Toelichting bij COM(2007)372 - Gemeenschappelijke wijnmarktordening en tot wijziging van een aantal verordeningen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

De Europese Unie (EU) neemt in de wereld de eerste plaats in op het gebied van de productie, het verbruik, de uitvoer en de invoer van wijn. De wijnproductie in EU-27 was in 2006 goed voor 5 % van de totale waarde van de landbouwproductie van de EU. Wat kwaliteit betreft, is de reputatie van de EU-wijnen in de hele wereld gevestigd. De wijnsector in de EU is een economische activiteit van vitaal belang, vooral wat werkgelegenheid en exportopbrengsten betreft.

Het wijnverbruik in de EU is in de afgelopen decennia evenwel voortdurend sterk gedaald en, ondanks recent herstel, is de uitvoer van wijn uit de EU sinds 1996 in een veel trager tempo gestegen dan de invoer. Het toenemende gebrek aan evenwicht tussen vraag en aanbod in de wijnsector en de steeds grotere uitdagingen die zich op de Europese en de internationale wijnmarkt voordoen, zetten de prijzen en het inkomen van de producenten onder druk. Toch zijn vele wijnproducenten concurrerend en zijn anderen in staat om dat te worden.

Zoals vermeld in haar mededeling “Naar een duurzame Europese wijnsector” van 22 juni 2006[1] is de Europese Commissie van mening dat de gemeenschappelijke marktordening (GMO) voor wijn fundamenteel moet worden hervormd om beleidsinstrumenten die niet kostenefficiënt zijn, te vervangen door een duurzamer en coherenter rechtskader. Het doel is om binnen het huidige budget voor de wijnsector (ongeveer 1,3 miljard euro, d.i. ongeveer 3 % van het totale landbouwbudget) meer waar voor hetzelfde geld te bieden.

De huidige GMO is vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999. Als het onderhavige voorstel wordt goedgekeurd, zal dit tot gevolg hebben dat de bestaande regelgeving wordt ingetrokken. Dit voorstel voor een verordening, dat ook gebaseerd is op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en meer bepaald op de artikelen 36 en 37, zal, als het wordt goedgekeurd, op 1 augustus 2008 in werking treden en valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap. Toch zullen de lidstaten, door tal van maatregelen die in het kader van dit voorstel worden gefinancierd, overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel kunnen inspelen op de specifieke situaties van hun wijnbouwgebieden.

In overeenstemming met de verbintenissen van de Commissie inzake betere regelgeving zijn bij dit voorstel een bijgewerkte analyse van de economische, sociale en ecologische aspecten van de problemen in verband met de GMO gevoegd, alsmede een bijgewerkte analyse van de impact, de voordelen en de nadelen van het voorstel met betrekking tot deze punten. Voorts wordt in het voorstel rekening gehouden met de resultaten van de besprekingen die werden gevoerd, zowel met de belanghebbenden en de nationale autoriteiten als in de instellingen van de Gemeenschap.

Dit voorstel voor een verordening is een initiatief van de Commissie in het kader van de opeenvolgende hervormingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in 2003 (akkerbouwgewassen en vee[2]), 2004 (olijfolie, tabak en katoen[3]) en 2006 (suiker[4]), en van de voorgestelde hervorming voor groente en fruit van januari 2007, die betrekking hebben op alle belangrijke sectoren behalve wijn. Het houdt ook rekening met het communautaire beleid inzake duurzame ontwikkeling dat de Europese Raad in Göteborg heeft afgesproken, het communautaire beleid inzake vergroting van het concurrentievermogen in het kader van een nieuwe start voor de Lissabonstrategie en het communautaire beleid inzake vereenvoudiging en betere regelgeving bij het GLB.

1.

Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



- Externe expertise

Om de hervorming van de GMO voor wijn voor te bereiden heeft de Commissie een evaluatie achteraf van de huidige regeling gefinancierd. Deze evaluatie werd door een groep Europese academici uitgevoerd. Het evaluatieverslag werd in november 2004 gepubliceerd en kan worden geraadpleegd op de website van de Commissie[5].

Bovendien heeft de Commissie bij de opstelling van de vooruitzichten op middellange termijn voor de wijnmarkt haar veronderstellingen, methodologie en resultaten voorgelegd aan een panel van in de wijneconomie gespecialiseerde academici uit Frankrijk, Spanje, Italië en Duitsland.

- Seminar over wijn

Om belanghebbenden de gelegenheid te geven hun standpunten en ideeën over de huidige situatie en de verwachte ontwikkelingen van de wijnsector naar voren te brengen, werd op 16 februari 2006 een seminar met als titel 'Uitdagingen en kansen voor Europese wijnen' georganiseerd. Dit seminar werd bijgewoond door meer dan honderd personen, die tal van groepen belanghebbenden vertegenwoordigden[6].

- Mededeling van de Commissie en effectbeoordeling

In juni 2006 heeft de Commissie haar eerste conclusies uit de besprekingen getrokken en een mededeling aan de Raad en het Europees Parlement goedgekeurd, waarin zij vier opties voor de hervorming van de GMO in ogenschouw nam. De Commissie heeft alle belanghebbenden verzocht deel te nemen aan een open debat over de toekomstige GMO voor wijn en aangekondigd dat zij op basis van deze besprekingen een hervorming van de GMO zou voorstellen.

Met inachtneming van de situatie in de sector en van de te bereiken beleidsdoelstellingen heeft de Commissie vier mogelijke opties voor de hervorming van de GMO voor wijn in overweging genomen. Drie van die opties – handhaving van de status-quo, hervorming van de GMO voor wijn volgens het bij de hervorming van het GLB gehanteerde model en een volledige deregulering – bieden geen adequate antwoorden op de problemen, de behoeften en de bijzondere kenmerken van de wijnsector.

De Commissie heeft de in het werkprogramma vermelde effectbeoordeling verricht; het verslag kan worden geraadpleegd op de website van de Commissie[7].

- Europese instellingen

Van juli tot en met oktober 2006 hebben in de Raad intensieve besprekingen plaatsgehad, vooral tijdens drie vergaderingen van de Landbouw- en Visserijraad.

In december 2006 hebben zowel het Europees Economisch en Sociaal Comité als het Comité van de Regio’s hun verslagen over de hervorming van de wijnsector goedgekeurd.

In februari 2007 heeft het Europees Parlement zijn initiatiefverslag over de mededeling goedgekeurd.

- Raadpleging van de belanghebbenden

De Commissie heeft tal van vergaderingen met belanghebbenden gehouden, en ook in de Raadgevende Groep Wijn vonden besprekingen plaats.

Daarnaast heeft de commissaris voor Landbouw en plattelandsontwikkeling sinds februari 2006 tal van diverse wijnbouwgebieden in de hele Europese Unie bezocht met als doel een rechtstreekse en concrete dialoog met de Europese wijnsector aan te gaan.

- Grootste pijnpunten

Tijdens alle besprekingen die sinds de goedkeuring van de mededeling van de Commissie plaatsvonden, hebben de lidstaten en vele belanghebbenden de gelegenheid gehad hun bedenkingen te uiten. Hoewel op sommige punten uiteenlopende meningen te horen waren, onderschrijven de meesten van hen grotendeels het volgende:

- het is dringend nodig de GMO ingrijpend te hervormen in het licht van de economische analyse, de probleemdiagnose en de hervormingsdoelstellingen van de Commissie,

- te snelle en te omvangrijke rooiing houdt sociale en economische risico’s in,

- het is dringend nodig de marketing en de afzetbevordering in de wijnsector te versterken,

- de kwaliteit loopt gevaar als het verbod op het gebruik van ingevoerde most voor de wijnbereiding en het verbod op versnijding van EU-wijn met ingevoerde wijn worden opgeheven.

Landen die geen wijn produceren, hebben erop gewezen dat het noodzakelijk is kostenefficiëntere en meer consumentgerichte maatregelen in te voeren.

In het onderhavige voorstel heeft de Commissie terdege rekening gehouden met de genoemde pijnpunten.

2.

Juridische elementen van het voorstel



- Doelstellingen van de hervorming

De hervorming omvat de volgende doelstellingen:

- de wijnproducenten in de EU concurrerender maken; de reputatie van de kwaliteitswijnen van de EU als de beste ter wereld versterken; in de EU en de rest van de wereld oude markten terugwinnen en nieuwe markten veroveren;

- een wijnregeling instellen waarbij met duidelijke, eenvoudige en doeltreffende regels wordt gewerkt om vraag en aanbod met elkaar in evenwicht te brengen;

- een wijnregeling instellen die de beste tradities van de wijnproductie in de EU behoudt, het sociale weefsel in vele plattelandsgebieden versterkt en ervoor zorgt dat bij elke productie rekening wordt gehouden met het milieu.

Bij het nieuwe wijnbeleid van de EU moet ook de nodige aandacht worden geschonken aan de toegenomen bezorgdheid van de samenleving wat de bescherming van de gezondheid en van de consument betreft. Daarnaast moet het nieuwe beleid verenigbaar zijn met de regels van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), consistent zijn met het hervormde GLB (eerste en tweede pijler) en in overeenstemming zijn met de financiële vooruitzichten.

Tot slot zij erop gewezen dat dit voorstel tot stand is gekomen in het licht van het voorstel van de Commissie voor een verordening van de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten. Sommige horizontale bepalingen zijn aangepast, vereenvoudigd en gestroomlijnd zodat de hervormde GMO voor de wijnsector gemakkelijk in die ene GMO kan worden opgenomen.

Samenvatting van de voorgestelde maatregelen



De Commissie onderkent de problemen, de mogelijkheden en de bijzondere kenmerken van de wijnsector en beseft, na de grondige analyse in de effectbeoordeling, dat het nodig is een specifieke GMO voor wijn te handhaven, zij het dat deze ongetwijfeld fundamenteel moet worden hervormd.

De uitdaging bestaat erin de productiestructuur en het regelgevingskader zo aan te passen dat zich een duurzame en concurrerende Europese wijnsector met vooruitzichten op lange termijn kan ontwikkelen, terwijl er tegelijk voor wordt gezorgd dat de begrotingsmiddelen zo kosteneffectief mogelijk worden gebruikt. Dit zal ertoe leiden dat alle inefficiënt gebleken maatregelen vanaf de eerste dag worden afgeschaft; hierbij gaat het om de steun voor de distillatie van bijproducten, de distillatie tot drinkalcohol en de distillatie van wijn uit druiven voor dubbel gebruik, de steun voor particuliere opslag en de uitvoerrestituties. De steun voor het gebruik van most voor verrijking, die is ingevoerd om extra kosten ten opzichte van verrijking met suiker te compenseren, zal worden afgeschaft in lijn met de invoering van een verbod op het gebruik van suiker voor verrijking. De crisisdistillatiemaatregel zal worden vervangen door twee crisisbeheersmaatregelen die worden opgenomen in het uit de nationale enveloppe te financieren menu.

Een belangrijk kenmerk van de verreikende hervorming zal zijn dat de nieuwe GMO voor wijn WTO-vriendelijk zal worden gemaakt. Zo zullen de huidige handelsverstorende interventiemaatregelen ("oranje box") worden afgeschaft en in die gevallen waarin interne steunmaatregelen blijven bestaan, zal de voorkeur worden gegeven aan maatregelen die onder de 'groene box' vallen.

De voorgestelde aanpak omvat twee fasen: in de eerste fase van 2008 tot en met 2013 wordt het marktevenwicht hersteld en worden degenen die niet kunnen concurreren, geholpen om op waardige wijze de sector te verlaten. Gedurende de hele periode zullen nieuwe maatregelen worden ingevoerd om het concurrentievermogen te vergroten, met inbegrip, in een tweede fase, van de afschaffing van de regeling aanplantrechten vanaf 1 januari 2014.

3.1 Vernieuwde, vereenvoudigde en rechtlijniger regelgevingsmaatregelen

Minder beperkingen voor de producenten

De regeling ter beperking van de aanplantrechten zal worden verlengd van 2010 tot en met 2013.

Daarna wordt, vanaf 1 januari 2014, het aanplanten van wijnstokken onbeperkt toegestaan om het concurrentievermogen te versterken. Het is de bedoeling concurrerende wijnproducenten in staat te stellen hun productie uit te breiden zodat zij in de EU en in derde landen oude markten kunnen terugwinnen en nieuwe markten kunnen veroveren. Dit neemt niet weg dat nieuwe marktrealiteiten en de bevoegdheden van de lidstaten inzake het recht op beschermde oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen (bijvoorbeeld afbakening van het gebied, vaststelling van de maximumopbrengst en andere stringentere regels betreffende productie, verwerking en etikettering), samen met de afschaffing van het vangnet van de systematische distillatie, de facto het aantal hectaren zullen beperken en de productie van overschotten zullen voorkomen. Producenten zullen pas tot het opstarten van een nieuwe productie beslissen als zij zeker zijn van economische afzetmogelijkheden voor hun producten.

Beter aanpasbare oenologische procedés, waarbij:

- de verantwoordelijkheid voor de goedkeuring van nieuwe oenologische procedés en de wijziging van bestaande oenologische procedés met inbegrip van het overnemen van het acquis , wordt overgedragen van de Raad aan de Commissie, behalve wat verrijking en aanzuring betreft;

- de Commissie de oenologische procedés die door de Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV) zijn goedgekeurd, beoordeelt en beslist welke elementen in een verordening van de Commissie worden opgenomen;

- wordt toegestaan dat oenologische procedés die reeds internationaal zijn erkend, in de EU worden gebruikt voor de bereiding van wijn voor uitvoer naar de betrokken bestemmingen;

- de eis van een minimaal natuurlijk alcoholgehalte in wijn wordt geschrapt.

Duidelijker, coherenter en bijgevolg meer marktgerichte indeling en etikettering van wijnen:

Het concept kwaliteitswijn uit de EU is gebaseerd op de geografische oorsprong (in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijn). De EU wil dit concept bevestigen, aanpassen, promoten en verbeteren voor toepassing in de hele wereld.

Het kwaliteitsbeleid zal duidelijker, eenvoudiger, doorzichtiger en dus doeltreffender worden gemaakt door de volgende maatregelen:

- er zal een duidelijke kaderregeling voor wijn met een geografische aanduiding (GA) worden vastgesteld die consistent zal zijn met het horizontale kwaliteitsbeleid (Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad). Wijn met een geografische aanduiding zal verder worden onderverdeeld in wijn met beschermde geografische aanduiding (BGA) en wijn met beschermde oorsprongsbenaming (BOB). Er zal een procedure voor de registratie en de bescherming van de geografische aanduidingen worden vastgesteld;

- het verbod op een te intense persing van de druiven wordt behouden om de wijnkwaliteit te garanderen (dit moet wordt toegepast in het kader van het subsidiariteitsbeginsel);

- de rol van de brancheorganisaties wordt uitgebreid om hen in staat te stellen de kwaliteit van de in hun gebieden geproduceerde wijn te controleren en te beheren. Ook worden de controle-instrumenten versterkt, met name voor de productie van uit bepaalde druivenrassen verkregen wijn ( vin de cépage ).

De Commissie stelt voor de etiketteringsbepalingen te vereenvoudigen door het opzetten van een enkel regelgevingskader dat geldt voor alle verschillende wijncategorieën en bijbehorende aanduidingen. Dit kader zal beantwoorden aan de behoeften van de consument en zal meer in overeenstemming zijn met het kwaliteitsbeleid voor wijn. Met name houdt dit het volgende in:

- overdracht van de bevoegdheid van de Raad aan de Commissie;

- gebruik van een enkel regelgevingsinstrument voor alle wijn door de regels in de horizontale etiketteringsrichtlijn 2000/13/EG op passende wijze aan te vullen om tegemoet te komen aan de bijzondere behoeften van de wijnsector op het gebied van verplichte en facultatieve etikettering;

- verbetering, met inachtneming van het WTO-beleid, van de flexibiliteit van het etiketteringsbeleid door het onderscheid af te schaffen tussen de etiketteringsregels voor wijn met een beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding en die zonder, waarbij het belangrijkste is dat de vermelding van het wijndruivenras en het oogstjaar op wijn zonder beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding wordt vergemakkelijkt, terwijl ook adequate traceerbaarheidseisen in acht worden genomen;

- zorgen voor voorlichting en bescherming van de consument, en de consumenten volledig inlichten over de oorsprong van het product via passende etiketteringsregels betreffende de traceerbaarheid.

3.2 Invoering van een nationale enveloppe waarmee de lidstaten hun specifieke situatie kunnen verbeteren

Overeenkomstig het financieel memorandum zal het totale budget voor deze soort van maatregelen van 623 miljoen euro in 2009 oplopen tot 830 miljoen euro vanaf 2015.

Hieruit zal aan elke wijnproducerende lidstaat een enveloppe ter beschikking worden gesteld, die wordt berekend aan de hand van drie objectieve criteria, namelijk het aandeel in het areaal, de productie en de historische uitgaven, volgens de verdeelsleutel van, respectievelijk, een vierde, een vierde en een half, behalve voor het gedeelte afzetbevordering waar voor het aandeel in het areaal en in de productie telkens een half wordt gehanteerd.

Elke lidstaat zal deze enveloppe kunnen gebruiken om naar eigen voorkeur maatregelen uit een bepaald menu te financieren; hierbij gaat het onder meer om:

- nieuwe steun voor afzetbevordering in derde landen;

- de regeling voor de herstructurering/omschakeling van wijngaarden;

- nieuwe steun voor het groen oogsten;

- nieuwe crisisbeheersmaatregelen, d.i. een verzekering tegen natuurrampen en de financiering van de administratieve kosten die gepaard gaan met de oprichting van een sectorspecifiek onderling fonds.

Om concurrentieverstoring te voorkomen zullen voor het gebruik van de enveloppe bepaalde gemeenschappelijke regels gelden, inclusief minimumregels op milieugebied die volgens de beginselen van de randvoorwaarden zullen worden toegepast. Voorts zal de enveloppe pas mogen worden gebruikt nadat het specifieke nationale programma bij de Commissie is aangemeld.

3.3 Verduurzaming van de sector door intenser gebruik van maatregelen voor plattelandsontwikkeling

Tal van maatregelen die reeds onder de verordening inzake plattelandsontwikkeling[8] vallen en in de door de lidstaten vastgestelde programma’s zijn opgenomen, kunnen ook interessant zijn voor de wijnsector, aangezien zij de wijnbouwers, de verwerkers en de handelaren belangrijke stimulansen en voordelen kunnen bieden. Voorbeelden van dergelijke maatregelen zijn:

- vestiging van jonge landbouwers, investeringen in technische voorzieningen en verbetering van de afzet;

- beroepsopleiding;

- steun voor voorlichtings- en afzetbevorderingsactiviteiten die worden opgezet door producentenorganisaties die tot een kwaliteitsregeling zijn toegetreden;

- agromilieusteun ter dekking van extra kosten en inkomstenverlies als gevolg van het creëren en in stand houden van wijngaard- /cultuurlandschappen;

- vervroegde uittreding: steun voor landbouwers die besluiten om definitief met alle commerciële landbouw te stoppen met het oog op overdracht van het bedrijf aan andere landbouwers.

Het verbod op het gebruik van suiker voor verrijking zal sommige wijnproducenten die reeds lang gebruik maken van dit procedé, dwingen om voor de overschakeling op het gebruik van most de nodige investeringen te doen. In het kader van de plattelandsontwikkeling kunnen de lidstaten investeringssteun verlenen aan wijnproducenten die van het gebruik van suiker voor verrijking moeten overschakelen op het gebruik van most.

De programma’s voor plattelandsontwikkeling voor de periode 2007-2013 worden momenteel voorbereid. Om te bevorderen dat de vermelde maatregelen erin worden opgenomen, zullen middelen moeten worden overgeheveld van begrotingsonderdelen voor marktuitgaven en rechtstreekse betalingen naar begrotingsonderdelen voor plattelandsontwikkeling. De betrokken middelen moeten specifiek worden bestemd voor wijnproducerende regio's, zoals dit ook is gebeurd in twee andere sectoren (tabak en katoen).

Het overgehevelde budget zal variëren tussen 100 miljoen euro in 2009 en 400 miljoen euro vanaf 2014. Aangezien de plannen voor plattelandsontwikkeling al zullen zijn vastgesteld, zullen de lidstaten de mogelijkheid krijgen ze zo aan te passen dat ze een belangrijke bijdrage kunnen leveren tot de toekomstige economische welvaart van de actoren in de wijnsector en tot het behoud van het milieu in de wijnbouwgebieden.

3.4 Betere voorlichting van de consument over Europese wijn

Tal van belanghebbenden hebben, vooral tijdens het seminar van 16 februari 2006, erop gewezen dat meer nadruk moet worden gelegd op de marketing en de afzetbevordering in de wijnsector. De Commissie is voornemens om een krachtig en verantwoord afzetbevorderings- en voorlichtingsbeleid te blijven voeren. Alle mogelijkheden die de communautaire regelgeving biedt, moeten worden benut en daarnaast moeten enkele nieuwe mogelijkheden worden gecreëerd om het volgende te kunnen uitvoeren:

- nieuwe projecten voor afzetbevordering buiten the EU, waarvoor de nationale enveloppes zullen worden gebruikt. Hiervoor is een ambitieus budget van 120 miljoen euro geoormerkt, ongeveer 9 % van het budget dat voor de hele sector is toegekend. Deze maatregelen zullen voor 50 % uit de begroting van de Gemeenschap worden gecofinancierd;

- projecten voor versterkte afzetbevordering waarbij middelen voor plattelandsontwikkeling worden aangewend voor producentenorganisaties die tot een kwaliteitsregeling zijn toegetreden;

- nieuwe voorlichtingscampagnes over een verantwoord/matig wijnverbruik, die in de EU binnen het horizontale rechtskader voor afzetbevordering met een hoger cofinancieringspercentage (vastgesteld op 60 %) zullen worden gefinancierd. De huidige voorlichtingscampagne over de indeling op basis van Europese geografische aanduidingen zal ook worden versterkt. Daartoe zal Verordening (EG) nr. 2826/2000 worden gewijzigd en zullen meer middelen ter beschikking worden gesteld.

3.5 Preventie van milieurisico’s

Bij de productie en de afzet van wijn moet ten volle rekening worden gehouden met de milieuproblematiek, vanaf de wijnbouwmethoden tot en met de verwerkingsmethoden. De Commissie is voornemens ervoor te zorgen dat de hervorming van de wijnregeling tot een verbetering van de milieueffecten van de wijnbouw en de wijnbereiding leidt, met name wat betreft bodemerosie en -vervuiling, het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en het afvalbeheer.

Met het oog hierop stelt de Commissie voor:

- alle wijnbouwgebieden aan de bedrijfstoeslagregeling te laten deelnemen, wat betekent dat de naleving van de randvoorwaarden voor steeds meer producenten verplicht wordt;

- de gerooide oppervlakten automatisch in de bedrijfstoeslagregeling op te nemen, wat betekent dat de naleving van randvoorwaarden voor dit areaal verplicht zal zijn;

- minimale milieueisen te koppelen, enerzijds, aan de toekenning van de rooipremie ter voorkoming van bodemdegradatie en, anderzijds, aan de uit de nationale enveloppes te financieren herstructureringsmaatregelen en maatregelen inzake het groen oogsten;

- een aanvaardbaar minimumniveau van milieuzorg bij de wijnbereiding in te voeren;

- de middelen die ter beschikking worden gesteld voor de programma’s voor plattelandsontwikkeling te verhogen, bijvoorbeeld in het kader van as 2, zodat ondersteunende maatregelen kunnen worden genomen om het milieu en het platteland te verbeteren.

3.6 Een alternatief voor minder concurrerende producenten

Hoewel vele producenten al competitief zijn of hun concurrentievermogen zullen vergroten dankzij de nieuwe maatregelen in het kader van de hervorming, bevindt een aantal van hen zich momenteel in een precaire situatie. Hun inkomen is vaak negatief en op een steeds concurrerender markt zal het voor hen uiterst moeilijk zijn een faillissement te voorkomen. Om het deze producenten mogelijk te maken op waardige wijze de sector te verlaten, moet een regeling voor definitieve stopzetting gehandhaafd worden.

De wijnbouwers moeten de vrije keuze hebben om hun wijngaarden al dan niet te rooien. Om evenwel sociale en/of milieuproblemen te voorkomen zullen de lidstaten het rooien in berggebieden, in wijngaarden op steile hellingen en in regio’s met specifieke milieubeperkingen kunnen beperken en/of het rooien kunnen stopzetten als de totale gerooide oppervlakte meer dan 10 % van hun wijnbouwareaal bedraagt.

De rooipremie zal worden verhoogd tot een aantrekkelijk niveau. Om te bevorderen dat vanaf het eerste jaar gebruik van die premie wordt gemaakt, zal de premie in de resterende periode waarin aanplantbeperkingen gelden, geleidelijk worden verlaagd. Met het toegewezen budget zal in een periode van vijf jaar ongeveer 200 000 ha in de EU kunnen worden gerooid. Deze oppervlakte komt overeen met het te elimineren deel van het structurele overschot, waarbij rekening wordt gehouden met de recente verbeteringen van de handel en met de positieve gevolgen voor het marktevenwicht die worden verwacht van de andere voorgestelde maatregelen, met name de afschaffing van de verrijking met suiker, afzetbevordering, het groen oogsten en de steun voor plattelandsontwikkeling.

De vroeger voor de wijnproductie gebruikte landbouwgrond zal na de rooiing voor steun in aanmerking komen in het kader van de bedrijfstoeslagregeling en voor die oppervlakte zal de gemiddelde regionale ontkoppelde rechtstreekse betaling worden toegekend.

3.7 Handel met derde landen

Aangezien de WTO-onderhandelingen nog steeds voortgaan en de resultaten ervan nog niet bekend zijn, wordt in het hervormingsvoorstel niet geraakt aan het huidige rechtskader voor de externe handel, behalve wat betreft de uitvoerrestituties.

Er is wel een analyse gemaakt van het effect en de rol van de uitvoerrestituties voor wijn. Het economische effect is aanzienlijk teruggelopen. Uitvoer met restituties neemt namelijk minder dan 15 % van het totale uitvoervolume voor zijn rekening. De waarde van de uitvoerrestituties vormt 3,4 % van de waarde van de producten die voor die uitvoerrestituties in aanmerking komen. Daarom wordt aangenomen dat de middelen voor dit instrument efficiënter kunnen worden gebruikt, o.m. voor afzetbevordering, en wordt voorgesteld de uitvoerrestituties af te schaffen.

3.8 Versterking van de coherentie van het GLB, vereenvoudiging en volledige overeenstemming met de communautaire regelgeving

Dat alle wijnbouwgebieden nu in aanmerking zullen komen voor deelname aan de bedrijfstoeslagregeling is een belangrijke stap, die tot doel heeft de wijnproducenten veel flexibiliteit te bieden en te garanderen dat zij op gelijke voet worden behandeld met de andere landbouwers. Daartoe zal Verordening (EG) nr. 1782/2003 worden gewijzigd.

Het voorstel voorziet in de vereenvoudiging van de regelgeving, de vereenvoudiging van de administratieve procedures voor de communautaire, nationale en regionale overheidsdiensten en de vereenvoudiging van de administratieve procedures voor de particuliere sector. De administratieve vereenvoudiging als gevolg van de afschaffing van de marktmaatregelen en van de aanplantrechten vanaf 2014 is bijvoorbeeld één van de grote voordelen van de voorgestelde hervorming. De vereenvoudiging en elektronische transmissie van begeleidende documenten moeten ook worden aangemoedigd.

Los van de afschaffing van de aanplantbeperkingen moeten de marktdeelnemers en de lidstaten voldoen aan de bestaande communautaire regelgeving met betrekking tot de zogenoemde onregelmatige wijngaarden en illegale wijngaarden. Naleving van de betrokken regels is van cruciaal belang voor de werking van de GMO. Als die regels niet worden nageleefd, zal de Commissie passende maatregelen (blijven) nemen in het kader van de procedure voor de goedkeuring van de rekeningen of zo nodig inbreukprocedures op grond van artikel 226 van het Verdrag inleiden.

3.

Gevolgen voor de begroting



De voorgestelde hervorming leidt niet tot een verhoging van de kosten ten opzichte van het recent aan de sector toegewezen bedrag van 1,3 miljard euro. Dit budget zal worden gebruikt:

- in de nieuwe GMO, enerzijds voor nationale enveloppes die o.m. moeten dienen voor de bevordering van de afzet in derde landen en anderzijds voor rooiing,

- voor overdracht naar plattelandsontwikkelingsmaatregelen ten behoeve van wijnbouwgebieden, en

- voor overdracht naar de bedrijfstoeslagregeling naargelang van de gerooide oppervlakte.

Verwacht wordt dat de begrotingsmiddelen dankzij de veranderingen en vernieuwingen in de regeling efficiënter zullen worden gebruikt.

Voorts zullen de middelen voor voorlichting in de interne markt over wijn met een beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding, wijn op basis van één enkele druivensoort en verantwoord wijnverbruik met 3 miljoen euro worden verhoogd.

INHOUD

TITEL I INLEIDENDE BEPALINGEN 25

TITEL II STEUNMAATREGELEN 26

Hoofdstuk I Steunprogramma’s 26

Afdeling 1 Inleidende bepalingen 26

Afdeling 2 Steunprogramma’s 26

Afdeling 3 Specifieke steunmaatregelen 28

Afdeling 4 Algemene bepalingen 32

Hoofdstuk II Financiële overdrachten 33

TITEL III REGELGEVINGSMAATREGELEN 33

Hoofdstuk I Algemene voorschriften 33

Hoofdstuk II Oenologische procedés en beperkingen 34

Hoofdstuk III Oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen 37

Afdeling 1 Werkingssfeer en definities 37

Afdeling 2 Beschermingsaanvraag 38

Afdeling 3 Procedure ter verlening van bescherming 40

Afdeling 4 Specifieke gevallen 42

Afdeling 5 Bescherming en controle 43

Afdeling 6 Algemene bepalingen 46

Hoofdstuk IV Etikettering 47

Hoofdstuk V Producentenorganisaties en brancheorganisaties 49

TITEL IV HANDEL MET DERDE LANDEN 53

Hoofdstuk I Gemeenschappelijke bepalingen 53

Hoofdstuk II Invoer- en uitvoercertificaten 54

Hoofdstuk III Vrijwaringsmaatregelen 56

Hoofdstuk IV Invoervoorschriften 58

TITEL V PRODUCTIEPOTENTIEEL 60

Hoofdstuk I Onwettige aanplant 60

Hoofdstuk II Overgangsregeling inzake aanplantrechten 62

Hoofdstuk III Rooiregeling 66

TITEL VI ALGEMENE BEPALINGEN 70

TITEL VII OVERGANGS - EN SLOTBEPALINGEN 73

Hoofdstuk I Wijzigingen 73

Hoofdstuk II Overgangs- en slotbepalingen 76