Wet van 13 maart 2024 tot wijziging van de Wet langdurige zorg en de Algemene Kinderbijslagwet in verband met de invoering van ambtshalve toekenning en toekenning met terugwerkende kracht van dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 03-04-2024 |
---|---|
Publicatiedatum | 03-04-2024 |
Kenmerk | Stb. 2024, 78 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Wet van 13 maart 2024 tot wijziging van de Wet langdurige zorg en de Algemene Kinderbijslagwet in verband met de invoering van ambtshalve toekenning en toekenning met terugwerkende kracht van dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg
Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is niet-gebruik van de dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg tegen te gaan, hiertoe de aanvraagprocedure voor ouders of vertegenwoordigers van kinderen met een intensieve zorgbehoefte te vereenvoudigen door middel van ambtshalve toekenning, bekendheid met de regeling te vergroten door ouders of vertegenwoordigers met een mogelijk recht op dubbele kinderbijslag bij intensieve zorg gericht te informeren en standaard toekenning met terugwerkende kracht mogelijk te maken;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I WIJZIGING WET LANGDURIGE ZORG
Artikel 9.1.3 van de Wet langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:
Er worden vier leden toegevoegd, luidende:
-
-
-
Het CIZ verwerkt persoonsgegevens, waaronder het gegeven dat het CIZ het recht op zorg heeft vastgesteld van een verzekerde die de leeftijd heeft, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, het aan de Sociale verzekeringsbank verstrekte gegeven of de verzekerde is aangewezen op een bepaalde mate van intensieve zorg als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet en het burgerservicenummer van die verzekerde, die noodzakelijk zijn om diens vertegenwoordiger ambtshalve te informeren over een mogelijk recht op een verdubbeling van het bedrag aan kinderbijslag, als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet.
-
-
-
-
Het CIZ kan persoonsgegevens, waaronder het gegeven dat het CIZ het recht op zorg heeft vastgesteld van een verzekerde die de leeftijd heeft, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, het aan de Sociale verzekeringsbank verstrekte gegeven of de verzekerde is aangewezen op een bepaalde mate van intensieve zorg als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet en het burgerservicenummer van de verzekerde, bedoeld in het twaalfde lid, verwerken, welke gegevens noodzakelijk zijn voor het vaststellen van de effectiviteit van het ambtshalve informeren van de vertegenwoordiger van de verzekerde over een mogelijk recht op een verdubbeling van het bedrag aan kinderbijslag als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet.
-
-
-
-
Het CIZ verstrekt ambtshalve of op verzoek, kosteloos, de volgende persoonsgegevens aan de Sociale verzekeringsbank, welke gegevens noodzakelijk zijn voor de uitvoering van diens taak tot vaststelling of een recht op een verdubbeling van het bedrag aan kinderbijslag, als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, bestaat of eindigt:
-
-
-
-
De ambtshalve verstrekking, bedoeld in het tiende lid, geschiedt niet eerder dan nadat het CIZ de vertegenwoordiger van de verzekerde, ten aanzien van wie een indicatiebesluit is genomen, in het indicatiebesluit gedurende een termijn van ten minste twee weken in de gelegenheid heeft gesteld niet in te stemmen met deze verstrekking.
-
ARTIKEL II WIJZIGING ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET
De Algemene Kinderbijslagwet wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 14, derde lid, tweede zin, wordt «de eerste dag van het kalenderkwartaal» vervangen door «zes maanden voorafgaand aan de eerste dag van het kalenderkwartaal».
Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:
-
-
-
-
-
op aanvraag of, indien informatie is verschaft door het Centrum Indicatiestelling zorg, als bedoeld in artikel 9.1.3, tiende lid, van de Wet langdurige zorg, ambtshalve op basis daarvan vast of een recht op een verdubbeling van het bedrag aan kinderbijslag als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, bestaat; en
-
-
-
-
-
Artikel 18 wordt als volgt gewijzigd:
-
-
-
-
-
Zolang de persoon aan wie op grond van het vierde of vijfde lid kinderbijslag zou moeten worden betaald geen aanvraag daartoe heeft ingediend, blijft de kinderbijslag, in afwijking van het vierde en vijfde lid, betaald worden aan de persoon die daartoe wel een aanvraag heeft ingediend. Indien de persoon die geen aanvraag heeft ingediend, alsnog een aanvraag indient, wordt de kinderbijslag aan die persoon betaald:
-
Artikel 29c wordt als volgt gewijzigd:
-
-
ARTIKEL III ACTUALISERING VAN DE BEDRAGEN IN ARTIKEL II, ONDERDEEL A
Vóór de toepassing van artikel II, onderdeel A, wordt:
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot
Gegeven te ’s-Gravenhage, 13 maart 2024
Willem-Alexander
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip
Uitgegeven de derde april 2024
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
XHistnoot histnoot
Kamerstuk 36 385