Wet van 4 oktober 2023 tot wijziging van de Participatiewet in verband met het eenmalig categoriaal verstrekken van een energietoeslag aan huishoudens met een laag inkomen en het verstrekken van een eenmalige tegemoetkoming voor energiekosten aan uitwonende studenten met een aanvullende beurs in 2023 - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 06-10-2023 |
---|---|
Publicatiedatum | 06-10-2023 |
Kenmerk | Stb. 2023, 329 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Wet van 4 oktober 2023 tot wijziging van de Participatiewet in verband met het eenmalig categoriaal verstrekken van een energietoeslag aan huishoudens met een laag inkomen en het verstrekken van een eenmalige tegemoetkoming voor energiekosten aan uitwonende studenten met een aanvullende beurs in 2023
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om voor het jaar 2023 te voorzien in een bevoegdheid voor gemeenten om een eenmalige energietoeslag te verstrekken aan personen met een laag inkomen en een bevoegdheid voor Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om een eenmalige tegemoetkoming voor energiekosten te verstrekken aan uitwonende studenten met een aanvullende beurs;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I WIJZIGING PARTICIPATIEWET
De Participatiewet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 31, tweede lid, onderdeel o, wordt toegevoegd «of een tegemoetkoming als bedoeld in artikel 78ee, tweede lid».
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
-
-
Voor hoofdstuk 8 van de Participatiewet wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK 7B. TEGEMOETKOMING DOOR ONZE MINISTER IN VERBAND MET HOGE ENERGIEKOSTEN
Artikel 78ee. Tegemoetkoming voor energiekosten studenten
-
-
aanvullende beurs als bedoeld in artikel 3.8 van de Wet studiefinanciering 2000;
basisbeurs voor een uitwonende student als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, van de Wet studiefinanciering 2000;
fase als bedoeld in artikel 4.7, derde lid, artikel 4.18, tweede lid, of artikel 5.2, vierde lid van de Wet studiefinanciering 2000, waarin een student studiefinanciering kan ontvangen in de vorm van een lening;
studiefinanciering in de vorm van een lening als bedoeld in artikel 4.7, derde lid, artikel 4.18, tweede lid, of artikel 5.2, vierde lid van de Wet studiefinanciering 2000;
student als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet studiefinanciering 2000;
uitwonende student als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet studiefinanciering 2000.
-
-
-
Onze Minister kan ambtshalve een eenmalige tegemoetkoming voor energiekosten verlenen ter hoogte van een bij ministeriële regeling vast te stellen bedrag aan een student die uiterlijk op 31 juli 2024 een basisbeurs uitwonend en een aanvullende beurs voor de maand oktober 2023 heeft aangevraagd en aan wie deze zijn toegekend.
-
-
-
-
-
-
Voor de uitvoering van dit artikel kan Onze Minister van de persoonsgegevens van de student die Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap beschikbaar heeft ter uitvoering van de Wet studiefinanciering 2000, de volgende persoonsgegevens verwerken, met uitzondering van bijzondere categorieën van persoonsgegevens:
-
ARTIKEL II WIJZIGING WET VAN 22 AUGUSTUS 2022 TOT WIJZIGING VAN DE PARTICIPATIEWET IN VERBAND MET HET EENMALIG CATEGORIAAL VERSTREKKEN VAN EEN ENERGIETOESLAG AAN HUISHOUDENS MET EEN LAAG INKOMEN
Artikel I, onderdeel D, van de Wet van 22 augustus 2022 tot wijziging van de Participatiewet in verband met het eenmalig categoriaal verstrekken van een energietoeslag aan huishoudens met een laag inkomen (Stb. 2022, 321) wordt als volgt gewijzigd:
-
1.In het eerste lid wordt «Het vierde en vijfde lid» vervangen door «Het vierde tot en met zesde lid».
-
2.In het tweede lid wordt «Het zesde en zevende lid» vervangen door «Het zevende en achtste lid».
ARTIKEL III INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot
Gegeven te ’s-Gravenhage, 4 oktober 2023
Willem-Alexander
De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten
Uitgegeven de zesde oktober 2023
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
XHistnoot histnoot
Kamerstuk 36 389