Toelichting bij COM(2007)549-1 - Herziening van het meerjarig financieel kader (2007-2013)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

NL

1.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN


Brussel, 19.9.2007

COM(2007) 549 definitief


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de herziening van het meerjarig financieel kader (2007-2013)

2.

Voorstel voor een


BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van het Interinstitutioneel akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader

(door de Commissie ingediend)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de herziening van het meerjarig financieel kader (2007-2013)

Financiering van de Europese GNSS-programma's (EGNOS-GALILEO)

Financiering van het Europees Technologie-Instituut

Deze mededeling bevat het voorstel van de Commissie voor de herziening van het meerjarig financieel kader (hierna 'het financieel kader' genoemd) overeenkomstig de punten 21, 22 en 23 van het interinstitutioneel akkoord (IIA) van 17 mei 2006 inzake begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer.

Volgens punt 21 van het IIA kan de Commissie, in onvoorziene omstandigheden, voorstellen het financiële kader te wijzigen in overeenstemming met het maximum van de eigen middelen.

Volgens punt 22 moet een besluit tot herziening van het financieel kader tot 0,03% van het BNI van de Europese Unie worden genomen door beide takken van de begrotingsautoriteit tezamen in overeenstemming met de stemregels in artikel 272, lid 9, vijfde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. Herzieningen van meer dan 0,03% van het BNI van de Europese Unie moeten door beide takken van de begrotingsautoriteit tezamen worden vastgesteld, met eenparigheid van stemmen in de Raad.

Punt 23 van het IIA bevat een aantal voorwaarden waaraan de instellingen in die gevallen moeten voldoen:

1. De instellingen onderzoeken de mogelijkheden van een herschikking van de uitgaven tussen de programma's onder de rubriek waarop de herziening betrekking heeft, met name op basis van verwachte onderbestedingen van de kredieten. Zij streven ernaar om, binnen het maximum van de betrokken rubriek, een significant bedrag vrij te maken zowel in absolute als in relatieve termen van de voorgenomen nieuwe uitgave.

2. De instellingen gaan de mogelijkheden na om een verhoging van het maximum van een rubriek te compenseren met een verlaging van het maximum van een andere rubriek.

3. Een herziening van de verplichte uitgaven van het financieel kader mag niet leiden tot een verlaging van het bedrag voor de niet-verplichte uitgaven1.

4. Bij iedere herziening moet erop worden toegezien dat de juiste verhouding tussen vastleggingen en betalingen wordt gehandhaafd.

1. Aanvullende financiering vanwege onvoorziene omstandigheden

De Commissie is nu van oordeel dat de herziening van het financieel kader gerechtvaardigd is vanwege nieuwe ontwikkelingen bij de financiering van het Galileoprogramma, voor een aanvullend bedrag van 2 400 miljoen euro, en bij de financiering van het Europees Technologie-Instituut, voor een extra bedrag van 309 miljoen euro.

1.1. Ontwikkelingen in het Galileoprogramma

Naast het financieel kader waarover de instellingen overeenstemming hebben bereikt, werd een bedrag van 1,005 miljard euro in lopende prijzen uitgetrokken onder rubriek 1A 'Concurrentiekracht ter bevordering van groei en werkgelegenheid'2 overeenkomstig het voorstel van de Commissie voor de financiering van de stationerings- en exploitatiefase van het Galileoprogramma in de periode 2007-2013.

Dit voorstel was gebaseerd op het oorspronkelijke stappenplan dat uit drie fasen bestond: ontwikkeling en validering 'in de baan', stationering en exploitatie. De ontwikkelingsfase zou geheel uit publieke middelen worden gefinancierd, terwijl de stationerings- en exploitatiefase door zowel de publieke als de particuliere sector zou worden gefinancierd in het kader van een publiek/particulier partnerschap (PPP) en uitgevoerd op grond van een concessiecontract. De EU zou ongeveer een derde van de financiering op zich nemen in de stationeringsfase en een financiële bijdrage verlenen in de drie eerste exploitatiejaren. Naar raming zou de EU, alles tezamen genomen, in de periode 2007-2013 1 miljard euro bijdragen uit de EG-begroting.

Op 17 oktober 2003 werd een aanbesteding uitgeschreven die tot een enkele onderhandelingspartner leidde, namelijk 'Euro-GNSS', een uit acht partners bestaand samengevoegd consortium. Na aanvankelijke onenigheid tussen de bedrijven en na bemiddeling over de verdeling van de taken en verantwoordelijkheden (en over de locaties van de belangrijkste grondinstallaties), zijn de onderhandelingen uiteindelijk in januari 2006 van start gegaan. Begin 2007 liepen de onderhandelingen over het concessiecontract echter vast. De Raad (Ministers van Vervoer) die op 22 maart 2007 bijeenkwam vroeg de Commissie om een uitgebreid verslag over de voortgang van de onderhandelingen met het consortium en alternatieve scenario's voor de snelle stationering van de ruimte-infrastructuur, met inbegrip van de financieringsaspecten. Het Europees Parlement vroeg de Commissie ook passende voorstellen te doen3.

In antwoord op deze verzoeken heeft de Commissie op 16 mei 2007 een mededeling over de stand van zaken van het Galileoprogramma goedgekeurd met de titel "Galileo op een kruispunt: de uitvoering van de Europese GNSS-programma's", aangevuld met een werkdocument van de diensten van de Commissie4. Volgens het beschreven scenario zal de volledige operationele capaciteit met 30 satellieten door de openbare sector worden gefinancierd en ingekocht, gevolgd door een PPP die zich op grond van een concessie met bedrijfs- en exploitatiewerkzaamheden zal bezighouden. De aanvankelijke operationele capaciteit wordt eind 2011 met 18 satellieten bereikt en de volledige operationele capaciteit eind 2012 met 30 satellieten. De openbare inkoop van de volledige infrastructuur vergt in de periode 2007-2013 een investering van 3,4 miljard euro. Het PPP-concessiecontract zou lopen over de periode 2010-2030.

Op grond van deze mededeling is de Raad van Ministers van Vervoer van 6-8 juni 2007 tot de conclusie gekomen dat de lopende concessieonderhandelingen waren vastgelopen en moesten worden beëindigd. De Raad wees nogmaals op de waarde van Galileo als een van de belangrijkste projecten van de Europese Unie en steunde, zonder op de uiteindelijke beslissing vooruit te lopen, de stationering van het Galileosysteem eind 2012. De Raad erkende dat voor de uitvoering van de stationeringsfase van het Galileoprogramma door de openbare sector aanvullende openbare middelen nodig waren en verzocht de Commissie uitgebreide alternatieve voorstellen te doen voor de financiering, dat wil zeggen alle opties van openbare financiering, gebaseerd op aanvullende, grondige evaluaties van de kosten, risico's en tijdschema's.

Daarnaast heeft het Europees Parlement op 20 juni 2007 een resolutie aangenomen waarin het er weer op wees volledig achter het Galileoprogramma te staan, maar bezwaar maakte tegen een financiering met EG-middelen gecombineerd met intergouvernementele aanvullende middelen. Volgens de resolutie zou het programma volledig uit het EG-begroting moeten worden gefinancierd; het Parlement verzocht de Commissie het initiatief te nemen tot een herziening van het financieel kader overeenkomstig punt 22 van het IIA of op een andere wijze die volgens het IIA mogelijk is5.

In haar mededeling "Voortzetting van Galileo: een nieuwe opzet voor de Europese GNSS-programma's6, heeft de Commissie de verschillende financieringsopties uitgebreid geanalyseerd en de aanbeveling gedaan dat het financieel kader wordt herzien om het tekort aan openbare middelen aan te vullen.

Daar onder rubriek 1A van het financieel kader reeds een bedrag van 1 miljard euro is opgevoerd, is het voor de financiering van het volledige hierboven genoemde bedrag uit de EG-begroting noodzakelijk dat onder deze rubriek nog eens 2,4 miljard euro wordt opgevoerd met het volgende vastleggingsprofiel:

Vastleggingskredieten Galileo

(miljoen euro, lopende prijzen)
20072008200920102011201220132007-2013
Reeds opgevoerde vastleggingskredieten10015120125115115101 005
Benodigde aanvullende vastleggingskredieten0+ 789+ 599+ 739+ 120+ 96+ 57+ 2 400
Totaal vastleggingskredieten EG-begroting100940800990271247573 405

1.2. Ontwikkelingen bij het Europees Technologie-Instituut

In 2005 werd het voorstel gedaan een Europees Technologie-Instituut op te richten als onderdeel van de tussentijdse herziening van de Lissabonstrategie. Het voorstel werd verder uitgewerkt na een openbare raadpleging waaraan de belangrijkste universitaire organisaties, onderzoekinstellingen, bedrijfsorganisaties en organisaties op het gebied van industriële innovatie deelnamen. Het concept werd uiteengezet in een eerste mededeling van de Commissie met de titel: "Implementatie van het nieuwe partnerschap voor groei en werkgelegenheid - Oprichting van een Europees Technologie-Instituut als vlaggenschip voor kennis"7. In juni 2006 heeft de Commissie het concept in een tweede mededeling verder uitgewerkt: "Verdere maatregelen voor de oprichting van een Europees Technologie-Instituut (EIT)"8 waarin in ruime mate gebruik werd gemaakt van de resultaten van de raadplegingsprocedure en waarin een aantal kwesties werden behandeld die verband hielden met de voorgenomen opzet en werking van het EIT.

De Europese Raad van 15-16 juni 2006 wees er weer op dat een “Europees Technologie-Instituut dat samenwerkt met bestaande nationale instellingen, een belangrijke factor zal zijn bij het dichten van de kloof tussen hoger onderwijs, onderzoek en innovatie, in combinatie met andere acties ter versterking van het netwerken en van de synergie tussen uitmuntende onderzoek- en innovatiegemeenschappen in Europa.” De Commissie werd verzocht een officieel voorstel voor de oprichting van het EIT in te dienen. Dit voorstel werd op 18 oktober 2006 door de Raad goedgekeurd9. Voor de financiering van het EIT zou in de periode 2008-2013 een bedrag van 308,7 miljoen euro onder rubriek 1A van de begroting moeten worden opgevoerd. Dit bedrag zal de kosten van de bestuursstructuur van het EIT dekken en de Europese dimensie van het project, met name de kosten van coördinatie en mobiliteit die gemaakt zullen moeten worden ter ondersteuning van de 'kennis- en innovatiegemeenschappen'. Dit bedrag is slechts een deel van de totale kosten van het EIT, daar verwacht wordt dat zowel het EIT als de kennis- en innovatiegemeenschappen middelen uit andere bronnen, waaronder de particuliere sector, zullen kunnen aantrekken.

Er werden tijdens de onderhandelingen over het financieel kader 2007-2013 geen specifieke voorzieningen voor het EIT getroffen. De Commissie was van oordeel dat de niet-toegewezen marges onder de maxima van rubriek 1A voldoende zouden zijn om het opstarten van het EIT te financieren. Het voorgestelde bedrag van 308,7 miljoen euro werd daarom opgenomen in de financiële programmering van rubriek 1A10, met een marge van 788,2 miljoen euro over de periode 2008-2013. In de Raad en het Europees Parlement werd echter geen overeenstemming bereikt over de voorgestelde financieringsbron noch over alternatieve financieringsoplossingen die op verschillende trialogen werden besproken. De Commissie kan daarom niet anders dan voorstellen de financieringsbehoeften voor het EIT te dekken door een verhoging van het maximum van rubriek 1A door middel van een herziening van het financieel kader.

Het profiel van de aanvullende vastleggingskredieten die voor het EIT nodig zijn, gebaseerd op het gewijzigde financiële memorandum11, is als volgt:

Vastleggingskredieten

(miljoen EUR - huidige prijzen)
20072008200920102011201220132007-2013
- aanvullende vastleggingskredieten ter financiering van het EIT
0+ 3+ 6+ 30+ 63+ 80+ 127+ 309

2. Mogelijke herschikking van de uitgaven onder het maximum van rubriek 1A

Overeenkomstig punt 23 van het IIA heeft de Commissie de mogelijkheden geanalyseerd om de aanvullende financieringsbehoefte van 2.400 miljoen euro voor Galileo en 309 miljoen euro voor het EIT (dus 2.709 miljoen euro in totaal) te dekken door middelen te vinden onder het huidige maximum van rubriek 1A. Het lijkt erop dat alle programma's met hun budgetten zijn goedgekeurd zonder dat het in dit stadium mogelijk is deze binnen de jaarlijkse maxima in beduidende mate te herschikken of te herprofileren. Wat een mogelijke onderbesteding van de vastleggingskredieten betreft, is het onrealistisch in dit zeer vroege stadium van de programmeringsperiode daarover veronderstellingen te maken. De Commissie stelt echter voor dat 300 miljoen euro beschikbaar worden gesteld binnen de vervoersgerelateerde activiteiten die in het kader van het Zevende Kaderprogramma voor Onderzoek worden gefinancierd12.

In punt 13 van het IIA is bepaald dat de instellingen ervoor moeten zorgen dat voldoende marges beneden de maxima overblijven. Volgens de laatste financiële programmering13 en met uitsluiting van de financiering van het EIT, bedraagt de marge in totaal 1 097 miljoen euro voor de jaren 2008-2013, waarvan het grootste deel tegen het einde van de periode beschikbaar komt, terwijl het grootste deel van de aanvullende financiering van Galileo voor het begin van de periode is. Gelet op punt 13 van het IIA komt de Commissie tot de conclusie dat de marges van rubriek 1A niet gebruikt kunnen worden om de aanvullende financieringsbehoeften van het Galileoprogramma en van het EIT te dekken.

3. Mogelijke compensatie van het verhogen van een maximum door het verlagen van een ander maximum

Na aftrek van 300 miljoen euro voor Galileo-activiteiten die uit het Zevende Kaderprogramma voor Onderzoek moeten worden gefinancierd, moet een tekort van 2 409 miljoen euro worden gedekt. Dit bedrag kan worden gevonden door gebruik te maken van de marges van rubriek 2 'Bescherming en beheer van natuurlijke hulpbronnen' en rubriek 5 'Beheer' die in 2007 en 2008 beschikbaar zijn.

In de huidige begroting 2007 en het voorontwerp van begroting voor 2008 zijn er aanzienlijke marges onder rubriek 2, respectievelijk 2,1 miljard euro in 2007 en 2,5 miljard euro in 2008. Deze marges zijn nagenoeg geheel het resultaat van de voorziene uitvoering binnen de subrubriek 'Marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen' (ELGF).

Volgens de laatste informatie over de uitvoering van de begroting is er in 2007 een beschikbare marge van 2 100 miljoen euro onder rubriek 2. Daarom wordt geoordeeld dat dit maximum met 1 689 miljoen euro kan worden verlaagd.

Wat het voorontwerp van begroting 2008 betreft, leidt het gecombineerde effect van gunstige marktvoorwaarden in de landbouwsector en van bestemmingsontvangen die van 2007 naar 2008 zijn overgedragen tot een verhoging van de totale marge onder rubriek 2 in vergelijking met de begroting van 2007. Voor rubriek 2 in zijn geheel wordt voor 2008 een marge van 2 500 miljoen euro voorzien. In dit stadium wordt niet verwacht dat de nota van wijzigingen, waarbij de cijfers van de ontwerp-begroting 2008 worden bijgewerkt, deze marge zal verlagen. De Commissie is van oordeel dat na verlaging van het jaarlijkse maximum voor rubriek 2 met 500 miljoen euro een voldoende marge voor 2008 zal overblijven.

De Commissie stelt derhalve voor de jaarlijkse maxima van de vastleggingskredieten onder rubriek 2 met 1 689 miljoen euro te verlagen voor 2007 en met 500 miljoen euro voor 2008.

Daarnaast stelt de Commissie voor de maxima van rubriek 5 'Beheer' met 120 miljoen euro te verlagen in 2007 en met 100 miljoen euro in 2008, wat momenteel leidt tot een marge van 16 miljoen euro in 2007 en van 70 miljoen euro in 2008.

De Commissie stelt vervolgens voor de jaarlijkse maxima van rubriek 1A voor de jaren 2008 tot en met 2013 met in totaal 2 409 miljoen euro te verhogen, hetgeen gecompenseerd wordt door een verlaging van de maxima van de rubrieken 2 en 5 voor de jaren 2007 en 2008.

4. Handhaving van ene juiste verhouding tussen vastleggingskredieten en betalingen

Volgens punt 23 van het IIA moet bij een herziening een juiste verhouding tussen vastleggingskredieten en betalingen worden gehandhaafd.

In de begroting 2007 en het voorontwerp van begroting 2008 bedragen de marges van de jaarlijkse maxima voor betalingskredieten respectievelijk 8 293 miljoen euro en 8 215 miljoen euro14. De Commissie stelt daarom voor de verhoging van de betalingskredieten ten behoeve van de financiering van beide programma's te compenseren door een verlaging van de betalingskredieten in 2007 en 2008. Uitgaande van de betalingsprofielen voor Galileo en het EIT in de respectieve (gewijzigde) financiële memoranda, leidt deze werkwijze tot de volgende wijziging van de jaarlijkse maxima voor betalingskredieten:

Betalingskredieten - Totaal

(miljoen EUR - huidige prijzen)
20072008200920102011201220132007-2013
- huidig maximum IIA
123 790129 481123 646133 202133 087139 908142 180925 294
- vereiste wijziging
- 1 809
- 391
+ 329+ 471+ 568+ 454+ 354- 24

Deze wijziging is in haar geheel genomen dus neutraal in begrotingstermen, rekening houdende met aanvullende betalingen ten bedrage van 24 miljoen euro na 2013 volgens het betalingsprofiel van het EIT.

5. overzicht van de voorgestelde herziening van het financieel kader

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de voorgestelde wijzigingen van de maxima in het financieel kader. Deze bedragen zijn uitgedrukt in huidige prijzen.

Vastleggingskredieten (miljoen EUR )2007200820092010201120122013totaal
Rubriek 1A – Concurrentievermogen ter bevordering van groei en werkgelegenheid-+ 742+ 555+ 719+ 133+ 126+ 134+2 409
Financiering van het EIT-+ 3+ 6+ 30+ 63+ 80+ 127+ 309
Financiering van het Galileo-programma *+ 739+ 549+ 689+ 70+ 46+ 7+2100
Rubriek 2 - Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen- 1 689
- 500
------ 2 189
Rubriek 5 – Administratie-120-100------ 220
Totaal van de wijzigingen in de vastleggingskredieten- 1 809
+ 142+ 555+ 719+ 133+ 126+ 1340
Totaal van de wijzigingen in de betalingskredieten- 1 809
- 391
+ 329+ 471+ 568+ 454+ 354- 24

* daarnaast zal 300 miljoen euro beschikbaar worden gesteld uit hoofde van het 7e kaderprogramma voor onderzoek

Totaal verhoging voor Galileo
50

789
50

599

50

739
50

120
50

96
50

57
300

2400


Deze wijzigingen leveren onderstaand financieel kader op voor 2008, waarbij rekening is gehouden met de technische wijzigingen die reeds gepland zijn voor 200815.

De formele beslissing inzake de herziening van het financieel kader dient te verwijzen naar de in het IIA overeengekomen basistabel, die in constante prijzen van 2004 is uitgedrukt. De bedragen die in huidige prijzen zijn uitgedrukt moeten derhalve met behulp van een vaste deflator van 2 % per jaar worden omgerekend naar de prijzen van 2004, overeenkomstig punt 16 van het IIA.

FINANCIEEL KADER 2007-2013 (herzien)

(miljoen EUR– huidige prijzen)


3.

Voorstel voor een


BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van het Interinstitutioneel akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer ten aanzien van het meerjarig financieel kader

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Interinstitutioneel akkoord van 17 mei 2006 betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer16, met name op de punten 21, 22 en 23,

Gezien het voorstel van de Commissie17,

Overwegende hetgeen volgt:

In 2004 diende de Commissie een voorstel in voor een verordening inzake de tenuitvoerlegging van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet18 (Galileo).

In het voorstel voor een verordening werd bepaald dat een bedrag van 1,005 miljard euro tegen huidige prijzen19 moet worden uitgetrokken op de begroting van de Gemeenschap voor de financiering van de stationeringsfase en de exploitatiefase van GALILEO in het tijdvak van 2007 tot 2013, terwijl de overige financiële middelen door de particuliere sector zouden moeten worden verschaft in het kader van een concessiecontract.

Bij de onderhandelingen met betrekking tot het concessiecontract is men er niet in geslaagd het financieringsdeel van het Galileo-programma dat de particuliere sector voor zijn rekening diende te nemen tegen redelijke kosten over te dragen20.

Zowel het Europees Parlement als de Raad hebben de waarde van Galileo als een essentieel project van de Europese Unie bevestigd en erkend dat extra overheidsfinanciering nodig is21.

Op 19 september 2007 hechtte de Commissie haar goedkeuring aan een mededeling aan het Europees Parlement en de Raad over "Voortzetting van Galileo: een nieuw opzet voor de Europese GNSS-programma's"22 en een gewijzigd voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voortzetting van de uitvoering van de Europese programma's voor radionavigatie per satelliet (EGNOS en Galileo)23.

De aanvullende overheidsmiddelen die nodig zijn voor de stationering van volledige operationele capaciteit, gefinancierd en ingekocht door de publieke sector, bedragen 2 400 miljoen euro tegen huidige prijzen.

De Commissie heeft een voorstel ingediend voor een verordening tot oprichting van het Europees Technologie-Instituut (EIT)24 met een specifieke bijdrage uit de begroting van de Gemeenschap van 308,7 miljoen euro in huidige prijzen voor de financiering van de beheersstructuur van het EIT en voor de coördinatieactiviteiten van de 'zes kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG)'. De financiering van het EIT was niet voorzien toen de onderhandelingen over het huidig financieel kader werden afgesloten.

300 miljoen euro kan beschikbaar worden gesteld in het kader van activiteiten in verband met vervoer die gefinancierd worden uit hoofde van het 7e kaderprogramma voor onderzoek25. De overige aanvullende financiële middelen die nodig zijn voor Galileo en het Europees Technologisch Instituut bedragen 2 409 miljoen euro hetgeen een verhoging vergt van de jaarlijkse maxima voor rubriek 1A voor de periode 2008 tot 2013.

De vereiste verhoging van het algemeen maximum van rubriek 1A kan gecompenseerd worden door een verlaging van de maxima voor rubriek 2 'Instandhouding en beheer van natuurlijke hulpbronnen' en rubriek 5 'administratie' voor 2007 en 2008.

Om een passende verhouding tussen vastleggings- en betalingskredieten in stand te houden zouden de jaarlijkse maxima voor betalingskredieten moeten worden aangepast, rekening houdend met de voor 2007 en 2008 beschikbare marges.

Bijlage I van de interinstitutionele overeenkomst betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

BESLUITEN:

Enig artikel

Bijlage I bij het Interinstitutioneel Akkoord betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement Voor de Raal

De Voorzitter De Voorzitter


BIJLAGE

FINANCIEEL KADER 2007-2013 (herzien)


1Voorwaarde die in het geval van onderhavig voorstel niet van toepassing is.

2COM(2004) 477 definitief/2 van 24.5.2006 (Gewijzigd voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de stationerings- en exploitatiefase van het Europese programma voor radionavigatie per satelliet).

3Resolutie van het Europees Parlement van 26 april 2007 inzake de onderhandelingen over het contract voor de Galileo-concessie (P6-TAPROV(2007)0164).

4COM(2007) 261 van 16.5.2007 en SEC(2007) 624 van 16.5.2007.

5Resolutie van het Europees Parlement van 20 juni 2007 inzake de financiering van het Europese programma voor radionavigatie per satelliet (Galileo) in het kader van het interinstitutionele akkoord van 17 mei 2006 en het meerjarenkader 2007-2013 [P6_TA-PROV(2007)072 - PE 391.046/51].

6COM(2007) 534 van 19.9.2007.

7COM(2006) 77 van 22.2.2006.

8COM(2006) 276 van 8.6.2006.

9COM(2006) 604 van 18.10.2006.

10SEC(2007)500 van mei 2007 – Document V van het voorontwerp van begroting 2008 – financiële programmering 2008-2013.

11SEC(2007) 1220.

12Titel 06 van de begroting.

13SEC(2007)500 van mei 2007 – Document V van het voorontwerp van begroting 2008 – financiële programmering 2008-2013.

14De marge voor de betalingen houdt geen rekening met de kredieten voor de Reserve voor Spoedhulp (239,2 miljoen euro) en de pensioenbijdragen van het personeel (77 miljoen euro).

15Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de technische aanpassing van het financieel kader voor 2008 op grond van de ontwikkeling van het BNI, COM(2007) 208 van 24.4.2007.

16PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1

17COM(2007) 549 van 19.9.2007.

18COM(2004) 477 def./2.

19900 miljoen euro tegen prijzen van 2004.

20Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - GALILEO op een tweesprong: de uitvoering van de europese GNSS-programma's", COM(2007) 261 van 16.5.2007, en: de resolutie van de Raad over Galileo die werd goedgekeurd op de 2805ste bijeenkomst van de Raad Vervoer, Telecommunicatie en Energie, Luxemburg, 6-8 juni 2007.

21Resolutie van het Europees Parlement van 20 juni 2007 over de financiering van het Europees programma voor satellietradionavigatie (Galileo) in het kader van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 en het meerjarenkaderprogramma 2007-2013 [PE 391.046, p. 51 – P6_TA-PROV(2007)0272] en bovengenoemde resolutie van de Raad over Galileo.

22COM(2007) 534 van 19.9.2007.

23COM(2007) 535 van 19.9.2007.

24COM(2006) 604 def./2.

25Titel 06 begroting.

NL NL