Brief van de minister van J&V ter aanbieding van de halfjaarbrief aanpak georganiseerde, ondermijnende criminaliteit - Wijziging van de Gemeentewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en enkele andere wetten in verband met uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid van de burgemeester en de gezaghebber ter handhaving van de openbare orde en om enkele omissies te herstellen - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. E toegevoegd aan wetsvoorstel 36217 - Uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid van de burgemeester en de gezaghebber ter handhaving van de openbare orde i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de Gemeentewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en enkele andere wetten in verband met uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid van de burgemeester en de gezaghebber ter handhaving van de openbare orde en om enkele omissies te herstellen; Brief van de minister van J&V ter aanbieding van de halfjaarbrief aanpak georganiseerde, ondermijnende criminaliteit |
---|---|
Documentdatum | 25-06-2024 |
Publicatiedatum | 25-06-2024 |
Nummer | KST36217E |
Kenmerk | 36217, nr. E |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
2024
Vergaderjaar 2023-
36 217
Wijziging van de Gemeentewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en enkele andere wetten in verband met uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid van de burgemeester en de gezaghebber ter handhaving van de openbare orde en om enkele omissies te herstellen
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 25 juni 2024
Op 21 juni 2024 heb ik de halfjaarbrief en voortgangsrapportage «Aanpak georganiseerde, ondermijnende criminaliteit» aan de Tweede Kamer verstuurd. Tijdens het debat van de Eerste Kamer over de uitbreiding van de sluitingsbevoegdheid van burgemeesters op 10 oktober 2023, heb ik toegezegd een afschrift van de brief en rapportage ook naar de Eerste Kamer te sturen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
-
D.Yesilgöz-Zegerius kst-36217-E ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2024
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 25 juni 2024
De gezamenlijke inspanningen van partners om de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit aan te pakken, werpen hun vruchten af. Mede door het kraken van versleutelde criminele communicatie zijn de afgelopen jaren grote successen geboekt in het oppakken en bestraffen van kopstukken én hun handlangers uit de georganiseerde criminaliteit. Maatregelen waarvan bewezen is dat die goed werken, worden breder ingezet. In het programma Preventie met Gezag zetten gemeenten bewezen effectieve interventies in en leren ze van elkaars ervaringen.
Deze stappen vooruit zijn gezet dankzij de vasthoudendheid en toegewijde inzet van alle publieke en private partners die hun verantwoordelijkheid pakken om georganiseerde misdaad in te dammen. Die inzet blijft hard nodig, want de ontwrichtende effecten van georganiseerde ondermijnende criminaliteit zijn groot. Soms nauwelijks zichtbaar, maar soms ook zeer merkbaar. Zo werden de afgelopen tijd woonwijken en hun bewoners geregeld opgeschrikt door explosies. Van een explosie van een vermoedelijk drugslab midden in een woonwijk, met een ravage en meerdere doden tot gevolg, tot het bewust aanbrengen van explosieven, bedoeld om te intimideren. Ook volstrekt onschuldige burgers worden dan geconfronteerd met de nietsontziende werkwijze van criminelen, die ook steeds vaker minderjarigen weten over te halen om explosieven te plaatsen of andere hand en spandiensten te verlenen. Bedreigingen tegen functionarissen in onze democratische rechtsstaat hebben daarnaast laten zien dat onze nationale veiligheid onder druk staat.
In de Rapportage aanpak ondermijnende criminaliteit (bijlage 1) is in beeld gebracht wat de resultaten van de gezamenlijke aanpak over de hele linie zijn. De aanpak is ingedeeld langs vier lijnen; voorkomen, verstoren, bestraffen en beschermen. Publieke en private partijen werken nauw samen, van lokaal en regionaal tot nationaal en internationaal.
De rapportage is bedoeld om jaarlijks de belangrijkste ontwikkelingen binnen de aanpak te laten zien, met de ambitie om het zicht op de voortgang steeds verder te verrijken en aan te scherpen. Het heeft voor mij grote prioriteit om de doelen en resultaten zo goed mogelijk inzichtelijk te maken. Niet alleen om te verantwoorden, maar ook om tijdig bij te kunnen sturen als maatregelen niet het gewenste effect hebben. Recent heeft de Algemene Rekenkamer aanbevolen om de doelen van het beleid met name met betrekking tot de drugssmokkel via logistieke knooppunten scherper te stellen.1 Ik onderschrijf deze aanbeveling.
In mijn ambtstermijn zijn significante stappen gezet in de bestrijding van de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit. Zo doen inmiddels 27 gemeenten mee met de structurele preventieaanpak, die bestaat uit een combinatie van grenzen stellen en perspectief bieden. Op internationaal niveau is de samenwerking zowel bilateraal - met bijvoorbeeld de ondertekening van het bilateraal uitleveringsverdrag met Marokko -, als multilateraal - met de vorming van de Europese coalitie tegen georganiseerde misdaad en de daardoor geïnspireerde Roadmap van de Europese
Commissie - verbeterd. Er is een nieuw en versterkt Europees raamwerk om witwassen en financieren van terrorisme te voorkomen geïntroduceerd en door de EU-Confiscatierichtlijn worden binnen de EU de mogelijkheden om geld nationaal en grensoverschrijdend op te sporen en af te pakken versterkt. Daarnaast blijven we werken aan versteviging van de samenwerking met bron- en transitlanden in Latijns-Amerika en de Caribische regio.
Met de uithalerswet is het mogelijk om uithalers te vervolgen; eerder kwamen zij weg met een boete. Met het instellen van een vertrouwenspersoon voor de agrarische sector en de uitbreiding hiervan naar andere sectoren, lukt het beter om breder signalen, meldingen en casuïstiek van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit binnen te krijgen. Dit kabinet heeft structureel geld beschikbaar gesteld om ervoor te zorgen dat de aanpak van georganiseerde ondermijnende criminaliteit ook de komende jaren stevig kan worden voortgezet. En dit is slechts een kleine greep uit de resultaten die u kunt vinden in de rapportage in bijlage 1.
In bijlage 2 vindt u de voortgang op de moties en toezeggingen die raken aan de aanpak. In bijlage 3 vindt u een toelichting op de extra investeringen uit het coalitieakkoord Rutte IV (oplopend tot 100 miljoen euro structureel vanaf 2025, bovenop de in voorgaande jaren voor de aanpak beschikbaar gekomen middelen) met betrekking tot de aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit.2
De aanpak van de georganiseerde criminaliteit heb ik steeds beschouwd als mijn topprioriteit en als één van de grootste prioriteiten van het kabinet. Ik ben ervan overtuigd dat het alleen lukt om de ondermijnende effecten ervan terug te dringen als de aanpak een combinatie is van voorkomen, verstoren, bestraffen en beschermen. En als we van lokaal, regionaal, nationaal tot internationaal als overheden, bedrijfsleven en maatschappij de handen ineenslaan. Er zijn geen «quick fixes» en als bepaalde symptomen verminderen of verdwijnen, is het probleem niet per definitie opgelost. Criminelen zijn wendbaar en passen zich aan als wij het hun moeilijk maken, dus het is zaak om net zo wendbaar te zijn en de druk op de drugscriminaliteit niet te laten verslappen.
Om de Nederlandse samenleving en onze nationale veiligheid te beschermen tegen nietsontziende criminelen, moeten we lokaliseren waar de meest ontwrichtende effecten van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit zich manifesteren. Door middel van dreigings- en ondermij-ningsbeelden, zoals het strategisch dreigingsbeeld van het Strategisch Kenniscentrum, worden de ondermijnende effecten van georganiseerde criminaliteit inzichtelijk gemaakt. Met de dreigingsbeelden kunnen we scherp zien waar de aangrijpingspunten zitten voor het vergroten van de strategische samenhang binnen de brede aanpak. Zo geven we onze aanpak en opvolging steeds beter richting in gezamenlijkheid met onze partners, waaronder het Strategisch Beraad Ondermijning, en kunnen we adaptief zijn in de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit.
De strijd tegen de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit is er één van de lange adem. Het vraagt om uithoudingsvermogen, voldoende en voorspelbare financiële armslag, het delen van gegevens en slim samenwerken. Én een niet aflatende steun vanuit de politiek voor de mensen die dit belangrijke werk doen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
-
D.Yesilgöz-Zegerius
Eerste Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 36 217, E 4
In de bijlage worden de beleidskeuzes ten aanzien van deze middelen nader toegelicht, wat voortkomt uit een verplichting van artikel 3.1 uit de comptabiliteitswet (CW3.1). Omdat de investeringen in de afgelopen periode nog nader zijn uitgewerkt, is gekozen om de verschillende kaders nu gebundeld te presenteren.