Nader voorlopig verslag - Voorstel van wet van de leden Van Weyenberg en Maatoug tot wijziging van de Wet flexibel werken in verband met het bevorderen van flexibel werken naar arbeidsplaats (Wet werken waar je wilt) - Hoofdinhoud
Dit nader voorlopig verslag i is onder nr. E toegevoegd aan wetsvoorstel 35714 - Initiatiefvoorstel Wet werken waar je wilt i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet van de leden Van Weyenberg en Maatoug tot wijziging van de Wet flexibel werken in verband met het bevorderen van flexibel werken naar arbeidsplaats (Wet werken waar je wilt); Nader voorlopig verslag |
---|---|
Documentdatum | 25-01-2023 |
Publicatiedatum | 25-01-2023 |
Nummer | KST35714E |
Kenmerk | 35714, nr. E |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
2023
Vergaderjaar 2022-
35 714
Voorstel van wet van de leden Van Weyenberg en Maatoug tot wijziging van de Wet flexibel werken in verband met het bevorderen van flexibel werken naar arbeidsplaats (Wet werken waar je wilt)
NADER VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1
Vastgesteld 24 januari 2023
De memorie van antwoord van de initiatiefnemers en de brief van de regering met de beantwoording van de in het voorlopig verslag gestelde vragen, geven de commissie aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende nadere vragen.
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wet werken waar je wilt. Deze leden hebben nog een aantal vragen bij het wetsvoorstel.
De memorie van antwoord laat nog veel onduidelijkheid bestaan over de rechtelijke toets waarbij de redelijkheid en billijkheid centraal zal staan. Aangegeven wordt dat de rechter ruimte heeft in zijn toetsing.2 De jurisprudentie zal uitwijzen wat redelijk en billijk is. Uit de bestaande jurisprudentie blijkt dat het heel moeilijk voor werkgevers is om aan te tonen dat een werknemer niet thuis mag werken op grond van redelijkheid en billijkheid. Het is de verwachting van de leden van de VVD-fractie dat dit wetsvoorstel zal leiden tot een hausse aan rechtszaken vanwege de geconstateerde onduidelijkheid over de duiding van wat wel en wat niet redelijk en billijk is: een stok achter de deur kan ook averechts werken. Wordt het verwachte effect op het aantal rechtszaken en de bijbehorende (maatschappelijke) kosten meegenomen in de evaluatie van dit wetsvoorstel, zo vragen de leden van de VVD-fractie. Kunnen de initiatiefnemers meer handvatten bieden voor de uitleg van de twee kernbegrippen die zij voor ogen hebben?
1 Samenstelling:
Kox (SP), Essers (CDA), Kennedy-Doornbos (CU), Vos (PvdA) (voorzitter), Van Strien (PVV), Oomen-Ruijten (CDA), Schalk (SGP), Stienen (D66), De Bruijn-Wezeman (VVD) (ondervoorzitter), A.J.M. van Kesteren (PVV), Van Rooijen (50PLUS), Van Ballekom (VVD), Crone (PvdA), Frentrop (Fractie-Frentrop), Geerdink (VVD), Van Gurp (GL), Moonen (D66), Rosenmöller (GL), vacant (GL), De Vries (Fractie-Otten), De Blécourt-Wouterse (VVD), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Berkhout (Fractie-Nanninga), Raven (OSF), Prast (PvdD) en N.J.J. van Kesteren (CDA).
2 Kamerstukken I 2022/2023, 35 714, D, p.1.
kst-35714-E ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023
De werkgever is verplicht om, indien thuisgewerkt wordt, een werkplek ergonomisch in te richten. De kosten die worden gemaakt om een veilige en verantwoorde thuiswerkplek in te richten komen voor rekening van de werkgever (art. 44 Arbowet). Hoe ver gaat deze verplichting van de werkgever? Dient de werkgever een ergonoom om advies te vragen vooraf en vindt er achteraf een controle plaats op de naleving van de gemaakte afspraken door de arbeidsinspectie? Kan het zo ver gaan dat de werkgever verplicht wordt gesteld om bureaus en bureaustoelen niet alleen zowel thuis als op kantoor ter beschikking te stellen (en te betalen)? Is het redelijk en billijk dat de werkgever hierover vooraf afspraken maakt met de werknemer die thuis wil werken? Wie is aansprakelijk voor eventuele (gezondheids)schade als deze schade ontstaat doordat de werknemer de gemaakte afspraken met de werkgever in de thuiswerksituatie niet nakomt?
De leden van de commissie zien de nadere memorie van antwoord met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag binnen vier weken.
De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Vos
De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Van der Bijl
Eerste Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 35 714, E 2