Toelichting bij COM(2010)461 - MARIENE KENNIS 2020 mariene gegevens en observatie voor slimme en duurzame groei - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2010)461 - MARIENE KENNIS 2020 mariene gegevens en observatie voor slimme en duurzame groei. |
---|---|
bron | COM(2010)461 |
datum | 08-09-2010 |
/* COM/2010/0461 def. */ MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT MARIENE KENNIS 2020 mariene gegevens en observatie voor slimme en duurzame groei
[afbeelding - zie origineel document] EUROPESE COMMISSIE
COM(2010) 461 definitief
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT
MARIENE KENNIS 2020 mariene gegevens en observatie voor slimme en duurzame groei
SEC(2010) 999 SEC(2010) 998
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT
MARIENE KENNIS 2020 mariene gegevens en observatie voor slimme en duurzame groei
CONTEXT
Kennis is een motor voor duurzame groei in de wereldwijde netwerkeconomie. Kennis is dan ook belangrijk voor de totstandbrenging van slimme groei in de Europese Unie overeenkomstig de "Europa 2020–strategie" i. Verruiming van kennis van de zee en de oceanen, die 71% van de oppervlakte van de aarde beslaan, is een van de drie sectoroverschrijdende instrumenten van het geïntegreerde maritieme beleid van de EU i. Mariene kennis kan ook bijdragen tot de verwezenlijking van de twee andere instrumenten, betere ruimtelijke ordening en geïntegreerde maritieme bewaking. De omvang van de toekomstige veranderingen in oceaansystemen, hun effect op de menselijke activiteit en de gevolgen die deze veranderingen van het menselijke gedrag weer voor de oceanen hebben, kunnen niet worden voorspeld zonder de manier te kennen waarop dat systeem nu werkt en in het verleden heeft gewerkt. Kennis is nodig om een goede milieustatus te bereiken voor de mariene wateren, in overeenstemming met de Kaderrichtlijn mariene strategie, de milieupijler van het geïntegreerde maritieme beleid. Kennis is een belangrijk onderdeel van het plan van de EU om marien en maritiem onderzoek i te integreren, en vormt een bijdrage aan de Digitale agenda i.
De opbouw van mariene kennis begint met het observeren van de zee en de oceanen. De gegevens die dit oplevert, worden geordend en vervolgens geanalyseerd om informatie en kennis te vergaren. Vervolgens kan die kennis worden toegepast om slimme duurzame groei tot stand te brengen, de gezondheid van het mariene ecosysteem te beoordelen of om kustgemeenschappen te beschermen.
In deze mededeling gaat het voornamelijk om de eerste twee fasen van de procesketen – d.w.z. de gegevensverzameling en –ordening – op grond van het feit dat openbare informatie in wezen een publiek goed is dat een groot aantal belanghebbenden tot nut kan zijn, terwijl toepassingen specialistischer zijn en ofwel door de markt, ofwel via gerichte beleidsinitiatieven kunnen worden aangepakt. Gegevensverzameling is grotendeels, om redenen van subsidiariteit, de verantwoordelijkheid van de lidstaten. De EU heeft in de ordeningsfase potentieel een toegevoegde waarde vanwege de noodzaak van samenhang, zowel grensoverschrijdend als tussen verschillende gebruikersgemeenschappen.
In de conclusies van de Raad inzake geïntegreerd maritiem beleid van 16 november 2009 i werd de Commissie opgeroepen om voorstellen te doen met betrekking tot de verbetering van het gebruik van wetenschappelijke kennis. Deze mededeling is een reactie op dit verzoek. Er wordt een kader geschetst voor een meer gecoördineerde aanpak van de verzameling en ordening van mariene gegevens en er wordt een actieplan omschreven waarbij de verschillende beleidsmaatregelen van de EU evenzovele puzzelstukjes zijn waarmee dit doel uiteindelijk zal worden bereikt.
Op dit moment worden de meeste mariene gegevens verzameld door publieke instellingen in de lidstaten van de EU, individueel of gezamenlijk, hetgeen 1 miljard euro op jaarbasis i kost. Die gegevens worden verzameld met het oog op een specifiek doel – bijvoorbeeld de exploitatie van mariene hulpmiddelen, zorgen voor een veilige zeevaart, toezicht op de naleving van de regelgeving of het testen van een wetenschappelijke hypothese. Zoals echter door een openbare raadpleging i is bevestigd, krijgen degenen die deze gegevens verwerken of toepassen te maken met een aantal problemen. De gebruikers vinden het moeilijk te ontdekken welke gegevens reeds bestaan. Er bestaan restricties met betrekking tot toegang, gebruik en hergebruik. Versnippering van normen, formaten en nomenclaturen, gebrek aan informatie inzake precisie en nauwkeurigheid, het prijsbeleid van sommige verstrekkers en onvoldoende dekking wat tijd en ruimte betreft, zijn verdere barrières. Daardoor gaat de mogelijkheid verloren om op basis van deze gegevens innovatieve, nieuwe producten en diensten te ontwikkelen i.
Inhoudsopgave
- Doel
- Brussel, 8.9.2010
- HUIDIGE UITDAGINGEN
- HET ONTWIKKELEN VAN BESTAANDE EU-INSTRUMENTEN
- EU-richtlijnen
- Gegevensverzamelingskader voor de visserij
- Wereldwijde monitoring voor milieu en veiligheid (GMES)
- Gezamenlijk systeem voor milieu-informatie (SEIS) en WISE-Marine
- ur-EMODnet
- De EU en de nationale agentschappen
- Kustgegevens
- Parameters verzameling ordening toepassing
- Chemie ur-EMODnet WISE-Marine
- Kustgegevens Eurostat
- NAAR EEN OPERATIONELE MARIENEGEGEVENSARCHITECTUUR
- STURING VAN HET PROCES
- TIJDSCHEMA
STELLINGEN
In het kader van deze mededeling worden drie doelstellingen vastgesteld om de mariene kennis te verbeteren:
1. de operationele kosten en de wachttijden voor diegenen die mariene gegevens gebruiken, reduceren, en daarmee:
- het particuliere bedrijfsleven helpen te concurreren in de wereldeconomie en te voldoen aan de uitdaging die duurzaamheid vormt;
- de kwaliteit van de openbare besluitvorming op alle niveaus verbeteren;
- het mariene wetenschappelijke onderzoek versterken;
2. de concurrentie en innovatie onder gebruikers en hergebruikers van mariene gegevens doen toenemen door ruimere toegang tot snel beschikbare, samenhangende mariene gegevens waarvan de kwaliteit is gecontroleerd;
3. de onzekerheid omtrent de kennis van de oceanen en de zeeën verminderen waardoor een steviger basis wordt geboden voor het beheer van toekomstige veranderingen.
Deze doelstellingen dragen rechtstreeks bij aan enkele van de kerninitiatieven die zijn aangekondigd in de strategie Europa 2020, zoals 'Innovatie-Unie', 'Efficiënt gebruik van hulpbronnen' en 'Industriebeleid in een tijd van mondialisering'.
Het financiële voordeel van een geïntegreerd netwerk ter vervanging van de huidige versnippering van het mariene observatiesysteem is, conservatief geraamd, 300 miljoen euro per jaar i. Verder zal een rationeler gebruik van mariene gegevens niet alleen de efficiëntie van de bestaande gebruikers van mariene gegevens verbeteren, maar zullen ook nieuwe mogelijkheden voor innovatie en groei worden geschapen.
De lidstaten verzamelen reeds veel gegevens, en in sommige gevallen zijn zij hiertoe wettelijk verplicht. Bovendien wordt met verschillende EU-instrumenten en –acties geprobeerd binnen de EU een samenhangende reeks gegevens en observaties beschikbaar te maken.
Deze acties omvatten zowel verplichtingen als ondersteunende maatregelen. Het onderscheid tussen die beide is niet altijd duidelijk, maar grosso modo behelzen de verplichtingen gevallen waarin de EU-wetgeving de lidstaten verplicht gegevens te verzamelen, te ordenen, dan wel daartoe toegang te verschaffen, terwijl de ondersteunende maatregelen enige steun door de EU omvatten.
De Kaderrichtlijn mariene strategie i verplicht de lidstaten te zorgen voor "de vaststelling en uitvoering van gecoördineerde monitoringprogramma ’ s voor de voortgaande beoordeling van de milieutoestand van hun mariene wateren" . De ordening van de beelden van het zeebekken en van de zee op Europese schaal vergt grens- en disciplineoverschrijdende samenwerking. De ervaring tot dusverre laat zien dat sectoren en lidstaten hun gegevens niet uniform, adequaat, efficiënt en snel uitwisselen. Tenzij de Europese Unie op dit gebied zelf actie onderneemt of deze vergemakkelijkt, zal dit naar alle waarschijnlijkheid ook niet gebeuren.
De INSPIRE-richtlijn i verplicht de lidstaten maatregelen vast te stellen voor het uitwisselen van verzamelingen gegevens en diensten tussen overheidsinstanties voor de doeleinden van de overheidstaken, en op grond van de Milieu-informatierichtlijn i moeten de lidstaten de gegevens vrijgeven wanneer ze daarom worden gevraagd. De Richtlijn inzake het hergebruik van overheidsinformatie i vergemakkelijkt het hergebruik van overheidsgegevens door een gemeenschappelijk wetgevend kader vast te stellen waarbij wordt geregeld hoe overheidsinstanties hun informatie beschikbaar moeten stellen voor hergebruik, om barrières zoals discriminerende praktijken, monopoliemarkten en gebrek aan transparantie tegen te gaan.
Deze richtlijnen leggen de wettelijke basis die nodig is voor een beter gebruik van mariene gegevens en, in het geval van INSPIRE, voor gemeenschappelijke normen. Maar zij zijn op zichzelf niet genoeg. Zij zijn niet noodzakelijkerwijs van toepassing op die instanties die niet tot de overheid behoren maar die wel over veel mariene gegevens beschikken – bijvoorbeeld wetenschappelijke en academische instanties – en zij heffen intellectuele-eigendomsrechten niet op. Zij hebben geen betrekking op vrijwel real-time observaties van historische gegevensarchieven.
Bij een evaluatie van de Overheidsinformatierichtlijn i hebben hergebruikers in de sectoren geografie en meteorologie hoge prijzen, restrictieve licentievoorwaarden en discriminatie als barrières gesignaleerd om het potentieel van het hergebruik van overheidsinformatie ten volle te benutten. De toegang tot belangrijke gegevens uit mariene onderzoeksprojecten van het EU-kaderprogramma is alleen verplicht voor instellingen en instanties van de Unie die van plan zijn de gegevens te gebruiken voor de ontwikkeling en de uitvoering van en het toezicht op het milieubeleid.
Overeenkomstig het nieuwe kader voor de verzameling van gegevens dat in 2008 i is ingesteld, zijn de lidstaten verplicht visserijgegevens van hoge kwaliteit te verzamelen, te beheren en te leveren voor wetenschappelijk advies, voornamelijk om de juiste beslissingen op het gebied van visserijbeheer te kunnen nemen. Deze activiteiten worden uitgevoerd in het kader van nationale meerjarenprogramma's die door de Unie worden medegefinancierd. Het nieuwe kader verplicht de lidstaten om tot deze gegevens toegang te verschaffen voor advies op het gebied van visserijbeheer, wetenschappelijke publicaties, openbaar debat en deelneming van belanghebbenden in de ontwikkeling van het beheer. Voor alle andere dan deze doelen moet voor de toegang tot de gegevens, de ordening daarvan per zeebekken en het hergebruik van de geordende gegevens momenteel toestemming worden gegeven door alle andere betrokken eigenaren van de gegevens.
GMES is een breed programma, dat betrekking heeft op zowel het land, de atmosfeer als het mariene milieu. GMES is gericht op het verlenen van diensten op het gebied van milieu en veiligheid en is grotendeels gericht op metingen door satellieten en op producten die op die metingen zijn gebaseerd. Opties voor de mariene kerndienst van GMES worden momenteel door middel van het MyOcean-project getest. De producten zijn voor iedere mogelijke soort gebruik beschikbaar, met inbegrip van commerciële (uit de gegevens voortvloeiende activiteiten) maar niet voor 'ongecontroleerde herverdeling' (verspreiding, bv. via omroep of webpagina's, …).
Het Gezamenlijk systeem voor milieu-informatie (SEIS) i, een aanpak die door de Europese Commissie en het Europees Milieuagentschap (EEA) wordt gestimuleerd, is gericht op de modernisering en vereenvoudiging van de beschikbaarheid, de uitwisseling en het gebruik van gegevens en informatie die nodig zijn voor het opstellen en de uitvoering van milieubeleid, waarbij het idee is de huidige, veelal gecentraliseerde rapportagesystemen geleidelijk te vervangen door systemen die gebaseerd zijn op toegang, uitwisseling en interoperabiliteit.
"WISE-Marine" is de mariene milieucomponent van SEIS, bedoeld om te voldoen aan de rapportageverplichtingen van de Kaderrichtlijn mariene strategie, Richtlijn 2008/56/EG, en om het Europese publiek te informeren over de uitvoering van mariene strategieën. Het wordt een uitbreiding van het huidige Waterinformatiesysteem voor Europa (WISE), dat betrekking heeft op de kustwateren, met het mariene milieu.
Het 'ur-EMODnet', dat wordt gefinancierd via voorbereidende acties voor maritiem beleid i is een prototype EMODnet i dat in principe zijn nut heeft voor mariene en maritieme professionals, maar dat allereerst is ontworpen om het designconcept te testen en feedback te genereren. Thematische groepen i ordenen bestaande gegevens uit verschillende bronnen, gaan de kwaliteit ervan na, zorgen ervoor dat de gegevens compleet zijn, voorzien van descriptoren (metagegevens), zoals tijd en plaats van meting, en maken ze vervolgens beschikbaar via thematische portaalsites. Veel van de inzichten en technologieën die door deze groepen worden gebruikt, zijn ontwikkeld in het kader van EU-onderzoeksprogramma's i. Een aantal regionale autoriteiten zet momenteel een kustinformatiesysteem op om activiteiten te beheren en te plannen. De tot dusverre geordende thema's worden in tabel 1 genoemd. De interoperabiliteit ervan wordt versterkt via identieke normen en halfjaarlijkse coördinatievergaderingen. De door ur-EMODnet geproduceerde gegevenslagen zijn onbeperkt beschikbaar. De bedoeling is dat in 2011 een tussentijdse evaluatie van de resultaten zal worden gehouden en dat in 2013 een eindevaluatie wordt gehouden aan de hand waarvan verdere actie wordt begonnen.
Het huidige ur-EMODnet zorgt zelf echter niet voor voldoende informatie om in 2013 tot een volledige evaluatie te komen. De steekproef is te klein. Het aantal parameters en zeebekkens dat wordt bestreken is kleiner dan nodig is om aan de behoeften van de mariene en de maritieme gemeenschap te voldoen. De dekking is niet fijnmazig genoeg. Het zou een te grote sprong ineens en een te groot risico zijn om meteen van het op voorbereidende activiteiten gebaseerde ur-EMODnet over te schakelen op een EMODnet op 'ware grootte' dat groot genoeg is om te voldoen aan de eisen die volgens de huidige ramingen nodig zullen blijken i. Om de verdere ontwikkeling van een geïntegreerd maritiem beleidsplan voor de periode 2011-2013 te financieren, zal een voorstel voor een verordening worden gedaan. De uitbreiding van EMODnet zal een van de acties zijn die op grond van deze verordening zal moeten worden gefinancierd.
Niet alleen het Europees Milieuagentschap, maar ook het Communautair bureau voor visserijcontrole en het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid krijgen een mandaat om de Europese Commissie en de lidstaten te helpen bij de toepassing van de relevante EU-wetgeving. Bij de uitvoering van hun taken verzamelen deze organisaties relevante gegevens i die voor andere doeleinden en breder zouden kunnen worden gebruikt. Mits passende beveiligingsmaatregelen ten aanzien van de vertrouwelijkheid worden genomen, zouden deze gegevens breder kunnen worden verspreid in een passende, geaggregeerde vorm.
Een groot aantal overheidsinstanties in de lidstaten is eveneens betrokken bij gegevensverzameling.
De kustautoriteiten moeten informatie verzamelen, gebruiken en uitwisselen om de besluitvorming te onderbouwen en de betrokkenheid van het publiek te verzekeren. Het kader voor kustinformatiesystemen wordt verstrekt door de Aanbeveling betreffende de uitvoering van een geïntegreerd beheer van kustgebieden in Europa i.
De kustregio's zijn door Eurostat omschreven als standaard statistische regio's (NUTS 3 i) waarvan ten minste de helft van de bevolking op minder dan 50 km van de kust woont i. Dit zijn 446 regio's, waarvan er 372 een kustlijn hebben. Sociaaleconomische parameters, zoals bevolkingsindicatoren of BBP zijn voor de meeste van deze regio's gratis verkrijgbaar via de Eurostat-website. Voor sommige landen, zoals Polen, Zweden of het Verenigd Koninkrijk, zijn deze regio's zo groot dat zij ook ver in het binnenland wonende delen van de bevolking dekken, zodat ze de bijzondere eigenschappen die kustgemeenschappen kenmerken, niet kunnen weergeven. Pogingen om fijnmaziger gegevens te verzamelen zijn niet succesvol gebleken, vanwege de onbetaalbaar hoge kosten die sommige nationale bureaus voor de statistiek in rekening brengen, omdat sommige bureaus voor de statistiek verzoeken om gegevens niet systematisch afhandelen, en omdat, om redenen van vertrouwelijkheid, geen gegevens kunnen worden verschaft voor regio's met maar een of twee ondernemingen in een bepaalde sector
Economische gegevens – inkomen, kosten, werkgelegenheid – van de visserij, de aquacultuur en de visverwerking worden ook verzameld als onderdeel van het kader voor gegevensverzameling. Economische gegevens over de Europese vissersvloten worden op nationaal niveau samengevat in een economisch verslag i, en steeds vaker ook per zeebekken i.
Een aantal regionale autoriteiten zet momenteel een kustinformatiesysteem op om activiteiten te beheren en te plannen. De INSPIRE-richtlijn en verschillende Interreg-projecten i beginnen er nu voor te zorgen dat deze systemen kunnen samenwerken.
Tabel 1 Bijdrage van EU-initiatieven aan een mariene-gegevensinfrastructuur. Onderzoeksprojecten en nationale initiatieven zijn niet inbegrepen, evenmin als 'verplichte' gegevensuitwisselingen als INSPIRE. De tabel omvat alleen 'ondersteunende maatregelen' die gedeeltelijk uit de EU-begroting worden gefinancierd.
Dieptemeting ur-EMODnet WISE-Marine
Geologie ur-EMODnet
Natuurkunde GMES (ruimtecomponent) GMES (behalve nabij de kust) , ur-EMODnet i GMES
Visserij (en visserijeconomie) Gegevensverzamelingskader Gezamenlijk onderzoekscentrum (en andere gebruikers) ICES i, WTECV i, GFCM i
Biologie ur-EMODnet, GMES i WISE-Marine
Menselijke activiteit (andere dan visserij) i ur-EMODnet WISE-Marine
Voorstellen om de bestaande instrumenten te verbeteren
De Commissie stelt een aantal verbeteringen voor om de effecten van bovengenoemde instrumenten en acties te verbeteren:
- De Commissie neemt de nodige stappen om ervoor te zorgen dat de gegevens van door de EU ondersteunde programma's voor regionale ontwikkeling en voor marien en maritiem onderzoek ruimer beschikbaar zijn voor hergebruik.
- De Commissie zal onderzoeken welke maatregelen verder nodig zijn om kustinformatiesystemen te promoten in haar follow-up van de aanbeveling betreffende het geïntegreerd beheer van kustgebieden van de EU i.
- Demonstraties van de mariene diensten van GMES worden tot 2014 door het thema 'ruimte' van het zevende kaderprogramma ondersteund. Er wordt nagedacht over wat daarna moet gebeuren.
- Op de korte termijn zal de Commissie zich ervan verzekeren dat de nieuwe toegangsregels voor visserijgegevens volledig door de lidstaten zullen worden uitgevoerd. Op de middellange en de lange termijn worden manieren onderzocht om de toegang tot de gegevens te verruimen.
- Om het gebruik van de bronnen te optimaliseren zullen WISE-Marine en EMODnet in het kader van de uitvoering van de Kaderrichtlijn mariene strategie aan elkaar worden gekoppeld. WISE-Marine wordt volgens de planning half 2012 ingesteld en moet dan gegevens van de lidstaten over het mariene milieu en menselijke activiteiten verzamelen en zichtbaar maken. WISE-Marine zal evenals EMODnet worden gebaseerd op WISE, het bestaande rapportagesysteem dat reeds door de lidstaten wordt gebruikt om hun beoordelingen voor de kaderrichtlijn water te rapporteren.
- De Commissie is van plan nog een reeks acties op te zetten om de gegevensdekking, de resolutiegraad en het bereik van geordende parameters te verbeteren i , i.
- De Commissie zal ervoor zorgen dat haar agentschappen regelmatig gegevens vrijgeven.
- De Commissie spoort de lidstaten in dezelfde geest aan om voor een specifiek doel verzamelde gegevens vrij te geven, zo nodig voor tijd en plaats geaggregeerd.
- Eurostat zal de gedetailleerde parameters op het gebied van bevolking en oppervlakte bestuderen om een betere parameterisatie te geven van de invloed van de kust op territoriale regio's voor de statistiek.
Er is dus sprake van verschillende initiatieven waarmee tegemoet wordt gekomen aan de tekortkomingen van het Europese stelsel van mariene gegevens. De belangrijkste doelstellingen van deze initiatieven zijn gelijksoortig, maar niet identiek. Er moet daarom verdere actie worden ondernomen om tot synergieën tussen de verschillende ontwikkelingen te komen.
De Commissie zal de nodige maatregelen nemen om deze initiatieven samen te brengen om een soepele en naadloze voorziening van mariene gegevens te garanderen en om tegelijkertijd redundanties van de gegevensverzamelingsinspanningen te voorkomen. Dit houdt onder meer het volgende in:
- zorgen voor gemeenschappelijke normen i;
- geleidelijke standaardisering van gegevensbeleid. Het uiteindelijke doel is om gratis toegang te verlenen zonder beperkingen van het gebruik;
- ervoor zorgen dat de via initiatieven als ur-EMODnet of het gegevensverzamelingskader verzamelde gegevens voldoen aan de behoeften van de Kaderrichtlijn mariene strategie;
- specifieke actie voor ur-EMODnet in 2010 37 om fysieke in-situgegevens te ordenen als input voor GMES, om de modelresultaten van GMES te valideren en ter dekking van de kustwateren i waarmee GMES zich niet bezighoudt;
- wanneer in 2012 en 2013 de resultaten van ur-EMODnet en het prototype mariene kerndienst van GMES eenmaal beschikbaar komen, nagaan of er in het toezichtnetwerk lacunes zitten;
- een dialoog beginnen met partnerlanden en met internationale organisaties om ervoor te zorgen dat de inspanningen van de EU een bijdrage leveren aan een interoperabel wereldomvattend marienekennissysteem.
De hierboven genoemde instrumenten en acties hebben weliswaar hun verdienste, maar voor de integratie van mariene kennis moet een grotere stap worden gezet. Voor samenhangende, grensoverschrijdende gegevens is een gerichte operationele architectuur nodig. De uiteindelijke vorm hangt af van de operationele ervaring die wordt opgedaan met projecten en initiatieven zoals ur-EMODnet en MyOcean. Het is echter gepast reeds in dit stadium enkele van de onderdelen te noemen die daarin moeten worden opgenomen:
1. De Europese mariene gegevens worden momenteel verzameld voor een specifiek doel – bijvoorbeeld voor veilige navigatie of visserijbeheer – maar er wordt gestreefd naar een model waarbij het van meet af aan de bedoeling is de gegevens voor meerdere doeleinden te gebruiken.
2. De gegevens moeten zo dicht mogelijk bij de bron worden bewaard. Ze moeten op een juiste manier worden bewaakt in geaccrediteerde datacentra. De verwerking van persoonsgegevens, zoals gedefinieerd in de gegevensbeschermingsrichtlijn i, moet volgens in die richtlijn gestelde eisen plaatsvinden.
3. Een doeltreffende Europese mariene-gegevensinfrastructuur moet ook een aantal thematische gegevensordeningsgroepen i omvatten die de gegevens 'ordenen'. Een thematische gegevensorderningsgroep is een consortium van organisaties die gegevens over een specifiek thema ordenen, zoals geologische lagen of chemische contaminanten.
4. Om tot een duurzaam functioneren van mariene observatiesystemen te komen en om essentiële tekortkomingen in deze systemen te achterhalen, is een geïntegreerd beeld op het zeebekkenniveau nodig. Daartoe wordt van bestaande organisaties met een zeebekkenmandaat, zoals de regionale zeeverdragen i, regionale adviesraden voor de visserij en EuroGOOS i een bijdrage verwacht.
5. In een beperkt aantal gevallen kan het passend zijn dat de EU-steun voor mariene gegevens en de observatie-infrastructuur verder gaat dan het ordenen van gegevens, en ook het analyseren en toepassen van deze gegevens omvat, bijvoorbeeld ter ondersteuning van het opstellen van indicatoren voor de staat waarin het mariene milieu zicht bevindt.
6. Voor de kennisarchitectuur is een besluitvormingsproces nodig om uit te maken welke gegevens worden verzameld en hoe die worden geordend. Ook moet een secretariaat worden opgericht om het proces te administreren.
Om een dergelijke infrastructuur tot stand te brengen stelt de Commissie het volgende voor:
- Kennis is niet alleen de verantwoordelijkheid van de overheid. Het Europese bedrijfsleven moet voldoende middelen uittrekken voor een juist niveau van bescherming van de kennis en, wanneer deze haar commerciële waarde heeft verloren, bredere verspreiding daarvan.
- De Commissie zal de communicatie tussen nationale datacentra stimuleren via regelmatige besprekingen binnen haar deskundigengroepen op het gebied van mariene observatie en gegevens, alsmede haar internetforum op het gebied van maritieme aangelegenheden, om goede praktijken op het gebied van gegevensconservering en –verspreiding te bevorderen.
- Om een geïntegreerd overzicht van de monitoringbehoeften te garanderen zal de Commissie onderzoeken hoe een zeebekkencheckpoint i zou kunnen werken bij het opzetten van proefprojecten 37 in de periode 2011-2013.
- De Commissie zal zelf, op basis van advies van de lidstaten, van zeebekkencheckpoints en van haar eigen deskundigen, prioriteiten blijven vaststellen voor het ordenen van gegevens in ur-EMODnet, maar in de periode 2011-2013 zal zij een voorstel doen voor een meer permanent beheer.
- De Commissie zal een prototype-secretariaat 37 opzetten voor het beheer van het ur-EMODnet-proces – het voorbereiden van vergaderingen, het beoordelen van de output van thematische ordeningsgroepen en van zeebekkencheckpoints, waarbij ervoor moet worden gezorgd dat deadlines worden nageleefd en een jaarlijks activiteitenrapport wordt opgesteld.
De verbeterde toegang tot mariene gegevens en observatie is door een onafhankelijke groep deskundigen op het gebied van het verzamelen, ordenen en toepassen van mariene gegevens gemonitord. Deze groep heeft de Commissie geholpen om keuzes te maken ten aanzien van thematische prioriteiten en werkmethoden. De groep zal ook assisteren bij een formele tussentijdse evaluatie die in 2011 begint en waarover begin 2012 wordt gerapporteerd. Die evaluatie omvat kwantitatieve indicatoren die meten in hoeverre van de gegevens uit het prototype ur-EMODnet gebruik is gemaakt door wetenschappers, overheden en het bedrijfsleven. Er zal worden gerapporteerd over de voortgang die wordt geboekt bij het bereiken van de doelstellingen die in deze mededeling zijn geformuleerd.
De Commissie zal ook een groep deskundigen uit de lidstaten oprichten om te zorgen voor samenhang met de lopende werkzaamheden in de lidstaten.
De in deze mededeling geformuleerde voorstellen behelzen acties die de Commissie in de periode 2011-2013 moet uitvoeren. Aan het einde van deze periode wordt nogmaals een effectbeoordeling uitgevoerd ter voorbereiding van de volgende stappen. De Commissie verzoekt om reacties op dit plan.
– Evaluatie van Richtlijn 2003/98/EG, Brussel, 7.5.2009, COM(2009) 212 definitief.
– voor hydrografie/dieptemeting, voor geologie, voor biologie en voor chemie (zie tabel 1). Een voor natuurkundige gegevens is in de maak.
–ISBN 978-92-79-13867-6
– EMODnet, GMES, het gegevensverzamelingskader, enzovoorts.