Toelichting bij COM(2006)661 - Mededeling over de uitvoering van het gemeenschappelijk meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën (Safer Internet plus) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2006)661 - Mededeling over de uitvoering van het gemeenschappelijk meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het ... |
---|---|
bron | COM(2006)661 |
datum | 06-11-2006 |
|
52006DC0661
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Mededeling over de uitvoering van het communautair meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën (Safer Internet plus) /* COM/2006/0661 def. */
[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
COM(2006) 661 definitief
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S
Mededeling over de uitvoering van het communautair meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën (Safer Internet plus)
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S
Mededeling over de uitvoering van het communautair meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën (Safer Internet plus) (Voor de EER relevante tekst)
Inhoudsopgave
Deze mededeling is opgesteld ingevolge artikel 5, lid 3, van Besluit nr. 854/2005/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 tot vaststelling van een communautair meerjarenprogramma ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën ("Safer Internet plus"), waarin wordt bepaald: "Uiterlijk medio 2006 brengt de Commissie het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's verslag uit over de uitvoering van de in artikel 1, lid 2, genoemde actielijnen. In dit verband brengt de Commissie verslag uit over de verenigbaarheid van het bedrag voor 2007-2008 met de financiële vooruitzichten.".
In het besluit (artikel 6) wordt het volgende financiële kader voor het programma vastgesteld:
- Voor de periode van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2008 wordt het financieel kader vastgesteld op 45 mln EUR.
- Voor de periode tot en met 31 december 2006 wordt 20,05 mln EUR uitgetrokken (artikel 6, lid 1).
Het bedrag voor de periode na 31 december 2006 wordt geacht te zijn bevestigd als het voor deze fase verenigbaar is met de geldende financiële vooruitzichten voor de periode die in 2007 begint (artikel 6, lid 2).
STELLINGEN VAN SAFER INTERNET PLUS
Het doel van Safer Internet plus is een veiliger gebruik van het internet en nieuwe online-technologieën te bevorderen, met name ten behoeve van kinderen, en illegale en voor de eindgebruiker ongewenste inhoud te bestrijden.
Het programma is gericht op de eindgebruiker en met name kinderen, thuis of op school.
Het programma bestaat uit vier hoofdactielijnen:
a) bestrijding van illegale inhoud;
b) aanpakken van ongewenste en schadelijke inhoud;
c) bevordering van een veiliger omgeving;
d) bewustmaking.
Safer Internet plus is de opvolger van het actieplan voor een veiliger internet, dat van 1999 tot 2004 is uitgevoerd en waarvoor in totaal een budget van 38,3 mln EUR was uitgetrokken.
Voor het nieuwe programma is de werkingssfeer uitgebreid tot nieuwe online-technologieën zoals mobiele en breedband-inhoud, online-spelletjes, peer-to-peer bestandsoverdracht en alle vormen van realtime-communicatie zoals chatrooms en instant-berichten, met name met het oog op een betere bescherming van kinderen en minderjarigen. Er wordt een breder scala bestreken van vormen van illegale en schadelijke inhoud en probleemgedrag, waaronder ook racisme en geweld.
SAFER INTERNET PLUS wordt door de Europese Commissie uitgevoerd. De lidstaten worden vertegenwoordigd via het comité van beheer voor Safer Internet plus. De financiële steun wordt via subsidies en opdrachten verleend.
Overeenkomstig artikel 3 van het programma-besluit heeft de Commissie een werkprogramma i voor 2005 opgesteld, dat als basis moest dienen voor de uitvoering van het programma. De uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor Safer Internet plus is op 10 september 2005 gepubliceerd i.
Na de evaluatie zijn 37 van de 59 binnengekomen voorstellen geselecteerd voor besprekingen, waarbij het ging om een indicatieve EC-financiering van ongeveer 11,79 mln EUR in totaal (waarvan 9,21 mln EUR uit het budget voor 2005 en 2,58 mln EUR uit het budget voor 2006), die als volgt was verdeeld:
- meldpunten i: 1 netwerkcoördinator en 16 meldpunten die 15 landen bestrijken;
- bewustmakingscentra i en hulplijnen i: 1 netwerkcoördinator en 16 bewustmakingscentra;
- 'user empowerment': 1 thematisch netwerk;
- zelfregulering: 1 thematisch netwerk;
- media: 1 thematisch netwerk.
Vooral voor de meldpunten en de bewustmakingscentra was er een goede respons op de uitnodiging. Het bestaande meldpuntnetwerk zal zelfs worden uitgebreid tot Tsjechië en Slovenië, die geen meldpunt hadden, en het netwerk van bewustmakingscentra zal worden uitgebreid met Cyprus, Luxemburg en Letland, die geen bewustmakingscentrum hadden. Van de 16 bewustmakingscentra die voor EC-financiering zijn aanbevolen, zullen er tien als nieuwe dienst een hulplijn hebben.
Het Forum voor een veiliger internet is in het kader van het actieplan voor een veiliger internet opgezet om als centraal discussieplatform te fungeren en activiteiten op het gebied van illegale, ongewenste en schadelijke inhoud te stimuleren. Het fungeert als platform om consensus te bereiken en conclusies, aanbevelingen, richtsnoeren enz. aan te reiken aan relevante nationale en Europese kanalen. Tevens biedt het een mogelijkheid om te bespreken op welke manieren de branche kan bijdragen tot de bestrijding van illegale inhoud.
Het belangrijkste onderwerp dat in 2005 in het Forum voor een veiliger internet werd besproken, was 'Veiligheid van kinderen en mobiele telefoons', waarbij de nadruk lag op risicobeoordeling, oplossingen waaraan wordt gewerkt en nationale gedragscodes i. In 2006 is de discussie met mobiele netwerkexploitanten, organisaties voor kinderveiligheid, onderzoekers en overheidsinstanties voortgezet teneinde tot overeenstemming te komen over een optimale praktijk voor de bescherming van kinderen en de toepassing daarvan in heel Europa.
In juni 2006 zijn in het Forum twee nieuwe onderwerpen besproken: het gebruik van nieuwe media door kinderen en het blokkeren van de toegang tot beelden van seksueel misbruik van kinderen i.
Voor het eerste onderwerp zijn de resultaten van recent onderzoek naar de veiligheid van het internet gepresenteerd. Met name heeft de Commissie de resultaten gepresenteerd van de meest recente Eurobarometer-enquête i, die in december 2005 in de context van een kadercontract in alle EU-lidstaten plus Bulgarije, Roemenië, Kroatië en Turkije is gelanceerd om vergelijkbare gegevens te krijgen over aspecten van de veiligheid van het internet in heel Europa.
Eerder waren al in het najaar van 2003 in de 15 'oude' lidstaten en begin 2004 in de tien nieuwe lidstaten, vlak voordat deze landen op 1 mei 2004 tot de Europese Unie zijn toegetreden, enquêtes uitgevoerd. Om vergelijking mogelijk te maken was de nieuwe vragenlijst grotendeels op de enquête van 2003/2004 gebaseerd. Daarnaast zijn nieuwe vragen toegevoegd om een beter inzicht te krijgen in de context (het gebruik van media door de ouders) en om ook nieuwe diensten te bestrijken (mobiele telefoon, online-spelletjes en filterinstrumenten).
Volgens de Eurobarometer zegt 18% van de Europese ouders van kinderen van 17 jaar en jonger dat hun kind te maken heeft gehad met schadelijke of illegale inhoud op het internet. Hoewel de ouders zich in de 15 'oude' lidstaten sinds de vorige enquête duidelijk meer bewust zijn geworden, zou 44% graag meer informatie krijgen over hoe zij hun kind tegen illegale en schadelijke inhoud en contacten kunnen beschermen. Volgens de geënquêteerden zou deze informatie door scholen (36%), de internetaanbieder (31%) en de media (21%) moeten worden verstrekt. Op basis van de Eurobarometer-resultaten hebben de stakeholders onder andere de volgende aanbevelingen gedaan:
- er moet meer aandacht worden besteed aan kinderen die jonger zijn dan tien jaar en het internet en de mobiele telefoon nu al intensief gebruiken;
- de zichtbaarheid van de meldpunten moet door een betere samenwerking met de politie worden verbeterd;
- er moet informatie worden verstrekt via kanalen die op de behoeften van de ouders en de leeftijd van de kinderen zijn afgestemd (scholen, internetaanbieders, media).
De enquête heeft ook bevestigd dat er in Europa nog grote verschillen zijn in het gebruik van het internet, de verwachtingen van de ouders en het risicobesef. Een Europees bewustmakingsnetwerk met nationale centra lijkt goed aan te sluiten bij lopende op maat gesneden lokale campagnes.
De Dag van een veiliger internet maakt deel uit van een mondiaal streven van bewustmakingspartners om een veiliger internet voor alle gebruikers en met name jongeren te bevorderen. In februari 2005 en 2006 is door INSAFE (het Europese netwerk voor de veiligheid van het internet), dat mede door het programma voor een veiliger internet wordt gefinancierd, met medewerking van een groot aantal organisaties en landen uit heel Europa en daarbuiten de Dag van een veiliger internet georganiseerd met commissaris Viviane Reding als beschermvrouwe.
In 2005 werd de Dag van een veiliger internet gehouden op 8 februari. 65 organisaties uit 30 landen namen eraan deel. Als onderdeel is een wedstrijd verhalen vertellen voor jongeren van 9 tot 16 jaar gelanceerd. Na nationale ceremonies in 16 landen is een boek met hun verhalen gepubliceerd.
In 2006 werd de Dag van een veiliger internet gehouden op 7 februari. Een grote verscheidenheid aan organisaties (ongeveer 100 organisaties uit 37 landen) nam eraan deel: nationale overheidsinstanties, internetaanbieders en telecombedrijven, de industrie, scholen, bibliotheken en musea, organisaties voor de veiligheid van het internet en internationale organisaties.
In heel Europa en daarbuiten, bijvoorbeeld in de Verenigde Staten, Rusland, Brazilië, Argentinië, Australië en Nieuw-Zeeland, zijn internetveiligheid-evenementen georganiseerd, zoals een wereldwijde blogathon, quizzen, online-spelletjes, wedstrijden verhalen vertellen en rondetafeldiscussies.
Gedetailleerdere informatie over de evenementen die op de Dag van een veiliger internet van 2006 zijn georganiseerd, is op de website van het programma i te vinden.
De Commissie is van plan bovenstaande activiteiten in 2006 voort te zetten en de effecten daarvan verder op te voeren door:
- Consolidatie en uitbreiding van het geografisch bereik van de meldpunten en bewustmakingsnetwerken. In de periode 2003-2004 zijn in het kader van het actieplan voor een veiliger internet i 21 meldpunten die 20 landen bestrijken en 23 bewustmakingscentra die 21 landen bestrijken gefinancierd. Van de meeste daarvan zal de exploitatie ten gevolge van de uitnodiging tot het indienen van voorstellen van 2005 worden voortgezet. Het is de bedoeling dat de twee netwerken door de nieuwe uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor 2006 i een maximaal geografisch bereik krijgen.
- Bevordering van intensieve samenwerking tussen alle stakeholders bij activiteiten voor een veiliger internet. Dit was een van de doelstellingen van de gezamenlijke jaarlijkse vergadering van meldpunten en bewustmakingsnetwerken in Luxemburg op 20 juni 2006 en het Forum voor een veiliger internet op 21 juni 2006, waaraan werd deelgenomen door onderzoekers, de branche, instanties voor rechtshandhaving en leden van de Europese netwerken.
- Hulp aan Europese burgers bij het zoeken naar praktische informatie over hoe zij het internet veiliger kunnen gebruiken. Dit zal gebeuren via de activiteiten van de nationale bewustmakingscentra en door te streven naar een hulplijn voor heel Europa (een dienst van Europe Direct) i.
- Opvoering van de zichtbaarheid van het programma Safer Internet plus bij Europese burgers, zowel volwassenen als kinderen. Met name zal de Commissie naast de bewustmakingscampagne van de nationale bewustmakingscentra een evenement in Brussel organiseren voor de Dag van een veiliger internet in 2007.
Bij de uitvoering van Safer Internet plus en bij de planning van een vervolgprogramma in de toekomst zal de Commissie ook rekening houden met de conclusies en aanbevelingen van de slotevaluatie van het actieplan voor een veiliger internet i. Reeds geboekte vorderingen op gebieden die in deze evaluatie worden genoemd, zullen nog intensiever worden aangepakt.
Na de ondertekening van het interinstitutioneel akkoord over het nieuwe financiële kader op 17 mei 2006 heeft de Commissie haar "herziene pakket voor EU-programma's 2007-2013" ingediend i, waarin bestaande en voorgestelde wetgeving waar nodig wordt gewijzigd om dit akkoord uit te voeren. In dit pakket wordt voor de periode 2005-2008 voor Safer Internet plus 45 mln EUR uitgetrokken en dit is precies het bedrag dat in de beschikking werd vastgesteld.
Het in het programma-besluit vastgestelde bedrag voor de periode van 1 januari 2007 tot en het 31 december 2008 (24,95 mln EUR) komt voor deze fase dan ook overeen met de financiële vooruitzichten die voor de periode vanaf 2007 van kracht zijn.
Uit het grote aantal meldingen dat de meldpunten hebben ontvangen (alleen al in 2005 meer dan 534.000) blijkt dat er steeds meer behoefte bestaat aan een dergelijke dienst om illegale inhoud te bestrijden.
De Dag van een veiliger internet, waaraan op nationaal niveau op grote schaal wordt deelgenomen en in de media veel aandacht wordt besteed, wordt steeds meer gezien als een goede gelegenheid om de communicatie tussen de stakeholders te verbeteren en het grote publiek te bereiken.
De bewustmakingscentra zetten steeds meer gerichte campagnes op om kinderen, ouders en leerkrachten te bereiken en het netwerk wisselt steeds meer optimale praktijk op dit gebied uit.
Om de tot op heden uitgevoerde activiteiten verder uit te bouwen, om een optimaal effect van het programma te bereiken (bijvoorbeeld uitbreiding van het geografische bereik en stimulering van samenwerking tussen de stakeholders) en om de zichtbaarheid op te voeren is voortzetting van de financiering nodig.
….