Artikelen bij COM(2020)278 - ‘verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek’ van de lidstaten zoals voorgeschreven door Verordening 223/2009 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2020)278 - ‘verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek’ van de lidstaten zoals voorgeschreven door Verordening 223/2009. |
---|---|
document | COM(2020)278 |
datum | 3 juli 2020 |
Brussel, 3.7.2020
COM(2020) 278 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
over de ‘verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek’ van de lidstaten zoals voorgeschreven door Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009
1.Inleiding
1.1.Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek
Dit is het tweede verslag dat is opgesteld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek 1 en in het bijzonder met artikel 11, lid 4, waarin het volgende is bepaald:
“De verbintenissen van de lidstaten worden door de Commissie regelmatig gecontroleerd op basis van jaarlijkse verslagen van de lidstaten en, zo nodig, bijgewerkt.
…
De Commissie legt uiterlijk op 9 juni 2018, en vervolgens om de twee jaar, aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de gepubliceerde verbintenissen en, in voorkomend geval, de voortgangsverslagen.”
Het eerste verslag werd in 2018 gepubliceerd 2 .
1.1.Verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek
Het concept “verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek” (hierna ook “verbintenissen” of “vertrouwensverbintenissen” genoemd) kwam voort uit het doel om het kader voor kwaliteitsbeheer van statistieken te verbeteren. Het werd voor het eerst beschreven in een mededeling van de Commissie uit 2011 3 . Het idee was om nationale overheden medeverantwoordelijk te maken voor de naleving van de Praktijkcode voor Europese statistieken 4 door een land.
De Praktijkcode voor Europese statistieken geeft de norm aan voor de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken. Deze is gebaseerd op 16 beginselen voor de institutionele omgeving, statistische processen en statistische output. Het doel is om ervoor te zorgen dat statistieken die binnen het Europees statistisch systeem worden geproduceerd niet alleen relevant, tijdig en nauwkeurig zijn, maar ook voldoen aan de beginselen van professionele onafhankelijkheid, onpartijdigheid en objectiviteit. De verbintenissen brengen een link tot stand tussen de Praktijkcode voor Europese statistieken en de regering van een lidstaat, die voorheen ontbrak.
Overeenkomstig artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 223/2009 zijn de verbintenissen instrumenten die “er tevens voor zorgen dat het publiek vertrouwen heeft in Europese statistieken en dat er bij de uitvoering van de statistische beginselen in de Praktijkcode vooruitgang wordt geboekt” en moeten zij zowel door de Commissie als door de lidstaten worden vastgesteld.
In overweging 17 van de wijzigingsverordening (EU) 2015/759 5 is eveneens bepaald dat de verbintenissen “een specifieke verbintenis van de regering van die lidstaat moeten bevatten om de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode te verbeteren of te handhaven”.
2.Overzicht van vertrouwensverbintenissen en verslagen van de lidstaten
2.1.Algemene bepalingen
Overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 223/2009 moeten de lidstaten een verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek vaststellen en publiceren, of ten minste een voortgangsverslag over de toepassing van de Praktijkcode en de inspanningen die zijn gedaan om een verbintenis op te stellen aan de Commissie doen toekomen en bekendmaken. De Commissie controleert de verbintenissen regelmatig op basis van jaarlijkse verslagen van de lidstaten.
In overeenstemming met hetzelfde artikel dienen de lidstaten voorafgaand aan het opstellen van de verbintenis een voortgangsverslag over de toepassing van de Praktijkcode of in voorkomend geval over de inspanningen die zijn gedaan om een verbintenis op te stellen in bij de Commissie, en publiceren zij dat verslag. De voortgangsverslagen moeten ten minste om de twee jaar worden bijgewerkt.
Net als in het verslag van de Commissie op grond van artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 223/2009 uit 2018 dienden de meeste lidstaten hun verslag tegelijkertijd met hun verslaglegging over de uitvoering van de verbeteringsmaatregelen die volgden uit een tweede collegiale toetsingsronde in; in het kader daarvan dienen de lidstaten jaarlijks in januari bij de Commissie (Eurostat) een verslag in van de maatregelen die zij hebben genomen als follow-up van het collegiale toetsingsproces.
De lidstaten moeten het deel van het verslag van de collegiale toetsing dat als verslag over de verbintenis dient openbaar maken om als voortgangsverslag over de verbintenis te kunnen worden aangemerkt.
2.2.Vorm van de verbintenissen
Verordening (EG) nr. 223/2009 bevat geen regels over de vorm van de verbintenissen, maar het doel van een groter vertrouwen van het publiek doordat de regering zich verbindt aan het bieden van voorwaarden voor statistieken van hoge kwaliteit, moet worden bereikt.
Zoals in het verslag op grond van artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 223/2009 uit 2018 al was vastgesteld, zijn de meeste lidstaten van mening dat bepaalde onderdelen van hun respectieve wetgeving de verbintenis vormen. Deze situatie is bevestigd.
De groep lidstaten die “op zichzelf staande” verbintenissen heeft vastgesteld, is licht gegroeid maar blijft kleiner. Hieronder volgt een overzicht van de recent gemelde belangrijke ontwikkelingen met betrekking tot beide groepen lidstaten.
2.2.1.Door nationale wetgeving gevormde verbintenis
De lidstaten die van mening zijn dat de verbintenis wordt gevormd door de nationale wet, hebben verwezen naar de wettelijke bepalingen die relevant zijn voor het verbeteren of handhaven van de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode en hebben verslag uitgebracht over relevante ontwikkelingen. Voor de observatieperiode 2018-2019 waren dit de meest belangrijke of kenmerkende ontwikkelingen die deze groep lidstaten heeft gemeld:
Bulgarije: Het Bulgaars bureau voor de statistiek kon zowel intern als in het nationale systeem het gehele kwaliteitsbeheersysteem verbeteren met betrekking tot de samenwerking met andere nationale instanties die officiële statistieken produceren. Zo heeft het gemeenschappelijke richtsnoeren aangaande verspreiding opgesteld. Het nationaal bureau voor de statistiek heeft voor zijn coördinerende rol in het hele nationale statistische systeem krachtigere coördinerende bevoegdheden gekregen.
Het nationaal bureau voor de statistiek heeft het ontwerp van de geplande “op zichzelf staande” verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek voltooid en naar de regering gestuurd. De regering zal binnenkort discussiëren over het aannemen hiervan.
Kroatië: De procedure voor het aannemen van de nieuwe wet inzake officiële statistieken door de regering en het parlement van Kroatië is in de laatste fase.
In de nieuwe wet wordt duidelijk erkend dat de officiële statistieken worden ontwikkeld, geproduceerd en verspreid overeenkomstig de beginselen uit Verordening (EG) nr. 223/2009, waardoor wordt gewaarborgd dat de verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek volledig wordt opgesteld door het Kroatische bureau voor de statistiek de professionele onafhankelijkheid en ondersteuning te bieden die het nodig heeft om de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode voor Europese statistieken te handhaven en verbeteren.
Denemarken: Op 1 juli 2018 is een herziene wet inzake officiële statistieken en het Deense bureau voor de statistiek van kracht geworden. Hierin zijn specifieke bepalingen opgenomen betreffende de status van de nationale statisticus, statistische onafhankelijkheid en de coördinerende rol van het Deense bureau voor de statistiek ten aanzien van officiële statistiek.
De bepalingen bevatten een heldere procedure voor de toepassing van de Praktijkcode voor Europese statistieken in het systeem voor de officiële statistiek. De nationale statisticus heeft op basis van de Praktijkcode een aantal kwaliteitsrichtsnoeren opgesteld waaraan alle officiële statistieken moeten voldoen.
Het Deense bureau voor de statistiek houdt toezicht op de naleving van deze richtsnoeren via jaarlijkse beoordelingen door andere nationale instanties en door regelmatige bezoeken voor collegiale toetsing af te leggen. Op basis van dit toezicht stelt de nationale statisticus elk jaar een verslag over de naleving van de richtsnoeren op dat aan de regering wordt gepresenteerd.
Frankrijk: De bevoegdheden van de Autorité de la statistique publique (ASP), een toezichtsorgaan dat in 2009 is opgericht om de naleving van het beginsel van professionele onafhankelijkheid bij het ontwerpen, produceren en verspreiden van officiële statistieken te waarborgen, zijn verduidelijkt 6 .
De rol van de ASP bij de naleving van de Praktijkcode voor Europese statistieken is nu duidelijker beschreven en de verspreiding van statistieken is strikt gescheiden van mededelingen van ministeries. Bovendien brengt de ASP bij de benoeming van de meest senior managers van de Franse statistische dienst nu een advies over hun beroepsbekwaamheid op het gebied van statistiek uit aan de hoorcommissie. Dit versterkt de opdracht van de ASP om de naleving van het beginsel van professionele onafhankelijkheid in de gehele Franse officiële statistische dienst te waarborgen.
Italië: De laatste tijd heeft Italië zich gericht op maatregelen om de naleving van het kwaliteitsbeginsel te verbeteren. Istat, het nationaal bureau voor statistiek, heeft sinds 2018 een kwaliteitsbeoordelingsprogramma waarin het bij andere nationale instanties audits uitvoert voor het beoordelen van hun statistische processen. Bovendien is er een trainingsprogramma om de vaardigheden van de andere nationale instanties op het gebied van kwaliteitsbeheer te verbeteren.
In 2019 is er een bedrijfscongres georganiseerd om alle medewerkers van Istat, van het hogere management tot het personeel, te informeren over de nieuwe organisatiestructuur, strategieën, uitdagingen en kansen met betrekking tot de kwaliteitsverbintenis.
Er wordt nog steeds gewerkt aan een “op zichzelf staande” verbintenis aangaande vertrouwen. Er wordt nogmaals een voorstel gedaan om een specifieke verbintenis op te nemen in het volgende nationale statistische programma voor 2020-2022, dat op voorstel van de voorzitter van de raad moet worden goedgekeurd door de ministerraad en tot wet moet worden verheven bij een decreet van de president van de republiek.
Polen: De wet van 29 juni 1995 inzake openbare statistieken 7 is officieel aangemerkt als de Poolse verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek. Dit is de belangrijkste Poolse wet waarin de officiële statistieken uitvoerig worden gereguleerd. In de wet wordt gewaarborgd dat degenen die de statistieken opstellen volledig onafhankelijk zijn en niet door de politiek worden beïnvloed, waardoor de hoge kwaliteit van de geproduceerde statistische gegevens wordt gegarandeerd.
Met de wet wordt de Poolse overheid verplicht om op te treden in overeenstemming met de bepalingen van het Unierecht waarnaar rechtstreeks wordt verwezen. Deze is dus bedoeld om het vertrouwen van het publiek in de statistiek die het land worden opgesteld te vergroten, met inbegrip van de statistieken voor Europa.
Bovendien moeten de officiële Poolse statistieken worden geproduceerd in overeenstemming met de regels van de Praktijkcode voor Europese statistieken, waardoor de hoge kwaliteit van de gegevens wordt gewaarborgd.
Spanje: Sinds 2016 is de verbintenis aangaande vertrouwen uit hoofde van het nationale statistische plan voor 2017-2020 opgenomen in een specifiek artikel van elk jaarprogramma. Bovendien is in 2018 op de website van het nationaal bureau voor de statistiek een specifiek deel over dit onderwerp toegevoegd. Hierin staat een publiekssamenvatting van de verbintenis met links naar alle jaarprogramma’s.
Ook andere landen zijn van mening dat de verbintenis door de nationale wet wordt gevormd, maar deze worden hierboven niet vermeld omdat er de afgelopen twee jaar minder belangrijke ontwikkelingen waren. Het gaat om: Duitsland, Estland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Slowakije, Finland en het Verenigd Koninkrijk.
2.2.2.“Op zichzelf staande” verbintenissen aangaande vertrouwen
De “op zichzelf staande” verbintenissen hebben verschillende vormen, die voortkomen uit de specifieke eigenschappen van het desbetreffende nationale statistische systeem.
In het eerste verslag over de verbintenissen uit 2018 stonden de “op zichzelf staande” verbintenissen van de volgende lidstaten (in chronologische volgorde):
Griekenland: De Griekse verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek 8 werd op 29 februari 2012 door de Griekse premier en het lid van de Europese Commissie belast met belastingen, douane-unie, statistiek, audit en fraudebestrijding ondertekend.
Zweden: De verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek 9 werd door de Zweedse regering in de begroting voor 2017 gepresenteerd. Daaropvolgend werd de verbintenis ook op de website van het Zweeds bureau voor de statistiek gepubliceerd.
Slovenië: De regering van Slovenië stelde op 5 januari 2017 de verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek 10 vast. Deze werd vervolgens samen met de bijbehorende publiekssamenvatting op de website van het Sloveens bureau voor de statistiek gepubliceerd.
Ierland: De Ierse verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek 11 werd op 30 mei 2017 door de regering van Ierland aangenomen en vervolgens op de website van het Iers bureau voor de statistiek gepubliceerd.
België: De Belgische vertrouwensverbintenis 12 werd op 31 mei 2017 aangenomen door het Overlegcomité, waarin de federale regering en de regeringen van de Gewesten en Gemeenschappen zijn vertegenwoordigd, en vervolgens gepubliceerd op de website van de Belgische federale statistische instantie en de regionale statistische instanties.
Roemenië: De Roemeense vertrouwensverbintenis werd door de Roemeense regering aangenomen tijdens haar bijeenkomst van 9 juni 2017 13 .
14 Malta: Voor de Maltese regering ondertekende de premier de verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek op 17 mei 2018.
Inmiddels zijn de volgende nieuwe “op zichzelf staande” verbintenissen opgesteld:
15 Tsjechië: De Tsjechische verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek is op 28 februari 2018 gepubliceerd op de website van de nationale statistische instantie.
Hierin staan de respectieve bepalingen van Verordening (EG) nr. 223/2009 en wordt aangegeven dat hieraan al wordt voldaan door de bestaande wetgeving door het vastleggen van de activiteiten van de Tsjechische statistische dienst, allereerst wet nr. 89/1995 inzake de statistische dienst van de staat, maar ook andere wetten zoals de grondwet of het reglement van orde van de regering. Dankzij al deze regelgeving bestaan alle voorwaarden om te voldoen aan alle beginselen van de Praktijkcode voor Europese statistieken met betrekking tot de institutionele omgeving.
16 Cyprus: De verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek is op 16 oktober 2018 goedgekeurd door de ministerraad. Bovendien heeft de raad de minister van Financiën gemachtigd om de directeur van de statistische dienst opdracht te geven om de verbintenis te publiceren.
17 IJsland, dat in zijn hoedanigheid van lid van de Europese Economische Ruimte (EER) deelneemt aan het Europees statistisch systeem, heeft ook een “op zichzelf staande” verbintenis opgesteld: een tekst over de verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek is toegevoegd aan de documenten van de begroting voor 2020-2024 en goedgekeurd door het parlement. Hierin wordt opnieuw bevestigd dat de geloofwaardigheid van openbare statistieken een van de vereisten is voor vertrouwen in de economische en sociale statistieken die worden gebruikt voor beleidsvorming en om de impact van beslissingen van de regering op neutrale wijze te beoordelen. In de tekst staat ook dat het om het vertrouwen in officiële statistieken te behouden noodzakelijk is dat de beginselen van de Praktijkcode voor Europese statistieken worden nageleefd. Bovendien is duidelijk gemaakt dat de professionele onafhankelijkheid en de werkomgeving die het IJslands bureau voor de statistiek nodig heeft om die regels af te dwingen bij de uitvoering van nieuwe projecten, het verzamelen van gegevens en het verwerken en verspreiden van statistieken worden gegarandeerd.
Het is ten slotte het vermelden waard dat drie landen van de westelijke Balkan, hoewel zij geen deel uitmaken van het Europees statistisch systeem, de verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek formeel hebben aangenomen: Albanië op 10 november 2017, Montenegro op 22 februari 2018 en Noord-Macedonië op 17 oktober 2018.
3.Conclusie
Voor de meeste lidstaten is de verbintenis inherent aan hun wetgeving inzake statistiek. Uit hun verslagen blijkt dat de verplichting om een verbintenis op te stellen leidt tot de voortdurende verbetering van de desbetreffende wetgeving om de beginselen van de Praktijkcode voor Europese statistieken beter toe te passen.
Voor deze groep lidstaten wordt een regeringsverbintenis met betrekking tot de Praktijkcode voor Europese statistieken, die nodig is om het vertrouwen van het publiek in officiële statistieken te vergroten, nageleefd door regeringen te betrekken bij het opstellen van de relevante wetgeving. Dit aspect is bovendien vervat in de bepalingen over de rechtstreekse verslaglegging aan de regering over de uitvoering van de maatregelen voor de naleving van de beginselen van de Praktijkcode voor Europese statistieken.
De verschillen in de vorm van de “op zichzelf staande” verbintenissen die zijn of worden opgesteld, komen voort uit de specifieke eigenschappen van de nationale statistische systemen en rechtsstelsels. Omdat er een politieke beslissing nodig is voor het opstellen van de verbintenis, neemt dit proces veel tijd in beslag. De landen die nog werken aan hun “op zichzelf staande” verbintenis boeken vooruitgang. In de tussentijd hebben zij bovendien de uitvoering van de beginselen van Praktijkcode voor Europese statistieken verder verbeterd.
Over het algemeen kan worden opgemerkt dat regeringen en nationale statistische instanties in de hele Europese Unie zich er steeds bewuster van zijn dat het belangrijk is dat het vertrouwen van het publiek in Europese statistieken wordt gewaarborgd door de beginselen van de Praktijkcode beter toe te passen. Bovendien is het duidelijk dat de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode geleidelijk en duurzaam beter worden.
(1) Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).
(2) COM (2018) 516 final: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?qid=1574866259293&uri=CELEX:52018DC0516
(3) COM(2011) 211 definitief.
(4) http://ec.europa.eu/eurostat/documents/3859598/5922313/10425-NL-NL.PDF
(5) Verordening (EU) 2015/759 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek (PB L 123 van 19.5.2015, blz. 90).
(6) Besluit nr. 2018-800 van 20 september 2018 tot wijziging van Besluit nr. 2009-250 van 3 maart 2009 aangaande de Autorité de la statistique publique.
(7) Het document is te vinden op: https://bip.stat.gov.pl/en/law/law-on-public-statistics/ of http://isap.sejm.gov.pl/DetailsServlet?id=wdu19950880439 of http://prawo.sejm.gov.pl/isap.nsf/download.xsp/WDU19950880439/U/D19950439Lj.pdf
(8) http://www.statistics.gr/documents/20181/c5b9264e-815e-4f74-9955-467d14cad474 (Alleen beschikbaar in het Engels).
(9)
http://www.scb.se/contentassets/bbe78b2a144143c7955b165f76fb4d52/regeringens-atagande-om-att-skapa-fortroende-for-statistiken.pdf en http://www.scb.se/om-scb/samordning-av-europeisk-statistik-i-sverige/regeringens-atagande-om-att-skapa-fortroende-for-statistiken/ (Alleen beschikbaar in het Zweeds).
Zie ook bladzijden 28 en 29 van de Officiële Statistieken van Zweden – Jaarverslag 2017 http://www.scb.se/contentassets/fd60f41a3abc4d2c8a791e425357ba5b/ov9999_2017a01_br_x43br1802.pdf (Beschrijving van verbintenis in het Engels).
(10) http://www.stat.si/StatWeb/en/News/Index/6458 (Alleen beschikbaar in het Engels en het Sloveens).
(11) http://cso.ie/en/media/csoie/aboutus/documents/CoCS.pdf (Alleen beschikbaar in het Engels).
(12) https://statbel.fgov.be/nl/over-statbel/kwaliteit/vertrouwensverbintenis (Alleen beschikbaar in het Engels, Frans, Duits en Nederlands).
(13) http://www.insse.ro/cms/files/eurostat/angajament_de_sprijinirea_credibilitatii_statisticii_oficiale_nationale.pdf (Alleen beschikbaar in het Roemeens).
(14) https://nso.gov.mt/en/nso/Pages/Commitment-on-Confidence.aspx en https://msa.gov.mt/en/public_information/Pages/Commitment-on-Confidence.aspx (Alleen beschikbaar in het Engels).
(15) https://www.czso.cz/csu/czso/commitment-on-confidence-in-statistics-in-the-czech-republic
(16) Besluit nr. 85.964.
(17) https://www.stjornartidindi.is/Advert.aspx?RecordID=de627e49-2146-45cb-b1eb-969072b8deac