Artikelen bij COM(2013)282 - Standpunt Raad over een verordening inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 

|
52013PC0282

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie over het standpunt van de Raad met het oog op de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane /* COM/2013/0282 final - 2011/0137 (COD) */


2011/0137 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie over het

standpunt van de Raad met het oog op de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane

1. Achtergrond

Indiening van het voorstel bij het Europees Parlement en de Raad (document COM(2011) 0285 definitief– 2011/0137 COD): || 24.5.2011.

Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing: || 3.7.2012.

Vaststelling van het standpunt van de Raad: || 16.5.2013.

2. Doel van het voorstel van de Commissie

De voorgestelde verordening is bedoeld ter vervanging van de bestaande Verordening (EG) nr. 1383/2003, waarbij momenteel titel 4 (Bijzondere vereisten in verband met maatregelen aan de grens) van deel III (Handhaving van de rechten uit hoofde van de intellectuele eigendom) van de WTO‑Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIPS) ten uitvoer wordt gelegd.

Het voorstel maakt integraal deel uit van het strategische kader dat wordt geschetst in de mededeling van de Commissie over een eengemaakte markt voor intellectuele-eigendomsrechten (IP‑rechten) en is in overeenstemming met het gevestigde beleid en de strategie inzake de bescherming van intellectuele-eigendomsrechten. Dit beleid komt tot uiting in verschillende mededelingen van de Commissie, zoals Europa 2020, de mededeling over de Single Market Act en de mededeling over de EU-interneveiligheidsstrategie.

Het voorstel is erop gericht de douane meer mogelijkheden te geven de intellectuele-eigendomsrechten aan de grens te handhaven: het verruimt het spectrum aan inbreuken op IP-rechten dat onder deze overeenkomst valt en het geeft douaneautoriteiten de bevoegdheid om alle goederen onder douanetoezicht te controleren, ongeacht de douanebehandeling ervan: het garandeert dat de douane over hoogwaardige informatie kan beschikken aan de hand waarvan zij een goede analyse en beoordeling kan maken van het risico op inbreuken op IP-rechten. Daarnaast verschaft het de wettelijke basis voor een centrale databank om verzoeken om het optreden van de douane of vasthoudingen vast te leggen en voor de gegevensuitwisseling tussen douaneautoriteiten (COPIS).

Er worden bovendien bepaalde aanpassingen van de huidige procedures voorgesteld om ervoor te zorgen dat de administratieve lasten tot een minimum beperkt blijven: het voorstel voorziet op grond van een overeenkomst tussen de betrokken partijen in de mogelijkheid goederen zonder gerechtelijke procedure te vernietigen: het legt een nieuwe procedure voor kleine zendingen vast waarbij goederen kunnen worden vernietigd zonder de betrokkenheid van de houders van rechten.

Het zorgt ervoor dat de rechtmatige belangen van alle handelaren in aanmerking worden genomen: het harmoniseert de toepassing van het recht om te worden gehoord van de partijen die schade ondervinden van de vasthouding en het past de termijnen aan die binnen de procedures aan elke partij worden toegekend.

Het komt tegemoet aan de door India en Brazilië geuite zorgen in het licht van twee WTO-geschillen in 2010 over 'generieke' medicijnen in doorvoer over het EU‑grondgebied: het introduceert overweging 17 en brengt de Verklaring van Doha van 2001 over de TRIPS‑Overeenkomst en volksgezondheid in herinnering, het schrapt overweging 8 ("vervaardigingsfictie") en hanteert een nauwere formulering van TRIPS (de douane moet 'voldoende bewijs' voor een inbreuk op IP-rechten hebben om goederen vast te houden).

3. Opmerkingen over het standpunt van de Raad

Het standpunt dat de Raad in eerste lezing heeft goedgekeurd, komt volledig overeen met de overeenkomst die werd bereikt in de trialoog tussen de Raad, het Europees Parlement en de Commissie op 19 december 2012. De voornaamste punten van deze overeenkomst zijn:

– parallelhandel en overschrijdingen worden uitgesloten van het toepassingsgebied van de verordening;

– er wordt verduidelijkt dat de douaneautoriteit douanecontroles uit kan voeren en in de douanewetgeving voorziene identificatiemaatregelen mag nemen om verrichtingen die strijdig zijn met de op het grondgebied van de Unie vigerende wetgeving te voorkomen en bij de handhaving van intellectuele‑eigendomsrechten met derde landen samen te werken;

– er wordt een gemeenschappelijke procedure ingesteld voor alle soorten inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten die onder het toepassingsgebied van de verordening vallen, onverminderd de specifieke procedure voor kleine zendingen. Binnen een dergelijke gemeenschappelijke procedure kunnen goederen worden vernietigd zonder dat de houder van het recht een gerechtelijke procedure hoeft te beginnen, mits de aangever of de houder van de goederen, na naar behoren te zijn geïnformeerd over de vasthouding van de goederen door de douaneautoriteiten, geen bezwaar maakt tegen de vernietiging ervan;

– er wordt vastgelegd dat de procedure voor kleine zendingen alleen van toepassing is op een eerder verzoek van de aanvrager in dat verband en dat de douaneautoriteiten de mogelijkheid hebben om te eisen dat de aanvrager de kosten draagt die voortvloeien uit de toepassing van deze procedure;

– er wordt een definitie van kleine zendingen vastgesteld in de verordening, waarmee de Commissie wordt gemachtigd gedelegeerde handelingen vast te stellen overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot het wijzigen, onder bepaalde omstandigheden, van niet‑essentiële onderdelen van die definitie;

– er wordt in een juridische basis voorzien, in overeenstemming met artikel 69 van de TRIPS-Overeenkomst en om de internationale handel in goederen die inbreuk maken op intellectuele-eigendomsrechten uit te bannen, ten behoeve van een snelle uitwisseling van informatie over dergelijke handel tussen de douaneautoriteiten in de EU en in derde landen. Om een uniforme toepassing te garanderen van de bepalingen voor de omschrijving van de elementen van de praktische regelingen voor de gegevensuitwisseling met derde landen, worden aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden toegewezen, namelijk om deze elementen van de praktische regelingen te omschrijven. De bepalingen inzake de doorgifte van gegevens aan derde landen doen geen afbreuk aan toepasselijke bepalingen inzake gegevensbescherming in de EU, met name de artikelen 25 en 26 van Richtlijn 95/46/EG en artikel 9 van Verordening (EG) nr. 45/2001;

– er worden bepalingen uitgesloten in de verordening ter harmonisering van het recht om te worden gehoord in het voordeel van personen bij de douane die betrokken zijn bij het vasthouden van goederen. Er wordt van uitgegaan dat de nationale wetten van toepassing zijn voor het verlenen van het recht om te worden gehoord;

– de lijst met gevallen waarin de houder van het recht de informatie kan gebruiken die de douane hem heeft geopenbaard na een vasthouding van goederen op grond van de verordening, wordt verbreed en verduidelijkt;

– er worden bepalingen in het basisbesluit opgenomen over gegevensverzameling, verwerking, bewaartermijnen en het uitoefenen van rechten en verantwoordelijkheden in overeenstemming met de bestaande wetgeving op het gebied van gegevensbescherming.

De Commissie staat volledig achter de overeenkomst die werd bereikt in de trialoog.

4. Conclusie

De Commissie kan de door de Raad in haar voorstel aangebrachte amendementen aanvaarden.

               Verordening (EG) nr. 1383/2003 van de Raad van 22 juli 2003 inzake het optreden van de douaneautoriteiten ten aanzien van goederen waarvan wordt vermoed dat zij inbreuk maken op bepaalde intellectuele-eigendomsrechten en inzake de maatregelen ten aanzien van goederen waarvan is vastgesteld dat zij inbreuk maken op dergelijke rechten

               Mededeling van de Commissie van 24 mei 2011: 'Een eengemaakte markt voor intellectuele-eigendomsrechten' — COM(2011) 287 definitief.

               Mededeling van de Commissie van 3 maart 2010: 'Een strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei'– COM(2010) 2020 definitief.

               Mededeling van de Commissie van 11 november 2010: 'Naar een Single Market Act' - COM(2010) 608 definitief/2.

               Mededeling van de Commissie van 22 november 2010: 'De EU-interneveiligheidsstrategie in actie: vijf stappen voor een veiliger Europa' – COM(2010) 673 definitief.