Toelichting bij COM(2009)586 - Digitale dividend omzetten in sociale voordelen en economische groei

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Belangrijke juridische mededeling

|
52009DC0586

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Het digitale dividend omzetten in sociale voordelen en economische groei {SEC(2009) 1436} {SEC(2009) 1437} /* COM/2009/0586 def. */


[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Inhoudsopgave

1.

Brussel, 28.10.2009


COM(2009) 586 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

Het digitale dividend omzetten in sociale voordelen en economische groei

{SEC(2009) 1436}{SEC(2009) 1437}

2.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S


Het digitale dividend omzetten in sociale voordelen en economische groei (Voor de EER relevante tekst)

INHOUDSOPGAVE

3.

1. Digitaal dividend: tijd voor maatregelen op EU-niveau 3


4.

2. Stappen in de richting van een gemeenschappelijk doel 5


5.

3. Dringende maatregelen die snel zichtbare voordelen opleveren 6


6.

4. Maatregelen die een strategisch besluit vereisen 8


7.

5. Verdere verbeteringen bij het gebruik van het digitale dividend 10


8.

6. Conclusie 12


9.

1. DIGITAAL DIVIDEND: TIJD VOOR MAATREGELEN OP EU-NIVEAU


De omschakeling van analoge naar digitale terrestrische tv in Europa betekent dat kostbare radiofrequenties vrijkomen omdat digitale omroeptransmissie veel efficiënter werkt. Dit 'digitale dividend' beschikt over een groot potentieel om een uitgebreide reeks diensten te verschaffen omdat radiosignalen in dit bereik een grote reikwijdte hebben en apparatuur gemakkelijk binnenshuis kan worden gebruikt. Dit betekent een unieke kans voor Europa om tegemoet te komen aan de toenemende vraag naar radiospectrum, met name om draadloze breedbanddiensten te verschaffen in plattelandsgebieden, waarbij de digitale kloof wordt overbrugd, en de invoering van nieuwe draadloze diensten te stimuleren, zoals de volgende generatie van mobiele breedband en om de ontwikkeling van terrestrische omroep te steunen. Het kan derhalve een belangrijke bijdrage leveren aan de verwezenlijking van de doelstellingen van Lissabon inzake concurrentie en economische groei en inspelen op een aantal belangrijke sociale, culturele en economische behoeften van Europese burgers.

Het spectrum i dat dankzij het digitale dividend vrijkomt, zal binnen in relatief korte tijd in heel Europa beschikbaar komen omdat de uitschakeling van analoge tv in alle lidstaten uiterlijk 2012 moet zijn afgerond i. Het is van fundamenteel belang dat deze kans wordt aangegrepen om te zorgen voor een passende coördinatie binnen de Europese Unie om de volledige sociale en economische voordelen die toegang tot dit spectrum kan opleveren te benutten en een helder EU-scenario uit te stippelen aan de hand waarvan de lidstaten, rekening houdend met hun verschillende omstandigheden, in hun eigen tempo voortgang kunnen boeken.

In deze mededeling schetst de Commissie dan ook een aantal voorstellen voor een gemeenschappelijke aanpak van het digitale dividend in Europa zodat bij dringende vraagstukken onmiddellijke voortgang kan worden geboekt en voldoende voorbereidingen kunnen worden getroffen voor de belangrijkste strategische en langetermijnkwesties waarover gezamenlijk een besluit moet worden genomen. De mededeling bouwt voort op de mededeling van de Commissie van 2007 over het digitale dividend i, waarin de noodzaak van een gemeenschappelijke aanpak wordt uiteengezet, alsmede de conclusies van de Raad i en de Resolutie van het Europees Parlement i, die in antwoord op het aanvankelijke beleidsinitiatief werd goedgekeurd.

De economische crisis heeft duidelijk laten zien dat dringend voortgang moet worden geboekt met deze voorstellen, met name om voldoende radiospectrum beschikbaar te stellen voor draadloze communicatie. Deze technologieën en diensten vertegenwoordigen nu de meest dynamische schakel in de technologische innovatieketen en zijn van fundamenteel belang om verdere efficiëntieverbeteringen en kostenbesparingen in de economie te verwezenlijken. Ze zijn dan ook een stuwende kracht voor economisch herstel.

De Commissie is zich bewust van het belang van hogesnelheidsbreedbandinfrastructuur voor veel ontwikkelingen die van cruciaal belang zijn voor de overgang naar een kennisintensieve, koolstofarme digitale economie i. In het economisch herstelplan i, dat door de Raad is bekrachtigd, wordt ernaar gestreefd tussen 2010 en 2013 i een 100% breedbanddekking te bereiken. In dit proces is voor draadloze toepassingen een sleutelrol weggelegd, met name wat betreft het verschaffen van draadloze breedbanddiensten in plattelandsgebieden waar draadgebonden infrastructuur niet realiseerbaar is en bij het stimuleren van de invoering van mobiele breedband onder alle categorieën burgers. In de praktijk kunnen de vereiste spectrummiddelen alleen worden benut wanneer vroegtijdig toegang wordt verschaft tot het digitale dividend omdat dit het beste spectrum is en de grootste hoeveelheid die binnen afzienbare tijd daadwerkelijk beschikbaar zal komen in Europa.

De openstelling van het door het digitaal dividend vrijgekomen spectrum voor verschillende diensten biedt met name de exploitanten van draadloze breedbandnetwerken de mogelijkheid om waardevol radiospectrum aan te boren. Dit maakt een meer effectieve concurrentie mogelijk in het verlenen van breedbanddiensten i.

Meer spectrummiddelen betekent ook dat er nieuwe mogelijkheden ontstaan voor innovatie. De meest in het oog lopende mogelijkheden voor innovatie liggen op het vlak van omroep, omdat deze met het digitaal dividend de beschikking krijgen over meer spectrum waarmee zij hun diensten kunnen ontwikkelen. Maar ook in dienstgerichte sectoren zullen tal van nieuwe kansen ontstaan, die belangrijke sociale voordelen verschaffen zoals gezondheidszorg, e-leren of e-overheid, e-toegankelijkheid en op gebieden waar kleine en middelgrote ondernemingen profijt kunnen trekken uit een betere toegang tot de economie.

Volgens een recente studie van de Commissie[10], zou passende Europese coördinatie van het digitale dividendspectrum als geheel, indien dit bereikt wordt vóór 2015, de potentiële economische voordelen, afhankelijk van het feitelijke niveau van de vraag in de toekomst naar diensten zoals geavanceerde terrestrische omroep en draadloze breedband, kunnen verhogen met nog eens 20 à 50 miljard euro.

Beleidsmakers beseffen nu ten volle dat het feit dat deze gelegenheid zich voordoet in een periode van economisch herstel een grote kans betekent. De discussie in Europa over de vraag hoe synergiëen tussen de lidstaten tot stand moeten worden gebracht en hoe moet worden gezorgd voor efficiënte spectrumcoördinatie is de afgelopen paar maanden intensiever geworden, zodat nu het moment is aangebroken onmiddellijk over te gaan tot actie.

10.

2. STAPPEN IN DE RICHTING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJK DOEL


11.

2.1. Voorbereidende stappen op het niveau van het EU-beleid


Eerste stappen

In haar mededeling over de Regionale Radiocommunicatie Conferentie van de ITU (RRC-06) i heeft de Commissie in 2005 het vrijmaken van het digitale dividend in Europa als een prioriteit voor het spectrumbeleid bestempeld. Daarna deed zij een oproep om op de Wereld Radiocommunicatie Conferentie (WRC-07) i inspanningen te doen om mobiele diensten dezelfde status te verlenen als omroepdiensten, een doelstelling die gedeeltelijk werd bereikt i. Aansluitend hierop kwam de Commissie in november 2007 met een mededeling waarin de noodzaak werd geschetst van passende EU-coördinatie en mogelijke benaderingen om deze te bereiken i.

12.

Technische voorbereiding onder auspiciën van de CEPT


Overeenkomstig het EU-beleidskader vroeg de Commissie de deskundigen van de lidstaten in de CEPT i, middels een formeel mandaat, om technische input. In antwoord hierop formuleerde de CEPT de fundamentele technische voorwaarden voor het naast elkaar bestaan van bidirectionele netwerken met laag/middelhoog vermogen (bijv. voor draadloze breedband) en traditionele omroepnetwerken met hoog vermogen in het digitale dividendspectrum. Dit heeft geleid tot verder voorbereidend werk aan de technische harmonisering van de 790-862 MHz-subband.

13.

Studie van de Commissie over sociaal-economische aspecten


Om inzicht te krijgen in de sociaal-economische effecten van de potentiële toepassingen van het digitale dividend bij verschillende scenario’s, heeft de Commissie een grootschalige studie uitgevoerd om de verschillende sociale en economische aspecten te analyseren en te evalueren met behulp van passende economische modellen i. De resultaten van de studie zijn een belangrijk uitgangspunt geweest voor de uitwerking van de in deze mededeling vervatte voorstellen.

14.

Uitgebreid overleg


De Commissie heeft een uitgebreide groep van belanghebbenden en geïnteresseerden geraadpleegd door middel van ondermeer enquêtes door adviesbureaus, een formele hoorzitting met belanghebbenden, twee specifieke workshops met de lidstaten, overleg met de Radiospectrumbeleidsgroep en tot slot een openbare raadpleging over de huidige voorstellen i.

15.

2.2. Een EU-scenario als praktische wegwijzer


Praktisch gezien wordt voorgesteld de vereiste coördinatie tot stand te brengen door overeenstemming te bereiken over een gemeenschappelijk EU-scenario om een reeks overeengekomen maatregelen uit te voeren. Een groot deel van deze maatregelen moet geconcentreerd worden op een verdere uitbreiding en een verbetering van de kwaliteit van het digitale dividend die verder gaan dan wat door de lidstaten afzonderlijk kan worden bereikt. Bovendien moeten de plannen voldoende flexibel zijn om rekening te houden met de nationale specifieke kenmerken, met name wat betreft de verschillende historisch gegroeide nationale situaties op het gebied van terrestrische omroep. Tegelijkertijd moet dit scenario convergentie tussen de verschillende nationale benaderingen op lange termijn bevorderen, om in het belang van de consument innovatie te ondersteunen, de interne markt te versterken en het concurrentievermogen van de EU te verbeteren.

16.

2.3. Bekrachtiging door het Europees Parlement en de Raad


Een aantal belangrijke keuzes die moeten worden gemaakt wat betreft de EU-prioriteiten voor het digitale dividend zijn in de eerste plaats van politieke aard. Het is dan ook van belang dat het Europees Parlement en de Raad volledig betrokken worden bij zowel de voorbereiding als de voornaamste besluiten met betrekking tot de strategische elementen van het scenario. Het digitaledividendspectrum biedt een belangrijke mogelijkheid om meer flexibiliteit te hanteren bij het spectrumbeheer, zodat de voorstellen in deze mededeling een belangrijke input zullen vormen voor de ontwikkeling van een strategische aanpak van het spectrumbeleid.

De Commissie is voornemens uit te gaan van het toekomstige radiospectrumbeleidsprogramma zoals uiteengezet in de ontwerphervorming van het regelgevingskader voor elektronische communicatie i, die waarschijnlijk in de nabije toekomst zal worden goedgekeurd, om zich te verzekeren van de steun van het Europees Parlement en de Raad voor de voornaamste strategische elementen in het toekomstige EU-scenario met betrekking tot het digitale dividend.

2.4. Verdere stappen — de voorstellen van de Commissie

De hieronder uiteengezette voorstellen van de Commissie maken een duidelijk onderscheid tussen maatregelen die al kunnen rekenen op belangrijke steun en die nu moeten worden genomen met het oog op de onmiddellijke beleidsdoelstellingen van economische groei en de overbrugging van de digitale kloof en de lidstaten in de voorhoede duidelijkheid moeten verschaffen bij de omschakeling naar digitale omroep, en maatregelen die discussie vereisen met en goedkeuring van het Europees Parlement en de Raad.

17.

3. DRINGENDE MAATREGELEN DIE SNEL ZICHTBARE VOORDELEN OPLEVEREN


Om ervoor te zorgen dat het digitale dividend doelmatig en tijdig kan bijdragen aan de inspanningen van de EU die gericht zijn op economisch herstel en om de voordelen voor de consument te optimaliseren, moeten dringend twee belangrijke maatregelen worden genomen. Beoogd wordt fragmentering te voorkomen tussen de lidstaten die een gevaar kan betekenen voor de totstandkoming van een interne markt voor diensten en apparatuur en de belangrijke schaalvoordelen die deze vertegenwoordigt, zonder afbreuk te doen aan de strategische beleidsbesluiten die het Europees Parlement en de Raad nog moeten nemen. Deze dringende maatregelen zijn opgenomen in de Aanbeveling van de Raad getiteld “Het vrijmaken van het digitale dividend in de Europese Unie vergemakkelijken”[19].

18.

3.1. Volledige uitschakeling van analoge tv vóór 2012


Het strategisch besluit om analoge omroep geleidelijk af te schaffen is reeds genomen, maar ondanks eerdere politieke verbintenissen met betrekking tot de EU-streefdatum van 2012, blijft de feitelijke datum voor de volledige uitschakeling in Europa nog onzeker. Omdat het digitale dividend pas volledig beschikbaar wordt nadat analoge omroep is uitgeschakeld, is het van cruciaal belang ervoor te zorgen dat dit proces in alle lidstaten tijdig wordt afgerond.

De lidstaten die de digitale omschakeling nog niet hebben voltooid, wordt gevraagd hun verbintenis tot de daadwerkelijke uitschakeling van analoge tv-omroep opnieuw te bevestigen door een EU-streefdatum te aanvaarden van 1 januari 2012, en alle vereiste voorbereidende maatregelen af te ronden.

19.

3.2. Een procedure opstellen voor coherente openstelling van de 790-862 MHz-subband voor elektronische communicatiediensten door geharmoniseerde technische gebruiksvoorwaarden vast te stellen


Een aantal lidstaten i kunnen er nu al of binnen afzienbare tijd toe overgaan de 790-862 MHz-subband open te stellen voor elektronische communicatiediensten. Omdat de lidstaten onder toenemende druk staan om maatregelen te nemen, moet dringend een model worden opgesteld voor een gecoördineerde aanpak omdat anders wellicht fragmentering van de interne markt ontstaat en eventuele schaalvoordelen verloren zouden gaan.

De Commissie is voornemens het Radiospectrumcomité (RSC) overeenkomstig de Radiospectrumbeschikking i vóór eind 2009 om advies te vragen over een ontwerpbesluit van de EG over de technische harmoniseringsmaatregelen van de 790-862 MHz-subband. Het besluit zou een lidstaat er niet toe verplichten de subband open te stellen voor andere nieuwe toepassingen dan voor omroepdoeleinden, maar wanneer een lidstaat hier wel voor zou kiezen, zou hij gemeenschappelijke technische parameters moeten volgen.

Dit is in overeenstemming met het standpunt van de Radiospectrumbeleidsgroep (RSPG), dat uitvoerig werd uiteengezet in het advies van deze groep over het digitale dividend i, waarin de Commissie wordt aanbevolen snel maatregelen te nemen om het bovenste deel van het digitale dividend (790-862 MHz-subband) op neutrale basis beschikbaar te stellen voor elektronische communicatiediensten. De RSPG adviseert voorts dat de Commissie haar definitieve voorstel met betrekking tot deze subband uiterlijk op 31 oktober 2009 zou indienen om de belanghebbenden voldoende tijd te geven investeringen te plannen en de vereiste technische voorbereidingen af te ronden voor de feitelijke analoge uitschakeling in 2012 i.

Het is van fundamenteel belang dat de lidstaten inspanningen steunen op het gebied van de regelgeving die in de richting gaan van geharmoniseerde gebruiksvoorwaarden voor het gebruik van de 790-862MHz-subband en geen maatregelen nemen die de toepassing belemmeren van de technische harmoniseringsmaatregelen die op EU-niveau worden gepland.

Tot de vereiste technische voorbereidingen om de subband beschikbaar te stellen, behoren ook passende regelingen om onderbreking van bestaande diensten en de werking van apparatuur te voorkomen.

20.

4. MAATREGELEN DIE EEN STRATEGISCH BESLUIT VEREISEN


Bepaalde maatregelen die nodig zijn om de voordelen van het digitale dividend volledig te kunnen benutten, vergen belangrijke politieke en niet zozeer technische keuzes en dat betekent dat het Europees Parlement en de Raad volledig moeten worden betrokken bij het uitstippelen van de vereiste strategieën. Dit kan worden verwezenlijkt door middel van het kader dat verschaft wordt door het komende spectrumbeleidsprogramma dat ook een integrerend deel van de toekomstige Europese Digitale Agenda moetenen uitmaken i.

21.

4.1. Goedkeuring van een gemeenschappelijk EU-standpunt met het oog op meer doelmatige grensoverschrijdende coördinatie met niet-EU-landen


Het toekomstige gebruik van de UHF-band in derde landen die grenzen aan de EU is van fundamenteel belang omdat dit van invloed zal zijn op de manier waarop het digitale dividend kan worden gebruikt in lidstaten die te maken hebben met grensoverschrijdende interferentie. Het zal tevens van invloed zijn op andere lidstaten door het “knock-on”-effect. Maatregelen van aangrenzende derde landen zullen ook een impact hebben wat betreft de schaalvoordelen en de reikwijdte die in deze grotere regio kunnen worden bereikt met betrekking tot toekomstige innoverende diensten.

In deze context zal de komende Wereld Radio Conferentie (WRC) begin 2012 van vitaal belang zijn wat betreft de invloed die kan worden uitgeoefend op toekomstige strategische beslissingen die in derde landen worden genomen. Het is derhalve van belang dat de lidstaten op internationaal vlak laten zien volledig achter het digitale dividendbeleid te staan door een gemeenschappelijk EU-standpunt in te nemen met betrekking tot de voornaamste doelstellingen.

Door voor de WRC-onderhandelingen een gemeenschappelijk EU-standpunt vast te stellen over vitale aspecten van het digitale dividend, gesteund door het Europees Parlement en de Raad, kan de EU doelmatiger steun vergaren voor haar standpunt.

Bovendien kan de Commissie de lidstaten steun verlenen bij de onderhandelingen met niet-EU-landen op bilaterale of multilaterale basis i.

22.

4.2. Komen tot de openstelling in de gehele EU van de 790-862 MHz-subband voor elektronische communicatiediensten


In de studie van de Commissie werd onderzocht hoe in verschillende scenario’s voor vraag en aanbod van spectrum i, gedurende een periode van 15 jaar, die aanvangt in 2012, economische resultaten en kosten/baten variëren. Hieruit bleek dat door vóór 2015 in alle lidstaten en met gemeenschappelijke gebruiksvoorwaarden, een deel van het digitale dividend — de 790-862 MHz-subband — open te stellen voor draadloze breedbanddiensten, een toegevoegde waarde zou worden gegenereerd i, in vergelijking met afzonderlijke nationale initiatieven, van minimaal 17 miljard euro en maximaal 44 miljard euro, afhankelijk van het tempo waarin de draadloze breedbanddiensten in deze subband ontwikkeld zouden worden i.

In de studie werd ook vastgesteld dat de openstelling van de 790-862 MHz-subband, die in verschillende lidstaten al wordt overwogen, de meest pragmatische oplossing is om onmiddellijke voordelen te kunnen behalen uit het digitale dividend. Dat is ook de reden waarom de Commissie het voorstel doet om een dringende technische maatregel goed te keuren over deze specifieke subband. Dit technische harmonisatiebesluit zal de lidstaten er niet toe verplichten de omroepzenders met hoog vermogen te schrappen of de subband open te stellen voor elektronische communicatiediensten. Er moet namelijk rekening worden gehouden met de uiteenlopende situaties wat betreft terrestrische omroep in de lidstaten.

Om de volledige voordelen van EU-harmonisatie te kunnen verwezenlijken, kan de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad voorstellen dat de lidstaten de 790-862 MHz-subband niet langer gebruiken voor uitzendingen met hoog vermogen en het technische harmonisatiebesluit van de EU voor een bepaalde, op EU-niveau nader overeen te komen datum, volledig uitvoeren.

Een ander voordeel van het vastleggen van een termijn waarbinnen de subband beschikbaar moet worden gesteld voor nieuwe diensten, is dat een situatie wordt voorkomen waarin de lidstaten die de subband nog niet hebben vrijgemaakt de effectieve invoering van nieuwe diensten in andere lidstaten zouden kunnen hinderen als gevolg van grensoverschrijdende interferentie, zodat een volledige dekking van draadloze breedbandtoepassingen niet mogelijk zou zijn.

23.

4.3. Een minimumniveau van spectrumefficiëntie toepassen voor toekomstig gebruik van het digitale dividend


Digit aaldividendspectrum is een schaarse en waardevolle openbare hulpbron die voorziet in culturele, economische en sociale behoeften. Het is dan ook van belang dat alle potentiële gebruikers ertoe aangezet worden het doelmatig te gebruiken, waarbij niet uit het oog mag worden verloren dat dit extra kosten kan meebrengen voor investeringen in doelmatige technologieën. Dit kan aanzienlijk vergemakkelijkt worden wanneer men het eens wordt over een minimumniveau voor het doelmatig gebruik van spectrum door elke gebruiker van het digitale dividend.

Om ervoor te zorgen dat optimaal gebruik wordt gemaakt van het digitale dividend en om een samenhangend kader tot stand te brengen voor specifieke technische maatregelen op het gebied van spectrumefficiëntie, moeten gemeenschappelijke minimumeisen worden vastgesteld op EU-niveau voor een efficiënt gebruik van het digitale dividend bij alle toepassingen.

In deze tijd van ernstige financiële beperkingen zal een duidelijk politiek engagement nodig zijn om deze doelstellingen te kunnen bereiken teneinde alle belanghebbende partijen te overtuigen van het collectieve voordeel van een dergelijk initiatief en is een duidelijk plan voor de tenuitvoerlegging nodig.

24.

5. VERDERE VERBETERINGEN BIJ HET GEBRUIK VAN HET DIGITALE DIVIDEND


Omgaan met de steeds veranderende aard van het digitale dividend is een dynamisch proces: ontwikkelingen op het gebied van technologie, diensten, marktvraag en maatschappelijke eisen betekenen dat maatregelen die in het kader van het scenario worden genomen, parallel moeten lopen. Afgezien van de dringende en strategische maatregelen die hierboven uiteengezet zijn, komen er ook meer toekomstgerichte initiatieven die kunnen leiden tot een verdere toename van de potentiële omvang en de bruikbaarheid van het digitale dividend op lange termijn. Met de eventuele extra capaciteit zou de EU toekomstige uitdagingen het hoofd kunnen bieden zoals een onverwachte stijging van de vraag naar spectrum voor nieuwe en per definitie onvoorziene toepassingen. Dergelijke initiatieven kunnen als gevolg van langetermijnspectrumplanning alleen resultaten opleveren wanneer ruim van te voren overeenstemming wordt bereikt (over het algemeen 5 à 10 jaar van te voren). Bovendien moet eerst een passende effectbeoordeling worden opgesteld en moet worden nagegaan welke impact ze hebben op de concurrentie.

Een paar van de meest veelbelovende initiatieven in de studie van de Commissie zijn:

1. Samenwerking bevorderen tussen lidstaten om toekomstige omroepnetwerken gemeenschappelijk te plannen (bijv. migratie naar MPEG-4 of DVB-T2). EU-samenwerking zou streefdata voor de migratie van netwerken naar meer spectrumefficiënte normen kunnen vaststellen en gemeenschappelijke richtsnoeren voor de tenuitvoerleggingen kunnen opstellen.

2. Compressienormen voor digitale transmissie van de nieuwe generatie zoals de H264/MPEG-4 AVC-norm verplicht stellen voor alle digitale tv-apparaten die na een bepaalde (nog vast te stellen) datum in de EU worden verkocht . Dergelijke apparatuur zou ook compatibel moeten zijn met oudere normen zodat uitzendingen die gebruik maken van deze oudere normen nog steeds kunnen worden ontvangen. Een dergelijke ambitieuze maatregel, die in Frankrijk al is ingevoerd en in Spanje is gepland, zou een kritische massa van uiterst geavanceerde tv-apparatuur in Europa genereren en de invoering van de verwante netwerkinfrastructuur versnellen.

3. Een minimumnorm vaststellen voor het vermogen van digitale tv-ontvangstapparatuur om interferentie tegen te gaan (interferentie-immuniteit). Producenten van apparatuur en exploitanten zijn al enige tijd op zoek naar een manier om ervoor te zorgen dat elektronische communicatie-eindstations en televisieontvangstapparatuur geen interferentie bij elkaar veroorzaken. Hoewel de technische parameters voor het gebruik van dat deel van de UHF-band voor draadloze communicaties schadelijke interferentie voor tv-signalen zullen voorkomen, zal een minimumnorm voor het vermogen van ontvangstapparatuur om bestand te zijn tegen eventuele interferentie, een betere ontvangstkwaliteit waarborgen voor de consument en de kosten omlaag brengen van eventuele maatregelen die nodig zijn om apparatuur te beschermen tegen interferentie van apparatuur in aangrenzende frequentiebanden.

4. Bredere invoering van Single Frequency Networks (SFNs) overwegen. Deze netwerken gaan aanzienlijk efficiënter om met spectrum omdat zij grotere geografische gebieden kunnen bestrijken zonder van draaggolffrequentie te veranderen, maar de feitelijke prestaties ervan moeten in de praktijk nog worden getoetst. De lidstaten zou kunnen worden gevraagd hun ervaringen met SFN uit te wisselen in het Radiospectrumcomité om de nodige informatie bijeen te brengen en te evalueren.

5. Onderzoek steunen naar mobiele communicatiesystemen met “frequency agility ”( variabel frequentiegebruik) . Voor de ontwikkeling van dergelijke systemen zouden belangrijke investeringen nodig zijn die voor afzonderlijke producenten problematisch kunnen zijn, maar die waarschijnlijk wel via samenwerking bijeengebracht kunnen worden, eventueel met gebruikmaking van communautaire financiering.

6. Zorgen voor continuïteit van draadloze microfoon- en soortgelijke toepassingen door toekomstige geharmoniseerde frequenties vast te stellen. Het zou de bedoeling zijn na te gaan wat de beste strategie is om te zorgen voor een doeltreffend “migratiepad” voor de huidige gebruikers en producenten van apparaten die gebruik maken van de respectievelijke frequentiebanden; een en ander kan verdere technische werkzaamheden van de CEPT i behelzen met een mandaat van de Europese Commissie.

7. Een gemeenschappelijk standpunt goedkeuren over het potentieel gebruik van de “witruimtes” als mogelijk digitaal dividend. De lidstaten zou gevraagd worden samen te werken met de Commissie om na te gaan of “witruimtes”, of verscherfd ongebruikt spectrum tussen de verschillende bereikgebieden, kunnen worden opengesteld voor cognitieve radioapparatuur i op basis van een gemeenschappelijk reeks technische eisen in Europa.

25.

6. CONCLUSIE


De Commissie vraagt het Europees Parlement en de Raad hun mening te geven over deze beleidsvoorstellen voor een gecoördineerde aanpak van het digitale dividend. Na naar behoren rekening te hebben gehouden met de input van beide instellingen is de Commissie voornemens elementen van de voorstellen te integreren in het bredere actieprogramma voor spectrum dat in 2010 ter goedkeuring moet worden voorgelegd aan het Europees Parlement en de Raad.

Bovendien zal de Commissie het Radiospectrumcomité met spoed haar voorstel voorleggen voor de technische harmonisering van de 790-862 MHz-subband voor elektronische communicatiediensten en het comité om advies vragen inzake de regelgeving.

Tot slot zal de lidstaten worden verzocht tegen medio 2010 verslag uit te brengen bij de Commissie over de vooruitgang die geboekt is wat betreft de tijdige uitschakeling van analoge omroep.
“Ten volle profijt trekken van het digitale dividend in Europa: Een gemeenschappelijke aanpak voor het gebruik van het spectrum dat vrijkomt door de digitale omschakeling”.
[2008/2099(INI)].

[10] “A European approach to the digital dividend” (een Europese aanpak van het digitale dividend), september 2009, een studie in opdracht van de Commissie uitgevoerd door Analysys Mason, DotEcon and Hogan&Hartson. ec.europa.eu/information_society/policy/

ecomm/radio_spectrum/documents/studies/index_ention_society/policy/‌ecomm/radio_spectrum/documents/studies/index_en.htm#digitaldividend2009.
target="_blank">ec.europa.eu/information_society/policy/ecomm/‌radio_spectrum/‌topics/‌reorg/‌pubcons_digdiv_200907/index_en.htm.
target="_blank">rspg.ec.europa.eu/_documents/documents/meeting‌rspg08232_finalopinion_outereuborders.‌pdf.
scenario’s voor spectrumvraag en -aanbod (met verschillende prognoses voor de vraag voor omroep en draadloze breedbanddiensten over een bepaalde periode) werden vergeleken met een referentiescenario dat de resultaten weergeeft wanneer er geen coördinatie op Europees niveau zou zijn.
— voor omroep- en draadloze breedbanddiensten — waarnaar wordt verwezen in hoofdstuk 1. Details zijn te vinden in de effectbeoordeling, deel 5.4.