Artikelen bij COM(2015)680 - Tenuitvoerlegging, werking en doelmatigheid van het .eu-topniveaudomein

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 18.12.2015

COM(2015) 680 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de tenuitvoerlegging, werking en doelmatigheid van het .eu-topniveaudomein

(Voor de EER relevante tekst)


VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de tenuitvoerlegging, werking en doelmatigheid van het .eu-topniveaudomein

(Voor de EER relevante tekst)


1. Achtergrond

In april 2015 vierde het .eu-topniveaudomein (TLD) zijn negende verjaardag. De afgelopen negen jaar heeft het .eu-TLD zich geprofileerd als een innovatieve en moderne extensie, die zeer wel in staat is om zowel op gelijk niveau te komen met de TLD's die sinds het eind van de jaren negentig als domeinnaam gebruikt werden, als om te concurreren met de nieuwe generieke topniveaudomeinen (gTLD’s) die in 2014 zijn geïntroduceerd. Aan het eind van het eerste kwartaal van 2015 (Q1 2015) was het TLD .eu het op vijf na grootste landcode-TLD (ccTLD) in de wereld 1 . Met bijna vier miljoen registraties is het .eu-TLD voor Europeanen een gewaardeerde optie geworden bij de keuze van een domeinnaam voor hun aanwezigheid op internet.

Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 733/2002 betreffende de invoering van het .eu-TLD moet de Commissie een jaar na de aanneming van de verordening en vervolgens om de twee jaar verslag uitbrengen aan het Europees Parlement en de Raad. Dit verslag aan het Europees Parlement en de Raad heeft betrekking op de tenuitvoerlegging, de doelmatigheid en de werking van het .eu-TLD gedurende de afgelopen twee jaar, met name in de periode van 1 april 2013 tot en met 31 maart 2015.

2. Het rechtskader met betrekking tot .eu en de basisbeginselen

Het .eu-TLD is ingevoerd op basis van de volgende rechtsinstrumenten:

– Verordening (EG) nr. 733/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 22 april 2002 betreffende de invoering van het .eu-topniveaudomein 2 (zoals gewijzigd) 3 ;

– Verordening (EG) nr. 874/2004 van de Commissie van 28 april 2004 tot vaststelling van regels met betrekking tot het overheidsbeleid voor de toepassing en werking van het .eu-topniveaudomein en de beginselen inzake registratie 4 (als gewijzigd) 5 .

Tijdens de verslagperiode is Verordening (EG) nr. 874/2004 gewijzigd bij Verordening (EU) 2015/516 van de Commissie; daarbij zijn technische controles ingevoerd ter voorkoming van de mogelijke visuele verwarring tussen geregistreerde .eu-domeinnamen, met name gelet op de .eu geïnternationaliseerde domeinnamen (IDN’s) die sinds december 2009 worden ondersteund, om ervoor te zorgen dat:

het register de geldigheid van de aanvragen voor registratie van tevoren en niet uitsluitend na afloop van de registratie van domeinnamen controleert;

het register extra tekens kan invoeren die worden ondersteund door het IDNA2008-protocol, en de lijst van domeinnamen die door de EU en IJsland, Liechtenstein en Noorwegen zijn gereserveerd, kan bijwerken.

In mei 2013 publiceerde de Commissie een oproep aan belangstellenden om te reageren voor de selectie van het .eu-TLD-register overeenkomstig Verordening (EG) nr. 733/2002. De termijn van de oproep liep op 20 juni 2013 af. Alleen van EURid 6 werd een blijk van belangstelling ontvangen. De evaluatoren kwamen tot de conclusie dat het EURid-voorstel voor elk van de selectiecriteria voldoet aan de minimumeisen. Het besluit van de Commissie tot aanwijzing van EURid als het .eu-TLD-register werd op 12 april 2014 bekendgemaakt 7 .

3. Registratie en gebruik van .eu-domeinnamen

In de door dit verslag bestreken periode is het .eu-ccTLD gestaag blijven groeien, evenals de andere Europese ccTLD’s. In 2014 was de jaarlijkse groei van .eu uitzonderlijk hoog (5,3 %). Het .eu-ccTLD had in totaal bijna 3,9 miljoen registraties aan het eind van het eerste kwartaal van 2015, wat neerkomt op 4,3 % netto groei van het aantal .eu-registraties sinds het laatste verslag, waardoor het .eu-ccTLD nu het op drie na populairste in de EU is.

Het gemiddelde vernieuwingspercentage van .eu-domeinnamen blijft 80 %, hetgeen een zeer gezond percentage is, vergeleken met een gemiddelde in de bedrijfstak van 73 %.

Het domeinnamenlandschap is de laatste twee jaar dramatisch gewijzigd, vanwege de introductie van nieuwe gTLD's naar aanleiding van de openstelling van gTLD-ruimte door de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN). Ten tijde van de opstelling van dit verslag waren 684 nieuwe gTLD's toegewezen. In totaal zijn zij goed voor 6,3 miljoen geregistreerde domeinnamen, waarbij .xyz het hoogste aantal registraties noteert, nl. iets meer dan 1 miljoen. De nieuwe gTLD-markt heeft echter niet alle verwachtingen waargemaakt, aangezien de gebruikersvraag veel geringer uitviel dan verwacht. Op het niveau van het ccTLD was het effect tot dusverre marginaal, maar om verschillende redenen – onder meer verzadiging van de markt, toegenomen concurrentie, meer macht op het niveau van de registrator aangezien sommige ervan registers zijn geworden en omgekeerd. Verwacht wordt dat de groei van het aantal ccTLD's zal vertragen en dat dat aantal vanaf 2017 zelfs zou kunnen dalen.

Gezien de historische trend, de huidige situatie op de markt en de vooruitzichten voor toekomstige groei, is het doel het groeipercentage van 4 % registraties per jaar te handhaven.

4. Geïnternationaliseerde domeinnamen (IDN's)

4.1..eu-IDN's

De introductie van IDN's op het topniveau is een aangelegenheid die onder de bevoegdheid van ICANN valt. Op 16 november 2009 is ICANN gestart met het IDN ccTLD Fast Track Process 8 om de invoering van internet-topniveaudomeinextensies voor landcodes (bijv. .gr, .bg, .eu) met gebruik van niet-Latijnse lettertekens (bv. cyrillische, Griekse en Arabische lettertekens en Chinese karakters) te vergemakkelijken.

Op basis van inzendingen naar de Commissie van Cyprus, Griekenland en Bulgarije voor de voorkeursversies van de .eu-extensie, heeft EURid op 5 mei 2010 een aanvraag ingediend bij ICANN om de registratie te openen voor de cyrillische en de Griekse versie van het .eu-TLD. Over de Griekse .ευ- en de cyrillische .ею-string werd geoordeeld dat ze een verwarrende gelijkenis vertonen met de bestaande ASCII ccTLD-string (.eu), hetgeen ertoe leidde dat de indiening een langdurig evaluatieproces in gang zette.

Terwijl de evaluatie van de cyrillische string (.ею) met succes werd afgerond, kwam de Griekse string niet door de technische evaluatiefase van het proces, omdat deze 'ofwel visueel identiek is aan of visueel kan worden verward met ten minste drie ISO 646-BV-strings, nl. 'eu", 'ev' en 'ey'". De Commissie verzocht EURid een eventueel verzoek om delegatie van de cyrillische string (.ею) op te schorten totdat de problemen met de Griekse string (.ευ) zouden zijn opgelost.


In de door dit verslag bestreken periode hebben de Commissie en EURid het .eu IDN-uitvoeringsplan op hoog niveau uitgewerkt. Dit plan is in september 2014 door EURid ingediend en schetst de te volgen aanpak voor de lancering van .eu in het Grieks en in het cyrillisch (door bijvoorbeeld alleen Grieks.Grieks toe te staan), alsmede regelingen om de nalatenschap van het huidige systeem (non-Latin.ACSII) te beheren.


Op 20 januari 2014 heeft EURid, nadat het met de Commissie overeenstemming had bereikt over de te volgen strategie, een verzoek om herevaluatie van de Griekse .ευ-string ingediend bij het Extended Process Similarity Review Panel (EPSRP), en een brief gestuurd aan de ICANN-raad om nogmaals uitdrukking te geven aan zijn zorgen over en te wijzen op de inconsequenties in het huidige IDN ccTLD-uitvoeringsplan en de door ICANN in november 2013 bekendgemaakte EPSRP-richtsnoeren. De reactie van de kant van ICANN kwam niet tegemoet aan verscheidene van de aan de orde gestelde punten.


Het resultaat van de EPSRP-evaluatie werd op 10 oktober 2014 gedeeld met EURid en op 17 oktober 2014 bekendgemaakt op de ICANN-website, zodat het publiek opmerkingen kon maken. Het panel vond niet dat .ευ verwarrende gelijkenis vertoonde met de '.ev' en ".ey”, maar dat er wel sprake was van een verwarrende gelijkenis met '.EV' en '.EY'. De richtsnoeren van het taalkundige panel voorzagen niet in een procedure die het taalkundige panel moet toepassen in het geval een string waarvoor een aanvraag wordt ingediend, geacht wordt een verwarrende gelijkenis te vertonen met een andere string in hoofdletters, maar niet in kleine letters.


Tijdens verschillende vergaderingen van ICANN, de Commissie en EURid onderstreepten de vertegenwoordigers de zwakte en de oppervlakkigheid van de hele evaluatieprocedure van de gelijkenis van strings, die zeer streng is voor de ccTLD-omgeving, maar veel ruimhartiger voor de nieuwe gTLD-ruimte, waarvoor aanvragen voor strings als .hotel en .hotels of .car en .cars kennelijk geen verwarrende gelijkenis vertoonden en het groene licht kregen. Ten tijde van de opstelling van dit verslag heeft de ICANN-raad het personeel van ICANN ccNSO geïnstrueerd om de Fast Track-procedure verder te herzien om richtsnoeren te geven voor gevallen waarbij gelijkenis optreedt met strings in hoofdletters, maar niet met strings in kleine letters.

Meertaligheid is verankerd in de verdragen van de Europese Unie en het aanmoedigen, bevorderen en vergemakkelijken van meertaligheid is een van de leidende beginselen voor de instellingen van de EU. Daarom is het beschikbaar stellen van de .eu-ccTLD in andere Europese lettertekens een belangrijke beleidsdoelstelling.

5. Werking van het register

5.1.Het register

EURid is een pan-Europese non-profitorganisatie en heeft zijn hoofdkantoor in Diegem (België) met regionale kantoren in Stockholm, Praag en Pisa. Het bestaat uit twee stichtende leden: DNS Belgium (het .be-register), het Istituto di Informatica e Telematica (het .it-register), en acht geassocieerde leden: ARNES (het .si-register), CZ.NIC (het .cz register), Business Europe (een koepelorganisatie van 39 industriegerelateerde werkgeversverenigingen uit 33 landen), ECTA-internetcomité (European Community Trademark Association), EMOTA (European Multi-channel and Online Trade Association), IAB Europe (Interactive Advertising Bureau), CECUA (Confederation of European Computer Users) en UEAPME (European Association of Craft, Small and Medium-sized Enterprises). De voornaamste EURid-servers zijn gevestigd in België (Brussel) en Nederland (Amsterdam).

5.2.Betrekkingen met registrators

Bij wet is bepaald dat het .eu-register zelf niet als registrator fungeert 9 . De belangrijkste taak van EURid blijft dienstverlening van hoge kwaliteit aan zijn 751 geaccrediteerde registrators. EURid evalueert regelmatig de tevredenheid van .eu-registrators. Het laatste onderzoek naar de tevredenheid van registrators over het .eu-domein werd verricht in het vierde kwartaal van  2013 en het eerste kwartaal van  2014. Van de 176 belangrijkste EURid-registrators reageerden er 103. Daarvan was 97 % tevreden of zeer tevreden.

EURid blijft zijn gemeenschap van registrators een 24-uursondersteuning bieden.

Het register is gestart met zijn eigen registratieplatform, dat op 15 september 2014 na intensief en gestructureerd overleg met de .eu-registratorgemeenschap in gebruik werd genomen. Met het nieuwe inschrijvingsplatform zijn nieuwe domeinnaamstatussen ingevoerd, naast wijzigingen van de Domain Availability Service (DAS), Whois 10 , het Extensible Provisioning Protocol (EPP) en de data voor het verstrijken en de verlenging van domeinnamen.

5.3.Internationale betrekkingen

In de verslagperiode is EURid regelmatig proactief betrokken geweest bij het internet-ecosysteem. Dat hield onder meer in: proactieve deelname aan vergaderingen en workshops van de Council of the European National Top Level Domain Registries (CENTR); het voorzitterschap van de werkgroep CENTR-IGF, dat resulteerde in de succesvolle indiening van de workshops van de regionale organisaties tijdens de jaarlijkse bijeenkomsten van het IGF in 2013 en 2014; deelname aan vergaderingen van de ICANN en betrokkenheid bij ccNSO werkgroepen inzake het IDN-beleidsontwikkelingsproces; sinds 2014, het voorzitterschap van de ICANN-werkgroep strategie en operationeel plan van ccNSO; het partnerschap met UNESCO; samenwerking met ICANN voor het delen van de beste praktijken van EURid met de registers en de registrators in het Midden-Oosten; jaarlijkse cursussen over het beheer van het internet op het Europacollege in Brugge en op de Scuola S. Anna in Pisa. Sinds maart 2014 zijn EURid-vertegenwoordigers ook actief betrokken geweest bij de overgang van het IANA-functiebeheer en de processen inzake de verantwoordingsplicht van ICANN.

5.4.Marketing- en bewustmakingsactiviteiten

De afgelopen twee jaar heeft EURid meerdere marketingactiviteiten uitgevoerd op twee niveaus:

totstandbrenging van een hecht partnerschap met de registrators om de .eu-TLD meer bekendheid te geven via een gezamenlijk gefinancierd marketingprogramma en andere stimuleringsregelingen. In het kader van het programma stort het register 0,75 EUR voor elke nieuwe .eu-domeinnaam en 0,30 EUR voor elke vernieuwde .eu-domeinnnaam op een medegefinancierde marketingrekening die voor elke registrator wordt aangemaakt. In 2013 werden 94 voorstellen van diverse aard ingediend; in 2014 waren dat er 86. Dit programma kent steeds meer succes bij registrators en wordt nu door andere registers gekopieerd. In 2013 kreeg het de CENTR-prijs voor de beste registermarketingactie;

direct marketing voor een grotere bekendheid van .eu door middel van het regelmatig weergeven van specifieke acties op internet en een regelmatige campagne op reclameborden op de luchthaven van Brussel met één van de grootste pleitbezorgers van EURid in zogenaamde 'testimonials', tennisspeelster Flavia Pennetta. Alle campagnes zijn terug te vinden op de specifieke marketingwebsite van het register (ambitionhasanaddress.eurid.eu) waar internetgebruikers dergelijke testimonials kunnen zien van bedrijven en particulieren die voor zichzelf en/of voor hun producten een .eu-domeinnaam hebben gekozen als online-visitekaartje.

In 2014 heeft EURid de .eu-webprijs gelanceerd om waardering te uiten voor de beste .eu-websites in vijf categorieën. De prijsuitreiking in Brussel op 19 november 2014 was een groot succes voor de profilering van .eu. Vanwege het succes ervan organiseert het register een tweede editie van de prijsuitreiking.

5.5.Financiële situatie

Het register is een autonome externe organisatie, maar de Commissie controleert diens financiële situatie nauwgezet, in overeenstemming met het wettelijk kader en de dienstverleningsovereenkomst. Een onafhankelijke accountant verricht volledige boekhoudkundige controles ter plekke. De Commissie oefent haar toezichthoudende rol uit via evaluatie van de opmerkingen van de accountant, via driemaandelijkse en jaarlijkse financiële rapporten, driemaandelijkse voortgangsrapporten, begrotingsvoorstellen, strategische plannen en marketingplannen. Financiële aangelegenheden worden regelmatig met het register besproken op driemaandelijkse vergaderingen en vergaderingen op dienstniveau.

Bij de start van de .eu-TLD-werkzaamheden lagen de inkomsten als gevolg van het grote aantal domeinregistraties aanzienlijk hoger dan de kosten van het register. De daaruit voortvloeiende jaarlijkse overschotten werden overgeheveld naar de EU-begroting. Om de overschotten te beperken en rekening te houden met de dalende kosten per domeinnaam ten gevolge van het toenemende aantal registraties, heeft het register de registratievergoedingen voor registrators geleidelijk verlaagd. Om zijn contractuele verplichting om tegen kostprijs te werken, na te komen, besloot het register vanaf januari 2013 de tarieven voor vernieuwing of verlenging per 1 januari 2013 te verlagen van 4 EUR naar 3,75 EUR.

De voornaamste financiële aspecten van het register zijn in 2013 en 2014 stabiel gebleven: zowel de inkomsten als de kosten bedroegen ongeveer 13 miljoen EUR per jaar. Dientengevolge is het financiële nettoresultaat evenwichtiger dan in voorgaande jaren, met een overschot van 535 017 EUR en 76 953 EUR, voor respectievelijk de jaren 2013 en 2014, ten gunste van de begroting van de Europese Unie.


De Commissie heeft nauwlettend toegezien op veranderingen in de begrote en reële kosten van het register, in het bijzonder met betrekking tot marketing (2,8 miljoen EUR in 2013 en 3 miljoen EUR in 2014) 11 en personele middelen (4,7 miljoen EUR in 2013 en 4,4 miljoen EUR in 2014). De stijging van de marketingkosten in 2014 is te wijten aan het grote aantal registraties en dus de hogere bijdragen aan het medegefinancierde marketingfonds en nieuwe initiatieven ter vergroting van de bekendheid in verband met het feit dat onderdanen van IJsland, Liechtenstein en Noorwegen nu ook .eu-domeinen mogen registreren.


5.6.Bedrijfscontinuïteit, weerbaarheid en kwaliteit

5.6.1.Bedrijfscontinuïteit

EURid heeft een zogenaamde noodherstel-spottest uitgevoerd op verschillende onderdelen van zijn infrastructuur. De test liet zien dat de veronderstelde redundantie op de telefoonsystemen niet overeenkomstig het ontwerp functioneerde en dat dat moest worden gecorrigeerd. Preciezer gezegd: de core-switchinfrastructuur werkte correct tijdens een gesimuleerde storing en de diensten bleven beschikbaar, de front-end switch die de front-end servers verbindt met de firewalls en met internet, gedroegen zich correct tijdens een gecontroleerde failover, maar sommige diensten bleven niet beschikbaar als gevolg van aannames over de invoering die in de praktijk niet bleken te werken. De aannames werden gecorrigeerd en uit nieuwe tests bleek dat de failover overeenkomstig het ontwerp functioneerde.

De gehele registratiesoftware werd in 2014 herschreven en ging in september van dat jaar in productie. In december werd een oefening met een gecontroleerd Business Continuity Plan (BCP) gehouden. De test werd uitgevoerd op 16 december en werd gecontroleerd door PwC, dat concludeerde dat 'alle tests met betrekking tot de reikwijdte van de BCP-test, uitgevoerd tijdens de verschillende tijdstippen, met goed gevolg zijn doorstaan.'

5.6.2.Beveiliging

In september 2010 heeft EURid de invoering van het protocol Domain Name Security Extensions (DNSSEC) voor het .eu-TLD voltooid. DNSSEC is een protocol om de authenticiteit van de serverantwoorden onder de display name (websites) tot in de internet root zone te controleren in wat een chain of trust wordt genoemd. Het is ontworpen om internetgebruikers te beschermen tegen valse DNS-gegevens, maar kan zijn volle potentieel alleen bereiken indien alle zones van de hiërarchische DNS-boom ondertekend zijn. Een DNSSEC-korting (0,02 EUR korting op het tarief voor domeinnamen per correct ondertekende domeinnaam per maand) werd in 2013 ingevoerd om de tenuitvoerlegging van DNSSEC op het niveau van de registrators verder te steunen.

5.6.3.Whois-kwaliteitsplan

EURid heeft maatregelen genomen om phishing en andere vormen van kwaadwillig onlinegedrag dagelijks te bestrijden. Met name voor domeinnamen wordt gecontroleerd of zij voldoen aan de ontvankelijkheidscriteria en nieuwe registraties worden dagelijks onderzocht op verdachte patronen of andere anomalieën.

Op grond van artikel 4 van de .eu-accreditatieovereenkomst voor registrators moeten registrators ervoor zorgen dat iedere houder van een domeinnaam handelt in overeenstemming met de EU-verordeningen (zoals gewijzigd), het .eu-registratiebeleid en de .eu-voorwaarden, zoals gepubliceerd op de website van het register.

Sinds 2013 was EURid gericht op het verbeteren van de kwaliteit van .eu-Whois-gegevens en de vrijwillige naleving van registrators van hun contractuele verplichtingen. Daartoe heeft het register het Whois-kwaliteitsplanproject gelanceerd om de Whois-databank te controleren en eventuele onjuistheden recht te zetten.

5.7.Audit en technische controle van het register in 2013

In het kader van de dienstverleningsovereenkomst met EURid kan de Commissie ervoor zorgen dat een 'audit wordt verricht door een externe instantie van haar keuze of door de diensten van de Commissie zelf. Een dergelijke audit heeft tot doel na te gaan of de contractant de bepalingen van het contract naleeft'.

Er is door de Commissie een audit uitgevoerd over het derde en het vierde kwartaal van 2013. Op basis van de resultaten van de audit en de technische controle, waren de auditdiensten van de Commissie van oordeel dat de beheerder van het register — EURID Asbl/vzw — aan de dienstverleningsovereenkomst voor de organisatie, het bestuur en het beheer van het .eu-TLD voldeed.

Tegelijkertijd vonden de auditors een aantal punten die voor verbetering vatbaar waren, waaronder:

het opzetten van een doeltreffend intern beleid op het gebied van belangenconflicten (waarover EURid reeds beschikte, maar dat verder verfijnd en aangescherpt werd);

het beoordelen van de noodzaak om dochterondernemingen in drie andere lidstaten te hebben (dit was een verplichting in het kader van de oorspronkelijke concessieovereenkomst voor diensten. EURid had zich er reeds toe verbonden om na te gaan wat de waarde was van dochterondernemingen toen het in 2013 reageerde op de oproep aan belangstellenden om te reageren in verband met de selectie van het .eu-TLD-register);

de invoering van een formeel overheidsopdrachtenbeleid (na de audit heeft EURid zijn interne procedure officieel en verplicht gemaakt voor uitgaven boven een bepaalde drempel);

het uitvoeren van regelmatige evaluaties van het proces van reserveopbouw (EURid doet dit in nauwe samenwerking met de diensten van de Commissie).

5.8.Gerechtelijke procedures en geschillen betreffende domeinnamen

5.8.1.Zaken voor het Gerecht en het Hof van Justitie van de Europese Unie

Gerecht: geen

Hof van Justitie van de Europese Unie: één prejudiciële beslissing.

In 2011 verwees het Hof van Beroep te Brussel de zaak lensworld.eu (Pie Optiek tegen Bureau Gevers) naar het Hof van Justitie voor een prejudiciële beslissing.

Het arrest van het Hof van Justitie is gewezen op 19 juli 2012. Het Hof van Beroep deed op 3 oktober 2013 definitief uitspraak, waarbij het de vordering van Pie Optiek tegen EURid niet-ontvankelijk verklaarde. Het Hof concludeerde dat Gevers zich had vergist en veroordeelde dat bedrijf tot betaling van 70 000 EUR schadevergoeding aan Pie Optiek, vooral gerechtelijke kosten.

Er is geen beroep ingesteld; het arrest van het Hof van Beroep te Brussel is daarmee definitief geworden.

5.8.2.Procedure voor alternatieve geschillenbeslechting

Geschillen tussen houders van .eu-domeinnamen of klachten tegen beslissingen van het .eu-register kunnen worden voorgelegd aan de bevoegde aanbieder van alternatieve geschillenbeslechting (ADR), te weten het Tsjechisch arbitragegerecht (CAC).

De ADR-procedure is van toepassing onverminderd andere gerechtelijke procedures. Klachten kunnen online worden ingediend in alle officiële talen van de EU 12 .


ADR tegen EURid betreffende domeinnamen met één letterteken

De ADR-procedure 06814 werd ingeleid tegen EURid ten aanzien van de domeinnamen e.eu, f.eu en y.eu. Volgens de toepasselijke regels moet een .eu-domeinnaam ten minste twee tekens omvatten.

De klager betwistte de afwijzing door EURid van de verzoeken om registratie.

In zijn beslissing van 18 november 2014 heeft het ADR-panellid de klacht afgewezen. De klager heeft geen beroep aangetekend en de zaak is afgesloten.


Het verlagen van de ADR-vergoeding (overeenkomst tussen het Tsjechisch arbitragegerecht en EURid)

Op 27 juni 2012 hebben het Tsjechische arbitragegerecht en EURid een speciale korting aangekondigd om de .eu-ADR-procedure nog toegankelijker te maken.

De vergoeding van 1300 EUR voor een basisprocedure, dat wil zeggen het betwisten van één tot vijf domeinnamen ten overstaan van een uit één lid bestaand panel, is met 700 EUR verlaagd in een nieuwe vergoedingsstructuur die geldig was voor een periode van zes maanden vanaf 1 juli 2012. De ADR-vergoedingen zijn in 2014 verder verlaagd, waarbij de totale verlaging per indiening van een ADR-klacht oploopt tot 1000 EUR met ingang van 1 januari 2015. De korting van 1000 EUR wordt toegekend voor elke ingediende klacht, ongeacht het aantal domeinnamen in geschil en het type panel dat is gevraagd.

5.8.3.Andere gerechtelijke procedures

Tijdens de verslagperiode was EURid partij in de volgende zaken:

Depmarc

Depmarc betwistte de afwijzing door EURid van zijn ingediende Sunrise-aanvragen 13 (pre-registratie) voor 36 domeinnamen op basis van Nederlandse handelsnamen. De eiser verzocht het Hof EURid te bevelen de domeinnamen over te dragen aan Depmarc. De zaak is opgelost door middel van een schikking en het Hof verklaarde de zaak op 14 november 2013 gesloten.

Van de 36 domeinnamen zijn er 30 waarvoor geen volgende aanvragen in de Sunrise-wachtrij zijn aanvaard, op 11 maart 2014 vrijgegeven voor algemene registratie. De overige 6 domeinnamen, waarvoor de volgende aanvragen wel werden geaccepteerd in de Sunrise-wachtrij, zijn namens de aanvrager geactiveerd.

Dotace

De Sunrise-aanvraag door de Tsjechische onderneming Dotace werd afgewezen door de validator (EURid) bij gebrek aan bewijs van het bestaan van een ouder recht op 'Dotace'. De CAC heeft de afwijzing door EURid van de domeinnaam dotace.eu in haar beschikking bevestigd (Zaak 04281). De aanvrager van de domeinnaam heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank van eerste aanleg van Brussel.

Toen de eiser weigerde een schikking te ondertekenen, heeft EURid een eis ingediend voor vexatoire gerechtelijke procedures om in staat te zijn de procedure te reactiveren en een definitief resultaat te verkrijgen.

In zijn arrest van 24 oktober 2014 oordeelde het Gerecht van eerste aanleg volledig ten gunste van EURid.  

6. EMAS-registratie en CO2-compensatie

Op 23 mei 2012 werd EURid het eerste EMAS-gecertificeerde 14 register in Europa (registratienummer BE-VL-000016). Uit de definitieve beoordeling van de 9 doelstellingen en 41 acties van het EMAS-programma 2012-2014 bleek dat 95 % van de doelstellingen was bereikt, waaronder de belangrijkste: volledige compensatie voor de CO2-uitstoot van EURid. In het eerste kwartaal van 2015 is EURid naar aanleiding van jaarlijkse audits de procedure gestart tot verlenging van de EMAS-registratie en deze uit te breiden tot zijn bijkantoor in Pisa.

Sinds 2013 heeft EURid zijn CO2-uitstoot gevalideerd en heeft het gecertificeerde CO2-kredieten gekocht ter compensatie van de uitstoot.

7. Conclusies

Het .eu-TLD-model is met succes ingevoerd en is volledig operationeel.

De laatste twee jaar heeft het .eu-TLD zijn positie versterkt als een van de grootste en meest bekende TLD's in Europa en in de wereld. Het blijft succes boeken ondanks de gestage, zij het langzamere groei van de 28 ccTLD's van de lidstaten en de toegenomen beschikbaarheid van gTLD’s, die het register het hoofd kon bieden dankzij het kwaliteitslabel dat geassocieerd wordt met het .eu-TLD.

Vijf jaar na de aanvraag van EURid voor de .eu-string in het Grieks en in het cyrillisch, heeft ICANN het Griekse .ευ nog steeds niet goedgekeurd, omdat het een verwarrende gelijkenis zou vertonen met andere strings in hoofdletters. De Commissie heeft er bij herhaling bij ICANN op aangedrongen dit proces zo spoedig mogelijk af te ronden. Zij benadrukte dat de regels voor een permanente IDN-aanvraagprocedure zodanig moeten worden opgezet dat onnodige vertraging wordt voorkomen. Dit is een van de beleidskwesties die de Commissie zal blijven verdedigen in het gouvernementele adviescomité dat beleidsadvies verstrekt aan ICANN en aan andere organen van ICANN.

De financiële situatie van het register is in de verslagperiode stabiel gebleven.

De Commissie houdt toezicht op het gebruik van het ADR-systeem via het Tsjechische arbitragegerecht, dat voorziet in de bescherming van rechten van de registrant in alle talen van de EU. Na aanbevelingen in het kader van een audit heeft EURid een tariefverlaging doorgevoerd om de toegankelijkheid van het systeem te verbeteren voor particulieren en kleine en middelgrote ondernemingen die redenen hebben om aan te nemen dat hun .eu-naam onrechtmatig door derden is geregistreerd.

De DNS-omgeving heeft onlangs een van de grootste veranderingen van de afgelopen twee decennia ondergaan. Op de markt zijn honderden nieuwe gTLD’s opgestart die soms zorgen voor verwarring tussen registranten en registrators. Tegelijkertijd heeft de opkomst van de sociale media geleid tot een terugloop van de belangstelling voor domeinnamen, aangezien jongere internetgebruikers en dynamische nieuwe bedrijven hun online-aanwezigheid liever via de snellere sociale media bekendmaken.

Het .eu-TLD en het register daarvan hebben aangetoond dat zij tot op heden zeer goed in staat zijn het hoofd te bieden aan de uitdagingen, hoewel het in de toekomst naar verwachting nog meer concurrentie van de omgeving kan verwachten. De Commissie heeft een regelmatige en constructieve dialoog met het register om mogelijke manieren te zoeken en te onderzoeken om met het nieuwe DNS-landschap om te gaan en ondertussen de .eu-ruimte veilig, betrouwbaar en waardevol te houden voor huidige en toekomstige belanghebbenden.


BIJLAGEN


BIJLAGE 1: De lijst van de top-TLD's ter wereld op 31 maart 2015




Bron: EURid's driemaandelijks voortgangsverslag, eerste kwartaal 2015

BIJLAGE 2: .eu-registraties per kwartaal



BIJLAGE 3: Aan ADR voorgelegde klachten per jaar

Ingediende klachten

in 2013
Ingediende klachten

in 2014
Januari65
Februari55
Maart44
April41
Mei26
Juni75
Juli64
Augustus27
September37
Oktober67
November47
December34
TOTAAL5262


In 2013 afgesloten ADR-zaken: 57 (waarvan 47 klachten aanvaard)

2013Klacht

Afgewezen
Klacht

Aanvaard
Klacht

Onvolledig
SchikkingTOTAAL
Januari66
Februari33
Maart415
April11
Mei77
Juni268
Juli527
Augustus1315
September112
Oktober617
November213
December33
TOTAAL3474357


In 2014 afgesloten ADR-zaken: 57 (waarvan 43 klachten aanvaard)

2014Klacht

Afgewezen
Klacht

Aanvaard
Klacht

Onvolledig
SchikkingTOTAAL
Januari617
Februari11
Maart145
April112
Mei77
Juni11
Juli415
Augustus527
September213
Oktober1315
November2215
December819
TOTAAL5438157


BIJLAGE 4: Totaal aantal .eu-domeinnamen per land van registrant



Bron: EURid's driemaandelijks voortgangsverslag, eerste kwartaal 2015
BIJLAGE 5: .eu-domeinen per 1 000 inwoners




Bron: EURid's driemaandelijks voortgangsverslag, eerste kwartaal 2015


BIJLAGE 6: IDN registraties onder.eu tegen total.eu portefeuille




Bron: EURid's driemaandelijks voortgangsverslag, eerste kwartaal 2015


(1) .tk is buiten beschouwing gelaten wegens het bijzondere kader en verkoopmodel.
(2) (PB L 113 van 30.4.202, blz. 1)
(3) Verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 tot aanpassing aan Besluit 1999/468/EG van de Raad van een aantal besluiten waarop de procedure van artikel 251 van het Verdrag van toepassing is, wat de regelgevingsprocedure met toetsing betreft - Aanpassing aan de regelgevingsprocedure met toetsing - Deel één (PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1).
(4) (PB L 162 van 30.4.2004, blz. 40)
(5) Verordening (EG) nr. 1654/2005 van de Commissie van 10 oktober 2005 (PB L 266 van 11.10.2005, blz. 35), Verordening (EG) nr. 1255/2007 van 25 oktober 2007 (PB L 282 26.10.2007, blz. 16) en Verordening (EG) nr. 560/2009 van 26 juni 2009 (PB L 166 van 27.6.2009, blz. 3), Verordening (EU) nr. 516/2015 van de Commissie van 26 maart 2015 (PB L 82 van 27.03.2015, blz.14).
(6) EURid staat voor Europees Register van internetdomeinnamen, een bedrijf zonder winstoogmerk, dat het .eu-TLD had beheerd in het kader van een contract met de Europese Commissie.
(7) Uitvoeringsbesluit 2014/207/EU van de Commissie van 11 april 2014 tot aanwijzing van het register voor het .eu-topniveaudomein (PB L109 van 12.4.2014, blz. 41).
(8) Voor meer informatie over het Fast Track Process, zie: http://www.icann.org/en/topics/idn/fast-track/ .
(9) Artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 733/2002, en overwegingen 2, 3 en 4, en artikel 4 van Verordening (EG) nr. 874/2004.
(10) Het systeem waarmee kan worden opgezocht wie verantwoordelijk is voor een domeinnaam.
(11) In deze cijfers zijn ook de middelen opgenomen die zijn gereserveerd voor het medegefinancierde marketingprogramma voor de registrators.
(12) Voor ADR-statistieken, zie bijlage 3.
(13) domeinkaping topniveaudomein Sunrise-periode PricewaterhouseCoopers EURid De Sunrise-periode van domeinregistratie is een speciale termijn waarbinnen houders van handelsmerken namen die gelijk zijn aan of overeenstemmen met hun merken kunnen 'preregistreren' ter voorkoming van . Dit gebeurt vóór de start van het (TLD). Om zich te kunnen registreren moet de groep aanvragers of de individuele aanvrager kunnen aantonen dat hij een ouder recht had op de naam. De voor.eu werd opgesplitst in twee fasen. De eerste fase, die op 7 december 2005 begon, was bedoeld om aanvragen door registranten met oudere rechten op basis van handelsmerken en geografische namen, te vergemakkelijken. De tweede fase ging op 7 februari 2006 van start en betrof de namen van ondernemingen, handelsnamen en namen van personen. Voor alle Sunrise-aanvragen moest de aanvraag vergezeld gaan van documenten waaruit blijkt dat de aanvrager eigenaar is van een bepaald recht. Het besluit werd vervolgens door België genomen, aangezien dat bedrijf door was geselecteerd als de validator. Op 7 februari 2006 is het register geopend voor de namen van ondernemingen, handelsnamen en namen van personen. In de eerste 15 minuten waren er in totaal 27.949 aanvragen binnengekomen, en na een uur was dat aantal aanvragen opgelopen tot 71.235.
(14) Het milieubeheer- en milieuauditsysteem van de EU (EMAS) is een beheersinstrument voor bedrijven en andere organisaties om hun prestaties op het gebied van milieu te evalueren, daarover te rapporteren en deze te verbeteren.