Besluit van 29 november 2023 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Verzamelwet SZW 2024 - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
| Documentdatum | 05-12-2023 |
|---|---|
| Publicatiedatum | 05-12-2023 |
| Kenmerk | Stb. 2023, 437 |
| Externe link | origineel bericht |
| Originele document in PDF |  |
Besluit van 29 november 2023 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Verzamelwet SZW 2024
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 24 november 2023, nr. 2023-0000552387;
Gelet op artikel XXI van de Verzamelwet SZW 2024;
Hebben goedgevonden en verstaan:
De Verzamelwet SZW 2024 treedt in werking met ingang van 1 januari 2024, met uitzondering van artikel XV, dat in werking treedt met ingang van 1 januari 2025.
Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 29 november 2023
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip
Uitgegeven de vijfde december 2023
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
Dit besluit regelt dat de Verzamelwet SZW 2024 in werking treedt met ingang van 1 januari 2024.
In de wet is reeds opgenomen dat de artikelen XII, onderdelen A en B, en XIII, onderdelen A en B, terugwerken tot en met 1 januari 2023. Zie voor een toelichting bij de terugwerkende kracht van deze artikelen de Memorie van Toelichting bij de Verzamelwet SZW 2024.1
Daarnaast is een uitzondering gemaakt voor Artikel XV. De inwerkingtreding van dit artikel is uitgesteld tot 1 januari 2025, zodat er voldoende tijd is om systemen aan te passen aan de aangepaste wijze van berekening van het minimum-maandloon.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip
X Noot 1
Kamerstukken II 2022/23, 36 415, nr. 3, p. 31.