Toelichting bij COM(2010)490 - Wijziging van Richtlijn 2001/112/EG inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtensappen en bepaalde soortgelijke producten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Bij Richtlijn 2001/112/EG van de Raad van 20 december 2001 inzake voor menselijke voeding bestemde vruchtensappen en bepaalde soortgelijke producten zijn voorschriften betreffende de samenstelling, het gebruik van gereserveerde benamingen, de bereidingsspecificaties en de etikettering van de genoemde producten vastgesteld om het vrije verkeer daarvan binnen de Europese Unie te garanderen.

Richtlijn 2001/112/EG is voor het eerst gewijzigd bij Richtlijn 2009/106/EG van de Commissie van 14 augustus 2009[1]. Bij deze richtlijn zijn minimumbrixwaarden (gehalten aan oplosbare droge stof) vastgesteld voor 18 soorten gereconstitueerd vruchtensap en gereconstitueerd vruchtenmoes en is bepaald welke verkoopbenaming moet worden gebruikt voor uit sapconcentraat verkregen vruchtensap. Deze wijziging van de richtlijn is gebaseerd op herziene internationale normen, met name de Codex Alimentarius voor vruchtensappen en nectars (Codex Stan 247-2005) en de praktijkcode van de Europese vereniging voor vruchtensappen (AIJN).

Het onderhavige ontwerp voor een richtlijn van het Parlement en de Raad is de tweede wijziging van Richtlijn 2001/112/EG en is bedoeld om een groter aantal bepalingen van de door de Codex Alimentarius vastgestelde normen over te nemen, en tegelijk rekening te houden met de praktijkcode van de AIJN. In deze ontwerprichtlijn, die van technische aard is, wordt het onderscheid tussen vruchtensap en uit sapconcentraat verkregen vruchtensap bevestigd, worden de bepalingen inzake de reconstitutie van smaken en aroma’s vereenvoudigd, wordt suiker geschrapt uit de lijst van toegestane ingrediënten en worden tomaten toegevoegd aan de lijst van vruchten die voor de productie van vruchtensappen mogen worden gebruikt.

De markt voor vruchtensappen van de Europese Unie vertegenwoordigt 10% van de volledige consumptie van niet-alcoholhoudende dranken. Wat de segmentering van deze markt betreft, is de productie van uit sapconcentraat verkregen vruchtensap veel groter dan die van rechtstreeks geproduceerd vruchtensap (87,6% ten opzichte van 12,4%). Op het niveau van de wereldmarkt voor vruchtensap is het enige product waarin er een aanzienlijke handel bestaat, concentraat van vruchten en vruchtensap (vooral sinaasappelsap), dat voornamelijk uit Brazilië afkomstig is. Met betrekking tot het rechtstreeks geproduceerd vruchtensap worden de landen van de Europese Unie vooral bevoorraad vanuit de Spaanse markt en ook vanuit Brazilië.

Dit voorstel voor een richtlijn heeft geen gevolgen voor de begroting van de Europese Unie.

Voor dit voorstel voor een richtlijn wordt de gewone wetgevingsprocedure gevolgd waarin het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voorziet. Voortaan wordt rekening gehouden met de nieuwe omschrijving van de bevoegdheden van de Commissie (de artikelen 290 en 291 van het Verdrag). Daarom worden de artikelen 7 en 8 van de huidige richtlijn gewijzigd om alle uitvoeringsmaatregelen in de categorie “gedelegeerde handelingen” onder te brengen.