Artikelen bij SEC(2002)222 - Voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting voor 2002 - Algemene staat van ontvangsten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


TOELICHTING

I. Inwerkingtreding van het Besluit van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (2000/597/EG, Euratom)

II. Herberekening van de begroting 2002 en regularisatie voor 2001 als gevolg van de inwerkingtreding van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad.

III. Opname in de begroting van een voorlopig bedrag dat als positief saldo wordt overgedragen van 2001.

IV. Gevolgen voor de afdracht van eigen middelen door de lidstaten


ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

{

A. Algemene staat van Ontvangsten

B. Financiering van de algemene begroting


TOELICHTING

Dit voorontwerp van gewijzigde begroting (VOGB) nr. 2/2002 bestaat uit de volgende onderdelen, die uitsluitend betrekking hebben op de ontvangstzijde van de begroting:

- een volledige herberekening van de financiering van de begroting 2002 om rekening te houden met de inwerkingtreding van het nieuwe eigenmiddelenbesluit (2000/597/EG, Euratom). Er wordt ook een begrotingsonderdeel gecreëerd waarop de gevolgen van het nieuwe besluit voor de betaling van de traditionele eigen middelen over het boekjaar 2001 kunnen worden verwerkt;

- de opname in de begroting van een voorlopig bedrag dat als positief saldo wordt overgedragen van 2001.

Aan de uitgaven verandert dus niets.

I. Inwerkingtreding van het Besluit van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (2000/597/EG, Euratom)

PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42

Het nieuwe besluit van de Raad betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (2000/597/EG, Euratom) werd op 29 september 2000 goedgekeurd door de Raad. Krachtens artikel 10, lid 1, van dit besluit, treedt het in werking op de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de laatste lidstaat de secretaris-generaal van de Raad in kennis stelt van de voltooiing van de volgens hun grondwettelijke bepalingen voor de aanneming van dit besluit vereiste procedures.

De secretaris-generaal van de Raad heeft de laatste kennisgeving ontvangen op 5 februari 2002 en het nieuwe besluit zal derhalve op 1 maart 2002 in werking treden. Overeenkomstig de laatste zin van artikel 10, lid 1, is het besluit van kracht met ingang van 1 januari 2002, behalve artikel 2, lid 3 (percentage inningskosten dat door de lidstaten wordt ingehouden) en artikel 4 (berekening van de correctie voor het VK), die van kracht worden op 1 januari 2001.

II. Herberekening van de begroting 2002 en regularisatie voor 2001 als gevolg van de inwerkingtreding van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad.

De begroting 2002 werd op 13 december 2001 vastgesteld door het Europees Parlement. Omdat het nieuwe eigenmiddelenbesluit nog niet in werking was getreden, was deze begroting gebaseerd op Besluit 94/728/EG, Euratom van de Raad .

Besluit van de Raad van 31 oktober 1994 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen, PB L 293 van 12.11.1994.

Vanwege de inwerkingtreding van het nieuwe eigenmiddelenbesluit moet de financiering van de begroting 2002 volledig worden herberekend, door middel van deze gewijzigde begroting.

Het nieuwe Besluit 2000/597 van de Raad leidt ten opzichte van het oude Besluit 94/728 van de Raad tot de volgende wijzigingen :

Deze wijzigingen zijn van toepassing vanaf 1.1.2002, tenzij anders aangegeven.

- Het ESR 95 (het Europees systeem van rekeningen 1995) wordt nu ook gebruikt voor de begroting en de eigen middelen, wat van invloed is op de berekening van de BNP -grondslag en dus op het bedrag aan BNP-middelen dat de lidstaten betalen. Ook het maximumbedrag van de eigen middelen, uitgedrukt in een percentage van het BNP, is opnieuw berekend , om ervoor te zorgen dat het maximumbedrag van de eigen middelen dat aan de Gemeenschappen ter beschikking wordt gesteld, op hetzelfde niveau blijft.

In ESR 95 is het begrip BNP vervangen door het inhoudelijk identieke begrip BNI (bruto nationaal inkomen). Volgens de definitie in het nieuwe eigenmiddelenbesluit is het BNP daarom gelijk aan het BNI wanneer het om eigen middelen gaat.

Zie mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement, doc. COM(2001)801 def.

- Het percentage van de eigen middelen dat de lidstaten mogen inhouden om hun inningskosten te dekken, is van 10% verhoogd tot 25%. Het nieuwe percentage geldt voor de eigen middelen die na 31 december 2000 zijn vastgesteld. Behalve de herberekening voor 2002, omvat dit VOGB dan ook tevens een regularisatie voor 2001. De regularisatie wordt in de begroting onder een afzonderlijke titel 2 geboekt als negatieve ontvangsten. Het bedrag is gebaseerd op voorlopige gegevens en wordt aangepast zodra het definitieve bedrag van de traditionele eigen middelen voor 2001 bekend is .

Daarbij zal ook rekening moeten worden gehouden met artikel 10, lid 2, onder c) van het nieuwe eigenmiddelenbesluit, dat bepaalt dat op de bedragen aan eigen middelen die vóór 28 februari 2001 door de lidstaten beschikbaar dienen te zijn gesteld, 10 % als inningskosten wordt ingehouden (ook al worden ze op een latere datum betaald).

- Het maximale BTW-afroepingspercentage is verlaagd van 1,0% tot 0,75% in 2002 (en tot 0,50% vanaf 2004). Bovendien is het uniforme BTW-afroepingspercentage als gevolg van de nieuwe financieringsregels voor de correctie voor het VK verder verlaagd (zie ook hieronder).

- De berekeningsmethode voor de correctie voor het VK is gewijzigd om de extra baten (de 'meevallers') te neutraliseren die voor het Verenigd Koninkrijk voortvloeien uit de verhoging van het percentage van de traditionele eigen middelen dat door de lidstaten wordt ingehouden. Daarnaast zijn aanpassingen voorzien in verband met de toekomstige uitbreiding van de Unie. De nieuwe berekeningsmethode geldt vanaf 2001. Omdat de correctie voor een bepaald jaar echter in het daarop volgende jaar wordt gefinancierd, wordt het resultaat volgens de nieuwe berekeningsmethode vanaf 2002 in de begroting opgenomen en gefinancierd.

- Het aandeel van Oostenrijk, Duitsland, Nederland en Zweden in de financiering van de correctie voor het VK wordt verminderd tot een vierde van zijn normale waarde. Deze verlaging wordt door de overige lidstaten, met inbegrip van het Verenigd Koninkrijk, gefinancierd. De nieuwe financieringsregels hebben ook gevolgen voor het zogenoemde 'bevroren percentage', dat in vergelijking met de berekening volgens het oude eigenmiddelenbesluit, toeneemt. Als gevolg daarvan wordt het uniforme BTW-afroepingspercentage verder verlaagd.

III. Opname in de begroting van een voorlopig bedrag dat als positief saldo wordt overgedragen van 2001.

Het definitieve bedrag van het over te dragen overschot van het boekjaar 2001 is nog niet bekend. Uit voorlopige cijfers blijkt echter een aanzienlijk onderbesteding, vooral bij de structurele maatregelen. Om de opname in de begroting van een bedrag dat een aanzienlijk effect kan hebben op de nationale begrotingen van de lidstaten niet onnodig uit te stellen, wordt voorgesteld om een voorlopige raming van het van 2001 over te dragen overschot in dit VOGB op te nemen.

Dat houdt in dat naast de 1,2 miljard euro die al in de begroting 2002 was opgenomen, nog eens 10 miljard euro in dit VOGB wordt opgenomen, in afwachting van het definitieve bedrag van het over te dragen saldo van 2001.

Het definitieve saldo van het boekjaar 2001 zal in de begroting worden opgenomen via het voorontwerp van gewijzigde en/of aanvullende begroting dat in mei 2002 wordt ingediend.

IV. Gevolgen voor de afdracht van eigen middelen door de lidstaten

Het extra bedrag dat als overschot wordt overgedragen van 2001 en de regularisatie in verband met de stijging van het percentage dat de lidstaten inhouden op de eigen middelen voor 2001, zorgen er samen voor dat het totaalbedrag van de afgedragen eigen middelen in titel 1 van dit VOGB 7,9613 miljard euro lager uitvalt dan in de begroting 2002. Het overige deel van het geboekte overgedragen bedrag van 10 miljard euro komt overeen met de regularisatie voor de traditionele eigen middelen voor 2001, dat als negatieve ontvangsten wordt geboekt onder titel 2.

Het verschil in af te dragen eigen middelen voor de individuele lidstaten ten opzichte van de begroting 2002, is het gevolg van het totale bedrag aan eigen middelen dat moet worden betaald en van de toepassing van de regels van het nieuwe eigenmiddelenbesluit, zoals hierboven is uiteengezet.

In onderstaande tabel worden de af te dragen eigen middelen volgens dit VOGB vergeleken met de afdrachten volgens de begroting 2002. De regularisatie voor de eigen middelen voor 2001 in titel 2 is in een aparte kolom opgenomen.


>REFERENTIE NAAR EEN GRAFIEK>

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

A. Algemene staat van ontvangsten

B. Financiering van de algemene begroting

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TITEL 1 - - EIGEN MIDDELEN (OVERZICHTSTABEL)


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TITEL 1 - - EIGEN MIDDELEN ( DETAILS )



HOOFDSTUK 13 - EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

Artikel 1 - 3 0 - Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder c).


Rekening houdend met de aftopping van de BTW-grondslagen en de compensatie aan het Verenigd Koninkrijk, bedragen de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde tegen het uniforme percentage 0,5208:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>


HOOFDSTUK 1 4 - EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL PRODUCT OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6, EERSTE ALINEA, VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

Artikel 1 - 4 0 - Eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea, van Besluit 2000/597/EG, Euratom

Post 1 4 0 0 - Eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom, met uitzondering van de middelen die overeenkomen met de monetaire reserve van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie, de reserve voor de garantie van verstrekte leningen en de reserve voor noodhulp


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder d).


Het op het bruto nationaal product van iedere lidstaat toe te passen percentage voor het lopende begrotingsjaar, de monetaire reserve van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie, de reserve voor de garantie van verstrekte leningen en de reserve voor noodhulp niet inbegrepen, bedraagt 0,5208 %.


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Post 1 4 0 1 - Eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de financiering van de monetaire reserve van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea.


Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).


Het voorlopige bedrag komt overeen met een percentage van 0,0027 %, toe te passen op het bruto nationaal product van iedere lidstaat.


De verdeling van de overmakingen is als volgt:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Het werkelijk over te maken bedrag wordt echter beperkt tot dat van de overschrijving uit hoofdstuk B1-6 0 van de staat van uitgaven van afdeling III «Commissie» uit hoofde van de monetaire reserve.


Post 1 4 0 2 - Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea.


Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1149/1999 (PB L 139 van 2.6.1999, blz. 1).


Verordening (EGKS, EG, Euratom) nr. 2730/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot wijziging van het Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting der Europese Gemeenschappen (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 7).


Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).


Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Post 1 4 0 3 - Eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, eerste alinea.


Conclusies van de Europese Raad van Edinburgh van 11 en 12 december 1992 tot instelling van een reserve voor spoedhulp.


Verordening (EGKS, EG, Euratom) nr. 2730/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot wijziging van het Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting der Europese Gemeenschappen (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 7).


Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).


Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).


Wanneer de Commissie van oordeel is dat een beroep op deze reserve dient te worden gedaan, roept zij ten spoedigste een tripartiete vergadering bijeen teneinde de instemming van de twee takken van de begrotingsautoriteit te verkrijgen betreffende de noodzaak van het beroep op de reserve en het vereiste bedrag. De reserve wordt beschikbaar gesteld via overschrijving naar de betreffende begrotingsonderdelen.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

HOOFDSTUK 1 - 5 - CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN


Artikel 1 - 5 0 - Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

>RUIMTE VOOR DE TABEL>


Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name de artikelen 4 en 5.


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

HOOFDSTUK 1 - 9 - KOSTEN VOOR DE LIDSTATEN IN VERBAND MET DE INNING VAN DE EIGEN MIDDELEN


Artikel 1 - 9 0 - Kosten voor de lidstaten in verband met de inning van de eigen middelen

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 3.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TITEL 2 - - REGULARISATIE VAN DE INNINGSKOSTEN


(OVERZICHTSTABEL)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Nieuwe titel

TITEL 2 - - REGULARISATIE VAN DE INNINGSKOSTEN (DETAILS)



Nieuw hoofdstuk

HOOFDSTUK 20 - - REGULARISATIE VAN DE INNINGSKOSTEN



Nieuw artikel

Artikel 2 - 0 0 - Regularisatie van de inningskosten Nieuwe post Post 2 0 0 0 - Regularisatie van de inningskosten (2001)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 3, en artikel 10, lid 1 en lid 2, onder c).


Het nieuwe besluit betreffende het stelsel van eigen middelen bepaalt dat de lidstaten van de bedragen aan traditionele eigen middelen die na 31 december 2000 worden vastgesteld, 25 % inhouden als inningskosten, behalve van de bedragen die vóór 28 februari 2001 door de lidstaten beschikbaar dienen te zijn gesteld, waarop 10 % als inningskosten wordt ingehouden (artikel 10, lid 2, onder c) van Besluit 2000/597/EG, Euratom).


Omdat het nieuwe besluit op 5 februari 2002 door de laatste lidstaat is bekrachtigd en dit besluit op 1 maart 2002 in werking treedt, moet, ook vanwege het feit dat het begrotingsjaar 2001 is afgesloten, rekening worden gehouden met het effect met terugwerkende kracht op de inningskosten voor de lidstaten in de periode maart 2001-december 2001 (omdat op die bedragen 10% is ingehouden).


Deze post dient ter dekking van de terugbetaling aan de lidstaten van het verschil tussen het oude en het nieuwe inhoudingspercentage bij de inning van de traditionele eigen middelen. De bedragen zijn berekend op basis van voorlopige gegevens. Deze bedragen worden definitief bijgesteld in een volgende gewijzigde begroting zodra de jaarrekening voor 2001 is vastgesteld.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TITEL 3 - - OVERSCHOTTEN (OVERZICHTSTABEL)


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TITEL 3 - - OVERSCHOTTEN (DETAILS)


HOOFDSTUK 3 - 0 - OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR


Artikel 3 - 0 0 - Overschot van het vorige begrotingsjaar

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Financieel Reglement van 21 december 1977 van toepassing op de algemene begroting der Europese Gemeenschappen (PB L 356 van 31.12.1977, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, EGKS, Euratom) nr. 2673/1999 (PB L 326 van 18.12.1999, blz. 1).


Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).


Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 7.


Overeenkomstig het bepaalde in artikel 32 van het Financieel Reglement wordt het saldo van elk begrotingsjaar als overschot of als tekort bij de ontvangsten of bij de uitgaven opgenomen in de begroting van het volgende begrotingsjaar.


De ramingen van deze ontvangsten of uitgaven worden in de begroting opgenomen tijdens de begrotingsprocedure en, in voorkomend geval, door middel van de procedure van een nota van wijzigingen, die wordt ingediend overeenkomstig het bepaalde in artikel 14 van het Financieel Reglement. Zij worden vastgesteld overeenkomstig de beginselen bedoeld in artikel 15 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000.


Na de sluiting van de rekeningen van elk begrotingsjaar wordt het verschil ten opzichte van de ramingen in de begroting van het volgende begrotingsjaar opgenomen door middel van een gewijzigde en/of aanvullende begroting.


Een tekort wordt in hoofdstuk B0-3 0 van de staat van uitgaven van afdeling III «Commissie» opgenomen.

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

>RUIMTE VOOR DE TABEL>


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TABEL 2


Vaststelling van de te storten eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) en van de door de andere lidstaten te financieren bedragen voor de financiering van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk welke worden toegevoegd aan de aanvullende middelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 5, lid 2, van Besluit 2000/597/EG, Euratom

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TABEL 3


Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom

>RUIMTE VOOR DE TABEL>


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TABEL 4


Vaststelling van de aanvullende middelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d) en artikel 5, lid 2, van Besluit 2000/597/EG, Euratom

>RUIMTE VOOR DE TABEL>


>RUIMTE VOOR DE TABEL>


>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Opm.: De berekeningen werden uitgevoerd tot 15 decimalen. TABEL 6


Berekening van het bruto bedrag van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk

(volgens artikel 2, lid 4, van het besluit betreffende het stelsel van de eigen middelen)

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Berekening van het aandeel van elke lidstaat, bepaling van het bevroren BTW-percentage en berekening van het brutobedrag van de Britse correctie

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

TABEL 7


Overzicht van de financiering van de uitgaven

>RUIMTE VOOR DE TABEL>