Artikelen bij COM(1995)167 - Gemeenschappelijke voorschriften voor het vervoer van goederen of personen over de binnenwateren, tussen lidstaten, om voor dit vervoer het vrij verrichten van diensten te verzekeren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.



Artikel 1

Deze verordening is van toepassing op het vervoer van goederen of personen over de binnenwateren, tussen en via Lid-Staten.

Artikel 2

Elke ondernemer van goederen- of personenvervoer over binnenwateren mag, zonder discriminatie op grond van zijn nationaliteit of zijn plaats van vestiging, het in artikel 1 bedoelde vervoer verrichten op voorwaarde dat hij:

- in een Lid-Staat is gevestigd overeenkomstig de daar vigerende wetgeving,

- aldaar is toegelaten tot het internationale goederen- of personenvervoer over de binnenwateren, en

- voor het verrichten van dit vervoer vaartuigen gebruikt die in een Lid-Staat zijn ingeschreven of, indien ze niet zijn ingeschreven, zijn gedekt door een verklaring volgens welke ze tot de vloot van een Lid-Staat behoren.

Artikel 3

Deze verordening laat de rechten van vervoerders van derde landen uit hoofde van de Herziene Rijnvaartakte (Akte van Mannheim), van het Verdrag inzake de scheepvaart op de Donau (Verdrag van Belgrado), alsmede de rechten die voortvloeien uit de internationale verplichtingen van de Europese Gemeenschap en met name die welke voortvloeien uit de associatie- of partnerschapsovereenkomsten en samenwerkingsovereenkomsten met geassocieerde landen en derde landen van Midden- en Oost-Europa, onverlet.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.


Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.