Toelichting bij COM(2004)309 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 1228/2003 betreffende de datum waarop sommige bepalingen van toepassing worden op Slovenië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Relevante bepalingen van de verordening

Het doel van Verordening (EG) nr. 1228/2003 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit (hierna de 'elektriciteitsverordening' genoemd) is eerlijke regels op te stellen voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit en aldus de concurrentie op de interne elektriciteitsmarkt te bevorderen, zonder de specifieke kenmerken van nationale en regionale markten uit het oog te verliezen. Dit heeft onder meer betrekking op de toewijzing van beschikbare interconnectiecapaciteit tussen nationale transmissiesystemen.

Overeenkomstig artikel 6, lid 1, van de elektriciteitsverordening 'worden congestieproblemen op het net aangepakt met niet-discriminerende, aan de markt gerelateerde oplossingen waarvan voor de marktdeelnemers en de betrokken transmissiesysteembeheerders efficiënte economische signalen uitgaan'.

De 'Richtsnoeren voor het beheer en de toewijzing van beschikbare overdrachtcapaciteit van interconnecties tussen nationale systemen' zijn als bijlage bij de elektriciteitsverordening gevoegd. De regels onder de punten 1 tot en met 4 van het hoofdstuk 'Algemeen' van deze richtsnoeren houden direct verband met de algemene bepaling van artikel 6, lid 1, en bevatten meer gedetailleerde regels voor de toepassing van dit artikel.

Overeenkomstig artikel 15 is de elektriciteitsverordening toepasselijk vanaf 1 juli 2004.

2. Draagwijdte en rechtvaardiging van de wijziging

De Republiek Slovenië heeft de Commissie verzocht de elektriciteitsverordening zodanig te wijzigen dat het de exploitatie van zijn congestiebeheersysteem aan de interconnecties met Oostenrijk en Italië tot 1 juli 2007 kan blijven voortzetten. Momenteel wijst Slovenië de helft van de totale beschikbare capaciteit van de twee interconnecties op basis van dit systeem toe. De andere helft wordt op basis van een regeling tussen de betrokken transmissiesysteembeheerders door de Italiaanse en Oostenrijkse systeembeheerders toegewezen.

Wanneer de totale vraag naar capaciteit de beschikbare vraag overschrijdt (congestie), wordt volgens het huidige Sloveense systeem de beschikbare vraag pro rato aan de capaciteitsaanvragers toegewezen (pro-ratocapaciteitsinperking). De capaciteit wordt gratis toegewezen. Sloveense verbruikers (aan de Oostenrijkse grens) en Sloveense elektriciteitsproducenten (aan de Italiaanse grens) kunnen een capaciteitsaanvraag indienen, die minstens 1 MW moet bedragen (waardoor kleine verbruikers, zoals huishoudelijke afnemers, de facto worden uitgesloten).

Een dergelijk systeem kan niet worden beschouwd als een niet-discriminerende, aan de markt gerelateerde oplossing in de zin van de elektriciteitsverordening.

Slovenië heeft zijn verzoek als volgt gerechtvaardigd:

- Wat de interconnectie met Oostenrijk betreft, heeft het pro-ratosysteem geleid tot de toewijzing van capaciteit aan grote, energie-intensieve industriële verbruikers in het noorden van het land, met name aluminium- en staalfabrikanten. Als de capaciteit op basis van marktmechanismen wordt toegewezen, bijvoorbeeld door veiling, is het niet langer mogelijk ze gratis beschikbaar te stellen. Dit zou leiden tot een stijging van de productiekosten voor de betrokken bedrijven, waardoor hun concurrentievermogen op korte termijn zou verzwakken en de laatste fase van hun herstructureringsproces, die momenteel wordt uitgevoerd, in het gedrang zou komen.

- Wat de interconnectie met Italië betreft, stelt de toewijzing elektriciteitsproducenten in staat een deel van hun productie op de Italiaanse markt te verkopen, waar de elektriciteitsprijzen hoger zijn dan in Slovenië. Als de capaciteit niet langer gratis wordt toegewezen maar tegen een bepaalde prijs die het gevolg is van een marktmechanisme, bedragen de extra kosten ongeveer even veel als het huidige prijsverschil tussen de Italiaanse en de Sloveense markt. Eén producent in het bijzonder, de grootste elektriciteitsproducent van Slovenië, wordt geconfronteerd met hoge kosten ten gevolge van de investeringen die hij moet doen om tegemoet te komen aan het communautaire acquis, met name op het vlak van milieubescherming.

3. Voorstel van de Commissie

De Commissie acht het aangewezen de verordening te wijzigen, zoals gevraagd door Slovenië.

Slovenië heeft redenen aangehaald die een overgangsperiode rechtvaardigen. Bovendien - en dit is van het grootste belang - zou dit slechts zeer kleine praktische gevolgen hebben voor de werking van de interne elektriciteitsmarkt. Dit is met name het gevolg van de zeer beperkte bruikbare capaciteit die beschikbaar is aan de interconnecties tussen Slovenië en Oostenrijk en Slovenië en Italië, waarvan slechts 50% door Slovenië wordt toegewezen.

Concreet wordt ongeveer 300 MW (Italiaanse grens) en 250 MW (Oostenrijkse grens) van de totale capaciteit door Slovenië toegewezen. Dit is bijzonder weinig in vergelijking met de totale geïnstalleerde capaciteit voor elektriciteitsproductie in de drie betrokken lidstaten: ongeveer 77 000 MW in Italië, ongeveer 18 000 MW in Oostenrijk en ongeveer 13 000 MW in Slovenië.

Het is onwaarschijnlijk dat deze situatie vóór 1 juli 2007 zal veranderen. Er bestaan wel concrete plannen om de capaciteit van de twee interconnecties uit te breiden, maar deze projecten zijn nog niet ver genoeg gevorderd om de huidige capaciteit vóór 1 juli 2007 aanzienlijk uit te breiden.

Wat het effect op de Sloveense markt betreft, is het inderdaad zo dat kleinere verbruikers in het huidige systeem de facto worden uitgesloten van toegang tot, met name, de interconnector met Oostenrijk. Er zij echter op gewezen dat gezinnen sowieso geen toegang zouden hebben tot deze capaciteit omdat de Sloveense regering voornemens is de markt voor huishoudelijke afnemers pas volledig open te stellen op 1 juli 2007, de uiterste datum waarop dit overeenkomstig Richtlijn 54/2003 moet gebeuren.

De Commissie stelt dan ook voor de elektriciteitsverordening zodanig te wijzigen dat artikel 6, lid 1, en de daarmee verband houdende bepalingen van de richtsnoeren pas vanaf 1 juli 2007 van toepassing worden in Slovenië, wat betreft de interconnectiecapaciteit die aan Sloveense zijde wordt toegewezen.