Motie Jansen over uitspreken dat minister-president Mark Rutte niet boven de wet staat - Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2022 - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. 25 toegevoegd aan wetsvoorstel 35925 III - Vaststelling begroting Ministerie van Algemene Zaken, Kabinet van de Koning en de CvT op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2022 i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2022; Motie; Motie van het lid Jansen over uitspreken dat minister-president Mark Rutte niet boven de wet staat |
---|---|
Documentdatum | 19-05-2022 |
Publicatiedatum | 19-05-2022 |
Nummer | KST35925III25 |
Kenmerk | 35925 III, nr. 25 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2021-2022
35 925 III |
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2022 |
Nr. 25 |
MOTIE VAN HET LID JANSEN Voorgesteld 19 mei 2022 De Kamer, gehoord de beraadslaging, spreekt uit dat Minister-President Mark Rutte niet boven de wet staat, en gaat over tot de orde van de dag. Jansen |
kst-35925-III-25 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 35 925 III, nr. 25 |