Brief regering; Verzamelbrief opvang Oekraïne - Vreemdelingenbeleid - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 3171 toegevoegd aan dossier 19637 - Vreemdelingenbeleid i en dossier 36045 - Situatie in Oekraïne.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vreemdelingenbeleid; Brief regering; Verzamelbrief opvang Oekraïne |
---|---|
Documentdatum | 03-11-2023 |
Publicatiedatum | 03-11-2023 |
Nummer | KST196373171 |
Kenmerk | 19637; 36045, nr. 3171 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2024
Vergaderjaar 2023-
19 637 36 045
Nr. 3171
Vreemdelingenbeleid Situatie in Oekraïne
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 3 november 2023
De voortdurende oorlog in Oekraïne zorgt voor een aanhoudende instroom van ontheemden naar Nederland. De verwachting is dat dit op korte termijn niet zal veranderen.
Er zijn op 29 oktober jl. ca. 102.340 Oekraïners ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). Daarnaast zijn er 30.410 Oekraïners uitgeschreven uit de BRP. Ook zijn er 5.750 ontheemden uit Oekraïne met een andere nationaliteit ingeschreven in de BRP en ca. 2.140 personen die zich hebben uitgeschreven. In de afgelopen vier weken bedroeg het gemiddeld aantal netto inschrijvingen van ontheemden uit Oekraïne ca. 635 per week. Op 27 oktober jl. verblijven 83.850 ontheemden uit Oekraïne in de noodopvang en 410 in de crisisnoodopvang.1 Dit leidt tot een bezettingsgraad van 99,3 procent in de noodopvang.
In deze Verzamelbrief opvang Oekraïne informeer ik uw Kamer over het rapport Clingendael Beschermingsopdracht Oekraïense ontheemden in Nederland: uitdagingen bij een langdurige oorlog, de Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne, duurzame opvang en arbeidsparticipatie van ontheemden uit Oekraïne in Nederland. Met deze brief stuur ik u drie bijlages mee. Het betreft: 1. De beslisnota, 2. Het rapport Clingendael en 3. Beslisnota bekostigingsregeling opvang ontheemden uit Oekraïne (BooO).
Ik stuur als coördinerend bewindspersoon voor de aanpak van de opvang van ontheemden uit Oekraïne deze Verzamelbrief mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
1 De meest recente cijfers vindt u op www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/opvang-vluchtelingen-uit-oekraine/cijfers-opvang-vluchtelingen-uit-oekraine-in-nederland.
kst-19637-3171 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023
Rapport Clingendael «Beschermingsopdracht Oekraïense ontheemden in Nederland: uitdagingen bij een langdurige oorlog»
Met de verzamelbrief opvang Oekraïne van 9 juni jl.1 heb ik u het rapport Beschermingsopdracht Oekraïense ontheemden in Nederland: In afwachting van het lenteoffensief toegestuurd.
Als onderdeel van de opdracht van Rijksoverheid aan Clingendael stuur ik hierbij de nieuwe EWEA Beschermingsopdracht Oekraïense ontheemden in Nederland: uitdagingen bij een langdurige oorlog. De focus van dit rapport zijn de mogelijke gevolgen van een langdurige oorlog op de Nederlandse beschermingsopdracht. Op verzoek van JenV is extra aandacht besteed aan mogelijke terugkeer-, verblijf en doormigratie-intenties van ontheemden. Hierdoor wordt getracht meer inzicht te verkrijgen in de omvang van de beschermingsopdracht van Nederland en de impact hiervan op de prognose en het langetermijnbeleid.
Volgens Clingendael zal de oorlog, welke gezien kan worden als een uitputtingsslag, naar verwachting niet op korte termijn voorbij zijn.
Hoewel Rusland zich nog steeds richt op het aanvallen van de Oekraïense kritieke energie-infrastructuur, wordt verwacht dat het scenario van grootschalige uitval van elektriciteit en verwarming met evacuaties als gevolg, op dit moment relatief onwaarschijnlijk is. De instroom van ontheemden naar Nederland zal volgens Clingendael de komende periode dan ook gestaag aanhouden. Ook blijven de terugkeerintenties onder ontheemden stabiel.
De demografische samenstelling van ontheemden uit Oekraïne is aan het veranderen, wat ook merkbaar is in Nederland. Deze verandering ziet toe op een gestage toename van het aantal mannen in de leeftijdscategorie tussen 18 en 60 jaar. Volgens Clingendael is er een aantal verklaringen te geven voor deze beperkte toename. Ten eerste doordat veel jongens die hier aankwamen inmiddels 18 jaar zijn geworden. Ten tweede zijn er verschillende legale mogelijkheden tot ontheffing van de dienstplicht. Tot slot, zijn er incidentele signalen van dienstplichtige mannen die op onwaarachtige wijze ontheffing hebben verkregen. Ondanks de geringe omvang van de toename zorgt dit in sommige situaties voor wrijving binnen de groep ontheemden uit Oekraïne in Nederland.
Er is nog steeds geen sprake van grootschalige doormigratie binnen de EU. Daarnaast blijft het intentiepercentage volgens Clingendael onverminderd laag. Dit neemt niet weg dat, zoals Clingendael stelt, de situatie en factoren van invloed op de oorlog continu gemonitord moeten blijven worden. Plotselinge veranderingen in indicatoren kunnen nog altijd significante gevolgen hebben voor de omvang en focus van de beschermingsopdracht in Nederland. Ontwikkelingen die volgens Clingendael gemonitord moeten worden zijn de verkiezingen in Polen en beleidsaanpassingen, zoals het verlagen van leefgeld, als gevolg van de verlenging van de RTB.
De belangrijkste factor voor mogelijke doormigratie is nog steeds de aanwezigheid van (familie)netwerken en geografische nabijheid. Momenteel zijn er volgens Clingendael geen signalen dat een verschil in het voorzieningenniveau tussen landen van doorslaggevende invloed is op de keuze van ontheemden om in een ander land opnieuw bescherming aan te vragen onder de RTB. Clingendael stelt dat er momenteel geen directe aanwijzingen zijn dat substantiële aantallen ontheemden op de korte termijn vanuit het eerste opvangland door migreren naar Nederland. Er zijn geen aanwijzingen dat de populariteit van Nederland is veranderd.
Kortom, de instroom van ontheemden uit zowel Oekraïne als eerste opvangland blijft stabiel. Er zijn geen significante aanwijzingen dat dit op de korte termijn zal veranderen. Clingendael blijft in opdracht van de Rijksoverheid echter de ontwikkelingen nauwgezet monitoren.
Wijziging bekostigingsregeling opvang ontheemden uit Oekraïne
De gemeenten staan voor een grote opgave met de opvang van ontheemden uit Oekraïne. Het uitgangspunt is dat gemeenten geen financieel nadeel ondervinden van de opvang en dat de bekostiging bijdraagt aan het creëren van voldoende opvangplekken door financiële drempels weg te nemen. Het Ministerie van JenV hecht daarom veel waarde aan een passende bekostigingsregeling voor gemeenten. Aanvankelijk is overwogen om over te stappen op een bekostigingssysteem gebaseerd op werkelijke kosten.2 Echter, vanwege de behoefte aan continuïteit en stabiliteit in de bekostiging, in combinatie met de huidige bezettingsgraad en de grote opvangopgave, is besloten om dit niet te doen. Dit betekent dat voor de bekostiging vanaf 1 januari 2024 wordt vastgehouden aan de bestaande bekostigingssystematiek.
Om tot een normbedrag te komen dat beter aansluit bij de werkelijke kosten die gemeenten maken en tevens verwacht worden te gaan maken door verwachte kostenstijgingen, is onlangs een nieuw onafhankelijk kostprijsonderzoek uitgevoerd. De inzichten die uit het onderzoek naar voor kwamen, hebben geleid tot aanpassingen in zowel het normbedrag voor de Gemeentelijke Opvang Oekraïne (GOO) als de Particuliere Opvang Oekraïne (POO) per 1 januari 2024. Het normbedrag voor de GOO wordt herzien naar 61 euro, waarbij de mogelijkheid om werkelijke kosten per gerealiseerde plek per dag te declareren behouden blijft. Daarnaast is besloten om de compensatie voor leefgeld dat gemeenten verstrekken in de GOO op dezelfde wijze te vergoeden als in de POO, namelijk op basis van werkelijke kosten. Het normbedrag voor de particuliere opvang wordt aangepast naar € 92 per geregistreerd persoon per maand waarin aan deze persoon een verstrekking is gedaan. Tot slot wordt het BTW-compensatiefonds aangevuld zodat gemeenten een deel van hun gemaakte kosten via het BTW-compensatiefonds kunnen terugvragen.
Duurzame opvang
Gemeenten staan ook de komende periode voor een grote uitdaging om voldoende opvangplekken te realiseren voor ontheemden uit Oekraïne.
Nu duidelijk wordt dat de opvang voor een langere periode nodig zal zijn, is het belangrijk dat de opvang duurzamer wordt ingericht. Het inrichten van duurzame opvang betekent zowel het aanpassen van bestaande opvanglocaties zodat deze ook geschikt zijn voor ontheemden om langer in te verblijven als het realiseren van duurzame nieuwe locaties. Een aandachtspunt daarbij is dat de bezettingsgraad in de opvang hoog blijft en daardoor een balans tussen de duurzame kwaliteit en de urgentie van het realiseren van nieuwe opvanglocaties gevonden moet worden. In samenwerking met het Ministerie van BZK, probeer ik de komende periode meer inzicht te krijgen in de kwaliteit van de huidige opvanglocaties. Bij het realiseren van nieuwe locaties is het van belang dat deze van duurzame kwaliteit zijn en langdurig benut kunnen worden, ook na afloop van de RTB na 4 maart 2025, voor bijvoorbeeld (asiel)opvang en huisvesting van anderen die met spoed een woning zoeken. Zoals eerder aan uw Kamer toegezegd, informeer ik uw Kamer hierbij over de uitkomsten met betrekking tot de financiële ondersteuning van gemeenten bij het verduurzamen van de opvang voor ontheemden uit Oekraïne3.
Ik heb signalen ontvangen dat een aantal gemeenten moeite hebben om business cases rond te krijgen voor de transitiekosten die nodig zijn voor het gereed maken van een pand of het bouw- en woonrijp maken van grond voor opvang van ontheemden. De investeringsduur is normaal gekoppeld aan de looptijd van de RTB plus één jaar. Zoals reeds aan uw Kamer is gemeld op 8 september jl.4, heb ik het besluit genomen om de investeringsduur te verlengen tot 4 maart 2026. Dit geschiedde nog voor het voorgenomen besluit van de EU-lidstaten tot verlenging van de RTB met één jaar tot 4 maart 2025, hetgeen op 28 september jl. bekend is gemaakt. Hiermee vergroten we de mogelijkheid voor gemeenten om te investeren in locaties tot 4 maart 2026. Deze termijn sluit aan bij de maximale looptijd van de Tijdelijke wet opvang ontheemden uit Oekraïne, die onlangs bij uw Kamer is ingediend. Met deze verruimde mogelijkheden beoog ik ook investeringen in meer duurzame locaties te stimuleren. Tegelijkertijd zet het Ministerie van BZK in op het realiseren van meer flexwoningen via de versnelling van de tijdelijke huisvesting. Deze type woningen kunnen ook worden ingezet voor de duurzame opvang van ontheemden uit Oekraïne. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft in een brief van 15 september jl.5 aangegeven op welke manieren er vanuit het Rijk ondersteuning wordt geboden om deze versnelling in te zetten. Zoals de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uw Kamer reeds informeerde in zijn brief van 15 september jl., kunnen gemeenten in vervolg op de eerdere stimuleringsregeling een beroep doen op de nieuwe stimuleringsregeling flex- en transformatiewoningen.6 De nieuwe regeling is op 29 september jl. gepubliceerd in de Staatscourant en wordt, onder voorbehoud van parlementaire goedkeuring van de bijbehorende middelen, op korte termijn opengesteld. Deze regeling mag in principe gestapeld worden met de BooO, mits er na toekenning van de middelen uit de BooO nog steeds een aantoonbaar tekort in de business case is.
Ik heb gemeenten uitgenodigd om nieuwe businesscases in te dienen bij de Nationale Opvang Organisatie, ook als deze complex zijn. Deze businesscases worden per geval bekeken, om te bezien of een passende oplossing mogelijk is, waarbij de bestaande financiële kaders leidend zijn.
Cijfers arbeidsparticipatie ontheemden uit Oekraïne in Nederland
Het CBS heeft 27 september jl. nieuwe cijfers gepubliceerd rond de arbeidsparticipatie van ontheemden uit Oekraïne in Nederland.7 Hieruit blijkt dat op 1 mei jl. 51% van de ontheemden uit Oekraïne tussen de 15 en 65 jaar (die zich op dat moment in Nederland bevonden) aan het werk waren. Dit komt neer op ca. 38.000 werkenden en is een toename ten opzichte van het vorige peilmoment (d.d. 1 november 2022), toen 46% van de ontheemden uit Oekraïne tussen de 15 en 65 jaar aan het werk was. De grootste toename is te zien onder vrouwen.
Twee derde (67%) van de ontheemden uit Oekraïne werkt 30 uur of meer per week. Een groot deel werkt in de «zakelijke dienstverlening» (51%), waar ook de uitzendbranche onder valt, en de «handel, vervoer en horeca» (32%). In aanvulling op voorgaande publicaties is in deze publicatie eveneens gekeken naar wijzigingen in werknemersstatus (ten opzichte van 1 juli 2022). Een aanzienlijk deel (41%) werkt inmiddels voor een andere werkgever dan het jaar ervoor. Verder is, alhoewel het aandeel nog laag is, een groei te zien in het aandeel vaste contracten (van 2% naar 4%).
De algehele toename in arbeidsparticipatie, het relatief hoge aantal uren werk per week en de groei in het aandeel vaste contracten is positief. De ingezette koers om de arbeidsmarktparticipatie en arbeidspositie onder ontheemden uit Oekraïne verder te verbeteren, blijft echter bestaan.
Hierbij ligt de focus op drie actielijnen: betere informatievoorziening, het wegnemen van belemmeringen bij het vinden van passend en duurzaam werk, en ondersteuning richting beroepsgroepen die relevant zijn voor wederopbouw. Deze actielijnen zijn reeds nader toegelicht in de Verzamel-brief van opvang Oekraïne van 2 oktober jl.8
Tot slot benoem ik wederom dat de ontwikkelingen op het gebied van migratie en aangrenzende werkvelden die zich ten gevolge van de oorlog in Oekraïne razendsnel kunnen opvolgen, zowel op nationaal, Europees als internationaal niveau. Ik blijf mij, samen met mijn collega's, inspannen om uw Kamer tijdig en adequaat te blijven informeren.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
C.A. van der Maat
Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 19 637, nr. 3171 5
Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 3121.
Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 3153.
Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 3021.
Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 3165.
Kamerstuk 32 847, nr. 1096.
Kamerstuk 32 847, nr. 1096.
De publicatie kunt u raadplegen via https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/39/opnieuw-meer-oekraiense-vluchtelingen-in-loondienst.
Kamerstukken 19 637 en 36 045, nr. 3169.