Brief regering; Advies en onderzoeksrapport Zorgvuldigheid in de omgang met leeftijdsgrenzen in de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting (Wdkb) - Evaluatie Embryowet - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 29 toegevoegd aan dossier 30486 - Evaluatie Embryowet.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Evaluatie Embryowet; Brief regering; Advies en onderzoeksrapport Zorgvuldigheid in de omgang met leeftijdsgrenzen in de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting (Wdkb) |
---|---|
Documentdatum | 01-02-2023 |
Publicatiedatum | 01-02-2023 |
Nummer | KST3048629 |
Kenmerk | 30486, nr. 29 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2022-
2023
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 1 februari 2023
Hierbij bied ik u het advies en onderzoeksrapport Zorgvuldigheid in de omgang met leeftijdsgrenzen in de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting (Wdkb) aan. Het onderzoek is in opdracht van ZonMw uitgevoerd door de Universiteit voor Humanistiek, Pro Facto en Fiom.
Uit het onderzoek komt naar voren dat er geen algemeen passende leeftijdsgrenzen zijn aan te geven voor het nemen van een beslissing over het ontvangen van de (persoonsidentificerende) gegevens van een eicel-of spermadonor en een eventueel contact met deze donor. Daarom is het advies om de leeftijdsgrenzen in de Wdkb los te laten. Het onderzoek biedt aanleiding voor een aantal voorwaarden en zorgvuldigheidseisen dat bij het verstrekken van de gegevens noodzakelijk is.
Ik zal uw Kamer vóór de zomer van 2023 een reactie op de uitkomsten van het onderzoeksrapport aanbieden. Ik wil de uitkomsten eerst zorgvuldig bestuderen en de consequenties van het advies - het loslaten van leeftijdsgrenzen in de Wdkb - duidelijk in beeld hebben en afstemmen met relevante partijen.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers
kst-30486-29 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023
Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 30 486, nr. 29