Artikelen bij SEC(2004)319 - Verzoek tot wijziging van de artikelen 16 en 17 van het statuut van het Hof van Justitie betreffende de samenstelling van de grote kamer en het quorum voor de voltallige zitting van het Hof, dat door het Hof van Justitie is ingediend overeenkomstig artikel 245, tweede alinea, van het EG-Verdrag en artikel 160, tweede alinea, van het EGA-Verdrag - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | SEC(2004)319 - Verzoek tot wijziging van de artikelen 16 en 17 van het statuut van het Hof van Justitie betreffende de samenstelling van de ... |
---|---|
document | SEC(2004)319 |
datum | 16 maart 2004 |
|
52004SC0319
Advies van de Commissie over het verzoek tot wijziging van de artikelen 16 en 17 van het statuut van het Hof van Justitie betreffende de samenstelling van de grote kamer en het quorum voor de voltallige zitting van het Hof, dat door het Hof van Justitie is ingediend overeenkomstig artikel 245, tweede alinea, van het EG-Verdrag en artikel 160, tweede alinea, van het EGA-Verdrag /* SEC/2004/0319 def. */
ADVIES VAN DE COMMISSIE over het verzoek tot wijziging van de artikelen 16 en 17 van het statuut van het Hof van Justitie betreffende de samenstelling van de grote kamer en het quorum voor de voltallige zitting van het Hof, dat door het Hof van Justitie is ingediend overeenkomstig artikel 245, tweede alinea, van het EG-Verdrag en artikel 160, tweede alinea, van het EGA-Verdrag
ADVIES VAN DE COMMISSIE
over het verzoek tot wijziging van de artikelen 16 en 17 van het statuut van het Hof van Justitie betreffende de samenstelling van de grote kamer en het quorum voor de voltallige zitting van het Hof, dat door het Hof van Justitie is ingediend overeenkomstig artikel 245, tweede alinea, van het EG-Verdrag en artikel 160, tweede alinea, van het EGA-Verdrag
Het Hof van Justitie stelt voor
- artikel 16 van het statuut te wijzigen om het aantal rechters waaruit de grote kamer is samengesteld van elf op dertien rechters te brengen,
- artikel 17 van het statuut te wijzigen om het quorum voor de voltallige zitting van het Hof van elf op vijftien rechters te brengen .
Het quorum voor de grote kamer blijft ongewijzigd (negen rechters).
I. Over de wijziging van artikel 16 van het statuut:
1. De huidige versie van artikel 16 van het statuut vloeit voort uit het Verdrag van Nice, dat juist tot doel had de samenstelling en de werking van de instellingen aan te passen met het oog op de uitbreiding . Artikel 16 van het statuut is één van de bepalingen die daartoe werden vastgesteld en die als dusdanig tijdens de onderhandelingen over de recente toetredingsverdragen niet opnieuw hoefden te worden aangepast.
Zoals met name blijkt uit de op de top van Nice aangenomen verklaring nr. 20 is de Intergouvernementele Conferentie bij haar werkzaamheden uitgegaan van een uitbreiding van de Unie tot 27 leden.
2. De grote kamer, die thans de voltallige rechtsprekende formatie van het Hof is, werd opgericht om - zoals het Hof in zijn document ter overweging (blz. 18) met het oog op de Intergouvernementele Conferentie 2000 had beklemtoond - te vermijden dat 'een belangrijke toename van het aantal rechters ertoe (zou) leiden, dat de voltallige formatie van het Hof de onzichtbare grens passeert die een collegiale rechterlijke instantie scheidt van een beraadslagende vergadering'. Het Hof herhaalde daarmee zijn bezorgdheid, die het voor het eerst in zijn rapport van 1995 had geuit, toen de uitbreiding van de voltallige rechtsprekende formatie tot vijftien rechters reeds in strijd leek te zijn met de vereiste efficiëntie van de beraadslagingen.
Bijdrage van het Hof over de toekomst van de rechtspleging in de Europese Unie, ingediend bij de Raad van ministers van Justitie in mei 1999.
Rapport van het Hof van Justitie van mei 1995, dat wordt vermeld in voetnoot 5 van het bovengenoemde document ter overweging van het Hof van mei 1999.
3. Anders dan voor alle andere instellingen, bestaat er voor de voltallige formatie van de rechterlijke instanties van de Gemeenschap, die in de eerste plaats 'recht moeten spreken' voor de gehele Unie, immers een kritische drempel waarboven het moeilijk wordt bij de motivering van arresten de striktheid en de samenhang te handhaven die voor de rechtspraak onontbeerlijk zijn. Dit was ook het standpunt van de studiegroep Due , volgens welke 'het voor het behoud van de goede kwaliteit van de rechtspraak dwingend vereist (is) dat het aantal leden van de volle samenstelling strikt wordt beperkt.'
Studiegroep over de toekomst van het rechterlijk stelsel van de Europese Gemeenschappen, die werd opgericht door de Commissie met het oog op de IGC 2000. Deze studiegroep werd voorgezeten door de gewezen president van het Hof, O. Due, en bestond daarnaast onder meer uit de gewezen president van het Gerecht en gewezen rechters en advocaten-generaal van het Hof. Het verslag van de studiegroep Due werd grotendeels overgenomen in de aanvullende bijdrage aan de IGC van de Commissie van 1 maart 2000.
4. Het in het Verdrag van Nice vastgelegde aantal rechters van de grote kamer werd bijgevolg niet vastgesteld op basis van het totale aantal rechters van het huidige Hof of van het tot 25 of 27 leden uitgebreide Hof, maar wel op basis van een algemeen aanvaarde drempel inzake de efficiëntie van het Hof. Bij de vaststelling van de samenstelling van de grote kamer werd bovendien gezorgd voor de regelmatige deelname van alle rechters van het Hof , op grond van een roulatiesysteem dat sindsdien in artikel 11 ter van het reglement voor de procesvoering van het Hof is opgenomen.
Krachtens artikel 16 van het statuut wordt de grote kamer voorgezeten door de president van het Hof en maken de presidenten van de kamers van vijf rechters daar deel van uit. De andere rechters van de grote kamer worden aangewezen overeenkomstig de in het reglement voor de procesvoering vastgestelde bepalingen.
5. Gelet op het voorgaande, verdient het volgens de Commissie aanbeveling het in artikel 16 van het statuut bereikte evenwicht te behouden. Indien niettemin wordt beslist het aantal rechters van de grote kamer te verhogen, beklemtoont de Commissie dat deze verhoging niet zou mogen worden gekoppeld aan het aantal rechters waaruit het Hof is samengesteld.
II. Over de door het Hof voorgestelde wijziging van artikel 17 van het statuut
1. Bij de ondertekening van het Verdrag van Nice werd nog niet formeel beslist hoeveel landen exact zouden toetreden en in welke volgorde zij dit zouden doen , zodat het Verdrag van Nice zich ertoe heeft beperkt het quorum voor de voltallige zitting op één lijn te brengen met het aantal rechters waaruit de grote kamer is samengesteld.
De toetreding van tien van de twaalf kandidaat-lidstaten werd goedgekeurd op de top van Kopenhagen van 2002.
2. De Commissie is van mening dat het voorstel om het quorum voor de voltallige zitting van het Hof van elf op vijftien rechters te brengen, aanvaardbaar is. Bij de uitbreiding van Gemeenschap tot negen lidstaten werd het quorum voor de voltallige zitting vastgesteld op zeven rechters; dit quorum is bij de daaropvolgende uitbreidingen waarbij het aantal rechters van het Hof werd verhoogd tot elf en vervolgens tot dertien rechters, ongewijzigd gebleven.
3. Om bovengenoemde redenen beklemtoont de Commissie evenwel dat dit quorum in geen geval als referentie mag worden gebruikt voor een toekomstige uitbreiding van de grote kamer. Anders zouden alle desbetreffende werkzaamheden van het Hof, de Commissie en de lidstaten sinds het rapport van het Hof van 1995 opnieuw ter discussie worden gesteld en zou het vereiste van het behoud van de duidelijkheid en de samenhang van de rechtspraak van het Hof, die onontbeerlijk zijn in een tot 25 of 27 lidstaten uitgebreide rechtsgemeenschap, in het gedrang kunnen komen.