Motie Van Kent over een referendum onder deelnemers aan een pensioenfonds met de vraag of zij naar het nieuwe pensioenstelsel willen overgaan - Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen) - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. 112 toegevoegd aan wetsvoorstel 36067 - Wet toekomst pensioenen i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen); Motie; Motie van het lid Van Kent over een referendum onder deelnemers aan een pensioenfonds met de vraag of zij naar het nieuwe pensioenstelsel willen overgaan |
---|---|
Documentdatum | 15-12-2022 |
Publicatiedatum | 15-12-2022 |
Nummer | KST36067112 |
Kenmerk | 36067, nr. 112 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2022-2023
36 067 |
Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen) |
Nr. 112 |
MOTIE VAN HET LID VAN KENT Voorgesteld 15 december 2022 De Kamer, gehoord de beraadslaging, constaterende dat pensioen het uitgestelde loon is van werkenden en daarmee hun eigendom waar zij zeggenschap over dienen te hebben; constaterende dat pensioenfondsen historisch gezien opgericht zijn zodat werknemers gezamenlijk en solidair zorg konden dragen voor een zorgeloze oude dag, en ten dienste staan aan de collectieve wensen van de deelnemers; constaterende dat individuele zeggenschap over wat er met jouw opgebouwde en op te bouwen pensioen door de Minister is afgepakt evenals de gerechtelijke mogelijkheden tot bezwaar, maar dat ditzelfde niet is gebeurd met eventuele collectieve zeggenschap; constaterende dat als de wet duidelijk positief zou uitpakken voor de meerderheid van werkenden en gepensioneerden en hier geen onevenredige en onacceptabele onzekerheid bij komt kijken, zij ongetwijfeld voor de overgang naar dit nieuwe stelsel zouden stemmen en de Minister dan niets te vrezen heeft; verzoekt de regering bij nota van wijziging in de Wtp op te nemen dat deelnemers binnen een pensioenfonds via een referendum collectief wordt gevraagd of zij over willen gaan naar het nieuwe pensioenstelsel, en gaat over tot de orde van de dag. Van Kent |
kst-36067-112 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 36 067, nr. 112 |