Artikelen bij COM(2016)821 - Handhaving van de Dienstenrichtlijn en vaststelling van een kennisgevingsprocedure voor vergunningstelsels en vereisten met betrekking tot diensten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Artikel 1 - Onderwerp en toepassingsgebied

In deze richtlijn worden regels vastgelegd betreffende de kennisgeving door lidstaten van ontwerpen van wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen ter invoering van nieuwe of tot wijziging van bestaande vergunningstelsels en bepaalde vereisten die vallen binnen het toepassingsgebied van Richtlijn 2006/123/EG.

Artikel 2 - Definities

Voor de toepassing van deze richtlijn gelden de definities geformuleerd in artikel 4, leden 1, 2, 3, en 5 tot en met 9, van Richtlijn 2006/123/EG, en in artikel 5, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1024/2012.

Daarnaast gelden de volgende definities:

a) 'ontwerpmaatregel': een tekst waarin een vergunningstelsel of een vereiste wordt vastgelegd in de zin van, artikel 4, respectievelijk leden 6 en 7, van Richtlijn 2006/123/EG, geformuleerd met de bedoeling deze vast te stellen als een algemene wettelijke of bestuursrechtelijke bepaling, waarbij de tekst zich in een stadium van voorbereiding bevindt en nog ingrijpend gewijzigd kan worden door de kennisgevende lidstaat;

b) 'vaststelling': het besluit in een lidstaat dat de algemene wettelijke of bestuursrechtelijke bepaling definitief maakt volgens de toepasselijke procedure.

Artikel 3 - Kennisgevingsverplichting

1. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van alle, in artikel 4 bedoelde ontwerpmaatregelen die nieuwe vereisten of vergunningstelsels invoeren, of die dergelijke bestaande vereisten of vergunningstelsels wijzigen.

2. Indien een lidstaat een ter kennisgeving aangemelde ontwerpmaatregel wijzigt met als gevolg daarvan een aanzienlijke uitbreiding van het toepassingsgebied of de inhoud, een verkorting van het oorspronkelijke tijdschema voor de tenuitvoerlegging, een toevoeging van vereisten of vergunningstelsels, of het stringenter maken daarvan met betrekking tot de vestiging of de grensoverschrijdende dienstverlening, geeft de lidstaat opnieuw kennis van de eerder, op grond van lid 1 ter kennisgeving aangemelde, gewijzigde ontwerpmaatregel, met inbegrip van een uitleg betreffende het doel en de inhoud van de wijzigingen. In een dergelijk geval wordt de eerdere kennisgeving als ingetrokken beschouwd.

3. De Commissie wordt in kennis gesteld van de in leden 1 en 2 bedoelde ontwerpmaatregelen, ten minste drie maanden voordat zij worden vastgesteld.

4. Het schenden van een van de in artikel 3, leden 1, 2 en 3, of in artikel 6, lid 2, vervatte verplichtingen, vormt een zeer ernstige procedurele fout ten aanzien van de gevolgen ervan voor personen.

5. Als onderdeel van elke kennisgeving verschaffen de lidstaten informatie waarmee kan worden aangetoond dat het ter kennisgeving aangemelde vergunningstelsel of de ter kennisgeving aangemelde vereiste in overeenstemming is met Richtlijn 2006/123/EG.

In die informatie wordt de dwingende reden van het nagestreefde algemeen belang genoemd en het bevat de argumenten waarom het ter kennisgeving aangemelde vergunningstelsel of de ter kennisgeving aangemelde vereiste niet-discriminatoir is op grond van nationaliteit of verblijfplaats en waarom het evenredig is.

Die informatie bevat een beoordeling waaruit blijkt dat geen minder beperkende middelen voorhanden zijn, evenals specifiek bewijs ter ondersteuning van de argumenten van de kennisgevende lidstaat.

6. De kennisgeving van de betrokken lidstaat omvat tevens de tekst van de wettelijke of bestuursrechtelijke bepaling die ten grondslag ligt aan de ter kennisgeving aangemelde ontwerpmaatregel.

7. De betrokken lidstaten maken melding van de vastgestelde maatregel, binnen twee weken na de vaststelling ervan.

8. Voor de toepassing van de krachtens deze richtlijn ingestelde kennisgevingsprocedure en om de informatie-uitwisseling tussen de kennisgevende lidstaat, de andere lidstaten en de Commissie te waarborgen, dient het Informatiesysteem interne markt, vervat in Verordening (EU) nr. 1024/2012 te worden gebruikt.

Artikel 4 - Vergunningstelsels en vereisten waarvoor de kennisgevingsverplichting geldt

De lidstaten kondigen de volgende vergunningstelsels en vereisten aan:

a) vergunningstelsels in de zin van artikel 9, lid 1, van Richtlijn 2006/123/EG;

b) vereisten bedoeld in artikel 15, lid 2, van Richtlijn 2006/123/EG;

c) vereisten die van invloed zijn op het vrij verrichten van diensten, bedoeld in artikel 16, lid 1, derde alinea, en in artikel 16, lid 3, eerste zin, van Richtlijn 2006/123/EG;

d) vereiste om een beroepsaansprakelijkheidsverzekering af te sluiten, een waarborg te stellen of een soortgelijke voorziening te bieden, als bedoeld in artikel 23 van Richtlijn 2006/123/EC;

e) vereiste om uitsluitend een bepaalde specifieke bedrijfsactiviteit uit te oefenen of een inperking van het gezamenlijk of in partnerschap uitoefenen van verschillende bedrijfsactiviteiten zoals bedoeld in artikel 25 van Richtlijn 2006/123/EG.

Artikel 5 - Raadpleging

1. Na ontvangst van de in artikel 3, leden 1 en 2, bedoelde kennisgeving van een lidstaat, informeert de Commissie de kennisgevende lidstaat over de volledigheid van de ontvangen kennisgeving.

2. Met ingang van de datum waarop de Commissie de kennisgevende lidstaat informeert over de volledigheid van de ontvangen kennisgeving, vindt er gedurende maximaal drie maanden een raadpleging plaats tussen de kennisgevende lidstaat, de andere lidstaten en de Commissie.

3. De Commissie en de lidstaten kunnen gedurende een periode van twee maanden vanaf de aanvang van de in lid 2 genoemde raadplegingstermijn, opmerkingen indienen bij de kennisgevende lidstaat.

4. De kennisgevende lidstaat beantwoordt de door de Commissie of andere lidstaten ingediende opmerkingen binnen een maand na ontvangst en voorafgaand aan de vaststelling van de ter kennisgeving aangemelde maatregel, ofwel door uit te leggen op welke wijze er bij de ter kennisgeving aangemelde maatregel rekening zal worden gehouden met de opmerkingen, of door aan te geven waarom er met de opmerkingen geen rekening kan worden gehouden.

5. Wanneer noch de Commissie noch de andere lidstaten binnen de in lid 3 genoemde termijn van twee maanden opmerkingen betreffende een ter kennisgeving aangemelde ontwerpmaatregel hebben ingediend, loopt de raadplegingstermijn onmiddellijk af.

Artikel 6 - Waarschuwing

1. Voorafgaand aan de sluiting van de in artikel 5, lid 2, genoemde raadplegingstermijn kan de Commissie de kennisgevende lidstaat waarschuwen wanneer zij twijfels heeft over de verenigbaarheid van de ter kennisgeving aangemelde ontwerpmaatregel met Richtlijn 2006/123/EG en de lidstaat erop attent maken dat zij de intentie heeft een in artikel 7 bedoeld besluit vast te stellen.

2. Na ontvangst van een dergelijke waarschuwing, stelt de kennisgevende lidstaat de ontwerpmaatregel niet vast gedurende drie maanden na de sluiting van de raadplegingstermijn.

Artikel 7 - Besluit

Indien de Commissie een waarschuwing heeft afgegeven overeenkomstig artikel 6, lid 1, kan zij, gedurende een periode van drie maanden na afloop van de sluitingsdatum van de in artikel 5, lid 2, bedoelde raadplegingstermijn, een besluit vaststellen waarin de ontwerpmaatregel onverenigbaar wordt bevonden met Richtlijn 2006/123/EG en waarin van de betrokken lidstaat wordt geëist dat deze afziet van de vaststelling van de ontwerpmaatregel of de vaststelling intrekt, in het geval een dergelijke maatregel is vastgesteld in strijd met artikel 3, lid 3, of artikel 6, lid 2.

Artikel 8 - Informatie voor het publiek

De Commissie maakt de door de lidstaten krachtens artikel 3, leden 1 en 2, gedane kennisgevingen en de daarmee verband houdende vastgestelde maatregelen bekend op een speciale, openbaar toegankelijke website.

Artikel 9 - Aanwijzing van een bevoegde instantie

De lidstaten wijzen een bevoegde instantie aan die op nationaal niveau verantwoordelijk is voor de uitvoering van de op grond van deze richtlijn ingestelde kennisgevingsprocedure.

Artikel 10 - Koppeling aan andere kennisgevings- of verslagleggingsmechanismen

1. Indien een lidstaat verplicht is een maatregel ter kennisgeving aan te melden uit hoofde van artikel 3 van deze richtlijn en artikel 5, lid 1, van Richtlijn (EU) 2015/1535, wordt een uit hoofde van die richtlijn gedane kennisgeving die voldoet aan de verplichtingen vastgelegd in artikel 3, leden 3, 5, 6 en 7, van deze richtlijn, tevens geacht te voldoen aan de kennisgevingsverplichting uit hoofde van artikel 3, leden 1 en 2, van deze richtlijn.

2. Indien een lidstaat verplicht is een maatregel ter kennisgeving aan te melden uit hoofde van artikel 3 van deze richtlijn en de Commissie te informeren overeenkomstig artikel 59, lid 5, van Richtlijn 2005/36/EC, wordt die kennisgeving tevens geacht te voldoen aan de informatieplicht geformuleerd in artikel 59, lid 5, van Richtlijn 2005/36/EC.

Artikel 11 - Verslaglegging en evaluatie

1. De Commissie dient uiterlijk op [36 maanden na de datum voor de omzetting van deze richtlijn] en vervolgens ten minste elke vijf jaar, een verslag over de toepassing van deze richtlijn in bij het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité.

2. Aan de hand van het in lid 1 bedoelde verslag evalueert de Commissie deze richtlijn regelmatig; zij dient het resultaat van de evaluatie in bij het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité.

3. In voorkomende gevallen gaan de in de leden 1 en 2 bedoelde verslagen vergezeld van relevante voorstellen.

Artikel 12 - Wijzigingen van Richtlijn 2006/123/EG

Richtlijn 2006/123/EG wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel 15, lid 7, wordt geschrapt met ingang van [een dag na de uiterste termijn voor de omzetting].

2. In artikel 39, lid 5, worden de tweede en derde alinea geschrapt met ingang van [een dag na de uiterste termijn voor de omzetting].

Artikel 13

Wijzigingen van Verordening (EU) nr. 1024/2012

De bijlage bij Verordening (EU) nr. 1024/2012 wordt als volgt gewijzigd:

1. punt 1 wordt vervangen door:

"1. Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt: Hoofdstuk VI.”;

2. het volgende punt 11 wordt toegevoegd:

"11. Richtlijn (EU) XXXX/XXXX van het Europees Parlement en de Raad van XX betreffende de handhaving van Richtlijn 2006/123/EG betreffende diensten op de interne markt, tot vaststelling van een kennisgevingsprocedure voor vergunningstelsels en vereisten met betrekking tot diensten en tot wijziging van Richtlijn 2006/123/EG en Verordening (EU) nr. 1024/2012 betreffende administratieve samenwerking via het Informatiesysteem interne markt, tenzij een kennisgeving, als voorzien in die richtlijn, is gedaan overeenkomstig Richtlijn (EU) 2015/1535.".

Artikel 14 - Omzetting

1. De lidstaten dienen uiterlijk op [datum een jaar na de datum van inwerkingtreding van die richtlijn] de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen.

De voor de omzetting van deze richtlijn vastgestelde bepalingen bevatten een verwijzing naar deze richtlijn of gaan vergezeld van een dergelijke verwijzing bij de officiële bekendmaking daarvan. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

2. De lidstaten delen de Commissie de tekst van die bepalingen mede.

3. Zij passen die bepaling toe vanaf [datum een jaar na de datum van de inwerkingtreding van die richtlijn + een dag].

Artikel 15 - Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 16 - Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.