Verslag van een schriftelijk overleg met de minister van A&M inzake de berichtgeving in de media over uitstel van invoering van het Entry/Exit-systeem - Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in een grondslag voor het gebruik van biometrie bij automatische grenscontrole - Hoofdinhoud
Dit verslag van een schriftelijk overleg is onder nr. A toegevoegd aan wetsvoorstel 36300 - Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in een grondslag voor het gebruik van biometrie bij automatische grenscontrole i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in een grondslag voor het gebruik van biometrie bij automatische grenscontrole; Verslag van een schriftelijk overleg met de minister van A&M inzake de berichtgeving in de media over uitstel van invoering van het Entry/Exit-systeem |
---|---|
Documentdatum | 19-11-2024 |
Publicatiedatum | 19-11-2024 |
Nummer | KST1170602 |
Kenmerk | 36300, nr. A |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2024-2025
36 300 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in een grondslag voor het gebruik van biometrie bij automatische grenscontrole
A VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 15 november 2024
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad1 hadden voorafgaand aan de behandeling van het wetsvoorstel Gebruik biometrie bij automatische grenscontrole2 enkele vragen naar aanleiding recente berichtgeving in de media.
Naar aanleiding hiervan is op 18 oktober 20024 een brief gestuurd aan de minister van Asiel en Migratie.
De minister heeft op 12 november 2024 gereageerd.
De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.
De griffier van de vaste commissie voor Immigratie ? Asiel / JBZ-Raad,
De Man
BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL / JBZ-RAAD
Aan de minister van Asiel en Migratie Den Haag, 18 oktober 2024
De leden van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad hebben voorafgaand aan de behandeling van het wetsvoorstel Gebruik biometrie bij automatische grenscontrole3 enkele vragen naar aanleiding recente berichtgeving in de media. Deze leden hebben vernomen dat de Europese Unie de invoering van het Entry/Exit-systeem (EES) heeft uitgesteld omdat volgens de Eurocommissaris Binnenlandse Zaken Nederland, Duitsland en Frankrijk nog niet klaar zijn voor invoering van dit systeem. Verder hebben deze leden begrepen dat de Eurocommissaris heeft laten weten dat Brussel het EES nog goed werkend en ook juridisch kloppend dient te krijgen voordat het ingevoerd kan worden.
Kan de regering de commissie informeren over de problemen aan de Nederlandse, Duitse en Franse zijde die aan invoering van het EES in de weg staan? Kan de regering de commissie daarnaast informeren over de opgaven waarvoor Eurocommissaris Johansson zich gesteld weet om het systeem juridisch kloppend te krijgen?
De commissie ontvangt graag op korte termijn hierover een brief en bij voorkeur uiterlijk vrijdag 8 november 2024, zodat zij op dinsdag 12 november de behandeling van genoemd wetsvoorstel (verder) ter hand kan nemen. De commissie ziet met belangstelling uit naar de reactie.
Van Hattem
Voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel / JBZ-Raad
nr. 2.
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaat Den Haag, 12 november 2024
De leden van de vaste commissies voor Immigratie en Asiel/JBZ-Raad hebben per brief van 18 oktober jl. vragen gesteld naar aanleiding van recente berichtgeving in de media over het uitstel van de invoering van het Entry/Exit System (EES). Hierbij ontvangt uw Kamer, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid, de beantwoording van de gestelde vragen.
De Minister van Asiel en Migratie, M.H.M. Faber - Van de Klashorst
Kan de regering de commissie informeren over de problemen aan de Nederlandse, Duitse en Franse zijde die aan invoering van het EES in de weg staan?
Met betrekking tot de implementatie van het Entry and Exit System (EES) heeft een aantal lidstaten, waaronder Nederland, aangegeven dat gereed melden momenteel niet aan de orde is. De reden hiervoor is onder andere dat het centrale systeem van eu-LISA waarop het EES draait nog niet stabiel genoeg werkt. Dat heeft consequenties voor de nationale implementatie. Deze lidstaten stellen dat na de totstandbrenging van een stabiel centraal systeem, ook voldoende testtijd nodig is voordat het verantwoord is om in operatie te gaan. Bij initiële nationale testen werden al enkele technische blokkeringen geconstateerd, die zo snel als mogelijk worden opgelost. Nederland werkt ook zelf nog aan het voor EES stabiel maken van eigen systemen. Het kabinet hecht groot belang aan de implementatie van de (nieuwe) Europese informatiesystemen op het gebied van grenzen en interne veiligheid, waaronder het EES. Nederland heeft daarbij wel steeds aandacht gevraagd voor het belang dat er na oplevering van de stabiele centrale EU-systemen voldoende tijd is voor nationale implementatie-activiteiten.
Kan de regering de commissie daarnaast informeren over de opgaven waarvoor Eurocommissaris Johansson zich gesteld weet om het systeem juridisch kloppend te krijgen?
De Europese Commissie (hierna: Commissie) erkent de complexiteit van de implementatie van het EES en ziet af van de inwerkingtreding van het EES voor alle lidstaten tegelijkertijd op de aanvankelijk beoogde datum van 10 november 2024. De Commissie kondigde tijdens de JBZ-Raad van 10 en 11 oktober aan4 de komende weken in overleg met de lidstaten en eu-LISA, het Europese IT-agentschap, in kaart te zullen brengen of een gefaseerde start van het EES mogelijk is en zo ja, hoe deze vorm moet krijgen, met als einddoel de volledige implementatie van het EES. Lidstaten hebben in de JBZ-Raad steun uitgesproken voor deze aanpak. Nederland kan zich vinden in een gefaseerde implementatie. Nederland voert samen met enkele andere EU-lidstaten gesprekken met de Commissie, onder meer over onder welke voorwaarden die gefaseerde start moet worden vormgegeven.
De huidige EES Verordening (EU) 2017/22265 biedt geen juridische basis voor een flexibele start vanwege de verwerking van persoonsgegevens. De Commissie overweegt daarom een nieuwe Verordening op te stellen die een flexibele start mogelijk maakt en de huidige EES verordening aanvult. De nieuwe Verordening moet uiteindelijk worden aangenomen door de JBZ-Raad. Uw Kamer zal zoals gebruikelijk nader worden geïnformeerd met een BNC-fiche zodra het nieuwe voorstel is gepubliceerd.
4
Samenstelling:
Croll (BBB), Marquart Scholtz (BBB), Griffioen (BBB), Karimi (GroenLinks-PvdA), Veldhoen (GroenLinks-PvdA), Ramsodit (GroenLinks-PvdA), Janssen-van Helvoort (GroenLinks-PvdA), Recourt (GroenLinks-PvdA), Kaljouw (VVD), Meijer (VVD), Van Toorenburg (CDA), Bakker-Klein (CDA), Dittrich (D66), Aerdts (D66) (ondervoorzitter), Van Hattem (PVV) (voorzitter), Koffeman (PvdD), Nanninga (JA21), Janssen (SP), Huizinga-Heringa (CU), Van den Oetelaar (FVD), Schalk (SGP), Perin-Gopie (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot (OPNL)
Kamerstukken I 2022/23, 36 300, nr. 2.
Kamerstukken I 2022/23, 36 300
Zie ook verslag van de JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024, Kamerstukken II, 2024-25, 32317 nr.903
Verordening tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011