Brief regering; Kritieke data Wet Vereenvoudiging van de Huurtoeslag - Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (vereenvoudiging van de huurtoeslag) - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 12 toegevoegd aan wetsvoorstel 36311 - Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (vereenvoudiging van de huurtoeslag) i.

Officiële titel	Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (vereenvoudiging van de huurtoeslag); Brief regering; Kritieke data Wet Vereenvoudiging van de Huurtoeslag
Document­datum	25-03-2024
Publicatie­datum	25-03-2024
Nummer	KST3631112
Kenmerk	36311, nr. 12
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2023-

2024

36 311

Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (vereenvoudiging van de huurtoeslag)

Nr. 12

BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 25 maart 2024

Op 28 februari 2023 heeft uw Kamer het wetsvoorstel Vereenvoudiging van de huurtoeslag (Kamerstuk 36 311) ontvangen. Uw Kamer heeft dit wetsvoorstel op 17 mei 2023 aangemeld voor plenaire behandeling. In deze brief wil ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën -Toeslagen en Douane, graag informeren over de kritieke data met oog op de gewenste inwerkingtreding per 1 januari 2025.

Vereenvoudiging van de huurtoeslag en toekomst van de toeslagen

De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat ons toeslagenstelsel voor een deel van de mensen onzekerheid met zich meebrengt. Hoewel deze juist bedoeld is om mensen financieel te ondersteunen, verdwalen sommigen in ingewikkelde regelingen, wat tot problemen kan leiden. In reactie hierop heeft het kabinet in het vorig coalitieakkoord eerste stappen gezet om de toeslagen te vereenvoudigen, door (voorstellen in te dienen om) de financiering van de kinderopvang te hervormen en de huurtoeslag te vereenvoudigen. Daarnaast heeft uw Kamer op 9 februari 2024 de eindrapportage toekomst toeslagen (kamerstuk 31 066, nr. 1340) toegestuurd gekregen. In deze rapportage worden op verzoek van uw Kamer voorstellen gedaan om het toeslagenstelsel af te schaffen of te verbeteren. U kunt dit wetsvoorstel ook in dit licht bezien.

Met de maatregelen uit dit wetsvoorstel worden stappen gezet om de huurtoeslag te vereenvoudigen, zodat mensen beter begrijpen waar ze aan toe zijn, minder gegevens hoeven aan te leveren en de uitvoering simpeler wordt. Daarnaast komen met dit voorstel meer huurders met een laag inkomen in aanmerking voor huurtoeslag. Deze maatregelen zijn zowel op zichzelf nuttige aanpassingen van de huurtoeslag, voor huurders en voor de uitvoering, en zijn daarnaast nuttig als op termijn de overstap gewenst is naar een ander systeem van inkomensondersteuning.

kst-36311-12 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2024

Kritieke data

Om het mogelijk te maken om de Wet per 1 januari 2025 in te laten gaan zal de parlementaire besluitvorming - zowel van uw Kamer als die van de Eerste Kamer - uiterlijk 1 juli 2024 afgerond moeten zijn. Ik verzoek uw Kamer om met deze data rekening te houden bij het inplannen van de plenaire behandeling van dit wetsvoorstel.

Zoals in de brief van vorig jaar (Kamerstuk 36 311, nr. 11) uitgelegd heeft de Dienst Toeslagen voldoende voorbereidings- en implementatietijd nodig voor tijdige implementatie van de maatregelen. Hierbij dient ook rekening gehouden te worden met de IV-portfolio en de planning van andere werkzaamheden die zij moet uitvoeren. Concreet betekent dit dat ik de Dienst Toeslagen uiterlijk 1 april 2024 opdracht moet geven om de maatregelen te bouwen. Het is hierbij gewenst dat er dan al zoveel mogelijk duidelijkheid is over de vormgeving en het doorgaan van het pakket aan maatregelen, en dus dat behandeling in uw Kamer al heeft plaatsgevonden. Vervolgens zal Dienst Toeslagen uiterlijk 1 juli 2024 van start moeten gaan met de definitieve implementatie van de maatregelen, om inwerkingtreding per 1 januari 2025 te halen. Hiervoor zal dan de volledige parlementaire besluitvorming afgerond moeten zijn. Als dit niet het geval is, zal de inwerkingtreding nogmaals een jaar vertraging oplopen en pas vanaf 1 januari 2026 ingevoerd kunnen worden.

Ik hoop u zo voldoende geïnformeerd te hebben.

Mede namens de Staatssecretaris van Financiën,

• A. 

  de Vries,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

H.M. de Jonge

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 36 311, nr. 12 2