Derde Nota van wijziging - Voorstel van wet van de leden Koerhuis, Van der Plas, Grinwis en Westerveld tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Woningwet in verband met het bieden van huurbescherming aan weeskinderen (Wet huurbescherming weeskinderen) - Hoofdinhoud
Deze nota van wijziging is onder nr. 16 toegevoegd aan wetsvoorstel 35999 - Initiatiefvoorstel Wet huurbescherming weeskinderen i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet van de leden Koerhuis, Van der Plas, Grinwis en Westerveld tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Woningwet in verband met het bieden van huurbescherming aan weeskinderen (Wet huurbescherming weeskinderen); Nota van wijziging; Derde Nota van wijziging |
---|---|
Documentdatum | 23-10-2023 |
Publicatiedatum | 23-10-2023 |
Nummer | KST3599916 |
Kenmerk | 35999, nr. 16 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2023-2024
35 999 |
Voorstel van wet van de leden Koerhuis, Van der Plas, Grinwis en Westerveld tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Woningwet in verband met het bieden van huurbescherming aan weeskinderen (Wet huurbescherming weeskinderen) |
Nr. 16 |
DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 23 oktober 2023 Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: A In artikel II wordt het voorgestelde artikel 54d als volgt gewijzigd:
7, eerste lid, van de Wet op de huurtoeslag, in aanmerking komt voor verkrijging van huurtoeslag» vervangen door «een inkomen heeft dat niet hoger is dan de inkomensgrens, bedoeld in artikel 48, eerste lid».
B In artikel III wordt «artikel 54d, vierde en vijfde lid,» telkens vervangen door «artikel 54d, vierde en zesde lid,». Toelichting Deze derde nota van wijziging betreft het opnemen van een inkomens-toets. |
kst-35999-16 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 35 999, nr. 16 1 |
Met de wijziging in onderdeel A wordt voorzien in een wettelijke grondslag voor de inkomenstoets door woningcorporaties om te kunnen bepalen of de huur tijdelijk moet worden verlaagd, hiertoe is de wettelijke grondslag voor de inkomensvaststelling in artikel 46, tweede lid, tweede en derde volzin, van de Woningwet van overeenkomstige toepassing verklaard. Daarnaast is de tijdelijke huurverlaging gekoppeld aan de DAEB-inkomensgrenzen, dit zijn de grenzen die gelden om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning. Omdat de woningcorporatie uit de inkomensgegevens niet kan opmaken wat het vermogen van het weeskind is en daardoor dus niet de draagkracht van het weeskind zou kunnen vaststellen, zou de woningcorporatie op basis van de inkomenstoets nog steeds niet kunnen vaststellen of de huur van het weeskind moet worden verlaagd. Om aan te sluiten bij de inkomensgegevens die woningcorporaties nu al mogen opvragen, wordt de tijdelijke huurverlaging gekoppeld de DAEB-inkomensgrenzen.
Onderdeel B betreft een technische wijziging in verband met de vernummering van artikelleden.
Koerhuis Van der Plas Grinwis Westerveld
Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 35 999, nr. 16