de resoluties waarin de verzoeken van het Europees Parlement en de Raad zijn opgenomen. In de werkdocumenten van de Commissie is voor elk verzoek een kruisverwijzing opgenomen naar het (de) desbetreffende punt(en) in de documenten van het Europees Parlement of de Raad.

De Commissie heeft in de kwijtingen voor de algemene begroting en voor de begrotingen van het EOF en de agentschappen in totaal 238 verzoeken van het Europees Parlement aan de Commissie geteld. Zij stemt ermee in om ten aanzien van 108 van deze verzoeken de door het Europees Parlement verzochte maatregelen te nemen. Naar het oordeel van de Commissie zijn ten aanzien van 120 verzoeken reeds de vereiste maatregelen genomen of worden maatregelen ten uitvoer gelegd. In sommige gevallen moeten de resultaten van de acties evenwel nog worden beoordeeld. Ten slotte kan de Commissie om redenen die verband houden met het bestaande rechtskader of haar eigen institutionele prerogatieven, niet instemmen met 10 verzoeken i.

De Commissie heeft ook 126 verzoeken van de Raad geteld. Zij stemt ermee in om ten aanzien van 61 van deze verzoeken de door de Raad verzochte maatregelen te nemen. Naar het oordeel van de Commissie zijn ten aanzien van 63 verzoeken reeds de nodige maatregelen genomen, hoewel in sommige gevallen de resultaten van de maatregelen nog moeten worden beoordeeld. Ten slotte kan de Commissie om redenen die verband houden met het bestaande rechtskader of haar eigen institutionele prerogatieven, niet instemmen met 2 verzoeken i.

De antwoorden van de Commissie met betrekking tot de verzoeken van het Europees Parlement en de Raad naar aanleiding van een aantal speciale verslagen van de Rekenkamer zijn opgenomen in de werkdocumenten van de diensten van de Commissie.

Wat betreft de verzoeken in de resoluties die betrekking hebben op de agentschappen, worden de meeste horizontale vraagstukken waarop de aandacht is gevestigd momenteel behandeld door de interinstitutionele werkgroep die zich bezighoudt met de agentschappen. Verwacht wordt dat de werkgroep eind 2011 haar conclusies zal formuleren. De antwoorden van de Commissie op de aan haar gerichte verzoeken met betrekking tot de agentschappen zijn opgenomen in de werkdocumenten van de diensten van de Commissie.

1.

Samenvatting


4.

VAN DE ANTWOORDEN VAN DE COMMISSIE OP DE VERZOEKEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD IN HET KADER VAN DE KWIJTING VOOR 2008


A) HORIZONTALE VRAAGSTUKKEN

Als gevolg van het gecoördineerde optreden van de Commissie is het foutenpercentage in de betrouwbaarheidsverklaring van de Rekenkamer (VB) in de loop van de laatste jaren gedaald. Op sommige werkterreinen (in het bijzonder het cohesiebeleid) blijft het foutenpercentage te hoog. Met het oog op een verdere vermindering van het foutenpercentage is de Commissie bereid alles in het werk te stellen om de voorwaarden te creëren om tegen 2014 een toename te realiseren met nog eens 20% van de begroting in de 'groene classificatie' van de Europese Rekenkamer. In dit verband wordt evenwel opgemerkt dat elke vooruitgang die op dit punt kan worden geboekt, afhangt van een aantal factoren, in het bijzonder het effect van de lopende acties ter versterking van de controlesystemen, het effect van de wetgeving 2007-2013 en het samenbrengen van beleidsmaatregelen in het jaarverslag van de Rekenkamer.

In mei 2010 heeft Commissaris Šemeta zijn voorstellen over kwijting en audit voorgesteld aan het commissie Begrotingscontrole van het Europees Parlement. In de voorstellen zijn de prioritaire maatregelen opgenomen voor het mandaat van de Commissie (tot 2014). Het gaat met name over de volgende initiatieven: maatregelen om de wetgeving te vereenvoudigen, de oprichting van Europese trustfondsen, managementgaranties van de lidstaten, samenwerking met hoge controle-instanties en nationale parlementen en kordaat optreden op het vlak van terugvorderingen en financiële correcties.

De Commissie is vastbesloten om waar mogelijk voorstellen uit te werken met het oog op de verdere vereenvoudiging van de uitgavenprogramma's om het risico op fouten te verminderen. Zij houdt er evenwel rekening mee dat de vereenvoudiging van de subsidiabiliteitsvoorwaarden, het toespitsen van uitgaven op specifieke doelstellingen en het beteugelen van de fouten binnen een marge van 2% soms tegenstrijdige doelstellingen zijn die zorgvuldig moeten worden afgewogen. De Commissie heeft reeds de grondslag gelegd in haar voorstel voor de driejaarlijkse herziening van het Financieel Reglement, die het mogelijk moet maken om de voorschriften beter af te stemmen op de behoeften van de begunstigden en waarin het belang wordt benadrukt van zowel de resultaten van de progamma's als de inputs door middel van een ruimer gebruik van vereenvoudigde kosten. Eind 2010 zal de Commissie als onderdeel van haar voorstellen op het vlak van kwijting en audit met een mededeling komen waarin de algemene beginselen voor de voorbereiding van de wetgeving na 2013 worden uiteengezet, onder andere wat betreft het evenwicht tussen controlevoorschriften, subsidiabiliteitsvoorwaarden en risico om toereikende garanties te kunnen bieden op vlak van wettigheid, goed financieel beheer en de gerichte besteding van uitgaven.

Het concept van een aanvaardbaar foutenrisico is een essentieel onderdeel van de voorstellen, aangezien in het kader hiervan rekening wordt gehouden met zowel het risico dat voortvloeit uit wettelijke vereisten als de controlekosten en risiconiveaus worden voorgesteld die getolereerd moeten worden in het licht van kostenefficiënte controleniveaus. Op 26 mei 2010 heeft de Commissie de mededeling met als titel 'Meer of minder controles? Op zoek naar het juiste evenwicht tussen de administratieve kosten van controles en het foutenrisico' i goedgekeurd. In deze mededeling werden aanvaardbare risiconiveaus voorgesteld die schommelden rond het midden van de marge van 2% tot 5% (de 'gele' zone) voor zowel plattelandsontwikkeling als onderzoek, energie en transport.

Vereenvoudiging is weliswaar belangrijk, maar het effect van elke voorgenomen vereenvoudiging op de jaarlijkse foutenpercentages in de VB is niet direct voelbaar en op sommige terreinen, zoals plattelandsontwikkeling, zal vereenvoudiging niet toereikend zijn om het foutenpercentage terug te brengen tot onder de materialiteitsdrempel zonder het risico te lopen dat de beleidsdoelstellingen in het gedrang komen. Voor belangrijke meerjarenprogramma's zullen vereenvoudigingen die voor de wetgeving na 2013 worden vastgesteld bijvoorbeeld pas ten vroegste in de VB 2015 tot uiting komen (kwijting 2017). Derhalve dienen niveaus van een aanvaardbaar foutenrisico te worden vastgesteld die in overeenstemming zijn met de thans geldende verordeningen en een passend ijkpunt vormen voor kostenefficiënte controles (vastgestelde niveaus moeten worden aangepast in het licht van toekomstige vereenvoudigingen).

Voor de andere belangrijke beleidsterreinen zal de Commissie eveneens voorstellen op het vlak van aanvaardbaar foutenrisico indienen: voor administratieve uitgaven vóór het einde van 2010; voor externe hulp en ontwikkeling en uitbreiding begin 2011 en vervolgens geleidelijk in de loop van 2011 voor de resterende sectoren, inclusief cohesie. De Commissie merkt op dat het tot de bevoegdheden van de wetgevende macht behoort om te bepalen welke risiconiveaus daadwerkelijk kunnen worden aanvaard. Als gecontroleerde is het niet aan de Commissie om hierover te beslissen.

5.

Betrouwbaarheid van de rekeningen


De Commissie heeft haar project voor boekhoudkundige kwaliteit voortgezet dat heeft bijgedragen tot een verbetering van de onderliggende boekhoudkundige gegevens die worden gebruikt voor het opstellen van de rekeningen 2009. De bestaande lokale toepassingen voor financieel beheer worden reeds gevalideerd om ervoor te zorgen dat zij in overeenstemming zijn met het centrale boekhoudsysteem. Voorts is er ook een ononderbroken toezicht van de diensten van de Rekenplichtige op de toepassing van de afsluitingsbeginselen in de directoraten-generaal.

De pensioenregeling van de Europese Gemeenschappen is in het Statuut vastgelegd. Toen de Commissie in 2003 een voorstel tot wijziging van het Statuut van de ambtenaren heeft ingediend, is terdege rekening gehouden met de mogelijkheid (ondersteund door een uitvoerige actuariële studie) om een pensioenfonds op te richten. Uit de conclusies van het onderzoek bleek evenwel niet dat een dergelijke wijziging gunstig zou uitvallen. In het bijzonder de aanloopkosten voor de oprichting van een dergelijk fonds en het risico dat het fonds verliezen boekt als gevolg van het investeringsklimaat en –beleid zouden reden geven tot bezorgdheid. De Commissie is van oordeel dat de uitgangspunten voor dit onderzoek nog niet zijn gewijzigd en dat de conclusies derhalve geldig blijven.

6.

Begrotingsbeheer


De Commissie heeft verscheidene maatregelen genomen met het oog op een realistische budgettering vanaf de indiening van de ontwerpbegroting door de Commissie. Deze maatregelen omvatten een voortzetting van de inspanningen om te komen tot een verbetering van de uitgavenprognoses door de lidstaten op het vlak van het cohesiebeleid en een transparante verslaglegging over de bestedingspercentages, berekend op basis van de oorspronkelijke begroting en op basis van de definitieve begroting per hoofdstuk van het Financieel Kader.

In de verordeningen over de Structuurfondsen worden de vergoedingen vóór afsluiting beperkt tot 95% van de EU-bijdrage en kunnen de lidstaten tot 15 maanden na het einde van de periode waarbinnen uitgaven subsidiabel zijn, aanvragen om saldobetaling indienen. Derhalve zijn de nog uitstaande betalingsverplichtingen uit het verleden (reste à liquider – RAL) met betrekking tot de periode 2000-2006 beperkt door de verordeningen. Naar verwachting zullen de afsluitende betalingen voor deze periode in 2010 aanvangen en voortduren tot in 2011.

Wat betreft de periode 2007-2013, verwacht de Commissie dat de enkele resterende procedures voor conformiteitsbeoordeling voor de beheers- en controlesystemen in de lidstaten vóór het einde van 2010 beëindigd zullen zijn i.

7.

Terugvorderingen en opschorting van betalingen


De Commissie heeft meer gedetailleerde gegevens opgenomen over de terugvordering van onterecht betaalde bedragen in de toelichtingen bij de rekeningen 2009. Wat het cohesiebeleid betreft, zijn de in het eerste semester van 2010 bij de Commissie ingediende gegevens voor 2009 aanzienlijk verbeterd. In het kader van haar actieplan 2008 ter versterking van haar toezichthoudende rol bij het gedeeld beheer van structurele acties heeft de Commissie in 19 lidstaten nationale systemen gecontroleerd voor ingetrokken en teruggevorderde bedragen. De resterende systemen zullen in 2010 worden gecontroleerd. Voor 2007-2013 is er een gestandaardiseerde IT-procedure voor de indiening van staten van terugvorderingen, hetgeen de kwaliteit van de informatie zou moeten verbeteren. De lidstaten zijn ook verplicht om een onderscheid te maken tussen uit hun eigen controles voortvloeiende correcties en die uit EU-audits.

In het kader van het actieplan ter versterking van haar toezichthoudende rol bij het gedeeld beheer van structurele acties heeft de Commissie haar interne regels en operationele procedures herzien en de opschorting van betalingen en procedures voor financiële correcties versneld wanneer ernstige onregelmatigheden en systemische tekortkomingen bij de tenuitvoerlegging van de programma's waren vastgesteld. Zoals blijkt uit de effectbeoordeling van de Commissie van 17 februari 2010 i, heeft de Commissie in 2008 10 opschortingsbesluiten en in 2009 7 opschortingsbesluiten vastgesteld. Bovendien aarzelt de Commissie niet om in voorkomend geval gebruik te maken van de nieuwe mogelijkheid waarin het regelgevingskader 2007-2013 voorziet en op grond waarvan zij, wanneer systemische tekortkomingen worden vastgesteld voorafgaand aan de inleiding van een opschortingsprocedure, afzonderlijke betalingen onmiddellijk kan onderbreken. De totale waarde van de financiële correcties voor deze werkterreinen bedroeg 3,8 miljard EUR voor 2008 en 2009, tegenover ongeveer 3,6 miljard EUR in de jaren 2000-2007.

Gedetailleerde gegevens over terugvorderingen bij eindbegunstigden en aan de lidstaten opgelegde financiële correcties zijn reeds beschikbaar voor landbouwaangelegenheden.

8.

Jaarlijkse samenvattingen en nationale beheersverklaringen


In haar voorstel voor de driejaarlijkse herziening van het Financieel Reglement heeft de Commissie de rechtsgrondslag voor de jaarlijkse samenvattingen versterkt met haar voorstel dat voor alle beleidsterreinen waar het gedeeld beheer van EU-middelen wordt toegepast, door in de lidstaten erkende beheersorganen jaarlijkse beheersverklaringen zouden worden opgesteld, waarbij een onafhankelijke accountantsverklaring als bijlage is gevoegd (hetgeen reeds het geval is voor landbouw en plattelandsontwikkeling). Verwacht wordt dat de accountantsverklaring de kwaliteit van de ingediende gegevens zal verhogen. Daarnaast wil de Commissie eind 2010 - na een termijn van drie jaar – de jaarlijkse samenvattingen evalueren.

Volgens de Commissie zijn de in het kader van de herziening van het Financieel Reglement voorgestelde beheersverklaringen een meer geschikte methode om zekerheid van lidstaten te verkrijgen dan op politiek niveau ondertekende nationale verklaringen. De Commissie blijft de lidstaten evenwel aansporen om op vrijwillige basis politieke betrouwbaarheidsverklaringen op te stellen, die betrekking hebben op alle EU-middelen die zij ontvangen en waarin de controles met bewijsstukken worden gestaafd en de doelmatigheid van hun beheer- en controlesystemen wordt beoordeeld. Eind 2010 zal de Commissie ook de resultaten bekendmaken van een onderzoek naar de toegevoegde waarde van op vrijwillige basis opgestelde nationale verklaringen.

9.

Het internecontrolesysteem van de Commissie


De Commissie heeft maatregelen genomen om de kwaliteit van de jaarlijkse activiteitenverslagen verder te verhogen, in het bijzonder de motivering en de ingediende bewijsstukken die aan de basis liggen van de verstrekte zekerheid. Voor de jaarlijkse activiteitenverslagen 2009 zijn de richtsnoeren ingrijpend gewijzigd, is een speciale helpdesk opgericht en is meer opleiding gegeven. De Commissie heeft haar systeem van collegiale toetsing verfijnd dat haar diensten ertoe moet aanzetten een passende oplossing te vinden voor de vastgestelde tekortkomingen.

Uit de jaarlijkse activiteitenverslagen 2009 blijkt dat zich een aanzienlijke verbetering heeft voorgedaan in alle diensten van de Commissie, zowel op het vlak van de kwaliteit van de bewijsstukken die ter staving van de betrouwbaarheidsverklaring worden ingediend als met betrekking tot de leesbaarheid van de verslagen. De diensten van de Commissie verstrekken reeds duidelijke informatie in hun verslagen over de doelmatigheid van hun eigen internecontrolesystemen en die van hun uitvoerende partners, alsook over de vastgestelde tekortkomingen en de reeds genomen corrigerende maatregelen. De diensten van de Commissie wordt opgedragen maatregelen te nemen om de oorzaken van de punten van voorbehoud in hun jaarlijkse activiteitenverslagen te verhelpen en om op gezette tijden na te gaan welke vooruitgang is geboekt.

In het verslag 'Synthese van de beheersresultaten van de Commissie' worden de cruciale managementkwesties besproken die in de jaarlijkse activiteitenverslagen aan de orde zijn gekomen en worden de krachtlijnen uitgestippeld. In deze synthese wordt ook verslag uitgebracht over de vooruitgang die is geboekt bij de behandeling van belangrijke horizontale managementkwesties en is een overzicht opgenomen van de in de loop van de voorbije vijf jaar gemaakte punten van voorbehoud.

De Commissie is van oordeel dat het ingevoerde systeem op kruissnelheid is gekomen en dat het in het algemeen de Commissie en de andere instellingen een duidelijk beeld verstrekt van de doelmatigheid van hun eigen internecontrolesystemen.

10.

Interinstitutioneel overleg en het huidige systeem van de kwijtingsprocedure


De Commissie gaat ermee akkoord breed overleg te organiseren tussen de betrokkenen en hoopt dat de begrotingsautoriteit hiervoor in 2011 de noodzakelijke middelen vrijmaakt. De conferentie, die gepland is voor april 2011, moet een gelegenheid zijn om een nieuw partnerschap af te sluiten en de rol en taken van elke partij af te bakenen om de voorwaarden vast te stellen voor verdere verbeteringen in de betrouwbaarheidsverklaring (VB).

11.

Politieke verantwoordelijkheid en administratieve verantwoordelijkheid bij de Commissie


De voorzitter van de Commissie heeft in zijn politieke richtsnoeren bekendgemaakt dat de gedragscode voor de leden van de Commissie zal worden herzien.

Wat betreft de openbaarmaking van de begunstigden van EU-middelen, wordt deze informatie reeds door de Commissie en de overheidsdiensten van de lidstaten ter beschikking gesteld van het publiek. In 2010 heeft de Commissie verdere verbeteringen aangebracht aan haar website over het systeem voor financiële transparantie i die gegevens verstrekt over de begunstigden van EU-middelen onder gecentraliseerd beheer, om te kunnen voorzien in de bekendmaking van de begunstigden van overheidscontracten die met middelen uit de administratieve begroting worden gefinancierd. De Commissie publiceert ook gegevens over de leden van deskundigengroepen in het register van deskundigengroepen van de Commissie en maakt de lijst van de bijzondere adviseurs en hun curricula vitae bekend op haar Europa-website.

Wat betreft de gegevens over niet-gouvernementele organisaties (ngo's), heeft de Commissie een gefaseerd project ingeleid dat tot doel heeft de categorieën 'met winstoogmerk' en 'zonder winstoogmerk' op te nemen in de centrale databank van rechtspersonen van de Commissie. De eerste fase spitst zich toe op de rechtspersonen in de lidstaten, die de overgrote meerderheid van de geregistreerde rechtspersonen uitmaken. De Commissie is voornemens deze doelstelling vanaf 2011 te verwezenlijken.

12.

Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF)


Wat de hervorming van OLAF betreft, hoopt de Commissie dat zij op grond van de resultaten van de interinstitutionele dialoog vóór eind 2010 een gewijzigd voorstel kan indienen en dat het wetgevend proces vóór eind 2011 kan worden afgerond.

Wat de aanstelling van de nieuwe directeur-generaal betreft, heeft de Commissie na de publicatie van de vacature een korte lijst van geschikte kandidaten opgesteld. Zoals in Verordening nr. 1073/1999 is bepaald, is een gunstig advies van het Comité van toezicht vereist over de door de Commissie vastgestelde korte lijst. De lijst met geschikte kandidaten is voor overleg bij het Europees Parlement en de Raad ingediend. De Commissie is vastbesloten de bepalingen van artikel 12 van Verordening nr. 1073/1999 betreffende de aanstelling van de directeur-generaal volledig na te leven en het Europees Parlement en de Raad in een vroeg stadium hierbij te betrekken.

13.

B) Sectorale kwesties


Eigen middelen

Wat de traditionele eigen middelen betreft, zal de Commissie nog steeds verifiëren of de lidstaten op een correcte wijze de afzonderlijke B-rekeningen blijven aanhouden. Vastgestelde tekortkomingen zullen in samenwerking met de desbetreffende lidstaten worden verholpen. Hiervoor worden de nodige richtsnoeren verstrekt. In voorkomend geval zullen maatregelen worden genomen om eigen middelen of verschuldigde rente terug te vorderen.

Wat de btw-middelen betreft, heeft de Commissie managementbijeenkomsten ingevoerd als efficiënt en effectief middel om speciale aandacht verdienende punten van voorbehoud aan te pakken. Het aantal lang aanslepende punten van voorbehoud is teruggebracht van 35 tot 12. Tegelijkertijd zijn maatregelen genomen om het algemene leeftijdsprofiel van de punten van voorbehoud te verbeteren, waarbij 63% van alle lopende punten van voorbehoud thans zijn vastgesteld in 2008 of later.

Wat de bni-middelen betreft, heeft de Commissie gezorgd voor de oprichting en de toepassing van een volledig gemeenschappelijk kader van bni-validering dat gebaseerd is op de verificatie en verbetering van de statistische bronnen en methoden die door de lidstaten worden gebruikt voor de berekening van hun bni-gegevens. Voorts maakt de Commissie sinds 2007 gebruik van rechtstreekse verificatie, stelde zij specifieke, door het bni-comité goedgekeurde regels op en heeft zij rechtstreekse verificatie in bijna alle lidstaten reeds toegepast. In samenwerking met het bni-comité blijft de Commissie haar werkzaamheden op het vlak van de nationale toezicht- en controlesystemen voor de nationale rekeningen voortzetten.

Wat Griekenland betreft, zijn de huidige niveaus van de bni-gegevens die worden gebruikt voor berekeningen en de bijdragen aan de eigen middelen, inclusief de data die in 2008 en 2009 ter beschikking zijn gesteld, in overeenstemming met de resultaten van een grondige verificatie die in 2007 door de Commissie is uitgevoerd. Voorts bleek uit een grondig onderzoek naar de potentiële impact van de kwesties die in het verslag COM (2010) 0001 met betrekking tot de statistieken over het overheidstekort en de overheidsschuld aan de orde kwamen, niet dat er een aanzienlijke impact was op de niveaus van het bnp/bni.

14.

Landbouw en natuurlijke hulpbronnen


Bij de voor de lidstaten geldende controlevereisten op het vlak van de in het kader van het gedeeld beheer gemaakte landbouwuitgaven wordt rekening gehouden met de fundamentele EU-rechtsbeginselen van doelmatigheid, gelijkwaardigheid, loyale samenwerking en evenredigheid. Een voorbeeld van het laatste beginsel is de verhoging van het percentage aanvragen voor directe steun dat door de lidstaten moet worden gecontroleerd, indien in de oorspronkelijke steekproef van 5% een hoog aantal onregelmatigheden is vastgesteld. De lidstaten waarbij in het verleden aanzienlijke tekortkomingen zijn vastgesteld, is verzocht in nauwe samenwerking met de Commissie gedetailleerde actieplannen op te stellen. De tenuitvoerlegging van dergelijke actieplannen wordt nauwgezet opgevolgd door de Commissie, inclusief de in 2009 door Bulgarije en Roemenië opgezette actieplannen om de in deze lidstaten vastgestelde tekortkomingen in het geïntegreerde beheers- en controlesysteem (GBCS) te verhelpen.

De constante verbetering van het GBCS blijkt uit de resultaten van de conformiteitsaudits die de Commissie in de loop van de voorbije jaren in de lidstaten heeft uitgevoerd alsook uit het lage foutenpercentage in de controlestatistieken die zij van de lidstaten ontvangt en die grotendeels door de certificeringsinstanties worden gecontroleerd en gevalideerd. Alle tekortkomingen wordt opgevolgd in het kader van de conformiteitsprocedures die waarborgen dat het risico voor de EU-begroting afdoende is afgedekt.

Wat de plattelandsontwikkeling betreft, en in het bijzonder agromilieumaatregelen, heeft de Commissie verscheidene maatregelen genomen om de bestaande regelgeving te vereenvoudigen en te zorgen voor een doeltreffende en efficiënte uitvoering van de controleregels. De Commissie heeft heel recentelijk haar auditactiviteiten op dit werkterrein uitgebreid en heeft een taakgroep opgericht die belast is met de follow-up van het hoge foutenpercentage waarvan bepaalde lidstaten in 2009 melding hebben gemaakt ten aanzien van de maatregelen voor plattelandsontwikkeling in het kader van zwaartepunt 2. Met het oog op een verdere vereenvoudiging en verduidelijking van bepaalde regels wordt Verordening (EG) nr. 1975/2006 van de Commissie in de loop van 2010 herschikt.

15.

Cohesie, werkgelegenheid en sociale zaken


Het jaarverslag 2008 van de Rekenkamer is alleen gebaseerd op een steekproef van de uitgaven 2000-2006. Derhalve was de verwachting dat de situatie in overeenstemming zou zijn met de vorige jaarverslagen. Voor de periode 2000-2006 zal de Commissie de tijdens de uitvoering vastgestelde tekortkomingen corrigeren en zorgen voor een stringente afsluiting.

Voor de programma's 2007-2013 is de Commissie van oordeel dat het versterkt wettelijk kader de beheer- en toezichtsystemen heeft aangescherpt. De in de periode 2008-2009 genomen vereenvoudigingsmaatregelen moeten resulteren in lagere foutenpercentages bij de tussentijdse betalingen. Op basis van de resultaten van de communautaire audits en de indiening in december 2010 (en vervolgens jaarlijks in december) van de resultaten van de door de auditinstanties van de lidstaten uitgevoerde audits 2009 van de jaarlijkse statistische steekproeven van de in het kader van de programma's 2007-2013 gedeclareerde uitgaven, wordt verwacht dat de eerste effecten van dit versterkt controlekader vanaf eind 2010 zichtbaar zullen zijn.

Een aanwijzing van de resultaten van het versterkte controlekader is de audit van de Commissie van een steekproef van projecten in de periode 2007-2013, waarbij gebruik is gemaakt van een methode die overeenstemt met die van de Rekenkamer. Zoals blijkt uit de effectbeoordeling van de Commissie van 17 februari 2010 i, wijzen de eerste voorlopige resultaten van dit onderzoek (gebaseerd op betalingen tot mei 2009) op een duidelijke afname van het geraamde foutenpercentage, hetgeen doet vermoeden dat de genomen maatregelen doeltreffend zijn. Er moet evenwel voorzichtig met dit resultaat worden omgesprongen, omdat het gebaseerd is op een populatie van 15 lidstaten en niet alle lidstaten, waaronder ook sommige landen waar het merendeel van de ernstige fouten zich in het verleden heeft voorgedaan, in de periode dat het onderzoek is uitgevoerd uitgaven hebben gedeclareerd.

16.

Intern beleid, met inbegrip van onderzoek


De op het terrein van onderzoek uitgevoerde controles, met inbegrip van de auditstrategie, de grondige tenuitvoerlegging van de resultaten van die strategie en de correctie van in de audit opgespoorde systematische tekortkomingen in de niet-gecontroleerde contracten (extrapolatie) zorgen voor een stringente controle van de kostendeclaraties, hetgeen ertoe heeft geleid dat de foutenpercentages mettertijd zijn gedaald. Bovendien wil de Commissie zorgen voor een uniforme uitlegging en toepassing van de voorschriften en procedures.

De Commissie heeft een mededeling goedgekeurd over het vereenvoudigen van de tenuitvoerlegging van de kaderprogramma's voor onderzoek i met de bedoeling een discussie aan te gaan over het minder ingewikkeld maken van de voorschriften, aangezien complexe regelgeving vaak een belangrijke bron van fouten is. De Commissie is van mening dat een dergelijk overleg kan leiden tot concrete voorstellen die vervolgens in het raam van Kaderprogramma 8 ten uitvoer kunnen worden gelegd.

Voor onderwijsaangelegenheden heeft de Commissie in december 2009 bijgewerkte richtsnoeren inzake de uitvoering van secundaire controles bezorgd aan de nationale autoriteiten. De Commissie heeft ook haar controlebezoeken ter plaatse opgevoerd, die zich toespitsen op de aanwezigheid en de toepassing van door de lidstaten beschreven managementprocedures en controles.

De uitvoerige antwoorden van de Commissie op de verzoeken met betrekking tot andere specifieke beleidsterreinen in het kader van het intern beleid kunnen in de bijgaande werkdocumenten van de diensten van de Commissie worden gevonden.

17.

Externe acties, met inbegrip van de Europese Ontwikkelingsfondsen (EOF) en uitbreiding


De Commissie zal haar toezicht- en controlesystemen blijven verbeteren, inclusief verbeteringen in haar auditstrategie en -planning. EuropeAID heeft aanzienlijke verbeteringen tot stand gebracht in haar controlemethodiek en IT-instrumenten (CRIS).

De Commissie verleent alle steun aan de verzoeken om ondersteunende documentatie die de Rekenkamer aan VN-agentschappen heeft gericht. Dit beginsel is ook duidelijk geformuleerd in de Financiële en Administratieve Kaderovereenkomst (FAFA). De vaststelling in april 2009 van de gestandaardiseerde criteria voor verificatiebezoeken heeft geleid tot een verbeterde samenwerking tussen de VN-agentschappen en de EU en heeft ervoor gezorgd dat de samenwerking tussen de VN en de Rekenkamer efficiënter verloopt. De Commissie blijft zich inzetten voor een verbetering van het systeem en heeft met de VN in april 2010 afgesproken dat aanvullende informatie, inclusief passages uit interne en externe controleverslagen, op verzoek ter beschikking kan worden gesteld.

In het kader van de driejaarlijkse herziening van het Financieel Reglement heeft de Commissie voorgesteld dat zij trustfondsen voor externe acties in noodsituaties, operaties na een noodsituatie of crisis of voor thematische acties kan oprichten en beheren.

De Commissie werkt aan een herziening van haar richtsnoeren voor begrotingssteun die naar verwachting eind 2010 wordt afgerond. In het kader van deze herziening wordt specifieke aandacht besteed aan de toezicht- en controlesystemen. Daarnaast wordt ook het toezicht en de jaarlijkse rapportage over de naleving van de subsidiabiliteitscriteria aangescherpt. Projecten voor capaciteitsopbouw binnen het kader van acties op het vlak van begrotingssteun vallen onder hetzelfde toezicht- en controlesysteem als elk ander project, waarbij dus ook in audits wordt voorzien. Meer gedetailleerde informatie over dit en andere verzoeken met betrekking tot het EOF is opgenomen in het werkdocument van de diensten van de Commissie.

Toelichting over de maatregelen die zijn genomen met het oog op een verbetering van de beschikbare informatie over ngo's is opgenomen bij het punt over de horizontale vraagstukken (zie hoger).

Een aantal verbeteringen in het beheer van de pretoetredingssteun worden reeds ten uitvoer gelegd om de effectiviteit en de gevolgen van de financiële bijstand te verhogen en om de financiële bijstand beter te koppelen aan de politieke prioriteiten.

Wat Roemenië en Bulgarije i betreft, brengt de Commissie in het kader van het mechanisme voor samenwerking en toetsing verslag uit over de geboekte vooruitgang op het gebied van de hervorming van het justitiële stelsel, de corruptiebestrijding en – voor Bulgarije - de strijd tegen de georganiseerde misdaad. De laatste reeks verslagen is op 20 juli 2010 goedgekeurd.

18.

Administratieve uitgaven


Wat betreft het informatiesysteem voor individuele rechten (IRIS), heeft het Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO) de opnieuw ontwikkelde modules voor het beheer van individuele rechten reeds getest. Het uitgebreide testprogramma houdt rekening met de lessen die uit de voorbije ervaringen werden getrokken. PMO heeft ook de internecontroleprocedures versterkt om de door de Rekenkamer vastgestelde tekortkomingen betreffende de overdracht van verworven pensioenrechten te verhelpen.

* * *